• No results found

- Alle Opgaven

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "- Alle Opgaven"

Copied!
37
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Toets :Ned2F_2013_PO_1_Voorbeeld COE Sectie :Ned2F_2013_PO_1_Voorbeeld COE :LE11 Jongere onderhandelt amper :LE12 Minder eten in de afvalbak :LE34 Weg met die lange vakantie :LE13 Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? :LU11 Mobiel schademelden :LU13 Mysteryshopper :LU12 Wat kost zomertijd Dit materiaal is een product van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en in beheer bij het College voor Examens (CvE) te Utrecht.  CvE accepteert geen enkele aansprakelijkheid voor schade ontstaan door het gebruik van dit materiaal op welke manier dan ook.  CvE heeft conform de wettelijke bepalingen en voor zover mogelijk het auteursrecht op in dit materiaal gebruikt (bronnen)materiaal geregeld.  Diegene die desondanks meent zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met het CvE.  Dit materiaal is vrij te gebruiken voor eigen oefening, studie of privégebruik, alsmede schoolgebruik op niet­ commerciële basis.  Voor alle andere toepassingen geldt dat het gebruik van in dit product verwerkt (bronnen)materiaal niet is toegestaan zonder toestemming van de rechthebbenden.  Op eventueel aangepast werk dient duidelijk vermeld te worden dat er sprake is van een aanpassing van een product van CvE.  Elke schijn van bemoeienis of goedkeuring van CvE met betrekking tot het nieuwe materiaal dient te worden uitgesloten.   i.   Start scherm 1 Voorbeeldexamen 1 2013 Materiaal  

MBO COE Nederlandse taal 2F

 

Voorbeeldexamen

Jaar: 2013 Vak: Nederlandse taal Niveau: 2F Aantal teksten: 7 Aantal vragen: 44 Examenduur 90 minuten Klik met de muis op de pijl rechtsonder. Lees op de volgende schermen de uitleg over het examen. i.   Start scherm 2 Voorbeeldexamen 1 2013 Materiaal   Het examen bestaat uit 7 teksten: 4 leesteksten en 3 kijk­luisterteksten. Lezen: 

(2)

Jongere onderhandelt amper Dit krantenartikel gaat over een onderzoek onder vakantiewerkers. Bij deze tekst horen 4 vragen. Minder eten in de afvalbak Dit artikel is afkomstig van de universiteit van Wageningen en gaat over het weggooien van voedsel. Bij deze tekst horen 4 vragen. Weg met die lange vakantie Deze tekst is een column en komt uit een krant. Bij deze tekst horen 7 vragen. Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? Deze tekst is afkomstig van een site van de overheid. Bij deze tekst horen 6 vragen. Kijk­ en luisteren: Mobiel schademelden Je ziet een filmpje waarin Henk in zijn auto tegen de auto van Vera botst. In het filmpje wordt uitgelegd hoe je de schade kunt melden. Bij dit fragment horen 8 vragen. Op pad met de mystery shopper  Je hoort een radiofragment over mensen die werken als mystery shopper. Ze gaan naar winkels en doen alsof ze klant zijn om te zien hoe het winkelpersoneel werkt. Bij dit fragment horen 8 vragen. Wat kost zomertijd?  Je ziet een filmpje over de invoering van de zomertijd en wat dat kost.  Bij dit fragment horen 7 vragen. i.   Startscherm 3 Materiaal   Algemene instructie:   . Je mag de volgorde van de teksten zelf kiezen.  . Ook de volgorde van de vragen kun je zelf kiezen. Maar het is beter om de volgorde van de vragen bij een tekst te volgen. . Let op dat je alle vragen maakt. Een vraag die niet beantwoord is, is fout. . Als je een vraag niet beantwoord hebt, heeft het vraagnummer een donkere kleur. Je kunt altijd terug naar een vraag. Klik dan op het vraagnummer. Dan verschijnt de vraag in je scherm en kun je de vraag alsnog beantwoorden of je antwoord veranderen. . In het volgende scherm staat uitgelegd wat je precies moet doen om het examen goed te laten verlopen. Lees deze instructie goed door voordat je aan de vragen van een tekst begint.  . Je kunt de schermen met uitleg altijd weer oproepen. Klik daarvoor op de bijbehorende i in de blauwe balk onder de toets.  . We raden je aan de leesteksten eerst helemaal door te lezen en daarna de

(3)

bijbehorende vragen te beantwoorden.  . Speel ook bij de kijk­luisterfragmenten eerst het fragment helemaal af en beantwoord daarna de bijbehorende vragen. Tijdens het kijken en luisteren mag je aantekeningen maken. Je kunt het fragment zo vaak terugspoelen als je wilt. Denk er wel aan dat de tijd doorloopt.  . Het kladpapier met aantekeningen moet je na het examen inleveren. i.   Bedieningsinstructie Materiaal Bedieningsinstructie  Algemeen  . Om een vraag te zien, klik je op het nummer van de vraag onder in het scherm. . Om de vraag te beantwoorden klik je op het antwoord dat volgens jou het goede antwoord is. . Als je een vraag beantwoord hebt, verandert de kleur van het vraagnummer onder in het scherm. . Je kunt antwoorden altijd weer verbeteren. . Je gaat naar de volgende vraag met de grote pijl rechtsonder of je klikt op het volgende nummer in de blauwe taakbalk. Lezen  . De leestekst vind je links op het scherm. Door te scrollen kun je de hele tekst lezen.  . Als vragen verwijzen naar een deel uit de tekst, dan is dat tekstdeel geel gemarkeerd. Kijk­Luisteren . Het kijk­luistergedeelte bestaat uit 2 filmpjes en een radioprogramma. Voorafgaand aan de vragen kun je het hele radioprogramma en de filmpjes bekijken en beluisteren. . Het beeld staat links op het scherm met daaronder de bedieningsknoppen: Klik met de muis op de pijl rechtsonder om met het examen te beginnen. i.   Jongere onderhandelt amper ­ intro Materiaal  

Jongere onderhandelt amper

Dit krantenartikel gaat over een onderzoek onder vakantiewerkers. Bij deze tekst horen 4 vragen. 1.   Jongere onderhandelt amper vraag 1 Keuze  

(4)

Jongere onderhandelt amper

Bij vakantiekrachten weinig kennis over arbeidsvoorwaarden.

1 Amsterdam ­ Bijna tweederde van de vakantiewerkers onderhandelt niet over hun salaris. Dat blijkt uit onderzoek van FNVJong, dat vandaag met de vakantiewerkcampagne begint. Een gemiste kans voor sommigen, blijkt uit hetzelfde onderzoek, want een op de vier werkgevers wil trouwe jonge krachten best meer belonen. 2 Overigens betalen de Nederlandse bazen prima. Het minimumloon van een 16­ jarige is ? 3,17 per uur.  Maar uit het onderzoek blijkt dat het gemiddelde brutoloon van een 16­jarige vakantiewerker juist op ? 6,85 per uur ligt. De helft van de jongeren is daar tevreden over. 3 De ondervraagden, 895 jongeren van 13 tot 29 jaar, hebben weinig parate kennis over de collectieve arbeidsvoorwaarden zoals die in de cao's zijn vastgelegd. De helft van de werkgevers informeert hun vakantiewerkers daar niet over. Jongeren weten er hoe dan ook weinig van. Tachtig procent weet niet precies welke regels van toepassing zijn op het vakantiewerk; een op de drie heeft zijn of haar cao gelezen. 4 Overigens begrijpt een op de vier bazen zelf ook niet alle tekst op het loonstrookje van de vakantiewerkers, en keert meer dan de helft van hen het loon 'wel eens' te laat uit. Bijna de helft van de vakantiewerkers, 45 procent, begrijpt het loonstrookje 'een beetje' of 'niet'. 5 Elk jaar hebben ruim een miljoen jongeren een vakantiebaantje. Detailhandel, horeca en gezondheidszorg zijn, net als voorgaande jaren, sectoren waar jongeren het vaakst een extra zakcent verdienen. Wat betekent de titel bij deze tekst? A Jongeren overleggen nauwelijks met hun werkgever over de inhoud van hun werk. B Jongeren overleggen nauwelijks met hun werkgever over hun arbeidsomstandigheden. C Jongeren overleggen nauwelijks met hun werkgever over hun loon. 2.   Jongere onderhandelt amper vraag 2 Keuze  

Jongere onderhandelt amper

Bij vakantiekrachten weinig kennis over arbeidsvoorwaarden.

(5)

1 Amsterdam ­ Bijna tweederde van de vakantiewerkers onderhandelt niet over hun salaris. Dat blijkt uit onderzoek van FNVJong, dat vandaag met de vakantiewerkcampagne begint. Een gemiste kans voor sommigen, blijkt uit hetzelfde onderzoek, want een op de vier werkgevers wil trouwe jonge krachten best meer belonen. 2 Overigens betalen de Nederlandse bazen prima. Het minimumloon van een 16­ jarige is ? 3,17 per uur. Maar uit het onderzoek blijkt dat het gemiddelde brutoloon van  een 16­jarige vakantiewerker juist op ? 6,85 per uur ligt. De helft van de jongeren is daar tevreden over. 3 De ondervraagden, 895 jongeren van 13 tot 29 jaar, hebben weinig parate kennis over de collectieve arbeidsvoorwaarden zoals die in de cao's zijn vastgelegd. De helft van de werkgevers informeert hun vakantiewerkers daar niet over. Jongeren weten er hoe dan ook weinig van. Tachtig procent weet niet precies welke regels van toepassing zijn op het vakantiewerk; een op de drie heeft zijn of haar cao gelezen. 4 Overigens begrijpt een op de vier bazen zelf ook niet alle tekst op het loonstrookje van de vakantiewerkers, en keert meer dan de helft van hen het loon 'wel eens' te laat uit. Bijna de helft van de vakantiewerkers, 45 procent, begrijpt het loonstrookje 'een beetje' of 'niet'. 5 Elk jaar hebben ruim een miljoen jongeren een vakantiebaantje. Detailhandel, horeca en gezondheidszorg zijn, net als voorgaande jaren, sectoren waar jongeren het vaakst een extra zakcent verdienen. Hieronder staan vier uitspraken over jongeren die werken. Welke uitspraak is juist volgens deze tekst? Klik bij elke uitspraak 'juist' of 'niet juist' aan. De meeste jongeren hebben hun cao

gelezen. A juist B niet juist

Gemiddeld krijgen vakantiewerkers van 16 jaar een loon van  ? 6,85 per uur. A juist B niet juist Ongeveer 50% van de werkgevers informeert de vakantiekrachten over de cao. A juist B niet juist In de horeca krijgen de jongeren het best

betaald. A juist B niet juist

3.   Jongere onderhandelt amper vraag 3 Keuze  

(6)

Jongere onderhandelt amper

Bij vakantiekrachten weinig kennis over arbeidsvoorwaarden.

1 Amsterdam ­ Bijna tweederde van de vakantiewerkers onderhandelt niet over hun salaris. Dat blijkt uit onderzoek van FNVJong, dat vandaag met de vakantiewerkcampagne begint. Een gemiste kans voor sommigen, blijkt uit hetzelfde onderzoek, want een op de vier werkgevers wil trouwe jonge krachten best meer belonen. 2 Overigens betalen de Nederlandse bazen prima. Het minimumloon van een 16­ jarige is ? 3,17 per uur.  Maar uit het onderzoek blijkt dat het gemiddelde brutoloon van een 16­jarige vakantiewerker juist op ? 6,85 per uur ligt. De helft van de jongeren is daar tevreden over. 3 De ondervraagden, 895 jongeren van 13 tot 29 jaar, hebben weinig parate kennis over de collectieve arbeidsvoorwaarden zoals die in de cao's zijn vastgelegd. De helft van de werkgevers informeert hun vakantiewerkers daar niet over. Jongeren weten er hoe dan ook weinig van. Tachtig procent weet niet precies welke regels van toepassing zijn op het vakantiewerk; een op de drie heeft zijn of haar cao gelezen. 4 Overigens begrijpt een op de vier bazen zelf ook niet alle tekst op het loonstrookje van de vakantiewerkers, en keert meer dan de helft van hen het loon 'wel eens' te laat uit. Bijna de helft van de vakantiewerkers, 45 procent, begrijpt het loonstrookje 'een beetje' of 'niet'. 5 Elk jaar hebben ruim een miljoen jongeren een vakantiebaantje. Detailhandel, horeca en gezondheidszorg zijn, net als voorgaande jaren, sectoren waar jongeren het vaakst een extra zakcent verdienen. Welk kopje past het best boven alinea 4? A Loonstrookje vaak een probleem B Loonstrookje vaak onvolledig C Loonstrookje vaak te laat 4.   Jongere onderhandelt amper vraag 4 Keuze  

Jongere onderhandelt amper

Bij vakantiekrachten weinig kennis over arbeidsvoorwaarden.

(7)

1 Amsterdam ­ Bijna tweederde van de vakantiewerkers onderhandelt niet over hun salaris. Dat blijkt uit onderzoek van FNVJong, dat vandaag met de vakantiewerkcampagne begint. Een gemiste kans voor sommigen, blijkt uit hetzelfde onderzoek, want een op de vier werkgevers wil trouwe jonge krachten best meer belonen. 2 Overigens betalen de Nederlandse bazen prima. Het minimumloon van een 16­ jarige is ? 3,17 per uur.  Maar uit het onderzoek blijkt dat het gemiddelde brutoloon van een 16­jarige vakantiewerker juist op ? 6,85 per uur ligt. De helft van de jongeren is daar tevreden over. 3 De ondervraagden, 895 jongeren van 13 tot 29 jaar, hebben weinig parate kennis over de collectieve arbeidsvoorwaarden zoals die in de cao's zijn vastgelegd. De helft van de werkgevers informeert hun vakantiewerkers daar niet over. Jongeren weten er hoe dan ook weinig van. Tachtig procent weet niet precies welke regels van toepassing zijn op het vakantiewerk; een op de drie heeft zijn of haar cao gelezen. 4 Overigens begrijpt een op de vier bazen zelf ook niet alle tekst op het loonstrookje van de vakantiewerkers, en keert meer dan de helft van hen het loon 'wel eens' te laat uit. Bijna de helft van de vakantiewerkers, 45 procent, begrijpt het loonstrookje 'een beetje' of 'niet'. 5 Elk jaar hebben ruim een miljoen jongeren een vakantiebaantje. Detailhandel, horeca en gezondheidszorg zijn, net als voorgaande jaren, sectoren waar jongeren het vaakst een extra zakcent verdienen. Wat is de functie van de laatste alinea? A Hier geeft de schrijver een conclusie. B Hier staat nog wat extra informatie in. C Hier wordt de tekst samengevat. i.   Minder eten in de afvalbak ­ intro Materiaal  

Minder eten in de afvalbak

Dit artikel is afkomstig van de universiteit van Wageningen en gaat over het weggooien van voedsel. Bij deze tekst horen 4 vragen. 5.   Minder eten in de vuilnisbak vraag 1 Keuze

(8)

 

Minder eten in de vuilnisbak

1 Nederlandse burgers, boeren, restaurants en supermarkten gooien samen dertig tot veertig procent van het voedsel weg. Dat moet anders, vindt de minister van Economische zaken, Landbouw en Innovatie. Door minder weg te gooien komen onder meer klimaatdoelstellingen dichterbij. 2  In de hele keten gaat voedsel verloren. Nederlandse consumenten gooien voor ongeveer 1,6 miljard euro aan eten weg, zo'n honderd euro per persoon per jaar. Ook bij boeren, handelaren en supermarkten gaat veel voedsel verloren. Het totale verlies bedraagt in Nederland ongeveer 3,6 miljard euro per jaar. Ruim een derde van al het voedsel dat voor mensen was bestemd, belandt dus niet op een bord maar in een varkenstrog of vuilverbrandingsinstallatie. En dat moet anders, stelde de minister in 2007. De minister wil dat er in 2015 twintig procent minder wordt verspild en financierde een aantal projecten en onderzoeken om die doelstelling te halen. 3 Yuca Waarts doet bij het LEI (Landbouw Economisch Instituut) onderzoek naar de verspilling. Volgens Waarts zijn er goede redenen om minder eten weg te gooien. De productie van voedsel kost veel energie. Door minder weg te gooien kun je op een makkelijke manier besparen op de uitstoot van broeikasgassen.  Minder verspilling heeft ook gevolgen voor ontwikkelingslanden. Als Nederlanders minder eten weggooien hebben mensen in ontwikkelingslanden meer te eten, denkt Waarts. "Dat werkt niet direct. Je kunt de boterham die je weggooit niet naar Afrika sturen. Maar als wij minder weggooien is er minder vraag naar bijvoorbeeld graan, en dat kan zorgen voor lagere prijzen, waardoor eten beter betaalbaar wordt", zegt zij. "En voor bedrijven en consumenten komt daar nog eens bij dat ze geld kunnen besparen door zuiniger te zijn met voedsel. Een gemiddeld huishouden kan tot vierhonderd euro per jaar besparen." 4 Ondanks de goede argumenten blijkt de verspilling moeilijk tegen te gaan. Consumenten kopen volgens Waarts te veel eten in en gooien bij het koken voor de zekerheid liever te veel dan te weinig in de pan. Daarnaast verdwijnt veel eten in de groenbak omdat consumenten de ten minste houdbaar tot­ datum erg serieus nemen. Waarts: "De tht­datum geeft aan dat het product tot dat moment kwalitatief goed is. Maar het product is ook na die datum vaak nog best goed te consumeren." Er worden in de tekst verschillende uitspraken gedaan over voedsel. Welke uitspraak is waar?  Klik bij elke uitspraak 'waar' of 'niet waar' aan. Het heeft zin om overgebleven voedsel

naar Afrika te sturen. A waar B niet waar

Een tht­datum moet je serieus nemen. A waar B niet waar

(9)

graanprijs dalen.

Als we minder eten weggooien, is

dat gunstig voor bedrijven. A waar B niet waar

6.   Minder eten in de vuilnisbak vraag 2 Keuze  

Minder eten in de vuilnisbak

1  Nederlandse burgers, boeren, restaurants en supermarkten gooien samen dertig tot veertig procent van het voedsel weg. Dat moet anders, vindt de minister van Economische zaken, Landbouw en Innovatie. Door minder weg te gooien komen onder meer klimaatdoelstellingen dichterbij. 2  In de hele keten gaat voedsel verloren. Nederlandse consumenten gooien voor ongeveer 1,6 miljard euro aan eten weg, zo'n honderd euro per persoon per jaar. Ook bij boeren, handelaren en supermarkten gaat veel voedsel verloren. Het totale verlies bedraagt in Nederland ongeveer 3,6 miljard euro per jaar. Ruim een derde van al het voedsel dat voor mensen was bestemd, belandt dus niet op een bord maar in een varkenstrog of vuilverbrandingsinstallatie. En dat moet anders, stelde de minister in 2007. De minister wil dat er in 2015 twintig procent minder wordt verspild en financierde een aantal projecten en onderzoeken om die doelstelling te halen. 3 Yuca Waarts doet bij het LEI (Landbouw Economisch Instituut) onderzoek naar de verspilling. Volgens Waarts zijn er goede redenen om minder eten weg te gooien. De productie van voedsel kost veel energie. Door minder weg te gooien kun je op een makkelijke manier besparen op de uitstoot van broeikasgassen.  Minder verspilling heeft ook gevolgen voor ontwikkelingslanden. Als Nederlanders minder eten weggooien hebben mensen in ontwikkelingslanden meer te eten, denkt Waarts. "Dat werkt niet direct. Je kunt de boterham die je weggooit niet naar Afrika sturen. Maar als wij minder weggooien is er minder vraag naar bijvoorbeeld graan, en dat kan zorgen voor lagere prijzen, waardoor eten beter betaalbaar wordt", zegt zij. "En voor bedrijven en consumenten komt daar nog eens bij dat ze geld kunnen besparen door zuiniger te zijn met voedsel. Een gemiddeld huishouden kan tot vierhonderd euro per jaar besparen." 4 Ondanks de goede argumenten blijkt de verspilling moeilijk tegen te gaan. Consumenten kopen volgens Waarts te veel eten in en gooien bij het koken voor de zekerheid liever te veel dan te weinig in de pan. Daarnaast verdwijnt veel eten in de groenbak omdat consumenten de ten minste houdbaar tot­ datum erg serieus nemen. Waarts: "De tht­datum geeft aan dat het product tot dat moment kwalitatief goed is. Maar het product is ook na die datum vaak nog best goed te consumeren." Wat is de beste samenvatting van alinea 3?

(10)

A Minder eten weggooien heeft tot gevolg: minder broeikasgassen in de lucht, lagere productie van graan en het besparen van geld. B Minder eten weggooien heeft tot gevolg: minder broeikasgassen in de lucht, meer graan voor ontwikkelingslanden en lage prijzen voor energie. C Minder eten weggooien heeft tot gevolg: minder broeikasgassen in de lucht, minder voedsel sturen naar ontwikkelingslanden en de consumenten betalen minder voor hun energie. 7.   Minder eten in de vuilnisbak vraag 3 Keuze  

Minder eten in de vuilnisbak

1  Nederlandse burgers, boeren, restaurants en supermarkten gooien samen dertig tot veertig procent van het voedsel weg. Dat moet anders, vindt de minister van Economische zaken, Landbouw en Innovatie. Door minder weg te gooien komen onder meer klimaatdoelstellingen dichterbij. 2 In de hele keten gaat voedsel verloren. Nederlandse consumenten gooien voor ongeveer 1,6 miljard euro aan eten weg, zo'n honderd euro per persoon per jaar. Ook bij boeren, handelaren en supermarkten gaat veel voedsel verloren. Het totale verlies bedraagt in Nederland ongeveer 3,6 miljard euro per jaar. Ruim een derde van al het voedsel dat voor mensen was bestemd, belandt dus niet op een bord maar in een varkenstrog of vuilverbrandingsinstallatie. En dat moet anders, stelde de minister in 2007. De minister wil dat er in 2015 twintig procent minder wordt verspild en financierde een aantal projecten en onderzoeken om die doelstelling te halen. 3 Yuca Waarts doet bij het LEI (Landbouw Economisch Instituut) onderzoek naar de verspilling. Volgens Waarts zijn er goede redenen om minder eten weg te gooien. De productie van voedsel kost veel energie. Door minder weg te gooien kun je op een makkelijke manier besparen op de uitstoot van broeikasgassen.  Minder verspilling heeft ook gevolgen voor ontwikkelingslanden. Als Nederlanders minder eten weggooien hebben mensen in ontwikkelingslanden meer te eten, denkt Waarts. "Dat werkt niet direct. Je kunt de boterham die je weggooit niet naar Afrika sturen. Maar als wij minder weggooien is er minder vraag naar bijvoorbeeld graan, en dat kan zorgen voor lagere prijzen, waardoor eten beter betaalbaar wordt", zegt zij. "En voor bedrijven en consumenten komt daar nog eens bij dat ze geld kunnen besparen door zuiniger te zijn met voedsel. Een gemiddeld huishouden kan tot vierhonderd euro per jaar besparen." 4 Ondanks de goede argumenten blijkt de verspilling moeilijk tegen te gaan. Consumenten kopen volgens Waarts te veel eten in en gooien bij het koken voor de zekerheid liever te veel dan te weinig in de pan. Daarnaast verdwijnt veel eten in de groenbak omdat consumenten de ten minste houdbaar tot­ datum erg serieus nemen. Waarts: "De tht­datum geeft aan dat het product tot

(11)

dat moment kwalitatief goed is. Maar het product is ook na die datum vaak nog best goed te consumeren." In alinea 4 staat: "Ondanks de goede argumenten blijkt de verspilling moeilijk tegen te gaan." Hoeveel voorbeelden van verspilling worden er in de laatste alinea genoemd? A 2 B 3 C 4 8.   Minder eten in de vuilnisbak vraag 4 Keuze  

Minder eten in de vuilnisbak

1  Nederlandse burgers, boeren, restaurants en supermarkten gooien samen dertig tot veertig procent van het voedsel weg. Dat moet anders, vindt de minister van Economische zaken, Landbouw en Innovatie. Door minder weg te gooien komen onder meer klimaatdoelstellingen dichterbij. 2  In de hele keten gaat voedsel verloren. Nederlandse consumenten gooien voor ongeveer 1,6 miljard euro aan eten weg, zo'n honderd euro per persoon per jaar. Ook bij boeren, handelaren en supermarkten gaat veel voedsel verloren. Het totale verlies bedraagt in Nederland ongeveer 3,6 miljard euro per jaar. Ruim een derde van al het voedsel dat voor mensen was bestemd, belandt dus niet op een bord maar in een varkenstrog of vuilverbrandingsinstallatie. En dat moet anders, stelde de minister in 2007. De minister wil dat er in 2015 twintig procent minder wordt verspild en financierde een aantal projecten en onderzoeken om die doelstelling te halen. 3 Yuca Waarts doet bij het LEI (Landbouw Economisch Instituut) onderzoek naar de verspilling. Volgens Waarts zijn er goede redenen om minder eten weg te gooien. De productie van voedsel kost veel energie. Door minder weg te gooien kun je op een makkelijke manier besparen op de uitstoot van broeikasgassen.  Minder verspilling heeft ook gevolgen voor ontwikkelingslanden. Als Nederlanders minder eten weggooien hebben mensen in ontwikkelingslanden meer te eten, denkt Waarts. "Dat werkt niet direct. Je kunt de boterham die je weggooit niet naar Afrika sturen. Maar als wij minder weggooien is er minder vraag naar bijvoorbeeld graan, en dat kan zorgen voor lagere prijzen, waardoor eten beter betaalbaar wordt", zegt zij. "En voor bedrijven en consumenten komt daar nog eens bij dat ze geld kunnen besparen door zuiniger te zijn met voedsel. Een gemiddeld huishouden kan tot vierhonderd euro per jaar besparen." 4

(12)

Ondanks de goede argumenten blijkt de verspilling moeilijk tegen te gaan. Consumenten kopen volgens Waarts te veel eten in en gooien bij het koken voor de zekerheid liever te veel dan te weinig in de pan. Daarnaast verdwijnt veel eten in de groenbak omdat consumenten de ten minste houdbaar tot­ datum erg serieus nemen. Waarts: "De tht­datum geeft aan dat het product tot dat moment kwalitatief goed is. Maar het product is ook na die datum vaak nog best goed te consumeren." Wat is de bedoeling van de schrijver van deze tekst? A Hij wil de lezer amuseren. B Hij wil de lezer informeren. C Hij wil de lezer instrueren. i.   Weg met die lange vakantie ­ intro Materiaal  

Weg met die lange vakantie

  Deze tekst is een column en komt uit een krant. Bij deze tekst horen 7 vragen. 9.   Weg met die lange vakanties vraag 1 Keuze  

Weg met die lange vakantie

  1 Omdat boeren honderd jaar geleden hun kinderen in de zomer op het land nodig hadden, zitten we nu nog steeds met die veel te lange zomervakanties. De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf. Maar er zijn inmiddels goede argumenten om de zomervakantie te verkorten tot een maand.  2 Allereerst kunnen ouders nooit zes weken vrij nemen. Er moet dus heel veel worden georganiseerd om de zaak thuis een beetje draaiende te houden. Ten tweede ligt de economie door de zomervakantie minstens van begin juli tot begin september stil. Ik hoorde laatst een ondernemer klagen dat afspraken zelfs al vanaf eind juni over de zomervakantie heen worden getild. Dat is tweeënhalve maand! Ten derde blijkt dat vooral de kwetsbare leerling de dupe is van een te lange schoolvakantie. Juist omdat dit soort leerlingen de stof door veel herhaling tot zich moet nemen, zakt er veel lesstof weg in de vakantie. Daardoor moet na de zomer veel worden herhaald en dat vertraagt hun ontwikkeling. Ten vierde: ook voor een andere groep kinderen duurt de vakantie te lang. Sommige kinderen hebben namelijk geen ouders of oppassers die met ze naar musea en voorstellingen gaan. Zij zitten voornamelijk thuis en kijken daar naar de tv, gamen zich een ongeluk of halen op straat rottigheid uit.

(13)

3 Voor kinderen die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig zijn, betekent het ook dat ze zes weken te weinig aan hun taalontwikkeling kunnen doen. Waar sommige kinderen het geluk hebben dat ze in de vakantie kunnen doorleren doordat ze deelnemen aan allerlei activiteiten thuis en door vakanties naar inspirerende verre oorden, staat de algemene ontwikkeling van andere kinderen zes of zeven weken stil. En vergeet niet, aan het eind van de basisschool heeft een kind bijna anderhalf jaar zomervakantie gehad! 4 Aangezien we niet meer hoeven te oogsten, moet de zomervakantie naar de maatstaven van vandaag worden aangepast. Zo langzamerhand wegen de nadelen namelijk zwaarder dan de voordelen voor de happy few. Wat is de bedoeling van de schrijver van deze tekst? A Hij wil de lezer ervan overtuigen dat de schoolvakanties te lang zijn. B Hij wil de lezer informeren over het nut van schoolvakanties. C Hij wil de lezer uitleg geven over vakantieactiviteiten. 10.   Weg met die lange vakanties vraag 2 Keuze  

Weg met die lange vakantie

1 Omdat boeren honderd jaar geleden hun kinderen in de zomer op het land nodig hadden, zitten we nu nog steeds met die veel te lange zomervakanties. De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf. Maar er zijn inmiddels goede argumenten om de zomervakantie te verkorten tot een maand.  2 Allereerst kunnen ouders nooit zes weken vrij nemen. Er moet dus heel veel worden georganiseerd om de zaak thuis een beetje draaiende te houden. Ten tweede ligt de economie door de zomervakantie minstens van begin juli tot begin september stil. Ik hoorde laatst een ondernemer klagen dat afspraken zelfs al vanaf eind juni over de zomervakantie heen worden getild. Dat is tweeënhalve maand! Ten derde blijkt dat vooral de kwetsbare leerling de dupe is van een te lange schoolvakantie. Juist omdat dit soort leerlingen de stof door veel herhaling tot zich moet nemen, zakt er veel lesstof weg in de vakantie. Daardoor moet na de zomer veel worden herhaald en dat vertraagt hun ontwikkeling. Ten vierde: ook voor een andere groep kinderen duurt de vakantie te lang. Sommige kinderen hebben namelijk geen ouders of oppassers die met ze naar musea en voorstellingen gaan. Zij zitten voornamelijk thuis en kijken daar naar de tv, gamen zich een ongeluk of halen op straat rottigheid uit. 3 Voor kinderen die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig zijn, betekent het ook dat ze zes weken te weinig aan hun taalontwikkeling kunnen doen. Waar sommige kinderen het geluk hebben dat ze in de vakantie kunnen

(14)

doorleren doordat ze deelnemen aan allerlei activiteiten thuis en door vakanties naar inspirerende verre oorden, staat de algemene ontwikkeling van andere kinderen zes of zeven weken stil. En vergeet niet, aan het eind van de basisschool heeft een kind bijna anderhalf jaar zomervakantie gehad! 4 Aangezien we niet meer hoeven te oogsten, moet de zomervakantie naar de maatstaven van vandaag worden aangepast. Zo langzamerhand wegen de nadelen namelijk zwaarder dan de voordelen voor de happy few. Wat doet de schrijver in alinea 1? A De schrijver geeft hier een oorzaak van het ontstaan van lange vakanties. B De schrijver trekt hier de aandacht met een persoonlijk verhaal. C De schrijver vat hier de rest van de tekst samen. 11.   Weg met die lange vakanties vraag 3 Keuze  

Weg met die lange vakantie

  1  Omdat boeren honderd jaar geleden hun kinderen in de zomer op het land nodig hadden, zitten we nu nog steeds met die veel te lange zomervakanties. De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf. Maar er zijn inmiddels goede argumenten om de zomervakantie te verkorten tot een maand.  2 Allereerst kunnen ouders nooit zes weken vrij nemen. Er moet dus heel veel worden georganiseerd om de zaak thuis een beetje draaiende te houden. Ten tweede ligt de economie door de zomervakantie minstens van begin juli tot begin september stil. Ik hoorde laatst een ondernemer klagen dat afspraken zelfs al vanaf eind juni over de zomervakantie heen worden getild. Dat is tweeënhalve maand! Ten derde blijkt dat vooral de kwetsbare leerling de dupe is van een te lange schoolvakantie. Juist omdat dit soort leerlingen de stof door veel herhaling tot zich moet nemen, zakt er veel lesstof weg in de vakantie. Daardoor moet na de zomer veel worden herhaald en dat vertraagt hun ontwikkeling. Ten vierde: ook voor een andere groep kinderen duurt de vakantie te lang. Sommige kinderen hebben namelijk geen ouders of oppassers die met ze naar musea en voorstellingen gaan. Zij zitten voornamelijk thuis en kijken daar naar de tv, gamen zich een ongeluk of halen op straat rottigheid uit. 3 Voor kinderen die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig zijn, betekent het ook dat ze zes weken te weinig aan hun taalontwikkeling kunnen doen. Waar sommige kinderen het geluk hebben dat ze in de vakantie kunnen doorleren doordat ze deelnemen aan allerlei activiteiten thuis en door vakanties naar inspirerende verre oorden, staat de algemene ontwikkeling van andere kinderen zes of zeven weken stil. En vergeet niet, aan het eind van de basisschool heeft een kind bijna anderhalf jaar zomervakantie gehad!

(15)

4 Aangezien we niet meer hoeven te oogsten, moet de zomervakantie naar de maatstaven van vandaag worden aangepast. Zo langzamerhand wegen de nadelen namelijk zwaarder dan de voordelen voor de happy few. In alinea 1 staat: "De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf." Wat wordt bedoeld met de uitspraak "maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf"? A De boeren waren tegen de invoering van de leerplicht. B De leerplicht was toen niet van toepassing op het boerenbedrijf. C Leerlingen moesten helpen bij het binnenhalen van de oogst. 12.   Weg met die lange vakanties vraag 4 Keuze  

Weg met die lange vakantie

1  Omdat boeren honderd jaar geleden hun kinderen in de zomer op het land nodig hadden, zitten we nu nog steeds met die veel te lange zomervakanties. De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf. Maar er zijn inmiddels goede argumenten om de zomervakantie te verkorten tot een maand.  2 Allereerst kunnen ouders nooit zes weken vrij nemen. Er moet dus heel veel worden georganiseerd om de zaak thuis een beetje draaiende te houden. Ten tweede ligt de economie door de zomervakantie minstens van begin juli tot begin september stil. Ik hoorde laatst een ondernemer klagen dat afspraken zelfs al vanaf eind juni over de zomervakantie heen worden getild. Dat is tweeënhalve maand! Ten derde blijkt dat vooral de kwetsbare leerling de dupe is van een te lange schoolvakantie. Juist omdat dit soort leerlingen de stof door veel herhaling tot zich moet nemen, zakt er veel lesstof weg in de vakantie. Daardoor moet na de zomer veel worden herhaald en dat vertraagt hun ontwikkeling. Ten vierde: ook voor een andere groep kinderen duurt de vakantie te lang. Sommige kinderen hebben namelijk geen ouders of oppassers die met ze naar musea en voorstellingen gaan. Zij zitten voornamelijk thuis en kijken daar naar de tv, gamen zich een ongeluk of halen op straat rottigheid uit. 3 Voor kinderen die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig zijn, betekent het ook dat ze zes weken te weinig aan hun taalontwikkeling kunnen doen. Waar sommige kinderen het geluk hebben dat ze in de vakantie kunnen doorleren doordat ze deelnemen aan allerlei activiteiten thuis en door vakanties naar inspirerende verre oorden, staat de algemene ontwikkeling van andere kinderen zes of zeven weken stil. En vergeet niet, aan het eind van de

(16)

basisschool heeft een kind bijna anderhalf jaar zomervakantie gehad! 4 Aangezien we niet meer hoeven te oogsten, moet de zomervakantie naar de maatstaven van vandaag worden aangepast. Zo langzamerhand wegen de nadelen namelijk zwaarder dan de voordelen voor de happy few. In alinea 2 staat: "Dat is tweeënhalve maand!" Welke emotie blijkt uit deze uitroep? A afkeuring B jaloezie C opluchting 13.   Weg met die lange vakanties vraag 5 Keuze  

Weg met die lange vakantie

1 Omdat boeren honderd jaar geleden hun kinderen in de zomer op het land nodig hadden, zitten we nu nog steeds met die veel te lange zomervakanties. De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf. Maar er zijn inmiddels goede argumenten om de zomervakantie te verkorten tot een maand.  2 Allereerst kunnen ouders nooit zes weken vrij nemen. Er moet dus heel veel worden georganiseerd om de zaak thuis een beetje draaiende te houden. Ten tweede ligt de economie door de zomervakantie minstens van begin juli tot begin september stil. Ik hoorde laatst een ondernemer klagen dat afspraken zelfs al vanaf eind juni over de zomervakantie heen worden getild. Dat is tweeënhalve maand! Ten derde blijkt dat vooral de kwetsbare leerling de dupe is van een te lange schoolvakantie. Juist omdat dit soort leerlingen de stof door veel herhaling tot zich moet nemen, zakt er veel lesstof weg in de vakantie. Daardoor moet na de zomer veel worden herhaald en dat vertraagt hun ontwikkeling. Ten vierde: ook voor een andere groep kinderen duurt de vakantie te lang. Sommige kinderen hebben namelijk geen ouders of oppassers die met ze naar musea en voorstellingen gaan. Zij zitten voornamelijk thuis en kijken daar naar de tv, gamen zich een ongeluk of halen op straat rottigheid uit. 3 Voor kinderen die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig zijn, betekent het ook dat ze zes weken te weinig aan hun taalontwikkeling kunnen doen. Waar sommige kinderen het geluk hebben dat ze in de vakantie kunnen doorleren doordat ze deelnemen aan allerlei activiteiten thuis en door vakanties naar inspirerende verre oorden, staat de algemene ontwikkeling van andere kinderen zes of zeven weken stil. En vergeet niet, aan het eind van de basisschool heeft een kind bijna anderhalf jaar zomervakantie gehad!

(17)

4 Aangezien we niet meer hoeven te oogsten, moet de zomervakantie naar de maatstaven van vandaag worden aangepast. Zo langzamerhand wegen de nadelen namelijk zwaarder dan de voordelen voor de happy few. Ouders hebben last van de lange vakantie. Welk argument geeft de schrijver? A Ouders moeten thuis veel regelen, omdat ze nooit zes weken vrij kunnen nemen. B Ouders vinden de economie belangrijker dan lange vakanties. C Ouders vinden een bezoek aan musea en verre oorden niet zinvol. 14.   Weg met die lange vakanties vraag 6 Keuze  

Weg met die lange vakantie

  1 Omdat boeren honderd jaar geleden hun kinderen in de zomer op het land nodig hadden, zitten we nu nog steeds met die veel te lange zomervakanties. De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf. Maar er zijn inmiddels goede argumenten om de zomervakantie te verkorten tot een maand.  2 Allereerst kunnen ouders nooit zes weken vrij nemen. Er moet dus heel veel worden georganiseerd om de zaak thuis een beetje draaiende te houden. Ten tweede ligt de economie door de zomervakantie minstens van begin juli tot begin september stil. Ik hoorde laatst een ondernemer klagen dat afspraken zelfs al vanaf eind juni over de zomervakantie heen worden getild. Dat is tweeënhalve maand! Ten derde blijkt dat vooral de kwetsbare leerling de dupe is van een te lange schoolvakantie. Juist omdat dit soort leerlingen de stof door veel herhaling tot zich moet nemen, zakt er veel lesstof weg in de vakantie. Daardoor moet na de zomer veel worden herhaald en dat vertraagt hun ontwikkeling. Ten vierde: ook voor een andere groep kinderen duurt de vakantie te lang. Sommige kinderen hebben namelijk geen ouders of oppassers die met ze naar musea en voorstellingen gaan. Zij zitten voornamelijk thuis en kijken daar naar de tv, gamen zich een ongeluk of halen op straat rottigheid uit. 3 Voor kinderen die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig zijn, betekent het ook dat ze zes weken te weinig aan hun taalontwikkeling kunnen doen. Waar sommige kinderen het geluk hebben dat ze in de vakantie kunnen doorleren doordat ze deelnemen aan allerlei activiteiten thuis en door vakanties naar inspirerende verre oorden, staat de algemene ontwikkeling van andere kinderen zes of zeven weken stil. En vergeet niet, aan het eind van de basisschool heeft een kind bijna anderhalf jaar zomervakantie gehad!

(18)

4 Aangezien we niet meer hoeven te oogsten, moet de zomervakantie naar de maatstaven van vandaag worden aangepast. Zo langzamerhand wegen de nadelen namelijk zwaarder dan de voordelen voor de happy few. Noemt de schrijver voordelen van een lange vakantie? A Ja, maar hij noemt alleen voordelen voor de ouders. B Ja, maar hij noemt alleen voordelen voor het bedrijfsleven. C Nee, hij noemt alleen maar nadelen. 15.   Weg met die lange vakanties vraag 7 Keuze  

Weg met die lange vakantie

1  Omdat boeren honderd jaar geleden hun kinderen in de zomer op het land nodig hadden, zitten we nu nog steeds met die veel te lange zomervakanties. De leerplicht was prima, maar in de zomer golden de wetten van het boerenbedrijf. Maar er zijn inmiddels goede argumenten om de zomervakantie te verkorten tot een maand.  2 Allereerst kunnen ouders nooit zes weken vrij nemen. Er moet dus heel veel worden georganiseerd om de zaak thuis een beetje draaiende te houden. Ten tweede ligt de economie door de zomervakantie minstens van begin juli tot begin september stil. Ik hoorde laatst een ondernemer klagen dat afspraken zelfs al vanaf eind juni over de zomervakantie heen worden getild. Dat is tweeënhalve maand! Ten derde blijkt dat vooral de kwetsbare leerling de dupe is van een te lange schoolvakantie. Juist omdat dit soort leerlingen de stof door veel herhaling tot zich moet nemen, zakt er veel lesstof weg in de vakantie. Daardoor moet na de zomer veel worden herhaald en dat vertraagt hun ontwikkeling. Ten vierde: ook voor een andere groep kinderen duurt de vakantie te lang. Sommige kinderen hebben namelijk geen ouders of oppassers die met ze naar musea en voorstellingen gaan. Zij zitten voornamelijk thuis en kijken daar naar de tv, gamen zich een ongeluk of halen op straat rottigheid uit. 3 Voor kinderen die de Nederlandse taal nog onvoldoende machtig zijn, betekent het ook dat ze zes weken te weinig aan hun taalontwikkeling kunnen doen. Waar sommige kinderen het geluk hebben dat ze in de vakantie kunnen doorleren doordat ze deelnemen aan allerlei activiteiten thuis en door vakanties naar inspirerende verre oorden, staat de algemene ontwikkeling van andere kinderen zes of zeven weken stil. En vergeet niet, aan het eind van de basisschool heeft een kind bijna anderhalf jaar zomervakantie gehad! 4 Aangezien we niet meer hoeven te oogsten, moet de zomervakantie naar de maatstaven van vandaag worden aangepast. Zo langzamerhand wegen de nadelen namelijk zwaarder dan de voordelen voor de happy few.

(19)

In de laatste alinea staat: "Zo langzamerhand wegen de nadelen zwaarder dan de voordelen voor de happy few." Wie worden hier bedoeld met de "happy few"? A Kinderen die de Nederlandse taal nog niet goed kennen. B Kinderen die leerzame dingen doen in de vakantie. C Kinderen die veel gamen en televisie kijken. i.   Wat moet ik doen als ik ga verhuizen ­ intro Materiaal  

Wat moet ik doen als ik ga verhuizen?

Deze tekst is afkomstig van een site van de overheid. Bij deze tekst horen 6 vragen. 16.   Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? vraag 1 Keuze  

Wat moet ik doen als ik ga verhuizen?

Hieronder staat een stappenplan. Dit kunt u volgen als u verhuist. Of u nu een nieuw energiebedrijf kiest of niet. Dan weet u zeker dat uw aansluiting op elektriciteit en op gas goed wordt geregeld. 1 Zoek uit welk energiebedrijf u nu hebt U kunt voor gas en voor elektriciteit een ander energiebedrijf hebben. Dan moet u de volgende stappen voor beide energiebedrijven volgen. 2  Meld snel dat u gaat verhuizen Meld uw energiebedrijf zo snel mogelijk dat u gaat verhuizen. U kunt dit al vanaf drie maanden van tevoren doen. Doe dit uiterlijk twee weken voordat u verhuist. Dan kan uw energiebedrijf alles goed voor u in orde maken. 3 De meterstanden in uw oude huis Had u een koophuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe eigenaar de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Vaak ziet u de nieuwe eigenaar bij de sleuteloverdracht. Neemt u dan een meterstandenformulier mee. Dan kunt u dat samen invullen en er allebei uw handtekening op zetten. Had u een huurhuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe huurder de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Kunt u niet met de nieuwe huurder afspreken? Dan kunt u het beste uw verhuurder vragen om samen met u de

(20)

meterstanden in te vullen en een handtekening op het formulier te zetten. 4 De meterstanden in uw nieuwe huis Zorg dat u de meterstanden in uw nieuwe huis opschrijft op de dag dat u de sleutel krijgt. Hebt u uw energiebedrijf gemeld dat u verhuist? Dan stuurt uw energiebedrijf u binnen een paar dagen een ontvangstbevestiging. Dit is een bewijs dat het energiebedrijf weet dat u verhuist. Het energiebedrijf stuurt u daarbij een formulier voor uw meterstanden. U moet dit formulier invullen op de dag dat u de sleutel van uw nieuwe huis krijgt. U schrijft de meterstanden op van uw gasmeter en van uw elektriciteitsmeter in uw nieuwe huis. Dit kunt u het beste samen met de vorige bewoner doen. U zet allebei uw handtekening op het formulier. Dan bent u het er over eens wie vanaf welk moment de energie betaalt. Uw energiebedrijf geeft deze meterstanden door aan uw netbeheerder. Dat hoeft u dus niet zelf te doen. De netbeheerder registreert alle aansluitingen en zorgt voor het transport in zijn gebied. 5  Stuur de meterstanden binnen vijftien dagen op Hebt u het formulier helemaal ingevuld? En staat uw handtekening eronder? Stuur het formulier dan snel op naar uw energiebedrijf. U moet dit doen binnen vijftien dagen na de dag dat u bent verhuisd. 6 U krijgt een rekening na de verhuizing. Zodra uw energiebedrijf het formulier met uw meterstanden terugkrijgt, staat uw verhuizing in de administratie van het energiebedrijf. Uw oude huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw oude huis de eindafrekening voor de energie die u in uw oude huis hebt gebruikt. Uw nieuwe huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw nieuwe huis ook een brief. Daarin staat vanaf wanneer u daar energie krijgt. En er staan de meterstanden in waarmee u in uw nieuwe huis begint. Ook staat er hoeveel u vooraf aan uw energiebedrijf moet betalen om energie te krijgen in uw nieuwe huis. Dit is het voorschotbedrag. Hieronder staan drie titels. Welke titel past het best boven deze tekst? A Verhuizen en uw energiebedrijf B Verhuizen en uw energiegebruik C Verhuizen en uw energierekening 17.   Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? vraag 2 Keuze  

Wat moet ik doen als ik ga verhuizen?

Hieronder staat een stappenplan. Dit kunt u volgen als u verhuist. Of u nu een

(21)

nieuw energiebedrijf kiest of niet. Dan weet u zeker dat uw aansluiting op elektriciteit en op gas goed wordt geregeld. 1 Zoek uit welk energiebedrijf u nu hebt U kunt voor gas en voor elektriciteit een ander energiebedrijf hebben. Dan moet u de volgende stappen voor beide energiebedrijven volgen. 2 Meld snel dat u gaat verhuizen Meld uw energiebedrijf zo snel mogelijk dat u gaat verhuizen. U kunt dit al vanaf drie maanden van tevoren doen. Doe dit uiterlijk twee weken voordat u verhuist. Dan kan uw energiebedrijf alles goed voor u in orde maken. 3 De meterstanden in uw oude huis Had u een koophuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe eigenaar de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Vaak ziet u de nieuwe eigenaar bij de sleuteloverdracht. Neemt u dan een meterstandenformulier mee. Dan kunt u dat samen invullen en er allebei uw handtekening op zetten. Had u een huurhuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe huurder de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Kunt u niet met de nieuwe huurder afspreken? Dan kunt u het beste uw verhuurder vragen om samen met u de meterstanden in te vullen en een handtekening op het formulier te zetten. 4 De meterstanden in uw nieuwe huis Zorg dat u de meterstanden in uw nieuwe huis opschrijft op de dag dat u de sleutel krijgt. Hebt u uw energiebedrijf gemeld dat u verhuist? Dan stuurt uw energiebedrijf u binnen een paar dagen een ontvangstbevestiging. Dit is een bewijs dat het energiebedrijf weet dat u verhuist. Het energiebedrijf stuurt u daarbij een formulier voor uw meterstanden. U moet dit formulier invullen op de dag dat u de sleutel van uw nieuwe huis krijgt. U schrijft de meterstanden op van uw gasmeter en van uw elektriciteitsmeter in uw nieuwe huis. Dit kunt u het beste samen met de vorige bewoner doen. U zet allebei uw handtekening op het formulier. Dan bent u het er over eens wie vanaf welk moment de energie betaalt. Uw energiebedrijf geeft deze meterstanden door aan uw netbeheerder. Dat hoeft u dus niet zelf te doen. De netbeheerder registreert alle aansluitingen en zorgt voor het transport in zijn gebied. 5 Stuur de meterstanden binnen vijftien dagen op Hebt u het formulier helemaal ingevuld? En staat uw handtekening eronder? Stuur het formulier dan snel op naar uw energiebedrijf. U moet dit doen binnen vijftien dagen na de dag dat u bent verhuisd. 6 U krijgt een rekening na de verhuizing. Zodra uw energiebedrijf het formulier met uw meterstanden terugkrijgt, staat uw verhuizing in de administratie van het energiebedrijf. Uw oude huis

(22)

Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw oude huis de eindafrekening voor de energie die u in uw oude huis hebt gebruikt. Uw nieuwe huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw nieuwe huis ook een brief. Daarin staat vanaf wanneer u daar energie krijgt. En er staan de meterstanden in waarmee u in uw nieuwe huis begint. Ook staat er hoeveel u vooraf aan uw energiebedrijf moet betalen om energie te krijgen in uw nieuwe huis. Dit is het voorschotbedrag. Voor wie is deze tekst bedoeld? A Voor mensen die in verband met een verhuizing de energievoorziening willen regelen. B Voor mensen die na verhuizing de meterstanden door willen geven aan het energiebedrijf. C Voor mensen die na verhuizing een ander energiebedrijf willen inschakelen. 18.   Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? vraag 3 Keuze  

Wat moet ik doen als ik ga verhuizen?

Hieronder staat een stappenplan. Dit kunt u volgen als u verhuist. Of u nu een nieuw energiebedrijf kiest of niet. Dan weet u zeker dat uw aansluiting op elektriciteit en op gas goed wordt geregeld. 1 Zoek uit welk energiebedrijf u nu hebt U kunt voor gas en voor elektriciteit een ander energiebedrijf hebben. Dan moet u de volgende stappen voor beide energiebedrijven volgen. 2 Meld snel dat u gaat verhuizen Meld uw energiebedrijf zo snel mogelijk dat u gaat verhuizen. U kunt dit al vanaf drie maanden van tevoren doen. Doe dit uiterlijk twee weken voordat u verhuist. Dan kan uw energiebedrijf alles goed voor u in orde maken. 3 De meterstanden in uw oude huis Had u een koophuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe eigenaar de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Vaak ziet u de nieuwe eigenaar bij de sleuteloverdracht. Neemt u dan een meterstandenformulier mee. Dan kunt u dat samen invullen en er allebei uw handtekening op zetten. Had u een huurhuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe huurder de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Kunt u niet met de nieuwe huurder afspreken? Dan kunt u het beste uw verhuurder vragen om samen met u de meterstanden in te vullen en een handtekening op het formulier te zetten. 4 De meterstanden in uw nieuwe huis

(23)

Zorg dat u de meterstanden in uw nieuwe huis opschrijft op de dag dat u de sleutel krijgt. Hebt u uw energiebedrijf gemeld dat u verhuist? Dan stuurt uw energiebedrijf u binnen een paar dagen een ontvangstbevestiging. Dit is een bewijs dat het energiebedrijf weet dat u verhuist. Het energiebedrijf stuurt u daarbij een formulier voor uw meterstanden. U moet dit formulier invullen op de dag dat u de sleutel van uw nieuwe huis krijgt. U schrijft de meterstanden op van uw gasmeter en van uw elektriciteitsmeter in uw nieuwe huis. Dit kunt u het beste samen met de vorige bewoner doen. U zet allebei uw handtekening op het formulier. Dan bent u het er over eens wie vanaf welk moment de energie betaalt. Uw energiebedrijf geeft deze meterstanden door aan uw netbeheerder. Dat hoeft u dus niet zelf te doen. De netbeheerder registreert alle aansluitingen en zorgt voor het transport in zijn gebied. 5 Stuur de meterstanden binnen vijftien dagen op Hebt u het formulier helemaal ingevuld? En staat uw handtekening eronder? Stuur het formulier dan snel op naar uw energiebedrijf. U moet dit doen binnen vijftien dagen na de dag dat u bent verhuisd. 6 U krijgt een rekening na de verhuizing. Zodra uw energiebedrijf het formulier met uw meterstanden terugkrijgt, staat uw verhuizing in de administratie van het energiebedrijf. Uw oude huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw oude huis de eindafrekening voor de energie die u in uw oude huis hebt gebruikt. Uw nieuwe huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw nieuwe huis ook een brief. Daarin staat vanaf wanneer u daar energie krijgt. En er staan de meterstanden in waarmee u in uw nieuwe huis begint. Ook staat er hoeveel u vooraf aan uw energiebedrijf moet betalen om energie te krijgen in uw nieuwe huis. Dit is het voorschotbedrag. Wat moet je volgens deze tekst doen bij een verhuizing?  Klik bij elke uitspraak 'wel doen' of 'niet doen' aan. De verhuizing melden aan je energiebedrijf op de dag van de verhuizing. A wel doen B niet doen Op de dag dat je de sleutel aan de nieuwe eigenaar geeft, samen met hem de meterstanden noteren. A wel doen B niet doen De genoteerde meterstanden opsturen naar het energiebedrijf. A wel doen B niet doen

Contact opnemen met de netbeheerder. A wel doen B niet doen

19.   Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? vraag 4 Keuze  

Wat moet ik doen als ik ga verhuizen?

(24)

nieuw energiebedrijf kiest of niet. Dan weet u zeker dat uw aansluiting op elektriciteit en op gas goed wordt geregeld. 1 Zoek uit welk energiebedrijf u nu hebt U kunt voor gas en voor elektriciteit een ander energiebedrijf hebben. Dan moet u de volgende stappen voor beide energiebedrijven volgen. 2  Meld snel dat u gaat verhuizen Meld uw energiebedrijf zo snel mogelijk dat u gaat verhuizen. U kunt dit al vanaf drie maanden van tevoren doen. Doe dit uiterlijk twee weken voordat u verhuist. Dan kan uw energiebedrijf alles goed voor u in orde maken. 3 De meterstanden in uw oude huis Had u een koophuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe eigenaar de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Vaak ziet u de nieuwe eigenaar bij de sleuteloverdracht. Neemt u dan een meterstandenformulier mee. Dan kunt u dat samen invullen en er allebei uw handtekening op zetten. Had u een huurhuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe huurder de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Kunt u niet met de nieuwe huurder afspreken? Dan kunt u het beste uw verhuurder vragen om samen met u de meterstanden in te vullen en een handtekening op het formulier te zetten. 4 De meterstanden in uw nieuwe huis Zorg dat u de meterstanden in uw nieuwe huis opschrijft op de dag dat u de sleutel krijgt. Hebt u uw energiebedrijf gemeld dat u verhuist? Dan stuurt uw energiebedrijf u binnen een paar dagen een ontvangstbevestiging. Dit is een bewijs dat het energiebedrijf weet dat u verhuist. Het energiebedrijf stuurt u daarbij een formulier voor uw meterstanden. U moet dit formulier invullen op de dag dat u de sleutel van uw nieuwe huis krijgt. U schrijft de meterstanden op van uw gasmeter en van uw elektriciteitsmeter in uw nieuwe huis. Dit kunt u het beste samen met de vorige bewoner doen. U zet allebei uw handtekening op het formulier. Dan bent u het er over eens wie vanaf welk moment de energie betaalt. Uw energiebedrijf geeft deze meterstanden door aan uw netbeheerder. Dat hoeft u dus niet zelf te doen. De netbeheerder registreert alle aansluitingen en zorgt voor het transport in zijn gebied. 5  Stuur de meterstanden binnen vijftien dagen op Hebt u het formulier helemaal ingevuld? En staat uw handtekening eronder? Stuur het formulier dan snel op naar uw energiebedrijf. U moet dit doen binnen vijftien dagen na de dag dat u bent verhuisd. 6 U krijgt een rekening na de verhuizing. Zodra uw energiebedrijf het formulier met uw meterstanden terugkrijgt, staat uw verhuizing in de administratie van het energiebedrijf. Uw oude huis

(25)

Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw oude huis de eindafrekening voor de energie die u in uw oude huis hebt gebruikt. Uw nieuwe huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw nieuwe huis ook een brief. Daarin staat vanaf wanneer u daar energie krijgt. En er staan de meterstanden in waarmee u in uw nieuwe huis begint. Ook staat er hoeveel u vooraf aan uw energiebedrijf moet betalen om energie te krijgen in uw nieuwe huis. Dit is het voorschotbedrag. Miranda is verhuisd. Ze neemt de meterstanden op in haar nieuwe huis. Waar moet Miranda de meterstanden naartoe sturen? A naar de netwerkbeheerder B naar de vorige bewoner C naar het energiebedrijf 20.   Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? vraag 5 Keuze  

Wat moet ik doen als ik ga verhuizen?

Hieronder staat een stappenplan. Dit kunt u volgen als u verhuist. Of u nu een nieuw energiebedrijf kiest of niet. Dan weet u zeker dat uw aansluiting op elektriciteit en op gas goed wordt geregeld. 1 Zoek uit welk energiebedrijf u nu hebt U kunt voor gas en voor elektriciteit een ander energiebedrijf hebben. Dan moet u de volgende stappen voor beide energiebedrijven volgen. 2 Meld snel dat u gaat verhuizen Meld uw energiebedrijf zo snel mogelijk dat u gaat verhuizen. U kunt dit al vanaf drie maanden van tevoren doen. Doe dit uiterlijk twee weken voordat u verhuist. Dan kan uw energiebedrijf alles goed voor u in orde maken. 3 De meterstanden in uw oude huis Had u een koophuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe eigenaar de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Vaak ziet u de nieuwe eigenaar bij de sleuteloverdracht. Neemt u dan een meterstandenformulier mee. Dan kunt u dat samen invullen en er allebei uw handtekening op zetten. Had u een huurhuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe huurder de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Kunt u niet met de nieuwe huurder afspreken? Dan kunt u het beste uw verhuurder vragen om samen met u de meterstanden in te vullen en een handtekening op het formulier te zetten. 4 De meterstanden in uw nieuwe huis

(26)

Zorg dat u de meterstanden in uw nieuwe huis opschrijft op de dag dat u de sleutel krijgt. Hebt u uw energiebedrijf gemeld dat u verhuist? Dan stuurt uw energiebedrijf u binnen een paar dagen een ontvangstbevestiging. Dit is een bewijs dat het energiebedrijf weet dat u verhuist. Het energiebedrijf stuurt u daarbij een formulier voor uw meterstanden. U moet dit formulier invullen op de dag dat u de sleutel van uw nieuwe huis krijgt. U schrijft de meterstanden op van uw gasmeter en van uw elektriciteitsmeter in uw nieuwe huis. Dit kunt u het beste samen met de vorige bewoner doen. U zet allebei uw handtekening op het formulier. Dan bent u het er over eens wie vanaf welk moment de energie betaalt. Uw energiebedrijf geeft deze meterstanden door aan uw netbeheerder. Dat hoeft u dus niet zelf te doen. De netbeheerder registreert alle aansluitingen en zorgt voor het transport in zijn gebied. 5 Stuur de meterstanden binnen vijftien dagen op Hebt u het formulier helemaal ingevuld? En staat uw handtekening eronder? Stuur het formulier dan snel op naar uw energiebedrijf. U moet dit doen binnen vijftien dagen na de dag dat u bent verhuisd. 6 U krijgt een rekening na de verhuizing. Zodra uw energiebedrijf het formulier met uw meterstanden terugkrijgt, staat uw verhuizing in de administratie van het energiebedrijf. Uw oude huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw oude huis de eindafrekening voor de energie die u in uw oude huis hebt gebruikt. Uw nieuwe huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw nieuwe huis ook een brief. Daarin staat vanaf wanneer u daar energie krijgt. En er staan de meterstanden in waarmee u in uw nieuwe huis begint. Ook staat er hoeveel u vooraf aan uw energiebedrijf moet betalen om energie te krijgen in uw nieuwe huis. Dit is het voorschotbedrag. Is het verplicht dit stappenplan te volgen als je verhuist? A Ja, omdat de netwerkbeheerder dit voorschrijft. B Ja, want anders krijg je niet op tijd de energie geleverd. C Nee, het is alleen nodig als je voor een ander energiebedrijf kiest. D Nee, het is handig om het plan te volgen als je niets wilt vergeten. 21.   Wat moet ik doen als ik ga verhuizen? vraag 6 Keuze  

Wat moet ik doen als ik ga verhuizen?

Hieronder staat een stappenplan. Dit kunt u volgen als u verhuist. Of u nu een nieuw energiebedrijf kiest of niet. Dan weet u zeker dat uw aansluiting op elektriciteit en op gas goed wordt geregeld. 1 Zoek uit welk energiebedrijf u nu hebt U kunt voor gas en voor elektriciteit een ander energiebedrijf hebben. Dan

(27)

moet u de volgende stappen voor beide energiebedrijven volgen. 2  Meld snel dat u gaat verhuizen Meld uw energiebedrijf zo snel mogelijk dat u gaat verhuizen. U kunt dit al vanaf drie maanden van tevoren doen. Doe dit uiterlijk twee weken voordat u verhuist. Dan kan uw energiebedrijf alles goed voor u in orde maken. 3 De meterstanden in uw oude huis Had u een koophuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe eigenaar de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Vaak ziet u de nieuwe eigenaar bij de sleuteloverdracht. Neemt u dan een meterstandenformulier mee. Dan kunt u dat samen invullen en er allebei uw handtekening op zetten. Had u een huurhuis? Dan is het belangrijk om samen met de nieuwe huurder de meterstanden in uw oude huis op te schrijven. Kunt u niet met de nieuwe huurder afspreken? Dan kunt u het beste uw verhuurder vragen om samen met u de meterstanden in te vullen en een handtekening op het formulier te zetten. 4 De meterstanden in uw nieuwe huis Zorg dat u de meterstanden in uw nieuwe huis opschrijft op de dag dat u de sleutel krijgt. Hebt u uw energiebedrijf gemeld dat u verhuist? Dan stuurt uw energiebedrijf u binnen een paar dagen een ontvangstbevestiging. Dit is een bewijs dat het energiebedrijf weet dat u verhuist. Het energiebedrijf stuurt u daarbij een formulier voor uw meterstanden. U moet dit formulier invullen op de dag dat u de sleutel van uw nieuwe huis krijgt. U schrijft de meterstanden op van uw gasmeter en van uw elektriciteitsmeter in uw nieuwe huis. Dit kunt u het beste samen met de vorige bewoner doen. U zet allebei uw handtekening op het formulier. Dan bent u het er over eens wie vanaf welk moment de energie betaalt. Uw energiebedrijf geeft deze meterstanden door aan uw netbeheerder. Dat hoeft u dus niet zelf te doen. De netbeheerder registreert alle aansluitingen en zorgt voor het transport in zijn gebied. 5  Stuur de meterstanden binnen vijftien dagen op Hebt u het formulier helemaal ingevuld? En staat uw handtekening eronder? Stuur het formulier dan snel op naar uw energiebedrijf. U moet dit doen binnen vijftien dagen na de dag dat u bent verhuisd. 6 U krijgt een rekening na de verhuizing. Zodra uw energiebedrijf het formulier met uw meterstanden terugkrijgt, staat uw verhuizing in de administratie van het energiebedrijf. Uw oude huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw oude huis de eindafrekening voor de energie die u in uw oude huis hebt gebruikt. Uw nieuwe huis Heeft uw energiebedrijf uw verhuizing verwerkt? Dan krijgt u voor uw nieuwe huis ook een brief. Daarin staat vanaf wanneer u daar energie krijgt. En er staan de meterstanden in waarmee u in uw nieuwe huis begint. Ook staat er

(28)

hoeveel u vooraf aan uw energiebedrijf moet betalen om energie te krijgen in uw nieuwe huis. Dit is het voorschotbedrag. Carmen gaat binnenkort verhuizen. Wanneer kan zij aan het energiebedrijf doorgeven dat ze gaat verhuizen? A Drie maanden vóór de dag van de verhuizing tot twee weken na de dag van de verhuizing. B Drie maanden vóór de dag van de verhuizing tot twee weken vóór de dag van de verhuizing. C Twee weken vóór de dag van de verhuizing tot twee weken na de dag van de verhuizing.

i..   Mobiel schade melden ­ intro Materiaal  

Mobiel schademelden

Je ziet een filmpje waarin Henk in zijn auto tegen de auto van Vera botst. In het filmpje wordt uitgelegd hoe je de schade kunt melden. Het fragment duurt ongeveer 2.30 minuten. Bij dit fragment horen 8 vragen. Videofragment afspelen   22.   Mobiel schade melden vraag 1 Keuze   Videofragment afspelen   Bij dit fragment horen 2 vragen. Het filmpje begint met een aanrijding. Wat wordt hier bedoeld met: "Een aanrijding zit in een klein hoekje"? A Bij de aanrijding is een hoek van het voertuig beschadigd. B De aanrijding is gebeurd op een hoek van de weg. C Een aanrijding kan altijd onverwacht gebeuren. 23.   Mobiel schade melden vraag 2 Keuze   Videofragment afspelen

(29)

    Bij dit fragment horen 2 vragen. Henk is met zijn auto tegen die van Vera aangereden. Wat hebben Henk en Vera nodig om de aanrijding snel af te handelen? A Henk en Vera hebben allebei een mobiele telefoon met internet nodig. B Henk en Vera hebben allebei een mobiele telefoon nodig, waarvan één met internet. C Henk en Vera hebben alleen een schadeformulier nodig. D Henk en Vera hebben een schadeformulier en een mobiele telefoon nodig. 24.   Mobiel schade melden vraag 3 Keuze   Videofragment afspelen     Bij de website uit het filmpje kun je de schade melden die bij een aanrijding is ontstaan. Van wie is de website waarbij je de schade kunt melden? A van alle verzekeraars bij elkaar B van een bepaalde verzekeraar C van enkele verzekeraars 25.   Mobiel schade melden vraag 4 Keuze   Videofragment afspelen   Henk en Vera willen gezamenlijk met hun mobiele telefoon de autoschade melden. Hiervoor moeten ze een aantal stappen doorlopen.  Zij maken eerst een foto van de situatie, voeren in dat er geen gewonden zijn en voeren de soort schade in. In welke volgorde moeten Henk en Vera de andere gegevens in de mobiele telefoon invoeren? A eigen kenteken en naam ­ kenteken en naam van de tegenpartij ­ telefoonnummer tegenpartij B eigen kenteken en naam ­ telefoonnummer tegenpartij ­ kenteken en naam van de tegenpartij C kenteken en naam van de tegenpartij ­ eigen kenteken en naam ­ telefoonnummer tegenpartij

(30)

26.   Mobiel schade melden vraag 5 Keuze   Videofragment afspelen   Bij dit fragment horen 4 vragen. Wanneer de gegevens verstuurd zijn, krijg je via de mobiele telefoon een bericht terug met een aantal gegevens. Welke gegevens komen automatisch in beeld nadat beide partijen de antwoorden hebben ingevoerd?  Klik drie goede antwoorden aan. A de locatie van de aanrijding B de namen van de verzekeraars C het kenteken van beide voertuigen D het telefoonnummer van beide partijen E het tijdstip van de aanrijding 27.   Mobiel schade melden vraag 6 Keuze   Videofragment afspelen   Bij dit fragment horen 4 vragen. Vera ontvangt als tegenpartij heel snel na het invoeren van de gegevens een sms'je. Wat staat er in dat sms'je? A een digitale handtekening B een link naar de online aangifte C een samenvatting van de schademelding 28.   Mobiel schade melden vraag 7 Keuze   Videofragment afspelen     Bij dit fragment horen 4 vragen. Vera ontvangt na de gezamenlijke invoer een cijfercode.

(31)

Waarom moet Henk deze cijfercode invoeren? A Hiermee is bekend onder welk nummer de schade bekend is bij de verzekeraar. B Hiermee kan hij inloggen bij zijn verzekeringsmaatschappij. C Hiermee ondertekent Vera de schademelding. 29.   Mobiel schade melden vraag 8 Keuze   Videofragment afspelen   Bij dit fragment horen 4 vragen. Zowel Henk als Vera ontvangen tot slot een e­mail. Waarom ontvangen Henk en Vera deze e­mail? A Ze kunnen dan de online aangifte nog eens nalezen en eventueel compleet maken. B Ze kunnen dan de online aangifte nog eens nalezen en opnieuw versturen. C Ze kunnen dan online de aangifte alsnog ongedaan maken. i.   Op pad met de mystery shopper ­ intro Materiaal  

Op pad met de mystery shopper 

Je hoort een radiofragment over mensen die werken als mystery shopper. Ze gaan naar winkels en doen alsof ze klant zijn om te zien hoe het winkelpersoneel werkt. Het fragment duurt ongeveer 7.30 minuten. Bij dit fragment horen 8 vragen. Audiofragment afspelen   30.   Op pad met de mystery shopper vraag 1 Keuze   Audiofragment afspelen   Bij dit fragment horen 2 vragen. Robert­Jan Booij gaat op pad met een mystery shopper.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het is voor de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK) van belang over deze informatie te beschikken, omdat dit relevant kan zijn voor premieafdrachten door de AHK of in

Prior to the terms of employment meeting, relevant diplomas/degree certificates and/or certificates of competency must be scanned and emailed together with the employee

In het tweede jaar ontwerp je een kunsteducatief project dat onder jouw leiding wordt uitgevoerd voor een externe opdrachtgever6. De opdrachtgever kan een school, culturele

bezwaar tegen anoniem gebruik van mijn medische gegevens voor wetenschappelijk onderzoek, kwaliteitsverbetering en scholing door het

Overige ideeën / opmerkingen Ontwerp 2: Automobilisten centraal Wat vind je goed aan het ontwerp. Wat zou je liever anders zien,

- Vraag 3: Deze vraag is optioneel en dient u enkel in te vullen indien de entiteit die de betaling ontvangt slechts één eigenaar heeft en de entiteit niet is opgericht in

het nemen van een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna te noemen: “Minister LNV”) overeenkomstig artikel 5:1 van de Regeling ter uitvoering

U kunt een bijdrage uit het Participatiefonds krijgen voor kosten die u moet maken om mee te kunnen doen aan maatschappelijke of culturele activiteiten. De gemeente Zwolle