Vwo-examen correctievoorschrift
Globalisering
1
1 Ontwikkelingslanden of nieuwe industrielanden
1a Ontwikkelingslanden hebben meestal een hoog geboortecijfer en een laag sterftecijfer, zodat de bevolking snel groeit. In de nieuwe industrielanden is het geboortecijfer lager.
b Als de welvaart stijgt, daalt het aantal geboorten vraag a: 2 punten
vraag b: 1 punt
2 In ontwikkelingslanden tref je vaak losse stukken infrastructuur aan.
In nieuwe industrielanden heeft de infrastructuur vertakkingen en verbindingen. 2 punten
3 Sommige landen besloten om speciale zones in te stellen waar buitenlandse bedrijven zich mochten vestigen. In deze gebieden zijn werkgelegenheid en welvaart meestal hoger dan in andere delen van het land.
2 punten
4 Twee van de volgende antwoorden:
De koopkracht van landen kan heel verschillend zijn. De mate van zelfvoorziening kan heel verschillend zijn. Niet in elk land worden gegevens goed bijgehouden
Het BNP wordt uitgerekend in dollars. Maar welke koers wordt daarvoor gebruikt? 2 punten
5 De uitvoer van ontwikkelingslanden bestaat vaak uit ruwe grondstoffen of halffabrikaten. De invoer bestaat uit eindproducten. Die laatste groep is meestal duur. Dit leidt tot een ongunstige ruilvoet.
Bij nieuwe industrielanden bestaat de uitvoer vaak uit eindproducten. Die leveren meer geld op dan grondstoffen. Ook worden in deze landen meer eindproducten zelf gemaakt; die hoeven dus niet ingevoerd te worden. Deze twee situaties zorgen voor een gunstige ruilvoet.
2 punten
6a Dat betekent dat sommige onderdelen van de maatschappij wel gemoderniseerd zijn en andere onderdelen niet. b In de nieuwe industrielanden zal een steeds groter deel van de bevolking profiteren van de nieuwe ontwikkelingen.
Een steeds groter deel van de bevolking zal dan de oude, traditionele leefwijze opgeven. vraag a: 1 punt
vraag b: 2 punten 7 Tot geen van beide.
De OPEC-landen in het Midden-Oosten zijn te rijk om ontwikkelingslanden genoemd te worden. Ze hebben ook moderne voorzieningen, bijvoorbeeld op medisch gebied.
Het zijn geen nieuwe industrielanden, want die hebben heel veel werk binnengehaald dankzij de lage lonen die daar betaald worden.
inleiding: 1 punt
uitleg: 2 punten maximaal 3 punten
2 Katoenteelt
8a In een beschermde markt kon Benin niet veel katoen verkopen, omdat het heel goedkoop uit andere landen kwam. b Voor de boeren was dat nadelig, want ze verdienden niet veel aan de katoen.
vraag a: 1 punt vraag b: 2 punten
Ze kunnen omschakelen naar andere producten. Maar dat zullen waarschijnlijk veel boeren doen. In dat geval zullen de prijzen van andere productendalen.
Ze kunnen omschakelen naar biologische katoenteelt. Dt levert meer geld op dan gewone katoenteelt, maar het is wel veel meer werk.
2 punten
10a Niet alle landen en organisaties doen goed mee: de overheid stelt nog steeds de prijs vast
de fabrieken moeten de boeren betalen, maar hebben geen haast de prijs van mest en pesticiden gaat omhoog
b Omdat veel landen nog steeds subsidie geven. vraag a: 2 punten
vraag b: 1 punt
11 De lonen in Benin zijn erg laag en de grond is er goedkoop. In de VS is de grond duur, evenals de machines.
2 punten
12 De productie van de VS en Europa zou veel lager zijn.
De productie van verschillende arme landen zou omhoog kunnen. 2 punten
13 De VS voert een groot deel van de katoen die wordt geproduceerd uit, omdat de lonen in de VS te hoog zijn om de katoen zelf te verwerken. In India wordt veel katoen verwerkt. De producten die van de katoen gemaakt worden, zijn voor een deel voor de export bestemd.
2 punten
3 Een global village
14 Bij privatisering werden staatsbedrijven verkocht: de staat was niet langer eigenaar van die bedrijven. Die bedrijven konden nu ook in het buitenland gaan werken. Of ze gingen samenwerken met buitenlandse bedrijven.
In dit geval had de nationale regering niets meer te zeggen over deze bedrijven. 2 punten
15 Politieke leiders die bevolkingsgroepen hebben onderdrukt, kunnen in Den Haag veroordeeld worden. Er zijn internationale regels waaraan iedere president en andere bestuurders zich moeten houden. Bij overtreding kan de internationale wereld dus straf uitdelen.
2 punten
16 Verschillende mno’s hebben een omzet die groter is dan het BNP van een land.
1 punt
17 Als ze iets niet gedaan krijgen, kunnen ze dreigen te vertrekken uit dat land. In dat geval neemt de werkloosheid in dat land toe.
Als mno’s wegtrekken uit een gebied vanwege ongunstige belastingen, kan de regering in een land genoodzaakt zijn de belastingen te verlagen, zodat de mno’s toch in dat land blijven.
2 punten
18a Een kop-staartbedrijf houdt zich bezig met planning en ontwerp van producten en met de uiteindelijke verkoop van die producten.
b De echte productie wordt uitbesteed aan kleine bedrijfjes, verspreid over de wereld. vraag a: 2 punten
vraag b: 1 punt
19 Sweatshops zijn bedrijfjes waar vrouwen en kinderen werken. Vaak tegen lage lonen en onder slechte omstandigheden. Hier kan ook sprake zijn van kinderarbeid.
2 punten
20 Hoe groter de schepen zijn, hoe lager de kosten per artikel.
Bij grote schepen dalen in verhouding de kosten van energie en personeel, terwijl er veel meer containers tegelijk vervoerd kunnen worden. De producten in zo’n container worden dan goedkoper aangevoerd dan vroeger. Dat kan een prijsdaling in de winkel tot gevolg hebben.
2 punten
21 Twee van de volgende antwoorden:
In bijna alle landen wil de regering minder invloed hebben op productieprocessen. (In de vroegere communistische landen is de invloed van de staat teruggebracht, omdat het niet veel voordeel opleverde.) Overal in de wereld worden bedrijven geprivatiseerd. In Venezuela denkt men aan nationalisaties. In heel veel landen zijn alleenheersers verdwenen, in Venezuela is er een bijgekomen.
2 punten
22 Deze president is een antiglobalist. Hij wil geen invloed van de vrije markt hebben. Hij wil zelf regels en prijzen vaststellen.
2 punten 23 Eigen verhaal.
In het verhaal zou kunnen staan dat je bang bent dat er in de toekomst te weinig banen zullen zijn, doordat steeds meer werk naar goedkopere landen gaat.
In het verhaal zou ook kunnen staan dat je vindt dat de overheid zich toch met enkele dingen moet bezighouden, omdat anders de prijzen erg omhoog kunnen gaan.
4 punten
4 Culturele contacten 24 In India.
1 punt
25 Europa heeft veel contacten met Amerika en de Europese cultuur lijkt veel op die van Amerika. 1 punt
26 Binnen Europa zijn verschillende kleinere culturele groepen (Fransen, Duitsers, Spanjaarden, enzovoort). Die hebben voor een deel hun eigen filmindustrie. Deze industrie is te klein om tegen het Amerikaanse aanbod te concurreren. Daarom is een beetje bescherming van deze industrie wel op zijn plaats.
2 punten
27 Mensen met een cultuur die veel producten voortbrengt (zoals de hindoes in India veel eigen films produceren), zullen meestal niet zoveel bezwaar hebben tegen de aanwezigheid van andere culturele invloeden. Er is voldoende tegenwicht.
Als er weinig eigen productie is (zoals in de Arabische landen), kan een buitenlandse cultuur erg dominant worden. Dat kan leiden tot protesten.
2 punten
28a Ze willen de regels van hun eigen cultuur heel strak uitvoeren.
b De Arabische wereld heeft weinig eigen filmproductie. Amerikaanse films overheersen hier. vraag a: 1 punt
vraag b: 2 punten
5 Los Angeles
29a Aziaten die naar de VS migreren, komen meestal aan de westkust het land binnen. Vaak blijven ze wonen in het gebied waar ze binnen kwamen.
Veel Latijns-Amerikanen komen in het zuidwesten van de VS het land binnen. In die regio blijven ze dan zitten. b De meeste Latijns-Amerikanen horen ook tot de blanken.
2 punten
30a Economisch Er komen steeds meer hispanics bij. Deze mensen zoeken werk en woonruimte. Als dat ten koste zou gaan van de blanken, kan dat tot spanningen leiden. Dat kan vooral gebeuren in perioden dat het economisch slecht gaat.
Cultureel Als er steeds meer hispanics komen, zal er steeds meer Spaans gesproken worden. Ook andere kenmerken van de hispanics zullen gaan overheersen. Sommige groepen blanken hebben daar bezwaar tegen.
b De kans bestaat dat de hispanics werk gaan doen dat tot nu toe vooral door de zwarten werd gedaan. Beide groepen doen veel laaggeschoold werk.
vraag a: 2 punten vraag b: 2 punten
31 Verschillende groepen blanken gaan wonen in gated communities. 1 punt
32 Economisch Daar staan de oudere huizen. Zij zijn meestal niet zo duur.
Cultureel In die buurten wonen al veel Latijns-Amerikanen. Nieuwkomers zoeken deze buurten vaak op. 2 punten
33a Als veel laaggeschoold werk naar Mexico wordt verplaatst, blijft er voor de hispanics in de VS minder werk over. b (voorbeelden) fruitplukken, schoonmaakwerk
vraag a: 1 punt vraag b: 1 punt
34 Los Angeles is een creatieve stad. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de filmindustrie die daar gevestigd is, maar ook uit de vele IT-bedrijven.
2 punten