• No results found

Verplichting tot non-discriminatie op de markten voor levering van toegang tot hoge

10.7.1 Geschiktheid van de non-discriminatieverplichting

418. Door het opleggen van de verplichting tot non-discriminatie worden de mogelijkheden voor eigenaars van hoge antenne-opstelpunten om de toegang tot deze opstelpunten te belemmeren beperkt, en kan geen bevoordeling plaatsvinden van de (interne) bedrijfsonderdelen. Dankzij de verplichting tot non-discriminatie wordt het gebrek aan effectieve concurrentie als gevolg van de volgende mededingingsproblemen (gedeeltelijk) geadresseerd: onbillijke voorwaarden,

vertragingstactieken en prijsdiscriminatie. Doordat de eigenaars van opstelpunten verplicht worden hun eigen bedrijfsonderdelen die eventueel ook gebruikmaken van de onderbouwen – in gelijke gevallen – op gelijke wijze te behandelen als externe afnemers (leveranciers van transmissiediensten en antennesystemen), is het voor Novec, KPN, Nozema Services en BP minder eenvoudig om de toegang te belemmeren. Voorts beoogt de non-discriminatie verplichting het onmogelijk te maken dat Novec, KPN, Nozema Services en BP de ene aanbieder van antennesystemen, in gelijke gevallen op ongelijke wijze behandelt als een andere aanbieder.

10.7.2 Noodzakelijkheid van de non-discriminatieverplichting

419. Het opheffen van de mogelijke selectieve bevoordeling wat betreft prijs en andere voorwaarden voor toegang tot opstelpunten kan niet worden bereikt door een andere, lichtere maatregel dan non-discriminatie. Het opleggen van een verplichting tot non-discriminatie aan Novec, KPN en BP is, op grond van het voorgaande, een noodzakelijke verplichting.

10.7.3 Conclusie

420. Novec, KPN, Nozema Services en BP dienen op grond van artikel 6a.2 van de Tw juncto artikel 6a.8 van de Tw de toegang tot hoge antenne-opstelpunten onder gelijke omstandigheden onder gelijke voorwaarden te verlenen. Deze verplichting houdt tevens in dat zij ten opzichte van derden gelijke voorwaarden toepassen als die welke onder gelijke omstandigheden gelden voor henzelf, hun dochterondernemingen of hun partnerondernemingen.

10.8 Tariefregulering op de markten voor levering van toegang tot hoge

antenne-opstelpunten

10.8.1 Geschiktheid van tariefregulering

421. Net als op de markten voor onderbouwen, heeft het college ten aanzien van hoge antenne-opstelpunten het mededingingsprobleem van buitensporige prijzen geïdentificeerd. Door het opleggen van tariefregulering worden de mogelijkheden voor Novec, KPN, Nozema Services en BP tot het hanteren van buitensporige tarieven beperkt voor toegang tot hoge opstelpunten (zie

tevens artikel 6a.7, eerste lid, van de Tw).

422. Net als voor onderbouwen kunnen eigenaren van hoge opstelpunten leveranciers van antenne-systemen of transmissiediensten uitsluiten door buitensporige tarieven te hanteren. Zonder het bestaan van een verplichting tot het hanteren van kostengeoriënteerde tarieven kunnen Novec, KPN, Nozema Services en BP voor ieder van hun hoge antenne-opstelpunten buitensporige tarieven hanteren voor toegang zonder dat er alternatieven bestaan voor de afnemers van deze toegang. Het opleggen van een dergelijke verplichting aan deze partijen vormt, op grond van het voorgaande, een geschikte verplichting.

10.8.2 Noodzakelijkheid van tariefregulering

423. Zowel Novec, KPN, Nozema Services als BP staan bloot aan een prikkel buitensporige tarieven te hanteren voor toegang tot hoge antenne-opstelpunten. De verplichting tot toegang en de verplichting tot non-discriminatie adresseren deze prikkel niet. Om deze beperking van

concurrentie te voorkomen staan het college geen andere, lichtere maatregelen ter beschikking dan het opleggen van een dergelijke verplichting. Op grond van het voorgaande is

tariefregulering derhalve een noodzakelijke maatregel.

424. Het college heeft vervolgens overwogen of het opleggen van een verplichting tot het opstellen van een kostentoerekeningssysteem een passende verplichting zou zijn.

10.8.3 Conclusie

425. Zowel Novec, KPN, Nozema Services als BP dienen op grond van artikel 6a.2 van de Tw juncto artikel 6a.7, van de Tw voor de geleverde toegang tot de hoge antenne-opstelpunten

kostengeoriënteerde tarieven te hanteren.

426. Daarnaast dienen Nozema Services en Novec op grond van artikel 6a.7, van de Tw voor de tarifering van de levering van het medegebruik, een door het college goed te keuren

kostentoerekeningssysteem te hanteren. Zij dienen hiertoe binnen drie maanden na het van kracht worden van dit besluit een kostentoerekeningssysteem ter goedkeuring voor te leggen aan het college.

427. Het college acht het daarentegen niet proportioneel aan KPN en BP een verplichting tot het hanteren van een kostentoerekeningssysteem op te leggen. Materieel geldt zowel voor KPN als BP een verplichting om kostengeoriënteerde tarieven te berekenen. Het al dan niet opleggen van een verplichting tot het opstellen van een kostentoerekeningssysteem doet hier niets aan af: tarieven op basis van kostenoriëntatie of op basis van een kostentoerekeningssysteem zullen gelijk zijn.

428. Hoewel zowel KPN als BP ieder over een AMM beschikken op de respectievelijke

wholesalemarkten voor levering van toegang tot hoge antenne-opstelpunten, beschikken KPN en BP in verhouding tot Nozema Services en Novec over een gering aantal hoge antenne-opstelpunten. Doordat KPN en BP slechts over een gering aantal opstelpunten beschikken, zouden de relatieve kosten per opstelpunt van het opzetten van een

kostentoerekeningssysteem voor KPN en BP hoogstwaarschijnlijk veel hoger zijn dan die voor Nozema Services en BP. Daarnaast kan de toegevoegde waarde van een

kostentoerekeningssysteem voor KPN en BP beperkt zijn doordat ook in het verleden geen geschillen bij Opta aanhangig gemaakt zijn over toegang tot deze opstelpunten. Als gevolg van bovestaande is het college van mening dat het niet proportioneel is KPN en BP te verplichten tot het hanteren van een kostentoerekeningssysteem.

429. Nozema Services en Novec dienen er zorg voor te dragen dat het kostentoerekeningssysteem voldoet aan de volgende voorschriften:

§ De toerekening van de kosten van medegebruik, alsmede de toerekening van de kosten van de aan levering gekoppelde vormen van gedeeld gebruik van faciliteiten, vindt plaats op basis van het principe van causaliteit;

§ De kosten van elementen dienen in beginsel volgens het causaliteitsprincipe en proportioneel (in casu naar rato van capaciteitsgebruik) te worden toegerekend aan de verschillende diensten die van die elementen of delen gebruik maken;

§ Bij de vaststelling van de tarifering van het medegebruik alsmede van daaraan gekoppelde vormen van gedeeld gebruik van faciliteiten, wordt uitgegaan van de historische kostprijs, gecorrigeerd voor de afschrijving, en vermeerderd met een redelijk rendement;

§ De hoogte van het redelijk rendement dient te worden bepaald aan de hand van de zogenaamde Weighted Average Cost of Capital (hierna: WACC) methodiek onder toepassing van het Capital Asset Pricing Model (CAPM).

10.9 Toegangsverplichting op de markten voor levering van toegang tot

antennesystemen in individuele hoge antenne-opstelpunten

430. Op de hoogst gelegen wholesalemarkten, namelijk die voor de levering van onderbouwen, werden in de voorgaande paragrafen verplichtingen opgelegd aan KPN en TenneT. Daarnaast werd op de op de lager gelegen wholesalemarkten voor hoge antenne-opstelpunten aan Novec, KPN, Nozema Services en BP eveneens een aantal verplichtingen opgelegd. Desondanks bestaan er nog steeds een aantal potentiële mededingingsproblemen op de wholesalemarkten voor antennesystemen. Deze potentiële problemen worden niet geadresseerd door de

opgelegde verplichtingen op de bovenliggende markten.

10.9.1 Geschiktheid van de toegangsverplichting

431. Als toegang tegen kostengeoriënteerde tarieven bestaat tot de onderbouwen en hoge antenne-opstelpunten, zijn de dominante aanbieders van bestaande antennesystemen (Nozema Services en BP) in individuele hoge antenne-opstelpunten nog steeds in staat toegang tot deze antennesystemen te weigeren. Zowel Nozema Services als BP beschikken over een prikkel leveranciers van FM-transmissiediensten toegang te weigeren tot de antennesystemen in hoge antenne-opstelpunten waarvoor zij zijn aangewezen als aanbieder met AMM. Nozema Services en BP leveren namelijk zelf ook transmissiediensten en beschikken hierdoor over een prikkel toegang voor concurrenten te weigeren; de concurrent kan op deze manier geen volwaardige FM-transmissiediensten leveren. Het opleggen van een toegangsverplichting voorkomt het mededingingsprobleem van leveringsweigering en zal er aan bijdragen dat er effectieve

toegangsverplichting is hierdoor een geschikte verplichting.

10.9.2 Noodzakelijkheid van de toegangsverplichting

432. Zonder toegangsverplichting bestaat de mogelijkheid dat, indien er geen eigen

antennesystemen in een opstelpunt kunnen worden geïnstalleerd, een leverancier van

transmissiediensten deze diensten niet kan aanbieden aan een programma-aanbieder omdat de leverancier geen toegang kan verkrijgen tot de antennesystemen of omdat de duur van het toegangsverzoek op basis van 3.11 van de Tw teveel tijd in beslag neemt. Toegangsweigering tot antennesystemen belemmert toetreding en concurrentie op de markt voor

FM-transmissiediensten.

433. Indien een hoog antenne-opstelpunt over voldoende ruimte beschikt om een antennesysteem te installeren, is leveringsweigering geen potentieel mededingingsprobleem. Immers, een

aanbieder van FM-transmissiediensten kan op het betreffende opstelpunt zelf een

antennesysteem installeren en zo voldoen aan de eisen (locatie, dekking, vermogen) van de programma-aanbieder. Onder voldoende ruimte verstaat het college, ruimte die op effectieve wijze gebruikt kan worden door leveranciers van FM-antennesystemen voor het uitzenden van signalen conform de specificaties van de om transmissie vragende programma-aanbieder.72

434. Als gevolg hiervan acht het college het niet noodzakelijk, voor opstelpunten waar voldoende ruimte beschikbaar is, een toegangsverplichting aan Nozema Services en BP op te leggen. Een dergelijke verplichting voor antennesystemen in deze opstelpunten zou niet bijdragen aan het waar mogelijk niet belemmeren van infrastructuurconcurrentie.

435. Voor hoge antenne-opstelpunten waar onvoldoende ruimte beschikbaar is bestaan er derhalve geen lichtere alternatieven voor de toegangsmaatregel. Het opleggen van een

toegangsverplichting aan Nozema Services en BP is, op grond van het voorgaande, een

noodzakelijke verplichting voor antenne-opstelpunten waarin onvoldoende beschikbare ruimte is voor het zelf installeren van antennesystemen.

436. Voor hoge antenne-opstelpunten waar voldoende ruimte beschikbaar is overweegt het college hieronder geen andere verplichtingen op te leggen. Immers, naast leveringsweigering zijn ook discriminatie, onbillijke voorwaarden en buitensporige tarieven geen potentiële

mededingingsproblemen.

437. Het college concludeert dat het opleggen van een toegangsverplichting voor individuele relevante wholesalemarkten voor het aanbieden van FM-antennesystemen in een hoog antenne-opstelpunt uit de zerobase aan Nozema Services en BP een geschikte en noodzakelijke maatregel is, in het geval in een dergelijk opstelpunt onvoldoende ruimte beschikbaar is tot het zelf plaatsen van een antennesysteem.

72

Onder specificaties verstaat het college in ieder geval de opgegeven frequentie en het opgegeven vermogen in het verzoek van de programma-aanbieder.

10.9.3 Conclusie

438. Broadcast Partners en Nozema Services dienen op grond van artikel 6a.2 van de Tw juncto artikel 6a.6 van de Tw te voldoen aan redelijke verzoeken tot het medegebruik van

FM-antennesystemen. Broadcast Partners voor de antennesystemen in de opstelpunten in Gemert, Overslag, Tjerkgaast. Nozema Services voor de antennesystemen in de opstelpunten Alkmaar, Alphen a/d Rijn, Amsterdam RAI, Amsterdam IJ mast, Arnhem, Breda, Dedemsvaart, Den Haag, Den Helder, Deventer, Doetinchem, Eys, Goes, Haarlem, Hengelo, Hilversum,

Hoogezand, Hoorn, Hulsberg, Hulst, Irnsum, Lelystad, Loon op Zand, Lopik, Losser, Maastricht, Markelo, Megen, Mierlo, Philippine, Roermond, Roosendaal, Rotterdam, Ruurlo, Smilde, Uchelen, Utrecht, Wieringermeer, Wormer, Zwolle (Marslanden), Zwollekerspel.

Deze verplichtingen houden in dat men:

§ aanbieders toegang verleent tot de antennesystemen die nodig zijn om analoge omroeptransmissiediensten te verzorgen;

§ co-locatie of andere vormen van gedeeld gebruik van faciliteiten aanbiedt indien deze vormen van gedeeld gebruik redelijkerwijs noodzakelijk zijn voor de levering van analoge omroeptransmissiediensten;

§ te goeder trouw onderhandelt met aanbieders die verzoeken om toegang; § reeds verleende toegang tot faciliteiten niet intrekt.

10.10 Verplichting tot non-discriminatie op de markten voor levering van

toegang tot antennesystemen in individuele hoge antenne-opstelpunten

10.10.1 Geschiktheid van de non-discriminatieverplichting

439. Zowel Nozema Services als BP beschikken over een AMM-positie voor antennesystemen in hiervoor genoemde hoge opstelpunten. Doordat beide partijen tevens aanbieder zijn van FM-transmissiediensten bestaat de prikkel elkaar te benadelen bij het verkrijgen van toegang tot ieders antennesysteem. Naast toegangsweigering kan ditzelfde effect worden veroorzaakt door discriminatie rondom tarieven en voorwaarden.

440. Door het opleggen van de verplichting tot non-discriminatie worden de mogelijkheden voor Nozema Services en BP om de toegang tot antennesystemen te belemmeren beperkt, en kan geen bevoordeling plaatsvinden van de eigen transmissiebedrijven. Dankzij de verplichting tot non-discriminatie wordt het gebrek aan effectieve concurrentie als gevolg van de volgende mededingingsproblemen (gedeeltelijk) geadresseerd: onbillijke voorwaarden,

vertragingstactieken en prijsdiscriminatie. Doordat Nozema Services en BP verplicht worden hun eigen bedrijfsonderdelen die gebruikmaken van de antennesystemen – in gelijke gevallen – op gelijke wijze te behandelen als externe afnemers (leveranciers van transmissiediensten), is het voor Nozema Services en BP niet mogelijk toegang te belemmeren. Voorts beoogt de non-discriminatie verplichting het onmogelijk te maken dat Nozema Services en BP de ene afnemer van antennesystemen, in gelijke gevallen op ongelijke wijze behandelt als een andere

10.10.2 Noodzakelijkheid van de non-discriminatieverplichting

441. Het opheffen van de mogelijke selectieve bevoordeling wat betreft prijs en andere voorwaarden voor toegang tot opstelpunten kan niet worden bereikt door een andere, lichtere maatregel dan non-discriminatie. Het opleggen van een verplichting tot non-discriminatie aan Nozema Services en BP is, op grond van het voorgaande, een noodzakelijke verplichting. Het college stelt vast dat het opleggen van een non-discriminatieverplichting voor individuele relevante

wholesalemarkten voor het aanbieden van FM-antennesystemen in een hoog antenne-opstelpunt uit de zerobase aan Nozema Services en BP een geschikte en noodzakelijke maatregel is.

10.10.3 Conclusie

442. Nozema Services en Broadcast Partners dienen op grond van artikel 6a.2 van de Tw juncto artikel 6a.8 van de Tw de genoemde vormen van toegang tot antennesystemen onder gelijke omstandigheden onder gelijke voorwaarden te verlenen. Deze verplichting houdt tevens in dat men ten opzichte van derden gelijke voorwaarden toepast als die welke onder gelijke

omstandigheden gelden voor henzelf, hun dochterondernemingen of hun partnerondernemingen.

10.11 Tariefregulering op de markten voor levering van toegang tot

antennesystemen in individuele hoge antenne-opstelpunten

10.11.1 Geschiktheid van tariefregulering

443. Op de markten voor antennesystemen in hoge antenne-opstelpunten bestaat het potentiële mededingingsprobleem van buitensporige prijzen. Door het opleggen van tariefregulering worden de mogelijkheden voor Nozema Services en BP tot het hanteren van buitensporige tarieven voor toegang tot antennesystemen beperkt (zie tevens artikel 6a.7, eerste lid, van de Tw).

444. Het hanteren van buitensporige tarieven voor toegang tot antennesystemen kan leiden tot uitsluiting van aanbieders van FM-transmissiediensten en beperkt hierdoor concurrentie op de markt voor levering van transmissiediensten. Zonder tariefregulering kunnen Nozema Services en BP buitensporige tarieven hanteren bij toegangsverzoeken tot hun antennesystemen. Dit heeft als gevolg dat de afnemer van deze toegang een hoger tarief moet rekenen voor transmissiediensten en dat zijn concurrentiepositie op de markt voor transmissiediensten hiermee verslechtert. Tariefregulering adresseert dit potentiële mededingingsprobleem en bevordert zo concurrentie op de laagst gelegen wholesalemarkt. Het opleggen van tariefregulering aan KPN is, op grond van het voorgaande, een geschikte verplichting.

10.11.2 Noodzakelijkheid van tariefregulering

445. Zowel Nozema Services als BP beschikken over een prikkel buitensporige tarieven te hanteren voor toegang tot antennesystemen. De verplichting tot toegang en de verplichting tot non-discriminatie adresseren deze prikkel in onvoldoende mate. Om deze beperking van

concurrentie te voorkomen staan het college geen andere, lichtere maatregelen ter beschikking dan de hieronder weergegeven ve rplichting tot het hanteren van kostengeoriënteerde tarieven

voor zowel Nozema Services als Broadcast Partners. Op grond van het voorgaande is deze verplichting derhalve een noodzakelijke maatregel.

446. Het college heeft vervolgens overwogen of het opleggen van een verplichting tot het opstellen van een kostentoerekeningssysteem een passende verplichting zou zijn.

10.11.3 Conclusie

447. Zowel Nozema Services als BP dienen op grond van artikel 6a.2 van de Tw juncto artikel 6a.7, van de Tw voor de geleverde toegang tot FM-antennesystemen kostengeoriënteerde tarieven te hanteren.

448. Nozema Services dient op grond van artikel 6a.7, van de Tw voor de tarifering van de levering van het medegebruik, een door het college goed te keuren kostentoerekeningssysteem te hanteren. Nozema Services dient hiertoe binnen drie maanden na het van kracht worden van dit besluit een kostentoerekeningssysteem ter goedkeuring voor te leggen aan het college.

449. Het college acht het niet proportioneel aan BP een verplichting op te leggen tot het hanteren van een kostentoerekeningssysteem voor toegang tot antennesystemen. Materieel geldt zowel voor BP als Nozema Services een verplichting om kostengeoriënteerde tarieven te berekenen. Het al dan niet opleggen van een verplichting tot het opstellen van een

kostentoerekeningssysteem doet hier niets aan af: tarieven op basis van kostenoriëntatie of op basis van een kostentoerekeningssysteem zullen gelijk zijn.

450. Het college gaat er vanuit dat BP over een zeer gering aantal antennesystemen beschikt en als gevolg hiervan slechts over AMM beschikt voor antennesystemen in een beperkt aantal hoge opstelpunten. Het opzetten van een kostentoerekeningssysteem enkel voor deze

antennesystemen zou disproportioneel veel kosten, mede in het licht van de geschilhistorie voor toegang tot antennesystemen van BP.

451. Nozema Services dient er zorg voor te dragen dat het kostentoerekeningssysteem voldoet aan de volgende voorschriften:

§ De toerekening van de kosten van medegebruik, alsmede de toerekening van de kosten van de aan levering gekoppelde vormen van gedeeld gebruik van faciliteiten, vindt plaats op basis van het principe van causaliteit;

§ De kosten van elementen dienen in beginsel volgens het causaliteitsprincipe en proportioneel (in casu naar rato van capaciteitsgebruik) te worden toegerekend aan de verschillende diensten die van die elementen of delen gebruik maken;

§ Bij de vaststelling van de tarifering van het medegebruik alsmede van daaraan gekoppelde vormen van gedeeld gebruik van faciliteiten, wordt uitgegaan van de historische kostprijs, gecorrigeerd voor de afschrijving, en vermeerderd met een redelijk rendement;

§ De hoogte van het redelijk rendement dient te worden bepaald aan de hand van de zogenaamde Weighted Average Cost of Capital (hierna: WACC) methodiek onder toepassing van het Capital Asset Pricing Model (CAPM).

11 Verplichtingen op de wholesalemarkten voor analoge

ethertransmissie via de middengolf

452. In dit hoofdstuk wordt voor de verschillende wholesalemarkten voor analoge ethertransmissie via de middengolf eerst een korte opsomming gegeven van de aanbieders met een AMM-positie. Daarna wordt het doel van regulering bepaald en wordt per verplichting de geschiktheid en noodzakelijkheid gegeven.

453. Het college legt verplichtingen op op relevante wholesalemarkten beginnend bij de hoogst gelegen wholesalemarkt. Dit betekent dat voor de middengolf de wholesalemarkten voor individuele antenne-opstelpunten het startpunt zijn. Hierna bekijkt het college of dit

mededingingsproblemen op lager gelegen wholesalemarkten (als eerste de wholesalemarkten voor antennesystemen) oplost. Zo niet, dan zal het college ook op deze wholesalemarkten verplichtingen opleggen.

11.1 Aanbieders met een AMM-positie op de relevante wholesalemarkten

voor analoge ethertransmissie via de middengolf

454. In hoofdstuk 5 is zijn de wholesalemarkten voor individuele antenne-opstelpunten voor de middengolf gedefinieerd. Daarnaast werden de wholesalemarkten voor levering van antennesystemen op een bepaald opstelpunt en wholesalemarkt voor levering van

transmissiediensten via de middengolf gedefinieerd. De AMM-posities van de verschillende aanbieders worden in onderstaande tabel weergegeven.

Relevante markten voor middengolf Levering van antenne-opstelpunten Levering van antenne-systemen Novec ? Aanbieders Nozema Services ?

Tabel 2.Overzicht van relevante markten en aanbieders met AMM-posities.

11.2 Doel van regulering en prioritaire doelstelling

455. Zoals aangegeven en gemotiveerd in het algemene afwegingskader met betrekking tot

proportionaliteit van verplichtingen in hoofdstuk 3, is het college van oordeel dat een situatie van duurzame concurrentie het best kan worden bereikt door, daar waar mogelijk, in de keuze van verplichtingen voorrang te geven aan maatregelen die infrastructuurconcurrentie niet

belemmeren. Alleen waar infrastructuurconcurrentie binnen de herzieningsperiode van drie jaar en de direct voorzienbare toekomst niet mogelijk is, dient te worden gekozen voor

456. Zoals geldt voor de infrastructuur benodigd voor ethertransmissie via FM-frequenties, geldt ook voor de infrastructuur benodigd voor middengolftransmissie dat deze infrastructuur zeer moeilijk repliceerbaar is. Voor deze infrastructuren dient dan ook de doelstelling van regulering het