• No results found

Teelt op meer lagen in de praktijk onderzocht

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Teelt op meer lagen in de praktijk onderzocht"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

• BLOEMBOLLENVISIE • 19 april 2013 19 april 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • • BLOEMBOLLENVISIE • 19 april 2013 19 april 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 24 • BLOEMBOLLENVISIE • 19 april 2013 19 april 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • • BLOEMBOLLENVISIE • 19 april 2013 19 april 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 25

I

n de drie jaar dat het project Meerlagenteelt in de praktijk liep, zijn bij tien bedrijven één of meer seizoenen metingen gedaan aan het kasklimaat, de lichtverdeling en/of het ontvochtigingssysteem. Ook zijn energie- en productiecijfers verzameld om hiermee het energieverbruik per steel uit te rekenen. Doel hiervan is om deze pionierbedrijven in hun innovatieproces te ondersteunen. De variatie aan systemen voor teelt op meer lagen is erg groot. De tweede teeltlaag bedekt 25-100% van de onderste teeltlaag, hetzij met aaneengeslo-ten containerbanen of met containerbanen met grote ruimtes ertussen. Bij sommige bedrijven is er zelfs een derde teeltlaag. De netto bedek-kingsgraad varieert daarmee van 126-300% (zie tabel). Op sommige bedrijven was 2012 het eerste seizoen waarin op meer lagen werd gebroeid, anderen hebben al vijf jaar of langer

ervaring met meerlagenteelt. De verschillen zijn in onderstaande tabel samengevat.

OntvOchtIgen en

verwar-men

Ontvochtigen gebeurt bij de bedrijven met een relatief lage benuttingsgraad op de traditione-le wijze: stoken met het raam open. Anderen trekken direct buitenlucht aan die via slurven door de kas wordt getransporteerd en onder-weg wat opwarmt. De meeste bedrijven maken gebruik van luchtbehandelingskasten waar-mee buitenlucht en kaslucht in de juiste ver-houding en hoeveelheid aangezogen worden (bepaald door klepstanden, toerental van de ventilatoren en klimaatcomputer), om op een ingestelde luchtvochtigheid (RV variërend van 75 - 85%) uit te komen. Die lucht wordt dan ver-warmd en via slurven de kas ingebracht. Voor één bedrijf is dit de enige manier van verwar-men, een ander bedrijf verwarmt de kas

daar-naast met vloerverwarming. Een aantal bedrij-ven heeft uitsluitend buisverwarming bobedrij-ven de tweede laag en trekt met ventilatoren kaslucht van boven de bovenste laag naar onderen en verspreidt deze met slurven boven de onder-ste teeltlaag. De meeonder-ste bedrijven hebben een combinatie van verwarming met de luchtbe-handelingskast voor de onderste laag of lagen, en met buizen voor de bovenste laag. Uit de metingen van debiet, temperatuur en RV bleek dat met de slurven droge lucht perfect over de teeltlaag wordt verdeeld: uit elk gaatje van de slurf komt lucht met hetzelfde absolute vocht-gehalte (ml H2O/m3 lucht). Warmte wordt

ech-ter niet gelijkmatig verdeeld: aan het eind van de slurf is de temperatuur van de lucht vrijwel gelijk aan de temperatuur van de kaslucht, ter-wijl aan het begin van de slurf de temperatuur van de lucht die uit de gaatjes komt tot wel 10°C hoger dan de temperatuur van de kaslucht kan zijn. Dit leidt tot horizontale temperatuursver-schillen. Een oplossing hiervoor kan zijn om zowel aan de noordkant als aan de zuidkant van de kas luchtbehandelingskasten te instal-leren. Als de slurven dan om en om van noord en zuid komen stroomt per twee slurven lucht van gemiddeld gelijke temperatuur uit de gaat-jes. Eén van de bedrijven had hiervoor de oplos-sing bedacht om de slurf tot halverwege de kas met een U-bocht terug te buigen waardoor het-zelfde effect wordt bereikt.

BelIchtIng

Op een enkel bedrijf wordt de onderste teelt-laag niet belicht. De bedekkingsgraad is daar relatief laag en de tulpen beginnen hun kaspe-riode op de onderste laag, waar ze slechts 3-5 dagen blijven. De meeste bedrijven hebben boven de onderste laag TL-lampen geïnstal-leerd, waarvan sommigen afgewisseld met blauwe TL’s. Twee bedrijven passen LED-lam-pen toe. TL-lamLED-lam-pen en LED-lamLED-lam-pen kunnen Tekst: Jeroen Wildschut, PPO Bloembollen

In het broeiseizoen 2011/2012 is een aantal nieuwe

meerlagen-teeltsystemen in de praktijk onderzocht. De systemen variëren

van een gedeeltelijke dubbele teeltlaag (netto kasbedekking van

126%) tot drie volledige lagen boven elkaar (netto 300%

bedek-king). Het kasklimaat (temperatuur en RV) is gelogd op 10–15

punten in het systeem. Op de onderste teeltlagen is de

licht-verdeling gemeten. Ook de debietlicht-verdeling over de slurven die

op de luchtbehandelingskast zijn aangesloten is doorgemeten.

Door teelt op meer lagen zijn energiebesparingen gerealiseerd

tot boven de 60%.

onderzoek

teelt op meer lagen in de praktijk onderzocht

dicht op het gewas gehangen worden. Dit is

een voordeel als de afstand tussen de onderste teeltlaag en de laag erboven klein is. De bedrij-ven die kwiklampen hebben geïnstalleerd heb-ben meer ruimte (nodig) tussen de teeltlagen. Uit de lichtmetingen op een aantal bedrijven bleek dat de lichtsterkte varieerde van 13-34 μmol/s/m2, waarbij de dicht op het gewas

gehangen LED-lampen in 6 strengen per con-tainer van 15 bakken (6 meter) het hoogste ren-dement gaven. Het energieverbruik voor ver-lichting wordt ook bepaald door de duur van de belichting. Deze varieert van een paar uur per dag alleen in december en januari, tot 24 uur per dag bijna het hele broeiseizoen. Dit laatste is het geval op een bedrijf waar, in tegenstelling tot de overige bedrijven, om logistieke redenen de tulpen de laatste helft van de groeiperiode op de onderste laag staan.

energIeBesparIng

Het energieverbruik per steel is op de bedrijven waar op meer lagen wordt gebroeid flink lager dan het sectorgemiddelde. Dit sectorgemid-delde wordt jaarlijks bepaald door middel van de EnergieMonitor en kwam voor 2011 uit op 688 MJoules/1000 stelen (± 19 m3 gas/m2

/sei-zoen). Ten opzichte van dat gemiddelde is op het bedrijf met een benuttingsgraad van 300% (bedrijf 8) tot 63% aan energie bespaard. Ook op bedrijf 1, 2 en 6 wordt fors minder verbruikt dan dat sectorgemiddelde. De ingestelde kas-temperatuur speelt hierbij ook een rol. Het elek-traverbruik voor verlichting is voor de meeste

bedrijven minder dan een kwart van het totale energieverbruik, behalve het bedrijf waar 24 uur per dag belicht wordt (zie figuur 1). In die figuur is ook te zien dat één bedrijf geen gas verbruikt, maar uitsluitend (groene) stroom voor ver-warming met een warmtepomp. Feitelijk is het energieverbruik per 1.000 stelen op dat bedrijf dus het laagst.

sterke punten

Met teelt op meer lagen is de productie per meter kas flink hoger. In een drielagensysteem was dit ruim 8.500 stelen/m2 per seizoen. Op

een incidenteel geval van bladkiep na, is de

Project

Het project Meerlagenteelt in de praktijk is uitgevoerd in opdracht van en gefinancierd door de partijen in de Stuurgroep Schone en Zuinige Bloembollen (KAVB, PT, Min. EZ, Agentschap NL en telers). Rapportages zijn te downloaden vanaf http://www.agentschapnl.nl/program-mas-regelingen/publicaties-agrosectoren Of van de website van PPO: http://www.meerla-genteeltindepraktijk.wur.nl/NL/.

Een voorbeeld van broeierij van tulpen op twee lagen Via slurven wordt de gewenste lucht in de kas gebracht

productie ook kwalitatief uitstekend. Wat ook opviel: van 2 bedrijven die respectievelijk nu voor het derde en voor het vijfde jaar in meer lagen broeien nam door productietoename de energiebesparing toe van 41% naar 57% en van 37% naar 56%.

Enkele sterke punten van de verschillende MLT-systemen zijn:

• Hoogste energiebesparing bij de systemen met drie lagen;

• Recirculatie (retour)lucht voor de LBK alleen van boven de bovenste laag aanzuigen (verti-caal gelijkmatigere luchtvochtigheid); • Horizontaal blazende ventilatoren boven de

bovenste laag, of slurven net als boven de onderste lagen;

• LED-verlichting kan dichter op het gewas en 6 strengen per containerbaan geeft een gelijk-matiger lichtverdeling;

• Belichten volgens de behoefte in het groeista-dium, laatste fase in het daglicht;

• Ruimte tussen containerbanen (dan is er nog loopruimte voor gewascontrole, bevordert verticale luchtstroom, en geeft nog wat licht door naar onderliggende laag);

• Ventilatoren die kaslucht van boven laag 2 via slurven boven laag 1 brengen, zodat het kas-klimaat gelijkmatiger wordt;

• Veel ruimte boven de bovenste laag waardoor het kasklimaat ook boven de bovenste laag gelijkmatiger wordt.

Bij nieuwbouw is het aan te raden om met de kashoogte rekening te houden met voldoende ruimte boven de bovenste laag: 3-4 meter. In bestaande kassen kan de extra ruimte boven de bovenste laag gerealiseerd worden door de onderste lagen dichter op elkaar te brengen en met LED’s te belichten. Het kasklimaat boven de onderste laag wordt het best met luchtslur-ven geregeld.

Enkele kenmerken van de verschillende meerlagensystemen

Bedrijf aantal lagen jaren MLT Bedekkings-graad* Ontvoch-tiging kasverwarming belichting transport systeem

1 2+ 5 200% DAB Buizen Kwik TR

2 2a 3 165% LBK Vloer + Slurven Kwik DS+L

3 2 >5 133% trad Buizen Kwik DS+L

4 2 2 200% LBK Slurven + Buizen TL W/B DS+L

5 2 5 126% trad Buizen - DS+L

6 2 1 150% DAB Buizen TL W DS + ML

7 2 1 143% LBK Slurven TL W/B DS+L

8 3 1 300% LBK Slurven + Buizen LED TR 9 2 1 150% LBK Slurven + Buizen LED DS+L 10 3 1 300% LBK Slurven + Buizen TL W/B DS+L

DAB = Direct aangezogen buitenlucht, LBK = Luchtbehandelingskast, trad = stoken met raam open TL W/B = TL wit en blauw

TR = Transportrobot, DS+L = doorduwsysteem met vaste lift, DS + ML = doorduwsysteem met mobiele lift * = (netto oppervlak bovenlagen gedeeld door netto oppervlak onderste laag) + 100%

2+ = incidenteel wordt ook onder de 1ste laag gebroeid, 2a = containerbanen 2de laag alternerend

190 220 212 0 298 383 668 58 38 60 285 44 158 0 100 200 300 400 500 600 700 800

Bedrijf 8 Bedrijf 6 Bedrijf 1 Bedrijf 2 Bedrijf 9 Bedrijf 4 Sector

Benutting 300% 139% 200% 165% 149% 200% gemiddelde Bespaard 63% 61% 59% 57% 49% 19% 0% E ne rg ie (M Jo ue ls) p er 1 00 0 tu lpe n elektra (MJ/1000 tulpen) gas (MJ/1000 tulpen)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De belangrijkste kwestie die met de totstandkoming van de wet werd geregeld was de introductie van de wettelijke bescherming van archeologische monumenten. De wet geeft de minister

The blast also set fire to other businesses within a 900 foot radius, including a tyre company and lumber supplier (Burke, 2003). A community’s vulnerability to these types

Uit deze studie blijkt dat, ten aanzien van het water- transport door de afdekkende kleilaag boven de zand- ondergrond in de vier geselecteerde winningen, het volgende geldt:.

Deze hebben een ionmassa van tenminste

Heeft de minister van Onderwijs reeds contact gehad met deze opleidingsplaatsen om de rede- nen te bespreken waarom zo weinig kinderpsy- chiaters worden toegelaten?. Zo ja,

Daarom besloot de SERV om de twee jaar een rapport naar buiten te brengen over de sociaal-economische ontwikkelingen die voor Vlaanderen belangrijk zijn op middellange termijn....

De oplossing en zeer veel andere werkbladen om gratis te

Welke criteria moeten meegenomen worden in een afwegingskader voor maatregelen uit de tweede laag van Meerlaagsveiligheid, zodat al het relevante onderscheid tussen