• No results found

Mineralenproject VEL en VANLA gestart

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Mineralenproject VEL en VANLA gestart"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● 16 Praktijkonderzoek 99-3 De milieucoöperaties

De milieucoöperaties Vereniging Eastermars Lânsdouwe (VEL) en Vereniging Agrarisch Natuur en Landschapsbeheer Achtkarspelen (VANLA) zijn verenigingen in het noordelijk deel van de Friese Wouden. Zij richten zich naast natuur- en landschapsbeheer ook op ver-mindering van de mineralenverliezen.

Samen met NLTO, LUW en PR onderzoeken de milieucoöperaties de mogelijkheden van een snellere vermindering van de mineralenover-schotten dan MINAS voorschrijft. De milieu-coöperaties zijn daarbij de sturende partij in het onderzoek. Voor het onderzoek is de bedrijfs-systemen benadering gekozen, hiervoor zijn de bedrijven ingedeeld in drie groepen van elk 20 bedrijven:

•Controle groep: geen gebruik van toevoegmid-delen voor mest en bodem

•Mix- groep: gebruikt het mesttoevoegmiddel Euromestmix.

•EM-groep: gebruikt het bodemtoevoegmiddel Effectieve Microben.

In tabel 1 staat een overzicht van de

doelstellin-gen van de drie groepen bedrijven.

De verdergaande doelstelling van de Euromest-mix-groep is vooral gebaseerd op de verplich-ting een lager mineralenoverschot te realiseren om een ontheffing te krijgen voor bovengronds aanwenden van mest. Tevens verwacht men door de toevoeging van Euromestmix een betere werking van de mest.

Naar een biologisch goede bodem

Vermindering van de bemesting kan leiden tot opbrengstdaling van gras. Om met minder stik-stof toch een goede productie te halen wordt veel aandacht besteed aan een biologisch goed functionerende bodem.

Het goed functioneren van de bodem wordt op verschillende manieren geprobeerd te bereiken: •Goede mestkwaliteit:hoge gehalten aan

am-moniakstikstof in de dierlijke mest zijn onge-wenst, daarvoor is een eiwitarme voeding nodig.

•Gebruik van toevoegmiddelen:Euromestmix wordt toegevoegd aan de mest, de verwach-ting is dat de ammoniakstikstof beter wordt

Mineralenproject VEL en VANLA gestart

Theun Vellinga (PR), Frank Verhoeven (LUW) en Jaap Dijkstra (NLTO)

Voor een economisch en ecologisch duurzame veehouderij is vermindering van de mineralenver-liezen noodzakelijk. De Friese milieucoöperaties VEL en VANLA hebben als doel om de MINAS doelstellingen versneld te realiseren. Zij doen dat in een samenwerkingsproject van het PR met de Noordelijke Land- en Tuinbouw Organisatie (NLTO) en de Landbouw Universiteit Wageningen (LUW). Aandachtspunten in het samenwerkingsproject zijn een biologisch goed functionerende bodem, toevoegmiddelen aan mest en bodem en een sterke vermindering van eiwitovermaat in de voeding.

Tabel 1 Doelstellingen voor het mineralenoverschot in het mineralenproject VEL en VANLA Mineralenoverschot (kg N/ha)

Euromestmix-groep EM- groep Controlegroep Landelijk (20 bedrijven) (20 bedrijven) (20 bedrijven)

1998 275 300 300 300 1999 235 275 275 300 2000 200 225 225 250 2001 200 225 225 250 2002 180 200 200 220 2003 180 200 200 220 2005 180 180 180 190 2008 180 180 180 180

(2)

17

● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ●

Praktijkonderzoek 99-3

gebonden en de werking van de mest wordt verbeterd. Het middel Effectieve Microben wordt over het land gespoten en moet de (micro)biologische activiteit van bodem en plant verbeteren.

•Een matige bemesting met stikstof.Die is nodig om een laag overschot te halen, maar is bij een goed functionerende bodem minder noodzakelijk. Stap voor stap terugdringen van de stikstofbemesting door intensief overleg, advisering en registratie zijn de middelen. Daarbij trainen boeren elkaar! Er zijn boeren die al op een lage bemesting of op een eiwi-tarmere voeding zitten, die kunnen het ande-re boeande-ren uitleggen.

Minder eiwit in het rantsoen

Om de verliezen van stikstof in de vorm van ammoniak te verminderen (uit de stal en bij de aanwending van mest) wordt de eiwitovermaat in het rantsoen aangepakt.

Door het geven van veel informatie over voe-ding(sfysiologie) en het stellen van streefwaardes wordt geprobeerd het eiwitgehalte van het rant-soen te verlagen. Een aantal veehouders is nu begonnen met eiwitarmere en structuurrijkere rantsoenen.

De veel gebruikte grens van 300 gram OEB in het rantsoen wordt hierbij bewust losgelaten.

Volgen van het bedrijfssysteem als geheel

Bodem, bemesting en veevoeding zijn niet los van elkaar te zien. Detailonderzoek heeft veel bruikbare informatie opgeleverd, maar werkelijk toetsen gebeurt op bedrijfsniveau. Daarom wordt op alle bedrijven informatie verzameld over bemesting, voeding, bodemvruchtbaarheid en diergezondheid.

Naast de bedrijfsmonitoring vindt nog detailon-derzoek plaats naar de werking van mest en bodem met en zonder toevoegmiddelen en naar de (micro)biologische activiteit van de bodem. De vastgelegde gegevens worden besproken met de betrokken boeren, individueel, maar vooral in groepsverband.

De meerwaarde van milieucoöperaties

De milieucoöperaties spelen een belangrijke rol in het verminderen van de mineralenverliezen: •Via de milieucoöperaties onderhouden de

boeren in het gebied (ondersteunende) net-werken met wetenschappers, het bedrijfsleven en overheden (provincie en rijk). De (ex)voor-zitters van de milieucoöperaties fungeren vaak als intermediair tussen boeren en andere par-tijen. Boeren ontvangen via het genoemde netwerk steun bij het realiseren van milieu-doelen, in de vorm van kennis, financiering / sponsoring en beleidsruimte.

•Boeren, stimuleren elkaar in een milieucoöpe-ratie om met deze materie aan de slag te gaan. Men houdt elkaar betrokken doordat men uitgebreid bezig is met milieuthema’s. Bovendien gaat milieuvriendelijkheid steeds meer deel uitmaken van het vakmanschap en het aanzien van boeren. Daarnaast wijzen boerenleiders anderen erop dat een gezamen-lijke doelstelling gehaald moet worden en dat ieder daarin zijn bijdrage zal moeten leveren. •De (bijeenkomsten van) de milieucoöperaties

vormen een goede plaats voor kennisuitwisse-ling rond milieuthema’s. Boeren wisselen zeer concrete ervaringen en tips uit waarmee ze op het eigen bedrijf verbeteringen hebben aange-bracht. Informatie uit-wisseling tussen de boeren en onderzoekers is essentieel voor het slagen van het mineralen-project.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hoewel koeien wel voorkeur hebben voor grassen met een hoger WOK-gehalte, leiden grasrassen met een hoger WOK-gehalte niet tot een hogere grasopname als de dieren geen keuze

Ook voor het tweede seizoen zijn de gemeten Nmin waarden begin november hoger op de zandlocaties dan op klei.. Voor het kleiperceel

Wanneer een plaats schoon en mooi moet zijn, moet iedereen elkaar helpen.. Wie kan

Hierin zijn de ruimtelijke context en bijbehorende afwegingen van de studie belicht en visualisaties van de Verdiepte Noordelijke Rondweg variant opgenomen, die een indruk geven

This framework was apposite, as this study intended to answer two key research questions: to determine how Social Sciences teachers view the integration of History and Geography

Keywords: South African, risks, social work, designated social work, child protection work, statutory social worker, qualitative, phenomenological, exploratory,

En dat zonder veel hulpmiddelen: ladders van een aannemer ter plaatse, een fietswiel met een touw om het materiaal naar boven te hijsen en verder de blote handen… ’s Morgens

Vooral als uw kind misselijk is, weinig eetlust heeft of veel onderzoeken moet ondergaan kan genoeg eten moeilijk zijn.. Het is daarom belangrijk om verdeeld over de dag