• No results found

Van aanwijzing naar beheer

In document Natuurbalans 2005 (pagina 56-60)

NATUUR EN LANDSCHAP

5.2 Van aanwijzing naar beheer

Met de huidige lijst van Natura 2000-gebieden voldoet Nederland vrijwel geheel aan zijn Europese verplichtingen wat aanmelding en aanwijzing betreft. Momenteel maken het Rijk, de provincies en de grote terreinbeheerders afspraken over proces en inhoud van de beheerplannen voor Natura 2000-gebieden.

Hoewel 45% van het areaal van de Natura 2000-gebieden onder de Subsidieregeling Natuurbeheer valt, is deze regeling in zijn huidige vorm beperkt geschikt om als basis te dienen voor afspraken over het beheer van Natura 2000-gebieden. Slechts 50% van de Natura 2000-soorten geldt namelijk als meetsoort om de subsidies toe te kennen.

Aanwijzing Natura 2000-gebieden vrijwel op orde

Sinds 2004 zijn er geen nieuwe aanwijzingen of aanmeldingen van gebieden geweest onder de Vogel- of Habitatrichtlijn. Met de huidige aanwijzingen en aanmeldingen voldoet Nederland vrijwel geheel aan zijn Europese verplichtingen. Alleen voor de Noordzee verwacht de EU nog een aanvulling, maar de EU moet hiervoor eerst de cri- teria vaststellen. Wel werkt Nederland op dit moment aan kleine grenscorrecties van de Habitatrichtlijngebieden, ter voorbereiding op de officiële aanwijzingsbesluiten krachtens de Natuurbeschermingswet. Ook zijn in januari 2005 twee Vogelrichtlijnge- bieden vergroot door een wijziging in de begrenzing.

Momenteel zijn 141 Habitatrichtlijngebieden aangemeld bij de Europese Commissie. De commissie is akkoord gegaan met de Nederlandse aanmelding en heeft alle Neder-

5 NATURA 2000

56

Het Natura 2000-gebied Oostelijke Vechtplassen is onder meer erg belangrijk voor het habitat- type overgangs- en trilveen en voor de gevlekte witsnuitlibel (foto: De Jong Luchtfotografie).

landse gebieden op de goedgekeurde lijst van de Atlantische biogeografische regio gezet. De verwachting is dat Nederland de aanwijzingsbesluiten vanaf januari 2006 zal publiceren. Voor gebieden die zowel Vogel- als Habitatrichtlijngebied zijn, zal een aanwijzingsbesluit worden geformuleerd (zie ook kader ‘Contourennotitie Natura 2000 aangeboden aan de Tweede Kamer’).

Nederland heeft 79 Vogelrichtlijngebieden aangewezen; de Polder Zeevang staat hiervoor nog op de nominatie. In totaal zijn er 160 Natura 2000-gebieden, omdat de Vogel-, en Habitatrichtlijngebieden elkaar gedeeltelijk overlappen.

Volgens de nieuwe Natuurbeschermingswet is het verplicht om binnen drie jaar na de formele aanwijzing van het Natura 2000-gebied, er een beheerplan voor op te stellen. Zowel het Rijk als de provincies kunnen hiervoor bevoegd gezag zijn. Omdat in veel gevallen meerdere instanties in één Natura 2000-gebied bevoegd gezag zijn, is het ministerie van LNV in overleg met de verschillende provincies, het ministerie van Defensie en Rijkswaterstaat over de vraag wie per gebied het initiatief zal nemen bij het opstellen van de beheerplannen. De betrokkenen zullen hierover naar verwach- ting in het najaar van 2005 overeenstemming bereiken. Zodra de aanwijzingsbeslui- ten zijn vastgesteld, zal de verantwoordelijke overheid een formele start maken met het opstellen van de beheerplannen.

Beheerafspraken nog niet toegesneden op Natura 2000-doelen

Goed beheer is belangrijk om habitats en soorten in de Natura 2000-gebieden in stand te houden, zoals voorgeschreven door de twee richtlijnen. Een vraag die leeft bij terreinbeheerders is dan ook: wat gaan de Natura 2000-instandhoudingsdoelen voor het beheer betekenen?

NATURA 2000 5

Op 8 juli 2005 heeft minister Veerman van LNV de Contourennotitie Natura 2000 aangeboden aan de Tweede Kamer. Deze notitie beschrijft het implementatieproces van het beleid voor de Natura 2000-gebieden van de komende twee jaar, de beleidsmatige en inhoudelijke kaders, de te betrekken actoren en de tijdsplanning van dit proces.

Het proces is op hoofdlijnen als volgt. In het najaar van 2005 zal het ministerie van LNV het bestuurlijk overleg starten over de Natura 2000- doelen, de inhoudelijke inzet voor de aanwij- zingsbesluiten en de kaders voor de organisatie van de beheerplannen. Per gebied kunnen betrokken partijen hun visie geven op de inzet van de aanwijzingsbesluiten, de begrenzing en de voorgestelde instandhoudingsdoelstellingen.

Na dit overleg zal het ministerie ontwerp-aanwij- zingsbesluiten publiceren (naar verwachting vanaf 2006). Pas nadat de aanwijzingsbesluiten zijn vastgesteld, zal een formele start worden gemaakt met het opstellen van de beheerplan- nen. Al in het najaar van 2005 zal echter een besluit worden genomen over de gezamenlijke aanpak en een handreiking ontwikkeld zijn om de beheerplannen op te stellen. Rondom de vergun- ningsverlening spitsen de activiteiten zich vooral toe op communicatie over consequenties van de nieuwe Natuurbeschermingswet.

Ook wordt in de notitie aangekondigd dat er een ex-ante-evaluatie zal komen van de mogelijke sociaal-economische consequenties van de aan- wijzingsbesluiten (LNV, 2005).

Het beheer van natuurgebieden in Nederland is geregeld via het Programma Beheer, door de Subsidieregelingen Natuurbeheer (SN) en Agrarisch Natuurbeheer (SAN). Momenteel valt ongeveer 45% van de oppervlakte Natura 2000-gebied onder deze regelingen, waarvan overigens slechts een zeer klein aandeel onder de SAN-regeling. Ongeveer 40% van de Habitatrichtlijngebieden en 30% van de Vogelrichtlijngebieden zijn in handen van eigenaren die niet in aanmerking komen voor de subsidieregelin- gen. Het kan dan gaan om Staatsbosbeheer, de drinkwaterbedrijven en Defensie. Staatsbosbeheer ontvangt op basis van een eigen regeling met LNV een financiële ver- goeding voor het beheer. Op ongeveer 15% van de terreinen waar beheerders in prin- cipe een beheerpakket kunnen afsluiten, is dat (nog) niet gebeurd (MNP, 2004b). De beheerafspraken in het kader van SN en SAN worden gemaakt op basis van beheer- pakketten waarmee wordt aangegeven welke natuurresultaten moeten worden gere- aliseerd. Het ministerie van LNV kent de SN-subsidies toe op basis van meetsoorten die een indicator zijn voor de natuur die met het pakket beoogd wordt. Het Program- ma Beheer is echter niet expliciet ontwikkeld voor aansturing van het beheer van Natura 2000-soorten en -habitats. Slechts 50% van de Natura 2000-soorten gelden als meetsoort van de SN-regeling.

5 NATURA 2000

58

Beheer is belangrijk om habitats en soorten in de Natura 2000-gebieden in stand te houden (foto: Roel Hoeve).

NATURA 2000 5

Natura 2000 beoogt een Europees netwerk te zijn. Er zijn acht grensoverschrijdende gebieden aangewezen met Duitsland en acht met België. Twee gebieden (het Zwin en de Waddenzee) zijn aquatisch, de overige terrestrisch (zie figuur 5.2). Tien andere gebieden liggen weliswaar bij de grens, maar zijn niet grensoverschrijdend. Duits- land heeft zijn aanmelding echter nog niet afge- rond. Er kunnen dus aan Duitse kant nog gebie- den worden begrensd die aansluiten bij Nederlandse gebieden.

Grensoverschrijdende samenwerking op het vlak van soort- en habitatbeheer is noodzakelijk van- wege de interne samenhang van de gebieden. Bovendien kunnen maatregelen gericht op her- stel van de waterhuishouding van habitats onge- wenste effecten hebben op de gebieden aan de andere zijde van de grens.

In drie Natura 2000-grensgebieden is gekeken naar de grensoverschrijdende samenwerking tussen bestuurders, beleidsambtenaren en

beheerders. De vormgeving, doelen en intensiteit van de grensoverschrijdende samenwerking ver- schillen per park, evenals het stadium waarin de grensoverschrijdende samenwerking zich bevindt.

Bescherming en ontwikkeling van natuur is in alledrie de onderzochte grensparken een van de doelen. In geen van de drie parken bestaan ech- ter grensoverschrijdende initiatieven louter en alleen gericht op Natura 2000. Wel zijn allerlei projecten geïnitieerd onder de bredere noemer ‘natuur(ontwikkeling)’, vooral in de vorm van Interreg-projecten. Natuurbeheer voor Natura 2000-soorten maakt daar wel deel van uit, maar wordt niet als zodanig geadresseerd. In de drie geselecteerde grensoverschrijdende gebieden vormt Natura 2000 momenteel dus (nog) geen sti- mulans voor grensoverschrijdende samenwer- king (Van Wingerden et al., 2005).

Samenwerking over de grens: geen speciale aandacht voor Natura 2000

Grensoverschrijdende Natura 2000-gebieden

Grensoverschrijdend Overige

5.3

Perspectieven voor het behalen van de

In document Natuurbalans 2005 (pagina 56-60)