• No results found

Zowel in de rechtsleer als door de wetgever werd de vrees geuit dat de omkering van de bewijslast

In document Intersentia Catalogus 2021 (pagina 40-46)

en het daaraan verbonden bewijsrisico rechterlijke willekeur in de hand zou werken.

redactioneel

Gerechtelijk recht

omstandigheden, kan bepalen wie de bewijslast draagt wanneer de toepassing van de in de vorige leden opgelegde regels kennelijk onredelijk zou zijn. De rechter kan slechts gebruikmaken van deze moge­

lijkheid wanneer hij alle nuttige onder­

zoeksmaatregelen heeft bevolen en erover gewaakt heeft dat de partijen meewerken aan de bewijsvoering, zonder op die manier voldoende bewijs te verkrijgen.

De termen ‘uitzonderlijke omstandigheden’

en ‘kennelijk onredelijk’ strekken ertoe de rechter aan te zetten tot voorzichtigheid bij de omkering van de bewijslast. Volgens de wetgever mag de louter materiële onmoge­

lijkheid om het bewijs te leveren niet auto­

matisch een reden zijn om de bewijslast om te keren. Alvorens hij de bewijslast kan omkeren, moet de rechter alle mogelijk­

heden onderzoeken van medewerking van partijen aan de bewijsvoering. De omkering van de bewijslast wordt bedoeld als een laatste redmiddel. Zo geeft de wetgever als voorbeeld dat er geen reden bestaat tot omkering van de bewijslast wanneer de medewerking aan de bewijsvoering verkregen kan worden door een bevel tot overlegging van stukken (art. 871 Ger.W.).

De rechter hoeft echter niet zover te gaan en over te gaan tot een werkelijke omkering van de bewijslast, hij kan evengoed zijn toevlucht zoeken tot een redelijke herver­

deling van de bewijslast en een redelijke invulling van de bewijswaardering.

De rechter kan de bewijslast wel omkeren als de medewerking aan de bewijsvoering onwerkzaam is omdat de tegenpartij niet meer in staat is om het bewijs dat ze in handen had te leveren, ongeacht of de verdwijning van dat bewijs al dan niet te wijten is aan een fout van haar kant.

In dat geval lijkt het volgens de wetgever redelijk om de ongunstige gevolgen van de twijfel van de rechter in het nadeel te laten werken van de partij die aan de basis ligt van de verdwijning van het bewijs. De rechter kan aldus rekening houden met de verdwijning van bewijselementen die het gevolg is van tijdsverloop. Daarnaast kan hij ook een foutieve weigering van een

van de partijen om mee te werken aan de bewijsvoering bestraffen door de omke­

ring van de bewijslast.

Ten slotte overweegt de wetgever dat de rechter ook rekening kan houden met een aanzienlijk onevenwicht in bewijsgeschikt­

heid wanneer het opstellen, bijhouden of leveren van bewijs buitensporig zwaar of duur is voor een van de partijen. Het bestaan van een economisch onevenwicht tussen de partijen, zoals een particulier tegenover een groot bedrijf, hoeft niet auto­

matisch te leiden tot een omkering van de bewijslast. De rechter kan echter rekening houden met dat onevenwicht wanneer de bewijslast die bij de particulier ligt, de uitvoering vereist van prestaties die voor hem uitermate zwaar of duur zijn. In die omstandigheden zal de rechter, aldus de wetgever, trouwens ook rekening moeten houden met de verlichting van de bewijs­

standaard, zoals voorzien in de artikelen 8.5 en 8.6 nieuw BW, wanneer het zekere bewijs van het te bewijzen feit redelijker­

wijs niet kan worden geleverd.

Risico op rechterlijke willekeur?

Zowel in de rechtsleer als door de wetgever werd de vrees geuit dat de omkering van de bewijslast en het daaraan verbonden bewijsrisico rechterlijke willekeur in de hand zou werken.

Sommigen zouden dat zelfs als pro­

blematisch beschouwen in het licht van artikel 6 EVRM. Omdat de verdeling van de bewijslast niet op arbitraire wijze mag gebeuren, heeft de wetgever er dan ook voor gekozen om de mogelijkheid om de bewijslast om te keren uitdrukkelijk in de wet in te schrijven en heefthij deze gekop­

peld aan voorwaarden en een bijzondere motiveringsplicht voor de rechter. Het beginsel van de wapengelijkheid, dat even­

eens voortvloeit uit artikel 6 EVRM en dat soms juist een omkering van de bewijslast noodzakelijk maakt, alsook de feitelijke bewijsmoeilijkheden die voor een partij onverantwoord groot kunnen zijn, waren doorslaggevend bij de invoering van artikel 8.4, vijfde lid nieuw BW. •

Intersentia Catalogus 2021 41 Bewijsnood na het vernieuwde bewijsrecht Joëlle Rozie, Stefan Rutten en

Beatrix Vanlerberghe (eds.) Dit boek biedt vanuit een intra­ en interdisci­

plinaire benadering een diepgaande analyse van een aantal recente ont­

wikkelingen in de mate­

rie. Zo wordt aandacht besteed aan vijf grote thema’s. Een inleidende bijdrage focust op de uitdagingen en de rol van de rechter bij het bewijs.

Vervolgens wordt de thematiek van de bewijs­

nood belicht voor vier verschillende rechtstak­

ken: het burgerlijk recht, het strafprocesrecht, het sociaal recht en het fiscaal recht (i.h.b. de inkomstenbelastingen).

ISBN 978-94-000-1298-1 x + 176 blz. | paperback 2020 | € 60

Duiding Burgerlijk Procesrecht Paul Dauw, Beatrijs Deconinck en Bart Wylleman (eds.) Deze nieuwe bijgewerkte editie van Duiding Burgerlijk Procesrecht bevat een uitgebreide artikelsgewijze commen­

taar op het Gerechtelijk Wetboek. In de com­

mentaren, opgesteld door specialisten in de materie, is de belangrijk­

ste rechtspraak en rechts­

leer vervat en wordt de draagwijdte van de wetsartikelen toegelicht, met bijzondere aandacht voor de impact van de Potpourri­wetten.

De wetgeving en de annotaties geven een antwoord op talrijke vragen die kunnen rijzen.

De verwijzingen naar rechtspraak en rechtsleer vormen bij de oplossing van complexe vraagstuk­

ken een basis voor verder onderzoek.

Reeks Duiding ISBN 978-94-000-1217-2 1200 blz. | paperback, 2 volumes 2021 | € 175

Het nieuwe bewijsrecht ALLIC V

Thierry Vansweevelt en Britt Weyts (eds.) Reeks Aansprakelijkheids- en Verzekeringsrecht, nr. 15 ISBN 978-94-000-1118-2 viii + 136 blz. | paperback 2020 | € 45

Het Hof van Cassatie als lichtbaken van het Belgische rechtsbestel Doelmatige en doeltreffende rechtsvorming door de cassatierechter Matthias Van Der Haegen Het Hof van Cassatie is het hoogste rechtscollege van de rechterlijke macht.

Zijn beslissingen fungeren als een lichtbaken waarop rechtspraktizijnen navige­

ren in het rechtsverkeer.

Het Hof interpreteert ech­

ter niet alleen wetsbepa­

lingen, het creëert ook zelf nieuwe rechtsregels.

Dit boek belicht in een diepgravende analyse de rechtsvormende rol van de cassatierechter en plaatst die in een historisch, theoretisch en vergelijkend perspectief. Op basis van die analyse formuleert de auteur innovatieve voorstellen om de cruciale rechtsvormende rol van het Hof van Cassatie een nieuw elan te geven.

ISBN 978-94-000-1192-2 xxiii + 558 blz. | paperback 2020 | € 110

Vrijwillige verkopingen met handelings- onbekwamen Koenraad De Greve

ISBN 978-94-000-1236-3 232 blz. | paperback 2020 | € 78

Gerechtelijk recht

Paul Dauw Beatrijs Deconinck Bart Wylleman

Burgerlijk Procesrecht

Deel I

Artikel 1-1016bis Ger.W.

Duiding Duiding

2021

Duiding

2021

Duiding

Burgerlijk Procesrecht I

DERDE BIJGEWERKTE EDITIE Het Gerechtelijk

Wetboek met aandacht voor het tuchtprocesrecht en het Europees

procesrecht

Het lot van

onrechtmatig bewijs Jachin Van Doninck Hoe moeten rechters in civiele zaken omgaan met onrechtmatig verkregen bewijs? Heeft Antigoon zijn intrede gedaan in civiele zaken en gelden daar nu ook dezelfde criteria? Mr. Jachin Van Doninck wijdde hieraan zijn doctoraat.

De auteur wil met dit werk de bewijsuit­

sluitingsvraag in de rechtsverhouding tussen overheid en burger en tussen burgers onder­

ling coherentie en systematiek bieden.

Die betrachting mondt uit in de formulering van bewijshanterings­

standaarden.

ISBN 978-94-000-1284-4 xvi + 380 blz. | gebonden 2020 | € 110

Gerechtelijk recht

Burgerlijk procesrecht Vijfde editie

Paul Dauw en Elise Dauw Dit boek biedt een helder overzicht van het bur­

gerlijk procesrecht. De materie wordt op een ori­

ginele manier behandeld.

De hele rechtstak wordt aan de hand van vele schema’s op een haast fotografische wijze in beeld gebracht. Hierdoor kan men snel een casus visualiseren en positio­

neren in het geheel van procesrechtelijke regels.

ISBN 978-94-000-1257-8 xxxiv + 610 blz. | paperback 2020 | € 95

Ius & actores Tijdschrift voor de actoren van het gerecht en van de invordering Hoofdredacteurs:

K. Broeckx en É. Leroy Directiecomité: A. Berthe, E. Brewaeys, K. Broeckx, G. de Leval, N. Decock, É. Leroy, D. Mougenot en P. Taelman

Ius & actores publiceert doctrine en geanno­

teerde rechtspraak met betrekking tot de werking van het gerecht en het invorderingsrecht. Het tweetalige tijdschrift is diepgeworteld in de rechtspraktijk en besteedt ruim aandacht aan de actoren binnen justitie.

In de rubriek Invorde-rings recht wordt belang­

rijke en ver nieuwende rechtspraak permanent opgevolgd. Abonnees kunnen de nummers van Ius & Actores raadplegen in de app Larcier Journals.

3 nummers per jaar Ca. 600 blz. per jaargang Prijs jaargang 2021: € 280

Intersentia Catalogus 2021 43 tiJdScHriFt

Ondernemingsrecht

Nieuw economisch recht in b2b-relaties Mededinging, misbruik van economische afhankelijkheid, onrechtmatige bedingen en oneerlijke handelspraktijken Wouter Devroe,

Bert Keirsbilck en Evelyne Terryn (eds.) Sinds de wet van 4 april 2019 tot wijziging van het Wetboek van economisch recht met betrekking tot misbruiken van econo­

mische afhankelijkheid, onrechtmatige bedingen en oneerlijke marktpraktijken tussen ondernemingen kun­

nen rechters ook controle uitoefenen op overeenkom­

sten tussen ondernemingen.

De wet van 2 mei 2019 zorgde voor een modernisering van het mededingingsrecht. Dit boek biedt een eerste omvat­

tende commentaar over ver­

boden bedingen, misbruik van economische afhanke­

lijkheid, oneerlijke markt­

praktijken en de handhaving van het mededingingsrecht.

Reeks Consumer Competition Market (CCM), nr. 2

ISBN 978-94-000-1104-5 ix + 242 blz. | gebonden 2020 | € 84

Leerstukken Ondernemingsrecht Joeri Vananroye en Dirk Van Gerven (eds.) Dit boek analyseert de nieuwigheden in het Wetboek van econo­

misch recht, het (Nieuw) Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van vennoot­

schappen en verenigin­

gen en het Gerechtelijk Wetboek, zoals het formele ondernemings­

begrip, de bevoegdheid van de ondernemings­

rechtbank, het onder­

nemingsbewijsrecht, het optreden in rechte van organisaties zonder rechtspersoonlijkheid en de nieuwe faillissements­

aansprakelijkheden voor bestuurders. Deze nieuwe regels worden op systema­

tische wijze gekaderd in wat ongewijzigd bleef en wat gewijzigd werd in het WVV en het Nieuw BW, zodat de lezer telkens een actuele stand krijgt van een volledig leerstuk.

ISBN 978-94-000-1006-2 xii + 242 blz. | paperback 2020 | € 85

Consumer Protection in a Circular Economy Bert Keirsbilck en Evelyne Terryn (eds.) Reeks Consumer, Competition and Market Series, nr. 1 ISBN 978-1-78068-657-8 xi + 346 blz. | gebonden 2019 | € 85

Ondernemingsrecht in hoofdlijnen Elfde editie

Eric Dirix, Reinhard Steennot en Hendrik Vanhees

Het ondernemingsrecht is sinds de vorige editie geen rustig bezit gebleken.

De kroon op het werk is de invoering van het Wetboek van vennoot­

schappen en verenigin­

gen, dat het Wetboek van Vennootschappen vervangt.

Er werden ook talrijke andere wetten gewijzigd, waaronder de Wet Finan­

ciële Zekerheden, de Wet Betalingsachterstand, de Protestwet en de Wet Onbeslagbaarheid Woning Zelfstandige. Ook de wijzi­

gingswet van 27 mei 2013 inzake de continuïteit van de ondernemingen en de implicaties voor het insol­

ventierecht komen aan bod.

In deze nieuwe editie wer­

den al deze wetswijzigingen nauwgezet verwerkt en op een toegankelijke wijze becommentarieerd.

Reeks In hoofdlijnen ISBN 978-94-000-0919-6 xviii + 562 blz. | paperback 2019 | € 95

Recht &

Elektronische handel Tweede volledig herziene editie Patrick Van Eecke (ed.) Dit boek behandelt de belangrijkste juridische en fiscale aandachts­

punten die zich stel­

len bij elektronische handel. Onderwerpen zoals domeinnamen, elektronische overeen­

komsten, de verwerking van persoonsgegevens en de aansprakelijkheid van dienstverleners, btw­aspecten en toepas­

selijk recht komen hierbij uitgebreid aan bod. Naast de “klassieke” elektro­

nische handelszaken, waarbij het uitstalraam door een virtueel raam is vervangen, wordt tevens aandacht besteed aan juri­

dische vragen rond nieuwe vormen van elektronische handel waarbij vooral gebruik gemaakt wordt van mobiele applicaties, en rond het gebruik van AI.

ISBN 978-94-000-1295-0 ca. 660 blz. | gebonden 2021 | € 130

Ondernemingen in moeilijkheden Jelle Derammelaere (ed.)

Reeks Ius Mercatorum, nr. 3 ISBN 978-94-000-1016-1 250 blz. | paperback 2019 | € 45

Ondernemingsrecht

Koenraad De Greve

Recht

&

Elektronische handel

Tweede volledig herziene editie Patrick Van Eecke (ed.)

Ius mercatorum Vraagstukken economisch recht

Jelle Derammelaere (ed.)

Ondernemingen in moeilijkheden

Ondernemingen in moeilijkhedenDominique Blommaert,Johan Vannerom enJelle Derammelaere (eds.) Ondernemingen in moeilijkheden, hun aandeelhouders en/of zaakvoerders (en zelfs der-den) staan voor de vraag of de onderneming best in faling gaat, een procedure in het kader van de Wet Continuïteit Ondernemingen opstart of vrijwillig overgaat tot ontbinding en vereffening. Via dit boek bieden wij de praktizijn een overzicht van de gelijkenissen en de verschillen, de voor- en nadelen van deze drie mogelijke opties. Hierbij staan zowel de im-pact op de activa en passiva van de onderneming, als op de vermogenssituatie van andere betrokkenen centraal. De bijdragen stellen de lezer ertoe in staat de meest optimale keuze te maken. Dit boek richt zich zowel naar Belgische ondernemingen als naar buitenlandse ondernemingen met een Belgische vestiging.

tiJdScHriFt

Droit de la consommation Consumentenrecht (DCCR)

Hoofdredactie:

H. Jacquemin, G. Renier en E. Terryn

Dit tweetalige tijdschrift over consumentenrecht richt zich tot rechtspractici en volgt nauwgezet de ont­

wikkelingen in rechtsleer, rechtspraak en wetgeving over alle aspecten van het consumentenrecht.

Het bevat bijdragen rond gevarieerde onderwerpen als de informatie aan de consument, de kwaliteit en veiligheid van producten en diensten, reclame, prijzen, contracten, verkoop, consu­

mentenkrediet, overmatige schuldenlast, handelsprak­

tijken en mededinging, consumentenorganisaties, collectieve schuldenrege­

ling, geschillenregelingen e.d. Abonnees kunnen DCCR raadplegen in de app Larcier Journals.

4 nummers per jaar Ca. 420 blz. per jaargang Prijs jaargang 2021: € 205

Curatoren en vereffenaars: actuele ontwikkelingen V Matthias E. Storme, Bernard Tilleman, Joeri Vananroye, Melissa Vanmeenen en Robby Houben (eds.) Deze nieuwe uitgave bevat brede informatie en duiding over vereffenings­

procedures en bespreekt de recente tendensen in het insolventierecht in ruime zin. Het boek besteedt veel aandacht aan de verscherpte con­

frontatie van het insol­

ventierecht met diverse andere rechtstakken, zoals sociaal recht, fiscaal recht, vennoot schapsrecht, vastgoed recht e.a.

Met bijdragen van S. Brijs, J. Cardinaels, F. de Mey, M. Delanote, R. Houben, R. Jansen, T. Lysens, A. Moens, C. Persyn, V. Sagaert, M. Storme, B. Tilleman, J. Vananroye, G. Van Calster, N. Van Damme, I. Van de Mierop, A. Van Hoe en M. Van Vynckt

ISBN 978-94-000-1215-8 xx + 530 blz. | gebonden 2020 | € 175

Essentieel wetboek Ondernemingsstrafrecht Marie Horseele,

Katrien Verhesschen en Raf Verstraeten Het wetboek bundelt de relevante bepalingen uit het strafrecht en straf­

procesrecht samen met de relevante bepalingen uit het vennootschaps­

strafrecht, boekhoud­

recht, faillissementen en continuïteit van onder­

nemingen, het bank­ en financiewezen, het fiscaal straf(proces)recht, het witwassen, de intellectuele eigendom en cybercrime, transport, stedenbouw en milieu en ten slotte het sociaal strafrecht.

Reeks Essentiële wetboeken ISBN 978-94-000-1325-4 820 blz. | paperback 2021 | € 89

Ondernemingsrecht

Essentieel wetboek Compliance

Thomas Faellin, Olivier Goffard en Miguel Mairlot Het wetboek Compliance is het eerste in zijn soort in België. Het bundelt de belangrijkste wet­ en regelgeving met betrekking tot deze materie, geordend volgens de doelstellingen ervan: de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terro­

risme, de bescherming van het financiële stelsel, de bescherming van de beleggers, het respect voor de privacy en de bedrijfset­

hiek. Het werk werd opge­

vat als een werkinstrument dat niet alleen bestemd is voor compliance officers, maar ook voor iedereen die geïnteresseerd is in de zakenwereld: advocaten, notarissen, bedrijfsju­

risten, risicomanagers, magistraten, leden van toe­

zichtautoriteiten maar ook academici en studenten.

Reeks Essentiële wetboeken ISBN 978-94-000-1326-1 ca. 750 blz. | paperback 2021 | € 70

Intersentia Catalogus 2021 45 Essentieel wetboek

Economisch recht Grégory Renier en Gert Straetmans

Dit wetboek Economisch recht bundelt de 18 boeken van het Wetboek van economisch recht en vult deze aan met andere, voor de praktijk belangrijke wettelijke en reglemen­

taire bepalingen. Op deze wijze kan de gebruiker het economisch recht op een globale en pragmatische manier overschouwen en erin wegwijs geraken dankzij een duidelijke thematische aanpak van het materiële recht. Als gebruiksvriendelijk en praktijkgericht werk­

instrument biedt dit wet­

boek de rechtspraktizijn, studenten en iedereen die met economisch recht in aanraking komt, een handig hulpmiddel om snel tot de relevante bepa­

lingen met betrekking tot het gewenste onderwerp te komen.

Reeks Essentiële wetboeken ISBN 978-94-000-1227-1 ca. 1300 blz. | paperback 2021 | € 80

Vennootschapsrecht

De nieuwe, tweede uitgave van het Handboek Vennootschapsrecht is verschenen. De eerste uitgave van uw Handboek dateert uit 2012. Kunt u de ontstaansgeschiedenis van het werk schetsen?

Robby Houben: “Vanaf de aanvang van de colle­

ges vennootschapsrecht door Prof. dr. Herman Braeckmans aan de Universiteit Antwerpen bestond er een uitgebreide syllabus voor de stu­

denten in derde bachelor Rechten. Sedert de grote Vennootschapswet van 5 december 1984 moest deze syllabus bijna jaarlijks worden aangepast met steeds nieuwe wetswijzigingen. Deze aanpassingen verhoogden de omvang van de syllabus en lagen aan de basis van het idee om vertrekkend vanuit deze syllabus een handboek te schrijven.

Een anekdote is dat wij ervan uitgingen dat 500 bladzijden zouden volstaan. Dat zou didactisch verantwoord zijn. Bij het schrijven bleek dat echter al snel erg moeilijk: een overzicht geven van het vennootschapsrecht dat tegelijk volledig, maar vanuit academisch en praktisch perspectief toch beknopt en hanteerbaar is, vergde toch wat meer pagina’s. De eerste uitgave van 2011 was uit­

eindelijk ongeveer 900 bladzijden dik. De tweede uitgave, die nu verschijnt, zit daar nog wat boven:

we klokken af op iets minder dan 1000 pagina’s.

Het nieuwe WVV, dat sedert 1 mei 2019 in werking trad, was voor onze werkplanning geen geschenk: het hele handboek was verouderd en moest integraal worden vervangen. Een tweede uitgave drong zich echt op.”

En als we nog verder terug in de tijd mogen gaan: vanwaar uw belangstelling voor het vennootschapsrecht?

Herman Braeckmans: “Mijn interesse voor het vennootschapsrecht ontstond tijdens mijn

studies. De colleges van Prof. dr. E. Wymeersch waren boeiend. Al snel geraakte ik in de ban van problemen inzake bestuurdersaansprake­

lijkheid en de aan aandelen verbonden macht (met problemen van verankering van Belgische ondernemingen).”

Robby Houben: “Mijn interesse voor het vennoot­

schapsrecht werd gewekt om twee redenen.

Ten eerste is vennootschapsrecht inhoudelijk erg interessant en wezenlijk belangrijk voor het functioneren van een onderneming. Ten tweede werd het door mijn coauteur erg onder­

houdend gedoceerd; dat nodigde uit tot verdere verdieping.”

Het vennootschapsrechtelijke landschap veranderde recent grondig door het WVV.

Een nieuwe uitgave was dan ook nodig. Wanneer bent u begonnen met de redactie ervan?

Herman Braeckmans: “Robby en ik hebben in september 2019 samen beslist om een nieuwe uitgave te redigeren. Sedertdien is er een perma­

nente druk aanwezig voor elkeen om het gegeven woord uit te voeren. Als team willen we elkaar uiteraard steunen en niet teleurstellen. De coro­

napandemie had voor mij iets positiefs: de plicht om ‘in mijn kot’ te blijven liet toe om soms hele dagen van ochtend tot avond te schrijven.”

Robby Houben: “De eerste letter (die, zoals dat gaat, uiteindelijk weer werd aangepast in de finale teksten) werd geschreven op 27 december 2019, dus tussen kerst en nieuw. Een jaar later ligt de tweede uitgave er, die tot stand kwam in een uitdagende periode. De coronapandemie was daar niet vreemd aan. Deze nieuwe uitgave was een hele kluif: de eerste uitgave werd fundamenteel herwerkt. Eigenlijk gaat het om een bijna com­

pleet nieuw boek.”

Het Handboek is bijzonder omdat het in één en hetzelfde boek een volledige analyse biedt van het geldende vennoot- schapsrecht, met inbegrip van de wijzigingen die nog werden aangebracht in 2020.

Handboek Vennootschapsrecht –

In document Intersentia Catalogus 2021 (pagina 40-46)