DIGITALE INFORMATIESYSTEMEN
1. Geef en beschrijf 5 voordelen van digitale systemen tov analoge systemen
2. Geef de logische functie van onderstaand combinatorisch systeem en vereenvoudig. 3. Beschrijf onderstaande schakeling
4. Verklaar onderstaande flipflop. Leg ook uit wanneer er een probleem op treedt en waarom?
5. Onderstaande figuur is een voorbeeld van punt-tot-punt communicatie.
Deze figuur werd net gegeven, maar wel ongeveer, zonder aanduiding vd verbindingen
Geef de 2 verschillende technieken van communicatie met hun voor- en nadelen.
6. Leg de vouwverwerking van het wiel uit. Het wiel draait tegenwijzerzin met 72 omwentelingen per seconde. We gaan 50 maal per seconde een bemonstering nemen. Waar en wanneer is er sprake van vouwverwerking?