• No results found

ETE-AK-HAVO-2014-1-o

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "ETE-AK-HAVO-2014-1-o"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Examen HAVO

2014

tijdvak 1 maandag 19 mei 07.30 - 10.30 uur

Aardrijkskunde

Bij dit examen hoort een bijlage (met bronnen) en een uitwerkbijlage.

Dit examen bestaat uit 36 vragen.

Voor dit examen zijn maximaal 67 punten te behalen.

Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden.

(2)

200401141-o 2 lees verder ►►►

Aanwijzingen voor de kandidaat

Opgave 1

Het ontstaan van Saba

Bestudeer bron 1, 2, 3 en 4 voor het beantwoorden van onderstaande vragen.

Saba is onderdeel van de Kleine Antillenboog.

3p 1 Leg in drie stappen het ontstaan van Saba uit.

Op de foto in bron 1 zijn duidelijk de vele ravijnen op Saba te zien.

1p 2 Noem twee exogene krachten die hiervoor verantwoordelijk zijn.

2p 3 Welke vulkaanvorm heeft Mount Scenery en door welk soort uitbarsting is deze

vulkaanvorm ontstaan?

1p 4 Leg uit hoe het kan dat er op Saba warmwaterbronnen voorkomen. Saba is niet geschikt voor massatoerisme (en streeft dat ook niet na).

3p 5 Geef vanuit de drie volgende dimensies een verklaring hiervoor: de ruimtelijke, de demografische en de ecologische dimensie. Bij Cove Bay is wit zand gestort, afkomstig van Sint Maarten.

2p 6 Noem een nadelig gevolg dat kan optreden voor het mariene leven. Leg je antwoord uit.

Bekijk bron 2.

De hoeveelheid bruin zand op de stranden van Saba is niet constant.

1p 7 Leg uit hoe dat komt. Stelling:

“De vulkaan op Saba is een dode vulkaan”.

2p 8 Is deze stelling juist? Motiveer je antwoord met behulp van het actualiteitsprincipe.

Indien naar de Grote Bosatlas (GB) wordt verwezen dan wordt de 53e druk bedoeld.

Eventueel staat tussen haakjes aangegeven welke kaart in de 54e druk wordt bedoeld.

Elke opgave bestaat uit enkele vragen. Bij elke vraag kun je, indien gewenst, de atlas gebruiken.

(3)

Opgave 2

Mexico: klimaten en uitdagingen

Bestudeer bron 5, 6 en 7 voor het beantwoorden van de vragen van deze opgave. Gebruik GB 196, 171, 172 en 173. (GB 54e222, 187, 188, 189)

Gebruik bron 5 en de GB kaart 171 B en C. (GB 54e 187 B en C)

De klimaatgrafieken van de bron behoren, in alfabetische volgorde, bij de steden Acapulco, Belize City, Mexico-stad, en Tijuana.

2p 9 Schrijf de cijfers 1 tot en met 4 op je antwoordblad.

Noteer achter elk cijfer de naam van de stad die bij de betreffende grafiek hoort. In drie van de vier klimaatgrafieken is de neerslag geconcentreerd in een bepaalde periode van het jaar.

2p 10 In welke periode is dat? Leg je antwoord uit aan de hand van de kenmerken van de intertropische convergentiezone.

Gebruik GB kaart 196.

Mexico kent een zestal klimaten. De breedteligging is één van de factoren die invloed heeft op deze klimaten.

1p 11 Welke andere klimaatfactor is op deze kaart zichtbaar?

Een groot gebied van Mexico heeft een aride klimaat.

2p 12 Noem twee klimaatfactoren die de droogte in dit gebied verklaren. Leg je antwoord uit.

In grote delen van Mexico is een tekort aan water. Men denkt daarom aan ontzilting van zeewater om aan de vraag te voldoen. Deze manier om aan zoetwater te komen is niet duurzaam en kan leiden tot afwenteling.

2p 13 Leg uit hoe ontzilting kan leiden tot afwenteling. Je uitleg moet een oorzaak-gevolg relatie bevatten.

Het toepassen van irrigatie in de landbouw in aride en semi-aride gebieden kan leiden tot landdegradatie.

(4)

200401141-o 4 lees verder ►►►

Opgave 3

Re-shoring ─ tegenovergestelde van offshoring/

uitschuiving

Bestudeer bron 8 en 9 voor het beantwoorden van de vragen van deze opgave.

Bestudeer bron 8 en 9.

2p 15 Geef een omschrijving van het begrip offshoring (uitschuiving) en ook van het begrip re-shoring met betrekking tot de centrum-periferieverhoudingen. Lagelonenlanden als China waren aantrekkelijk voor de vestiging van de productie-activiteiten zodat deze op grote schaal verplaatst werden vanuit de centrumlanden. Voordat de productie verplaatst kon worden, moest echter voldaan zijn aan verschillende voorwaarden.

2p 16 Noem een economische en een politieke voorwaarde waaraan voldaan moest worden voordat de productie verplaatst kon worden.

De laatste jaren zijn er ontwikkelingen waardoor MNO’s beginnen na te denken over re-shoring.

1p 17 Noem een verandering in China die re-shoring tot gevolg kan hebben.

De interactietheorie van Ullman stelt dat er aan een drietal voorwaarden voldaan moet worden voordat interactie ontstaat. Wanneer re-shoring plaatsvindt,

betekent dit dat aan één of meer voorwaarden niet meer wordt voldaan.

2p 18 Noem twee voorwaarden waaraan niet meer wordt voldaan in China en leg je

antwoord uit.

Re-shoring zal, indien de trend zich doorzet, gevolgen hebben op de omvang van de handelsstromen. De gevolgen zullen niet op alle niveaus hetzelfde zijn. Re-shoring zal invloed hebben op de omvang van de intercontinentale en de regionale handelsstromen.

2p 19 Geef voor elk van de twee niveaus aan hoe de omvang van de handelsstromen zal veranderen.

(5)

Opgave 4

Voedselsituatie in Cuba en stedelijke tuinbouw

Bestudeer bron 10, 11 en 12 voor het beantwoorden van de vragen van deze opgave.

De voedselsituatie in Cuba wordt ongunstig beïnvloed door vele factoren.

2p 20 Noem een externe en een interne factor die vanaf 1990 een ongunstige invloed

hebben op de voedselsituatie in Cuba.

Geef een uitleg bij de factoren die je genoemd hebt.

Vóór 1989 betaalde de Sovjet-Unie relatief hogere prijzen voor de Cubaanse suiker dan na 1989.

2p 21 Leg dit verschil uit.

Suikerriet en tabak zijn handelsgewassen die op grote plantages verbouwd worden. Een kenmerk van een plantage is monocultuur.

2p 22 Beschrijf een fysisch-geografisch risico en een economisch risico van monocultuur voor Cuba.

De stedelijke tuinbouw wijkt af van moderne landbouwbedrijven.

3p 23 Beschrijf de kenmerken van stedelijke tuinbouw aan de hand van de

productiefactoren arbeid, kapitaal en grond.

2p 24 Noem twee fysisch-geografische verschijnselen die de voedselverbouw in Cuba in gevaar kunnen brengen.

In de transitielanden die vroeger een planeconomie hadden, is de productiviteit na de overgang gestegen.

2p 25 Beredeneer hoe de productiviteit van Cubaanse landbouwbedrijven ook kan stijgen indien het communisme wordt afgeschaft.

(6)

200401141-o 6 lees verder ►►►

Opgave 5

Bahama’s: handel en demografie

Gebruik bron 13, 14, 15, 16 en 17 voor het beantwoorden van de vragen van deze opgave.

De handelsgegevens van de Bahama’s vertonen dezelfde kenmerken als die van de meeste landen in het Caribisch gebied.

2p 26 Noem twee van deze kenmerken.

De Bahama’s drijven met drie landen de meeste handel.

1p 27 Noem hiervoor de belangrijkste reden.

Op de lijst van belangrijkste handelspartners van de Bahama’s ontbrak 20 jaar geleden één land dat wel op de lijst van 2012 staat.

1p 28 Welk land is dit en door welk mondiaal proces is dit land een belangrijk

handelspartner geworden van het Caribisch gebied?

2p 29 In welke fase van het demografisch transitiemodel bevinden de Bahama’s zich? Verklaar je antwoord.

Uit bron 16 blijkt dat het geboortecijfer is gedaald, terwijl het sterftecijfer licht is gestegen.

De prognose is dat het sterftecijfer in de Bahama’s in de toekomst verder zal stijgen.

(7)

Opgave 6

Venezuela: export en investeringen

Bestudeer bron 18, 19 en 20 voor het beantwoorden van de vragen van deze opgave.

De export van Venezuela heeft een sterke eenzijdigheid naar bestemming.

1p 31 Met welke atlaskaart is dat het beste vast te stellen?

Bestudeer kaart 213 B. (GB 54e 245 B)

Volgens deze kaart zijn er risico’s op politiek en economisch gebied in Venezuela voor het buitenlandse handelsklimaat.

2p 32 Beschrijf een risico op politiek gebied en een risico op economisch gebied in Venezuela voor het buitenlandse handelsklimaat.

2p 33 Noem een politieke en een economische reden dat Rusland en China in Venezuela investeren.

De bevolking is ongelijkmatig over het Venezolaanse grondgebied verspreid.

2p 34 De kuststreek is het dichtstbevolkt. Geef hiervoor een historische verklaring en een fysisch-geografische verklaring.

De urbanisatiegraad is in Venezuela meer dan 90%. In de periferie en semiperiferie landen is de urbanisatiegraad meestal veel lager.

2p 35 Wat is de relatie tussen de urbanisatiegraad van Venezuela en de aardoliesector van dit land? Leg je antwoord uit.

Op uitwerkblad 1 is een blinde kaart en ook vier afbeeldingen (A, B, C en D) van gebieden in Venezuela.

2p 36 Geef aan waar deze gebieden liggen door de bijbehorende letter op de juiste plaats te noteren op de blinde kaart van Venezuela op de uitwerkbijlage 1.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Enkele beweringen over de spijsvertering zijn: I Verteren is voedsel veranderen tot het..

Hier volgen twee beweringen over de mangrove: I Mangrove beschermt de kust tegen modder- aanslibbing en bevordert erosie.. II Mangrove beschermt de kust tegen erosie en

Door hormonen van welke andere hormoon- klier(en) wordt de schildklier sterk beïnvloed?. de schildklier

C Debet Bankboek Credit Datum Tegenrekening Omschrijving Bedrag Datum Tegenrekening Omschrijving Bedrag juli 17 juli 17 Debiteuren Algemene kosten J...

The accused are Emily Harris, William Harris, Sara Jane Olson and Michael Bortin, all of whom supposedly took part in a 1975 bank holdup in Carmichael, Calif., in which a customer,

A Alfredo. C un hombre de África. D un hombre de la Cruz Roja. En la puerta, un portero les entregaba una flor a todas las mujeres que cumplían el requisito*. “¿Es usted madre?”,

INDIEN NIET ANDERS VERMELD, IS ELKE VARIABELE EEN ELEMENT VAN .. B alleen II

De monding van deze rivier is ontstaan door A erosie als gevolg van een gering getijverschil.. B erosie als gevolg van een