• No results found

Braille_Biologie_VMBO_BB_2019_TV1_aanpassingen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Braille_Biologie_VMBO_BB_2019_TV1_aanpassingen"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

AANPASSINGEN EXAMENS 2019 TIJDVAK 1 VMBO-BB BIOLOGIE

Algemeen:

 Alle afbeeldingen zijn vervallen.

 De meerkeuzevragen, juist/onjuist vragen en wel/niet vragen worden

aangegeven met 'meerkeuze', 'juist/onjuist' en 'wel/niet' achter het vraagnummer.  Invulvelden onder de vragen zijn niet overgenomen.

 Aanpassingen in het correctievoorschrift (vraag 6, 9, 12, 16 en 35) zijn achterin geplaatst.

EXAMENOPGAVEN titelblad

 Tekst vervalt: "Naam kandidaat" en "Kandidaatnummer".

 Zin aangepast: Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje. = Beantwoord alle vragen op een apart blad.

 Zin aangepast: Voor elk vraagnummer staat ... = Achter elk vraagnummer staat ...

 Onder deze zin is tekst toegevoegd:

Let op! Als een vraag een meerkeuzevraag, een juist/onjuist vraag of wel/niet vraag is, dan wordt dat aangegeven achter het vraagnummer.

blz. 2

 Instructie aangepast (afbeelding vervalt):

Meerkeuzevragen: schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.  Afbeelding vervalt.

 Verwijzing naar afbeelding in tekst ernaast vervalt: "Deze haakjes zie je in de afbeelding."

 Vraag 2: tekst aangepast: Vraag 2 juist/onjuist: 1 punt

Over de stamper van de grote klis worden onderstaande twee beweringen gedaan. 1. De stamper maakt stuifmeel.

(2)

2. Uit een deel van de stamper ontstaat een vrucht.

Neem de nummers 1 en 2 over en schrijf achter elk nummer of de betreffende bewering 'juist' of 'onjuist' is.

blz. 3

 Afbeelding vervalt.

 Verwijzing naar afbeelding in tekst erboven vervalt: "Je ziet in de afbeelding ... het melkgebit doorkomen."

 Vraag 6: tekst + correctievoorschrift aangepast: Vraag 6: 1 punt

In het melkgebit is in elke kaakhelft, boven en onder, rechts en links van buiten naar binnen de volgende verdeling van verschillende gebitselementen: 2-1-2.

Hoeveel snijtanden zitten er in een compleet melkgebit?

blz. 4

 Vraag 8: instructie toegevoegd: Vraag 8: 2 punten

Vitamine D is een voedingsstof die behoort tot de groep vitamines. Noem nog twee andere groepen voedingsstoffen.

Schrijf je antwoord zo op: groep 1: ...

groep 2: ...

 Vraag 9: tekst + correctievoorschrift aangepast: Vraag 9: 1 punt

Voedingsstoffen kunnen verschillende functies hebben. Ze kunnen dienen als brandstof, als bouwstof, als beschermende stof of als reservestof.

In het menselijk lichaam hebben vitamines twee van deze functies. Welke twee functies zijn dit?

blz. 5

 Vraag 12: tekst + correctievoorschrift aangepast (afbeeldingen vervallen): Vraag 12 meerkeuze: 1 punt

Welk orgaan is het evenwichtsorgaan? A gehoorbeentjes

(3)

C slakkenhuis

blz. 6: geen aanpassingen

blz. 7

 Tabel = tabel 1.

 Tekst tussen tabel en afbeelding aangepast: Aan elke buis ... vloeistof in de reageerbuis.

Aan elke buis voegt hij een paar druppels indicator toe. Hij meet vervolgens gedurende 25 minuten de hoeveelheid blauwe kleur in de buizen.

Je ziet in tabel 2 het resultaat van zijn proef.

De tabel geeft de hoeveelheid blauwe kleur aan van de vloeistof in de reageerbuis. In buis 1 zit alleen zetmeel.

In buis 2 zit water en zetmeel en weinig speeksel. In buis 3 zit water en zetmeel en veel speeksel.  Afbeelding = tabel 2.

begin tabel 2

tijd (minuten) buis 1 buis 2 buis 3

0 1 1 1 5 1 0,9 0,8 10 1 0,8 0,6 15 1 0,7 0,4 20 1 0,6 0,2 25 1 0,5 0 einde tabel 2

 Vraag 16: tekst + correctievoorschrift aangepast: Vraag 16: 1 punt

De gegevens van buis 4 ontbreken in tabel 2. In deze buis zit alleen water. Welke functie heeft deze buis?

 Vraag 17: tekst aangepast: Vraag 17: 1 punt

De onderzoeksvraag was: wat is de invloed van de hoeveelheid speeksel op de afbraak van zetmeel?

(4)

blz. 8

 Vraag 20: tekst aangepast (afbeeldingen vervallen): Vraag 20 meerkeuze: 1 punt

Welk type cel wordt volgens de informatie opgeruimd door bloeddeeltjes? A een cel met celwand, vacuole, bladgroenkorrels en een kern

B een cel met celwand zonder kern C een cel met celwand, kern en vacuole D een cel zonder celwand met kern

blz. 9

 Afbeelding vervalt.

 Verwijzing naar afbeelding in tekst erboven vervalt: "In de afbeelding zie je een van deze soorten."

 Tekst toegevoegd boven determineertabel: Hieronder staat de determineertabel voor muggen.  Determineertabel = opsomming.

Determineertabel muggen:

1a. Het achterlijf is kleiner dan 1 cm: ga naar 2. 1b. Het achterlijf is groter dan 1 cm: ga naar 4. 2a. Het achterlijf heeft één kleur: dansmug.

2b. Het achterlijf heeft meerdere kleuren: ga naar 3. 3a. De poten hebben één kleur: steekmug.

3b. De poten hebben meerdere kleuren: tijgermug. 4a. Het achterlijf is zwart: steltmug.

4b. Het achterlijf is licht gekleurd: langpootmug.  Vraag 22: tekst aangepast:

Vraag 22 meerkeuze: 1 punt

Een bepaalde muggensoort is in totaal ongeveer 1 cm lang. Het achterlijf en de poten zijn zwartwit gekleurd.

Bepaal met behulp van de determineertabel de naam van deze muggensoort. A dansmug

B steekmug C tijgermug D steltmug

(5)

E langpootmug

blz. 10

 Vraag 23: tekst aangepast (afbeelding vervalt): Vraag 23 meerkeuze: 1 punt

Waar wordt traanvocht gemaakt?

A in een serie blaasjes met buisjes aan de bovenkant van het oog B in een buisje langs de neuskant van het oog

C in een verbindingskanaaltje van het oog naar het buisje langs de neuskant van het oog

 Vraag 24: tekst aangepast: Vraag 24: 1 punt

Hoe heet het zichtbare deel van het oog, buiten de pupil en de iris, waarover het traanvocht verspreid wordt?

blz. 11

 Vraag 25: tekst aangepast (afbeelding vervalt): Vraag 25: 1 punt

Dwanghuilen kan ontstaan doordat een deel van de hersenen minder goed werkt. Hoe heet dit deel van de hersenen, dat ook zorgt voor fijnregeling (coördinatie) van bewegingen?

 Vraag 26: tekst aangepast: Vraag 26 wel/niet: 2 punten

Hieronder staan drie organen die wel of niet in de balzak liggen. 1. bijbal

2. prostaat 3. teelbal

Neem de nummers 1, 2 en 3 over en schrijf achter elk nummer of het betreffende orgaan 'wel' of 'niet' in de balzak ligt.

blz. 12

 Vraag 28: instructie toegevoegd: Vraag 28: 2 punten

(6)

Noem twee levenskenmerken van mensen die door de honden waargenomen kunnen worden.

Schrijf je antwoord zo op: levenskenmerk 1: ... levenskenmerk 2: ...  Afbeelding vervalt.

 Tekst erboven vervalt: "In de afbeelding ... een letter aangegeven."  Vraag 29: tekst aangepast:

Vraag 29 meerkeuze: 1 punt

Hoe heet het bloedvat dat bloed vanuit de armen in de richting van het hart vervoert? A aorta B armader C armslagader D holle ader blz. 13

 Vraag 30: tekst toegevoegd: Vraag 30 meerkeuze: 1 punt

Vanuit de darmen stroomt er bloed naar een orgaan. Dit orgaan krijgt ook bloed uit bloedvat Q. Dit bloedvat is een aftakking van de aorta.

Aron en Dennis doen twee beweringen over bloedvat Q. Aron zegt dat het bloed in bloedvat Q zuurstofrijk is. Dennis zegt dat bloedvat Q de darmslagader is. Wie heeft of wie hebben gelijk?

A Alleen Aron heeft gelijk. B Alleen Dennis heeft gelijk.

C Aron en Dennis hebben beiden gelijk  Vraag 31: instructie toegevoegd: Vraag 31: 2 punten

Het hart heeft een linkerkant en een rechterkant.

Hoe heten de twee delen waaruit de linkerkant van het hart is opgebouwd? Schrijf je antwoord zo op:

deel 1: ... deel 2: ...

(7)

Vraag 33 juist/onjuist: 2 punten

Twee anticonceptiemiddelen zijn de anticonceptiepil en het condoom.

Over deze voorbehoedmiddelen worden onderstaande drie beweringen gedaan. 1. De anticonceptiepil beschermt tegen seksueel overdraagbare aandoeningen. 2. Een condoom zonder zaaddodend middel is een zeer onveilig

anticonceptiemiddel.

3. Een spiraaltje voorkomt innesteling.

Neem de nummers 1, 2 en 3 over en schrijf achter elk nummer of de betreffende bewering 'juist' of 'onjuist' is.

blz. 14

 Afbeelding vervalt.

 Tekst erboven vervalt: "Je ziet in een doorsnede ... een letter aangegeven."  Vraag 35: tekst + correctievoorschrift aangepast:

Vraag 35: 2 punten

In een nier komen de volgende drie onderdelen voor: nierbekken, niermerg en nierschors.

Hieronder staan drie omschrijvingen. 1. buitenkant van de nier

2. daarbinnen gelegen niergedeeltes

3. ruimte in de nier waar de gevormde urine zich verzamelt

Neem de nummers 1, 2 en 3 over en geef achter elk nummer van de betreffende omschrijving de naam van het juiste onderdeel.

blz. 15

 Vraag 36: tekst aangepast (afbeelding vervalt): Vraag 36 meerkeuze: 1 punt

Met name het deel van de longen dat zorgt voor de gaswisseling tussen de longen de bloedvaatjes is gevoelig voor deze stof.

Wat is de naam van dit deel? A bronchiën

B longblaasjes C luchtpijp

AANPASSINGEN IN CORRECTIEVOORSCHRIFT vraag 6 (maximumscore 1)

(8)

1 pt antwoord: 8 vraag 9 (maximumscore 1) 1 pt beschermende stof bouwstof vraag 12 (maximumscore 1) 1 pt antwoord: B vraag 16 (maximumscore 1) 1 pt buis 4 is een controlebuis. vraag 35 (maximumscore 2) 1 pt 1. nierschors

2. niermerg 3. nierbekken

indien drie antwoorden juist: 2 punten indien twee antwoorden juist: 1 punt

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De hond kon bij deze lagere doses het olieachtige stuitvet altijd aanwijzen, het kaarsvetachtige stuitvet vrijwel nooit. Hoewel de laboratoriumomstandigheden niet identiek zijn

architectuurstijlen kwamen niet veel voor in de negentiende eeuw en werden veelal ontworpen door ingenieurs.. Een voorbeeld is de Eiffeltoren van ingenieur Eiffel

3p 5 Noem drie uitgangspunten van het Nieuwe Bouwen en leg steeds uit hoe je kunt zien dat die uitgangspunten hier zijn losgelaten.. In 2003 kon de Concert Hall, die je ziet

3p 13 Noem nog drie andere aspecten die bijdragen aan de imponerende werking en die ook kenmerkend zijn voor de barok.. Op afbeelding 8 zie je een schilderij uit 2003 van de

Bij veel soorten padden bestaat een nauw verband tussen de hoogte van de kwaaktoon van een mannetje en zijn lichaamsgrootte: hoe groter een mannetje, hoe langer zijn stembanden

Een leerling bekijkt een diagram (zie afbeelding 13) waarin de frequentie van het aantal geborenen met het syndroom van Down (trisomie 21) is weergegeven in relatie tot de

het begin van de negentiende eeuw in de Westerse literatuur werd opgeroepen. 2p 2 Leg aan de hand van De dood van Sardanapalus uit, welk beeld uit de literatuur werd opgeroepen

− Een redenering waarbij met beleid getallen globaler zijn afgelezen en gehanteerd in verantwoorde afschattingen