• No results found

Verschillende omroepen, verschillende strategieën

In document Camjo in de Regio (pagina 82-88)

Hoofdstuk 4. Beleid in de journalistieke praktijk

5. Conclusie

5.1 Verschillende omroepen, verschillende strategieën

Het budget van Omroep Flevoland is een stuk lager te liggen dan dat van RTV Utrecht. Ondanks dit verschil van 3 miljoen euro zijn de omroepen toch redelijk vergelijkbaar. Ze hebben allebei een lastige doelgroep met een relatief lage binding met de regio. Beide omroepen moeten daarom constant blijven innoveren om kijkers te blijven trekken.

Het uitgangspunt van de scriptie was het verschil tussen een camjo-organisatie en een ENG-organisatie onderzoeken. In de praktijk bleken ook nog duidelijke andere verschillen tussen de beide omroepen te bestaan. Het meest duidelijke andere verschil was de geïntegreerde redactie van omroep Flevoland ten opzichte van de gescheiden redactiestructuur bij RTV Utrecht. Omroep Flevoland gaat qua nieuwsproductie dus efficiënter om met redacteuren en verslaggevers. Door het geringe budget heeft het management van de Omroep ook niet veel keus, de veranderingen zijn bij Omroep Flevoland dan ook vooral ingegeven door financiële motieven. Ook bij RTV Utrecht is efficiëntie de belangrijkste reden voor cross-mediale samenwerking.

Toch blijkt de geïntegreerde redactiestructuur in de praktijk niet altijd goed uit te pakken. De kwaliteit van de radioverslagen is bij Omroep Flevoland volgens betrokkenen onder de maat. Omdat verslaggevers zich vooral richten op televisie, worden de items voor Radio Flevoland vaak niet mooi gemaakt, hierdoor is het volgens de audiofielen in Flevoland vaak saai om naar te luisteren. RTV Utrecht heeft drie verslaggevers die dagelijks exclusief voor radio werken. In de praktijk heeft RTV Utrecht daardoor ook meer „echte‟ radioverhalen dan Omroep Flevoland.

Dit betekent niet dat RTV Utrecht een veel effectiever beleid heeft wat verslaggeving betreft. De omroep heeft meer budget dan Omroep Flevoland en daardoor ook geld voor extra verslaggevers. Daarnaast zijn de radio-uitzendingen van RTV Utrecht kwantitatief nogal mager gevuld, er zijn immers maar drie verslaggevers die items maken voor de radio-uitzending; het geluid van de camjo-items is vaak te slecht om op de radio uit te zenden. Beide omroepen hanteren dus een verschillende manier van radiomaken. Toch is de rangorde van radio bij beide omroepen hetzelfde. Zowel RTV Utrecht als Omroep Flevoland vinden het maken van televisie belangrijker dan radio. Uit de eerdere onderzoeken van Klaske Tameling en Sjoukje Budde blijkt dit bij de NOS en RTV Noord ook zo te zijn.

83

Beide omroepen geven televisie prioriteit, maar vullen de productie voor dit medium verschillend in. Bij Omroep Flevoland zijn bijna alle redacteuren en cameramensen huiverig voor een volledige camjo-organistatie. Volgens hen zal een dergelijke reorganisatie bij Omroep Flevoland funest zijn voor de kwaliteit. Bij RTV Utrecht wil juist niemand meer terug naar een ENG-organisatie. Vooral de verslaggevers vinden het heel prettig om de regie over het eigen item in de hand te houden. De opvattingen van de redacties staan in het verlengde van die van beleidsmakers. Allard Berends ziet zelf het nut van een aparte cameraploeg, terwijl Wim Kramer juist zweert bij een camjo-benadering.

De beleidsmakers en de redactie van RTV Utrecht kijken dus verder dan de mogelijke tekortkomingen van verslaggeving. Hoofdredacteur Wim Kramer denkt dat door camjo-verslaggeving extra geld beschikbaar is gekomen voor de ontwikkeling van de dagbulletins. De camjo‟s denken dat ze op deze manier een beter persoonlijk verhaal kunnen maken. Een nadeel van camerajournalistiek is dat deze vorm verslaggevers weinig ruimte voor de productie voor andere media biedt. Verslaggevers hebben vaak geen tijd om leuke fragmenten te knippen voor internet of radio.

Volgens Rutten zou de coverage van een camjo-omroep breder zijn dan die van een ENG, dit blijkt in de praktijk niet waar. De camjo‟s bij RTV Utrecht hebben vaak zelf niet veel tijd voor research. Hierdoor schiet een journalistiek sterke voorproductie er bij in en vervalt ook het vermeende voordeel van extra journalistieke slagkracht. De verslaggevers bij RTV Utrecht zouden dan ook graag een extra bureauredacteur zien voor extra research. Omroep Flevoland heeft op het oog meer slagkracht, de omroep heeft een grote bureauredactie en verslaggevers doen efficiënt verslag voor zowel radio als televisie. Ook worden er geen riskante onderwerpen geproduceerd (een ander vermeend voordeel van camjo). De televisie-uitzending van RTV Utrecht is juist zo ingericht dat elke verslaggever thuiskomt met een verhaal, er worden geen verhalen weggegooid.

De camjo wordt door beide organisaties gebruikt voor reportages in het buitenland. Omroep Flevoland stuurde een camjo van Bant naar Bejing en RTV Utrecht stuurde haar camjo‟s in het verleden al naar IJsland, Bonaire en Zwitserland. Bij beide omroepen deden deze camjo‟s ook verslag voor radio en in sommige gevallen ook voor internet. Het blijkt dus dat bij deze relatief dure ondernemingen zeer multimediaal en efficiënt wordt gehandeld door de onderzochte omroepen.

De camjo‟s bij RTV Utrecht onderschrijven de filosofie van Rosenblum; camjo-verslaggeving helpt volgens hen bij het maken van een persoonlijk verhaal. De opbouw van de televisie-items is daarom ook anders dan bij Omroep Flevoland. In de televisie-items van Omroep Flevoland figureren nog vaak autoriteiten in een aan elkaar geplakt verhaal. RTV Utrecht heeft bijna bij ieder onderwerp 1 persoon centraal staan. Dit ene persoonlijke verhaal wordt dan gebruikt om het grotere verhaal toegankelijk en levendig te maken. Welke aanpak de voorkeur geniet, blijkt ook vaak een kwestie van smaak. Allard Berends, hoofdredacteur/directeur van Omroep Flevoland, gruwt van de informele aanpak van RTV Utrecht. Wim Kramer, hoofdredacteur van RTV Utrecht, denkt juist dat de camjo-vorm een goede manier is om ingewikkelde hard-nieuws verhalen te verduidelijken.

84

Naast camerajournalistiek is de opkomst van nieuwe media een belangrijke mediaconvergente ontwikkeling. Bij Omroep Flevoland wordt er tot op heden nog weinig geproduceerd voor internet. In theorie zouden redacteuren en verslaggevers ook deze website vullen. In de praktijk worden hun teksten ook wel gebruikt voor het internet, maar doen ze er niks extra‟s bij. Losse interviews worden niet online geplaatst, scoops worden niet direct doorgebeld voor internet en de internetredacteuren worden niet actief betrokken in het nieuwsproces. De deadline voor televisie is vaak leidend, terwijl internet juist een 24-uurs nieuwsstroom mogelijk maakt. Bij RTV Utrecht worden de internetredacteuren nog niet in elk journalistiek proces betrokken, maar is er door de bulletins wel verbetering te zien.

De dagbulletins bij RTV Utrecht versterken namelijk de kwaliteit van de homepage, Omroep Flevoland kent geen bulletins en mist dit voordeel. De bulletins hebben er bij RTV Utrecht voor gezorgd dat de denkwijze over de manier van werken is veranderd. De focus van de redactie komt hierdoor steeds meer op alle media te liggen. De internetredacteuren van RTV Utrecht worden steeds meer betrokken bij het nieuwsproces, ze faciliteren nu ook zelf steeds vaker radio en televisie. De drie internetredacteuren van Omroep Flevoland fungeren vooralsnog vaak als doorgeefluik voor content van anderen.

De „workflow‟ van Omroep Flevoland is niet echt veranderd door de toenemende digitalisering. De updates op internet worden verzorgd door een kleine groep mensen. De belangrijkste deadline ligt nog steeds om half 6 bij de televisie-uitzending. Het is dus niet zo dat de hele dag door nieuwe (video) content wordt aangeleverd voor de website, dit blijft nog steeds geconcentreerd op de avonduitzending. Omroep Flevoland heeft weliswaar het eenminutenbulletin maar uit het onderzoek blijkt dat deze redacteur op een eiland zit en geen belangrijke spil is in de 24-uurs-nieuwsstroom.

Theoretisch zou Omroep Flevoland met haar geïntegreerde redacties een beter geoliede nieuwsmachine moeten zijn dan RTV Utrecht, dit blijkt in de praktijk niet het geval. Televisie krijgt van bureauredacteuren en verslaggevers de prioriteit, hier lijden alle andere activiteiten onder. De redacteuren vinden internet en radio minder belangrijk. Bij RTV Utrecht zijn de taken anders verdeeld. Internetredacteuren werken ook voornamelijk voor internet, er vindt wel uitwisseling van informatie plaats, maar de verschillende media zijn wel duidelijk afgebakend. Een cross-mediale aanpak dus. Een voordeel van cross-mediaal werken is dat iedereen vecht voor zijn eigen medium, dit komt de kwaliteit van internet, televisie en radio ten goede, er zit ook meer expertise op de verschillende gebieden dan bij Omroep Flevoland. Een nadeel hiervan bij RTV Utrecht is dat de uitwisseling van informatie tussen de verschillende media nog wel eens hapert. Dit probleem heeft Omroep Flevoland door de geïntegreerde structuur niet.

Uit het onderzoek blijkt dat beide organisaties vooral multimediaal uitpakken bij groot nieuws. RTV Utrecht haalde alles uit de kast tijdens de affaire rond Burgemeester Wolfsen en het verbod dat hij uitvaardigde over een te publiceren artikel. RTV Utrecht twitterde, was online extra actief, en er

85

was live verslag op radio en televisie. Omroep Flevoland bediende het publiek via alle kanalen met berichtgeving rond het faillissement van de IJsselmeerziekenhuizen. Zo was er op de website een live-feed van de Tweede Kamer te zien, werd de site opengesteld voor reacties, en waren er extra lange interviews op internet te beluisteren. Deze multimediale producties zijn wel uitzonderlijk. De omroepen pakken maar 1 à 2 keer per jaar op een dergelijke manier uit met een onderwerp. De verslaggeving van alledag blijkt een stuk minder multimediaal.

Van gelaagde multimediale verhalen is bij beide omroepen nog geen sprake. De websites van beide omroepen staan weliswaar vol met nieuws maar de presentatie is vaak letterlijk overgenomen van televisie en radio. De presentatietekst wordt vaak uitgeschreven en het televisie/radio-item wordt er in zijn geheel onder geplaatst. De omroepen maken dus nog onvoldoende gebruik van de kracht van het internet. Lange TV- en radio-verhandelingen zijn immers minder interessant voor de surfende nieuwsconsument dan een kort fragment.

Uitzonderingen op dit knip- en plakbeleid zijn het eenminutennieuws bij Omroep Flevoland en de korte filmfragmenten op de voorpagina van RTV Utrecht. Het eenminutennieuws is voornamelijk bedoeld als internetbulletin. De snelle en bondige stijl van dit bulletin past ook goed bij het korte geduld van de surfende nieuwsconsument. Bij RTV Utrecht trekken de korte fragmenten vaak de aandacht van de nieuwsconsument, korte filmpjes van 30 seconden verleiden de bezoeker om door te klikken. Toch bestaan de websites van Omroep Flevoland en RTV Utrecht vooral uit bijeengeraapt materiaal van radio en televisie. Bardoel en d‟Haenens geven nu juist aan dat dit anders moet bij de publieke omroep. De onderzochte omroepen moeten dus nog een slag maken op dit gebied.

Volgens Stephen Quinn kost mediaconvergentie vaak meer geld dan vooraf wordt bedacht, en zou het niet als bezuinigingsmaatregel ingezet moeten worden. Wim Kramer benadrukt dat invoering van camjo‟s bij RTV Utrecht geen bezuinigingsmaatregel is geweest, maar een manier om meer content te produceren voor hetzelfde geld. Daarnaast vond Kramer de oude uitzendingen van RTV Utrecht ook veel te stijfjes. Convergentie heeft bij RTV Utrecht dus niet alleen een economisch maar ook een journalistiek motief. De mediaconvergente ontwikkelingen komen bij Omroep Flevoland vooral voort uit efficiency. Door de samenvoeging van radio en televisie waren er minder verslaggevers nodig, ook met de invoering van camerajournalistiek in het weekend wordt gesnoeid in de personele bezetting. Vooral bij Omroep Flevoland zit veel onvrede over de recente ontwikkelingen, de journalistieke kwaliteit gaat volgens de redactie achteruit. Bij RTV Utrecht is er minder commentaar op de mediaconvergente ontwikkelingen.

86

Bronnen

[Auteur onbekend] “Lunchmeeting, camjo (on)zinnig”

http://marimedialab.wordpress.com/2008/05/15/lunchmeeting-camjo-onzinnig/ bezocht op 21-10-2008

Aviles, Jose Alberto Garcia, “Integrated and Cross-Media Newsroom Convergence” Convergence, (2008): Vol. 14(2): 221-239.

Bardoel en Haenens, “Public Service Broadcasting in Converging Media Modalities,” Convergence, (2008): Vol. 14.

Bierhoff, Jan en Martha Stone “The State of Multimedia Newsrooms in Europe.” MUDIA Rapport 2002-2003.

Bowman, Shayne en Chris Willes, “We Media, How audiences are shaping the future of news and information,” online publicatie van The media center (2003)

www.hypergene.net/wemedia/download/we_media.pdf

Budde, Sjoukje. “Mediaconvergentie, revolutie op de redactie.” Afstudeerscriptie aan de Rijksuniversiteit

Groningen (2007)

James Careless, “Video Journalists : More Crews, More Coverage, More Ratings.”, Television Broadcast, 31 Oktober 2005.

http://www.televisionbroadcast.com/content/Cover_Story/Video_Journalists_br_More_Crews _More_Coverage_More_1091.shtml

Deuze, Mark. „What is multimedia journalism?‟ Journalism Studies (2004): Vol 5 No. 2.

Dupagne, Michel en Bruce Garrison. „The meaning and Influence of Convergence. A qualitative study of newsroom work at the Tampa News Center.‟ Journalism Studies (2006): Vol. 7 No. 2 Gordon, Rich. „The Meanings and Implications of Convergence.‟ In Digital Journalism. Emerging

Media and the Changing Horizons of Journalism. Kevin Kawamoto. Oxford: Rowman & Littlefield

Publishers, 2003.

Huang et. al, “Facing the Challenges of Convergence.” Convergence, (2006): Vol 12: 83-98. Kolodzy, Janet. Convergence Journalism. Writing and reporting across the News Media. Lanham:

Rowman& Littlefield Publishers Inc, 2006.

Morgan, Vivien. Practising Videojournalism. London: Routledge 2008.

Online Journalism Review “Video journalists': Inevitable revolution or way to cut TV jobs?” accessed 21-10-2008 http://www.ojr.org/ojr/wiki/video_journalists/

Patterson, Chris. Domingo ed. Making Online News, Peter Lang Publishing, New York: 2008. Quinn, Stephen. Convergent Journalism, an introduction, writing and producing across media.

87

Quinn, Stephen. “Convergence‟s Fundamental Questions.” Journalism Studies (2006): Vol. 6 No. Rutten, Paul. De toekomst van de regionale omroep, rapport in opdracht van IPO (Inter-provinciaal

overleg) en ROOS (Regionale Omroep Overleg en Samenwerking), Hilversum 2006 Rutten, Paul. Kracht in de regio, rapport in opdracht van IPO (Inter-provinciaal overleg) en ROOS

(Regionale Omroep Overleg en Samenwerking), Hilversum 2008

Rosenblum, Michael (2000): “Videojournalism: the Birth of a new Medium.” The International Journal on Grey literature March 2000: p.141 (139-143)

Rosenblum, Michael (2004): Video Journalism: The Digital Revolution, Uni-media, Berlin, 2004. Rosenblum, Michael (2007)“Freedon to Fail,” 6 Juli 2007, bezocht op 15-10-2008

http://rosenblumtv.wordpress.com/2007/07/06/freedom-to-fail/

Smith, Laura et. al, “Convergence Concerns in Local Television”, Journal of Broadcasting & Electronic Media December 2007, 556.

Herman Spinhof, “Hoe bereik je de zappende kijker?” De Journalist 13 Maart 2009,22-23. Stichting ROOS “Jaarverslag 2007” Mewadruk BV: Hilversum, 2007.

Tameling, Klaske. “www.nos.nl.” Afstudeerscriptie aan de Rijksuniversiteit Groningen (2008) Thorand, Gregor “Development of Guidelines for Successfully Applying Video Journalism to Local

and Regional Newsrooms” Afstudeerscriptie Fachhochschule Wiesbaden Fachbereich Design, Informatik und Medien, internetadres [pdf] bezocht op: 10-11-2008

Thurman, Neil et. al “Convergence calls” In Convergence (2008); 14; 439-453.

Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, Focus op Functies. Uitdagingen voor een toekomstbestendig mediabeleid. Amsterdam: Amsterdam University Press: 2005.

Interne bronnen:

Omroep Flevoland, “Jaarverslag Omroep Flevoland”, 2007. Omroep Flevoland “Meerjarenbeleidsplan 2009-2013”, 12.

Omroep Flevoland, Hoger Vliegen, beleidsstuk Omroep Flevoland (2004), RTV Utrecht “Beleidsplan RTV Utrecht 2009-2013

RTV Utrecht “Jaarverslag RTV Utrecht 2007”

http://www.rtvutrecht.nl/data/extrainfo/jaarverslagen/2007_jaarverslag/2007_jaarverslag.pdf RTV Utrecht “Stijlboek RTV Utrecht” Intranet RTV Utrecht

88

Interviews:

Omroep Flevoland

Interview Allard Berends, 28 April 2009. (hoofdredacteur/directeur) Interview Wim Bakker, 4 mei 2009. (chef de bureau)

Interview Eddy Gorter 15 April (bureauredacteur)

Interview Richard Schuurman, 27 April 2009 (verslaggever) Interview Marjan van Ens, 16 April 2009 (verslaggever) Interview Gerard van Ommen, 7 Mei 2009 (oud-verslaggever) Interview René van den Abeelen, 7 Mei 2009. (radiopresentator) Interview Abdelhafid Allakouch, 4 Mei 2009. (verslaggever) Interview Marco Penninkhof, 8 Mei 2009. (eindredacteur RTV) Interview Maaike van den Bosch, 27 April 2009. (verslaggever) Interview Karsten Reiniers, 7 Mei 2009. (verslaggever)

Interview Berry Brinkhorst, 8 mei 2009. (bureauredacteur)

Interview Erik de Smalen 7 April 2009. (redacteur eenminutenbulletins) Interview Danielle Petter, 15 April 2009 (internetredacteur)

RTV Utrecht

Interview Wim Kramer, 26 Mei 2009. (hoofdredacteur) Interview Michael Magielse, 2 Juni 2009 (eindredacteur radio) Interview Martin de Wit, 5 Juni 2009 (verslaggever)

Interview Ingrid Sterrenburg, 1 Juni 2009 (verslaggever) Interview Peter Voortman, 26 Mei 2009 (verslaggever) Interview Dennis van Ommeren, 5 Juni 2009. (verslaggever) Interview Ulrike Nagel, 27 Mei 2009 (verslaggever)

Interview Cathelijne Gussinklo, 3 Juni 2009 (eindredacteur bulletins) Interview Lonneke Wolterink, 4 Juni 2009 (verwerker bulletin) Interview Guus Doorn, 4 Juni 2009 (planner)

Interview Faas, 3 Juni 2009 (internetredacteur)

Interview Kamans, 27 Mei 2009 (eindredacteur internet)

In document Camjo in de Regio (pagina 82-88)