• No results found

Zuidelijk deel Sleeswijk-Holstein

Traject Kaiser Wilhelm Koog - Friedrichskoog - Meldorfer Bucht - Büsum (4/6) De nummers van de locaties zijn ook op kaart aangegeven (zie figuur 6).

In tabel 1 is de samenstelling van het graszaadmengsel aangegeven dat in Norder- en

Süderdithmarschen is toegepast. Het mengsel bevat relatief veel rassen Rood zwenkgras (60 %) dat van nature op de hogere delen van kwelders wordt gevonden.

Festuca rubra "Oase' (Rood zwenkgras, veel uitlopers vormend) 40 % Festuca rubra "Encota" (fijne uitlopers) 20 % Festuca ovina (Hard zwenkgras, droogteresistent) 11 % Festuca tenuifolia (Fijnbladig schapegras, bij lage vruchtbaarheid) 11 % Agrostis tenuis (Gewoon struisgras, zodevormend) 5 % Lolium perenne "Ensporta" (Engels raaigras, voedergewas) 10 % Trifolium repens (Witte klaver, stikstofbindend) 3 %

Tabel 1: graszaadmengsel Norder- en Süderdithmarschen

1 * Neuer Meldorferhaven:

Kamgrasweide op binnen- en buitentalud nabij nieuwe haven: goed ontwikkeld maar kruidenarm Dominant aanwezig Kamgras (Cynosurus cristatus). Zode in goede conditie.

la Traject haven - strekdam Heimsand.

Hier is geen voorland aanwezig; onder onderhoudsweg bevindt zich een 1:3 steenbestorting tot + 3 m (vgl figuur 3). Beheer: voorweiden en naweiden; tussendoor gemaaid met afvoer van maaisel. Gedurende zomer zijn strandstoelen voor recreatie op buitentalud geplaatst. Buitentalud hoger gelegen deel: grasmat (Beemdgras-raaigrasweide) vrij gesloten met Veldbeemdgras (Poa pratensis), Madeliefje (Bellis perennis), Gewone hoornbloem (Cerastium fontanum), Fioringras (Agrostis stolonifera), Ruw beemdgras (Poa trivialis). Op het lager gelegen deel boven

onderhoudsweg vindt pleksgewijs bezoding plaats met 'zoute' zode uit voorland. Deze handhaaft zich hier niet goed, het duurt enkele jaren voordat 'zoete' zode ontstaat. Thans hier open plekken in grasbekleding.

2* Strekdam Helmsand: noordzijde slikbegroeiing met Engels slijkgras (Spartina townsendii); zuidzijde kwelder met afwateringsgeulen met veel Engels gras (Armeria maritima) en verder: Rood

zwenkgras (Festuca rubra), Fioringras (Agrostis stolonifera), Zeeweegbree (Plantago maritima), Melkkruid (Glaux maritima), Kweldergras (Puccinellia cf.maritima), Gewone zoutmelde (Atriplex portulacoides); eerste deel onbeweid, 1 x per jaar gemaaid, overgaand in intensief beweide strook van 400m tot aan eveneens beweide dijk.

2a Traject Helmsand strekdam - Kaiserin Auguste Victoria Koog

Landaanwinningwerken met nog vrijwel onbegroeide slikvelden en begreppelde velden met primaire begroeiing van Engels Slijkgras (Spartina townsendii) in de greppels, Kweldergras (Puc-

15

:

oo ,

e (

e

j file IciorÇ

- 4

o 0

IM

y- 0

Q5ini1-

-

:

1khciek4tnrn

koqj

26—

I :

:

2064

rtç4-ç 4$-a

;

Lyn

0Ç'd.01 mc± u -

of

m

3

Im

. bezcd,z

kLocLe

Figuur 6: Bezochte locaties Zuideli/k deel Sleeswilk-Holstein.

16

--- - -

LM I

Foto 10: Aanleg van een groene dijk: bezoden aan de teen, inzaaien hoger op talud, Dieksanderkoog (locatie 6)

na pagina 16

-

Foto 11: Open plekken en erosiekuilen boven onderhoudswe, Beltnnharderkoo (locatie 9b).

-

-

-

f

Foto 12: Dijk uit 1955 met steiler boventalud en blokkenbekleding aan de teen, Friedrich-Wilhelm-Lübke-Koog (locatie 15)

11 na iaria 16

cine/lia maritima) aan rand greppels en nabij dijkvoet en Zeekraal (Salicornia europea) op de droogvallende delen. Aansluitend aan slikvelden bevindt zich eenharde verdediging met stortsteen Dijk beweid, boven onderhoudsweg met open plekken, maar verder relatief dichte zode. Iets zui-delijker in de richting van K.A.V.-Koog is een eenvoudige wortel-/bodemprofielboring verricht en een opnamegemaakt (tabel 2)2. Het type wordt gerekend tot de Beemdgras-raaigrasweiden.

Opname D060401

buitenta/ud Speicherkoog Süd

Opp. 2 x 2 m2

ntensieve schapenbeweiding (> 10 d/ha) Totale bedekking: 100 %

0-0,07m tamelijk sterk doorworteld, siltige iets fijnzandige klei 0,07-0,24m iets doorworteld, fijn zand met kleibrokjes en roestplekjes

0,24-0,38m siltige/fijnzandige klei, donkergrijs, bruine vlekken, wortels uit vorige laag doorlopend

Tabel 2: vegetatieopname en grondboring Speicherkoog (locatie 2a)

3 * Kaiserin Augusta Victoria Koog

Landaanwinningswerken: primair schor met geheel met Kweldergras begroeide hogere delen.

4* Friedrichskoog (Dieksand)

Voorland (400 m) bestaande uit hoog schor, overgaand in dijk (zie dijkprofiel figuur 3).

Onderhoudsweg ontbreekt. In winter reikt het water tot aan dijkvoet. Beweiding intensief, met een hoge veebezetting (meer dan 20-25 dieren/ha !).

Ter plaatse in het voorland zijn enkele percelen uit beweiding genomen voor een experiment van de Universiteit Kiel (Dieren et al., 1990) aangaande extensieve beweiding. Daarbij zijn de

volgende varianten in veebezetting gerealiseerd in diverse vakken: 3,4; 3,0; 1,5; 1,0 schapen/ha en een onbeweid vak. De verandering in plantengroei en doorworteling en bodemsamenstelling wordt bepaald in relatie tot erosiebestendigheid van de zode. Het onderzoek is gericht op het voorland en niet op de sterkte van de de grasbekleding op de dijk zelf.

Het resultaat van de verschillende vormen van extensieve beweiding is in het veld goed zichtbaar.

Op hogere delen (bulten) bevindt zich bij matig extensieve beweiding een goed gesloten en dichte zode met als dominante grassen Rood zwenkgras (Festuca rubra), Fioringras (Agrostis stolonifera) en Kweldergras (Puccinellia ci. maritima) dat in kussentjes tussen de eerder genoemde soorten groeit en verder Melkkruid (Glaux maritima) en Engels gras (Armeria maritima). In de greppels die met vloed vol lopen: een zonering van laag naar hoog met Zeekraal (Salicornia europea),

Kweldergras (Puccinellia maritima) en Schorrekruid (Suaeda maritima). Bij extensievere beweiding hoger opgroeiend gewas van met name Rood zwenkgras (Festuca rubra). In aangrenzend

onbeweid smal hoog schor: vinden we op de hogere delen o.a. Kwelderzoutgras (Trichiogin maritima), Zeeweegbree (Plantago maritima), Zeealsem (Artemisisa maritima) temidden van hoog

2 In de vegetatie-opnametabellen betekenen: + = 2-5 individuen, bedekking < 5 %; 1 = 6-50 md., bed. < 5%; 2a=

bed. 5-12,5 %; 2b = bed. 12,5-25 %; 2m = md. > 50, bed. < 5%; 3 = bed. 25-50 %; 4 = bed. 50-75 %; 5 = bed. 75-100 %

17

opgegroeid Rood zwenkgras. In open greppels Slijkgras (Spartina townsendii) en in verlande greppels zode van Kweldergras.

Overgang met dijklichaam gevormd door verlaagde buitenberm met verdedigde (steenbestorting) uitstroomopening (woelkom, vergelijk figuur 5). In zode op dijk domineert Rood zwenkgras. De samenstelling blijft soortenarm (type verarmde Kamgrasweide). Samenstelling en grootte van veebezetting wijzen op een bemesting van ca. 100 kg N.ha 1

f1

(vergelijk Sprangers, 1996).

5 * Friedrichskoog - Trischendamm

Oeverrecreatie (strandstoelen) op buitentalud dijk boven onderhoudsweg. Geen voorland, maar steenbestorting (vergelijk profiel figuur 4).

6* Dieksanderkoog t.z.v. Vissershaven

Onlangs opgeleverde dijkverzwaring met afgewerkt en ingezaaid buitentalud (zie tabel 1 voor graszaadmengsel). Helling boven 1:8 overgaand in 1:10 tot aan veekweg, daaronder 1:15.

Binnentalud heeft een helling van 1:4. Kruinbreedte 2,50 m (vergelijk profiel figuur 2). Onder veekweg heeft bezoding plaats gevonden met zoden uit voorland ter plaatse; buitenberm thans beweid. Iets zuidelijker vinden bezodingswerkzaamheden plaats. De uit het voorland gestoken zoden worden tijdelijk op depot gezet alvorens te worden aangebracht. Door te lange duur van de opslag zijn de opgestapelde zoden verdord of verstikt. De dicht doorwortelde ± 4 cm dikke

plakzoden bestaan voor 90 % uit een hechte, compacte begroeiing van Kweldergras (Puccinellia maritima) met daarnaast Fioringras (Agrostis stolonifera) en Melkkruid (Glaux maritima). Bij pas gelegde zoden vindt beregening met zout water plaats. Bezoding is niet altijd succesvol. Hier is bezoding met kwelderzode wel mogelijk, maar iets noordelijker lukte bezoding niet.

7* Sommerkoog (Hirtenstail) - t.n.v. Büsum

Onderaan buitenberm ter hoogte van veekrand (winter vloedlijn ?) komen langgerekte open plekken in de grasbekleding voor met een gemiddelde grootte van 10 x 50 cm. Omdat zilte zoden niet beschikbaar zijn vindt thans herstel plaats door bezoding met zoete zode (voornamelijk bestaande uit Engels raaigras (Lolium perenne) met Zilverschoon (Potentilla anserina)). Het buitentalud is een soortenarme Beemclgras-raaigrasweide. Op het binnentalud domineert Rood zwenkgras met Gewoon biggekruid (Hypochaeris radicata), Madeliefje (Bellis perennis), Kleine klaver (Trifolium dubium).

18

3.2. Noordelijk deel Sleeswijk-Holstein