• No results found

ETE-AK-2012-HAVO-1-b

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "ETE-AK-2012-HAVO-1-b"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlage HAVO

2012

Aardrijkskunde

Bronnenboekje tijdvak 1 maandag 21 mei 10.30 - 13.30 uur

(2)

200401121-b 2 lees verder ►►►

Opgave 1 - Endogene en exogene krachten in Japan

bron 1

De gebeurtenissen van Fukushima

Als gevolg van de zeebeving voor de kust op 11 maart 2011 werden reactoren 1, 2 en 3 automatisch uitgeschakeld met een noodstop. Door het uitschakelen van de elektriciteitsproductie in de centrale en de massale stroomstoring als gevolg van de aardbeving en de tsunami moest de centrale overschakelen op een noodstroomvoorziening via dieselgeneratoren om de pompen van het koelsysteem te laten werken.

Hoewel maatregelen om de kerncentrale tegen een aardbeving te beschermen goed hadden gefunctioneerd, bleken maatregelen om de centrale tegen een hoge vloedgolf te beschermen onvoldoende. Bij de bouw werd er rekening gehouden met een mogelijke vloedgolf van 5.7 meter hoog, de vloedgolf was echter waarschijnlijk meer dan 14 meter hoog. Door deze enorme vloedgolf ontstond er veel schade aan de gebouwen en raakte de noodaggregaten op één na onklaar. Hierop volgde een kettingreactie met meerdere grote explosies waarbij grote hoeveelheden radio-actieve straling zijn vrijgekomen. Tot op heden bestaat de kans op een zogenaamde melt-down, wat kan ontstaan bij

onvoldoende koeling van de reactoren.

In 2004 zijn er sporen gevonden van een tsunami in het jaar 869 met golven van 18 meter hoog, die ontstond na een aardbeving met de kracht van 8.3 in het noordoosten van Japan. Grote delen van noord Japan werden toen

overstroomd.

Bij Fukushima zijn de golven tot wel vier kilometer landinwaarts gekomen. Tepco (Tokyo Electric Power Company) werd in 2009 van de resultaten van dit onderzoek op de hoogte gebracht door de betrokken onderzoeker Yukinobu Okamura. Tepco deed echter niets met deze informatie, aangezien men de genomen voorzorgen tegen aardbevingen voldoende vond.

(3)

Opgave 3 Globalisering en kinderarbeid

bron 2

Globalisering en buitenlandse investeringen leiden niet tot toename van kinderarbeid

Globalisering en buitenlandse investeringen leiden niet tot meer kinderarbeid in lagelonenlanden. In tegendeel wellicht. Dit stellen onderzoekers van de London Business School en de Norwegian University of Science and Technology. Sceptici van de globalisering zijn van mening dat outsourcing, vooral door invloed van MNO’s, ontwikkelingslanden ertoe brengt om de lonen laag te houden ― bijvoorbeeld door het gebruik van kinderarbeid.

Uit de studie blijkt echter dat in landen die openstaan voor buitenlandse handel en die een groot aandeel buitenlandse investeringen ontvangen, het percentage kinderarbeid relatief laag is.

Wel wordt opgemerkt dat kinderarbeid hoog is in rurale en agrarisch

georiënteerde landen en in informele sectoren, gebieden waar sowieso weinig buitenlandse investeringen terechtkomen.

Een andere factor is dat landen zonder kinderarbeid een ‘vriendelijker’ handelsklimaat kennen, dat weer investeerders aantrekt.

Een oorzaak-gevolg relatie tussen buitenlandse investeringen en de aanwezigheid van kinderarbeid wordt dus niet aangetoond.

bron: vrij naar http://www.profnews.nl/407136/globalisering-en-buitenlandse-investeringen-leiden-niet-tot-meer-kinderarbeid

(4)

200401121-b 4 lees verder ►►► bron 3

Oftewel:

- 218 miljoen kindarbeiders wereldwijd.

- 22.000 kinderen komen jaarlijks om het leven bij werkgerelateerde ongelukken. - 1 op de 7 kinderen (14%) tussen de 5 en 17 jaar oud is kindarbeider.

- 69% van de kindarbeiders werkt in de landbouwsector.

- 22% van de kindarbeiders werkt in de dienstverlenende sector. - 9% van de kindarbeiders werkt in de zware industrie.

- Het hoogste percentage kindarbeider komt voor in de Afrikaanse gebieden ten zuiden van de Sahara.

- Er zijn meer meisjes dan jongens kindarbeider en het aantal meisjes kindarbeider neemt niet af.

Er is vooruitgang geboekt:

- Latijns-Amerika en het Caribisch gebied boeken de grootste vooruitgang in de strijd tegen kindarbeider.

- Tussen 2002 en 2006 is het aantal kindarbeiders wereldwijd gedaald met 11%. - Het aantal kindarbeiders in gevaarlijk werk is gedaald met 26%.

- ‘Kinderarbeid neemt af, en hoe schadelijker de arbeid voor het kind, hoe sneller de afname’.

bron: vrij naar: http://www.stopchildlabour.eu/stopkinderarbeid/Nederlands/Over-kinderarbeid/Cijfers-feiten

(5)

bron 4

Voorbeeld van een vicieuze cirkel

bron: http://www.percent.nl/onlineleren/onlinelerenfiles/encyclopedie/images% 5Ceconomie%5CCDP026.BMP

(6)

200401121-b 6 lees verder ►►►

Opgave 5 - Venezuela: biobrandstof en voedselvoorziening

bron 5

Biobrandstof in de regio Andina (Bolivia, Colombia, Ecuador, Peru, Venezuela)

De regio Andina bestaat uit een aantal landen rondom het Andes-gebergte, inclusief Venezuela.

Van de landen binnen de regio Andina is Colombia het meest actief met het produceren van biobrandstoffen ten behoeve van zowel de nationale markt als voor export, voornamelijk naar de Verenigde Staten.

- Colombia loopt voorop met het verplicht bijmengen van ethanol en biobrandstof in benzine en diesel. De overheid heeft een groot areaal toegewezen voor het verbouwen van biogewassen, zonder gevaar voor ontbossing of het verdringen van gewassen voor voedselproductie. - Ecuador en Peru hebben in eerste instantie ingespeeld op de lucratieve buitenlandse vraag naar biobrandstoffen door te investeren in palmolie-raffinaderijen. Peru kijkt ook naar andere bronnen voor het produceren van biodiesel, zoals Jatropha, die ook op minder vruchtbare grond verbouwd kunnen worden.

- Venezuela is rijk aan fossiele brandstoffen, maar voor consumptie van voedsel juist afhankelijk van import. Het produceren van biobrandstoffen op schaarse landbouwgrond ligt daarom niet voor de hand en was lange tijd zelfs bij wet verboden. Het toepassen van geïmporteerd ethanol wordt overwogen als een milieuvriendelijke vervanger van lood in benzine. Recent heeft er een omslag plaatsgevonden in het beleid en wordt er in samenwerking met Brazilië juist op grote schaal geïnvesteerd in de productie van ethanol uit suikerriet. Venezuela is niet langer tegenstander van ethanol, maar richt zich echter wel tegen de productie van ethanol uit maïs, de voornaamste grondstof voor ethanolproductie in de Verenigde Staten.

Inmiddels wordt ethanol vanuit Venezuela geëxporteerd naar Europa en is er door de Venezolaanse overheid een bijmenging van 7% ethanol in benzine als norm gesteld.

- In Bolivia worden biobrandstoffen in verband gebracht met gestegen voedselprijzen, waardoor de huidige overheid niet warm loopt voor het verbouwen van gewassen als energiedrager. De huidige president heeft

toegezegd om grond bestemd voor het verbouwen van gewassen terug te geven aan de bevolking in de binnenlanden.

De inzet van biomassa voor het opwekken van elektriciteit is met minder dan 1% van de totale energievoorziening nog bescheiden in deze regio. In Colombia en Peru worden de eerste projecten uitgevoerd om het energiepotentieel uit biomassa te benutten, o.a. uit rijstvlies. Biomassa vormt een belangrijke bron van traditionele energieopwekking, onder meer in Bolivia.

(7)

Op het gebied van energie uit afval is Colombia het meest actief met het opwekken van elektriciteit met behulp van gas uit stortplaatsen. Op een aantal stortplaatsen wordt op beperkte schaal elektriciteit opgewekt.

De Wereldbank stimuleert de ontwikkeling van het potentieel van gas uit stortplaatsen in Peru.

Venezuela kijkt met veel belangstelling naar de ontwikkelingen op dit terrein en het eerste project voor elektriciteitsopwekking met gas uit een stortplaats is inmiddels gestart.

bron: http://www.agentschapnl.nl/sites/default/files/bijlagen/Latijns%20Amerika %20-%20Duurzame%20energie.pdf

bron 6

Tot 70% besparen in nieuwe Venezolaanse staatsrestaurants

De ‘socialistische’ eettentjes hebben als doel te voorzien in goedkoop voedsel van hoge kwaliteit waarbij nog steeds een redelijke winst behaald wordt. De medewerkers van de eettentjes zijn tevens manager.

De Venezolaanse regering opende haar 39e betaalbare restaurant afgelopen

maand in de wijk San Jose in de hoofdstad van Caracas.

De nieuwe staatsfaciliteiten zullen vooral arepas serveren, pasteitjes van maïsmeel gevuld met een verscheidenheid van ingrediënten zoals kaas, vlees, groenten en ei.

Arepas zijn het belangrijkste voedingsmiddel van het Venezolaanse dieet. Terwijl de kosten van een arepa, gevuld met basisingrediënten, kunnen oplopen tot 25 bolivar (5,81 dollar) in een particulier restaurant, zijn de kosten van eenzelfde gerecht in een overheidrestaurants 7,5 bolivar (1,74 dollar). Volledige lunches zullen ook worden aangeboden tegen een prijs van 20 bolivar (4,65 dollar), terwijl de natuurlijke sappen 3,5 bolivar (0,81 dollar) en de espresso koffie 1,5 bolivar (0,34 dollar) zullen kosten.

Het nieuwe restaurant in San Jose is onderdeel van een groter plan van de overheid om meer dan 150 vestigingen in het hele land te bouwen tegen het einde van het jaar, waarmee het totaal aantal van de Venezolaanse arepa restaurants tot 200 komt. De schatting is dat de nationale overheid meer dan 10 miljoen arepas zal verkopen tot aan het einde van het jaar.

De belangrijkste motivatie voor het initiatief van de ‘socialist arepa restaurants’ is om een evenwichtige voeding voor alle bewoners te garanderen en het tegenwerken van prijsspeculatie (wat gebruikelijk is in de particuliere sector) door het elimineren van het hamsteren van voedselproducten door

tussenpersonen.

Het merendeel van de ingrediënten voor de restaurants zal worden verstrekt door staatsbedrijven, waaronder PDVAL (het productie- en distributiebedrijf van

(8)

200401121-b 8 lees verder ►►►

In de loop der jaren heeft deze strategie Venezuela geholpen om de normen van de Verenigde Naties te overtreffen met betrekking tot de calorie-inname, terwijl op hetzelfde moment een drastische vermindering van ondervoeding heeft plaatsgevonden in de Zuid-Amerikaanse natie.

Volgens de ‘Venezuela National Nutritional Institute’ is de dagelijkse calorie-inname toegenomen van 2.200 tot 2.800 in de eerste 10 jaar van de Chavez regering, terwijl ondervoeding in het land is afgenomen met tweederde.

bron: vrij naar: http://venezuelanalysis.com/news/6419

bron 7

Mogelijke locatie van Jatropha-verbouw in Venezuela

3. Mogelijke lokatie van Jatrophaverbouw in Venezuela

bron: vrij naar: TCG

1

2

2

1

3

3

einde 

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Die liefde voor dieren zonder een thuis werd vooral getoond door de heer Enrico (Henk) Abrahams. Hij was oud-directeur bij een ministerie en heeft 25 jaar lang, iedere dag, heel

Deze 4 diagrammen geven de verkoop aan van producten over de eerste 4 maanden van het jaar.8. Hij stopt onderweg 2 keer

Hier volgen twee beweringen over de mangrove: I Mangrove beschermt de kust tegen modder- aanslibbing en bevordert erosie.. II Mangrove beschermt de kust tegen erosie en

C Debet Bankboek Credit Datum Tegenrekening Omschrijving Bedrag Datum Tegenrekening Omschrijving Bedrag juli 17 juli 17 Debiteuren Algemene kosten J...

The accused are Emily Harris, William Harris, Sara Jane Olson and Michael Bortin, all of whom supposedly took part in a 1975 bank holdup in Carmichael, Calif., in which a customer,

Men plaatst een blokje naast het ene maatglas en bij het andere maatglas wordt er een identiek blokje in het water geplaatst.. Ga de juistheid van de volgende

A Alfredo. C un hombre de África. D un hombre de la Cruz Roja. En la puerta, un portero les entregaba una flor a todas las mujeres que cumplían el requisito*. “¿Es usted madre?”,

Kies uit onderstaande activiteiten er één uit en maak daarvan een tekening: rijst planten, cassave oogsten, kokosnoten plukken in de felle zon... De mooi