Lage lonen zijn gunstig voor bedrijven
Eerst wordt katoen geplukt
Dan word er stof van geweven
De stof moet gekleurd worden
Dan naar de fabriek
Daar wordt stof geknipt en een kledingstuk van gemaakt
En toch is het goedkoper zo !?!
Sinds 1970 verdween de arbeidsintensieve productie uit West Europa
De productie verhuisde naar ontwikkelingslanden en landen in Noord Afrika en Oost Europa
Internationalisering en mondialisering was het gevolg.
De bedrijven werden multinationals en kop- staartbedrijven
1. Schaalvergroting
2. Verandering in de afzetmarkt
3. Het comparatief voordeel
Harde strijd om trendy kleding te leveren tegen concurerende prijzen.
Andere zwakkere bedrijven worden voortduren opgekocht
Hierdoor ontstonden grote machtige multinationals
De consument wil altijd de laatste mode.
Kleding bedrijven moeten dus steeds
flexibeler zijn (zie vorige paragraven) om hier aan te kunnen voldoen.
Ze moeten ook snel en goedkoop meerdere collecties per jaar kunnen produceren.
Comperatief voordeel = iets hebben wat de ander niet heeft
Lage loon landen is de arbeid goedkoper
Als een bedrijf zijn producten zo goedkoop mogelijk produceert en zo duur mogelijk kan afzetten heeft hij een groot comperatief
voordeel