• No results found

Taken en ontwikkelingen

In document Hoofdafdeling Wegen en Verkeer (pagina 6-12)

2.1 Taak en rolo~vatting

De hoofdafdelig Wegen en verkeer (WV) is binnen de directie IJsselmeergebied verantwoordelijk voor de verkeer- en vervoertaken die in opdracht van de beleidsdirecties uitgevoerd worden en anderzijds voor de taken die voortkomen uit de opdracht die Rijkswaterstaat als uitvoeringsorganisatie heeft. Dit laatste komt tot uiting in:

-

het beheren, instandhouden en exploiteren van r i j k s i i c t u w (wegen, bruggen, vaarwegen, sluizen, em);

-

het zorgdragen voor een veilige en vlotte afwikkeling van het verkeer op de r i j k s i i c t u u r ;

-

het voorbereiden, ontwerpen, begeleiden en uitvoeren van civieltechnische en elektromechanische werken.

2.2 Ontwikkeliigen m.b.t. het taken~akket Verkeer en vervoer.

Het zich frequent en gelijktijdig verplaatsen van grote aantallen mensen leidt tot knelpunten. Een breed en groeiend scala aan instnunenten staat ter beschikkiug om de vraag naar mobiliteit te faciliteren en veilig te geleiden. Die instnunenten liggen op het gebied van telecommunicatie, collectief- en individueel perso- nenvervoer en voor het vervoer van goederen. De overheid faciliteert. Het vervoer zelf wordt aan marktpartijen overgelaten.

De provincie Flevoland heeft aansluiting gezocht bij de Randstadprovincies en stemt daarmee haar beleid af. Flevoland is in de race als een van de lokaties voor woningbouwtaakstellingen in de VINEXact (actualisatie VTNEX) voor de periode 2005

-

2010.

De directie IJsselmeergebied gaat er voor de komende jaren van uit dat Almere zal blijven groeien ongeacht een taakstelling in de VINEXact. In 1998 zal een

strategische studie worden opgezet om de gevolgen van deze groei in kaart te

Werkplan WV 1998 7

brengen. Naast inzicht in de behoefte aan aan de groei gekoppelde hhstmctuur worden uit deze studie uitkomsten verwacht voor het te voeren verkeer- en vervoerbeleid in de regio.

Het convenant Verdi regelt de verdeiig van taken en bevoegdheden op het gebied van verkeer en vervoer tussen de drie overheidslagen. Ten aanzien van het

Openbaar Vervoer is de venvachting dat de bevoegdheden met betrekking tot de dienstregeling per 1 januari 1998 aan de provincies en daarvoor in aanmerking komende gemeenten wordt overgedragen. Dit is dan het eerste jaar waarin volledig volgens de taak- en roiverdeling van VERDI wordt gewerkt.

Op 1 juli 1997 is een intentieverklaring voor het startprogramma Duurzaam Veilig ondertekend. Het doel van dit programma is om het aantal verkeersslachtoffers nog verder te verminderen, waardoor de doeistelling van het Meejarenplan Verkeers- veiligheid b i i e n bereik komt. Van de regionale overheden wordt verwacht dat zij plannen indienen op het gebied van aanpassing hhstmctuur om deze doelstelling te verwezenlijken. In 1998 zullen de eerste plannen ingediend en beoordeeld worden.

In 1998 wordt het eerste Provinciale Verkeer en Vervoer Plan (PVVP) opgesteld door de provincie. Hierin wordt het door de provincie voorgestane verkeer en vervoerbeleid beschreven. Inzet van de directie IJsselmeergebied zal zijn om het rijksbeleid daarin verankerd te krijgen. Concreet betekent dit dat naast de door de lagere overheden gewenste nieuwe infrastructuur ook aandacht gevraagd zal worden voor flankerend beleid (b.v. parkeer- en locatiebeleid) en versterken van het gebruik van het Openbaar Vervoer. Het PVVP is het kader voor het te voeren provinciaal en gemeentelijk beleid. Dit beleid zal echter ook deel moeten uitmaken van het beleid voor de Ruimtelijke Ordening en Milieu.

Het goederenvervoerbeleid van de directie IJsselmeergebied wordt ontwikkeld, waarbij de aandacht zal gaan naar het aanleggen van overslagvoorzieningen en het verbeteren van de mogelijkheden voor vemoer over water en per trein.

Aanleg infrastmctuur.

De aanleg van de A27 (gereed 1999), de reconstructie van de N50 (gereed 2001), de dijkversterkingen (gereed 2002) en de reconshuctie aansluiting Kamperhoekweg (gereed 2001) zijn de laatste projecten die nog tot het Zuiderzeeproject kunnen worden gerekend en dus volgens de daarbij geldende procedures kunnen verlopen.

In 1994 is de Trackwet van kracht geworden. In 1996 is een nieuwe MIT-systema- tiek met verkenningen-, planstudie- en realisatiefase ingevoerd. Deze nieuwe aanpak vergt een grondige onderbouwing van nieuwe hhstmctuur. Volgens deze nieuwe systematiek verlopen de planstudies (tracdmer studies) voor de CRAAG en de Hanzelijn.

8 Werkplan WV 1998

De werkzaamheden aan de A27 zullen in 1998 geheel op Flevolands gebied piaatsvinden en vooral rondom de knoop met de A6 geconcentred zijn.

Daamaast zal de voorbereiding van de verharding en de afbouw veel inzet vereisen om openstelling van het totale wegvak in 1999 te k m e n realiseren.

In de realisatie van de A27 wordt voor 23 miljoen ECU bijgedragen door de EU.

Begin 1999 zullen de werken van start gaan voor de reconstructie van de N50 gedeelte Emmeloord-Ens. Ook hierin wordt bijgedragen door de EU.

Het gedeelte Emmeloord-Ens maakt deel uit van een totaal project, de

reconstructielaanleg van de N50 tussen Emmeloord en Kampen. Het (nieuwe) weggedeelte tussen Kampen en Ramspol wordt aangelegd door de directie Oost- Nederland. Voor de reconstructie van het weggedeelte tussen Ramspol en

Emmeloord is de directie IJsselmeergebied verantwoordelijk

Voor de bouw van de nieuwe Ramspolbmg wordt de procedure van de Trackwet gevolgd. Dit werk is opgedragen aan de Bouwdienst.

De reconstructie van Emmeloord tot Ens is voorzien in de jaren 1999-2001. Met de bouw van een nieuwe Ramspolbrug wordt omstreeks 2003 begonnen.

De wegreconstructie vindt zo veel mogelijk plaats volgens het model Duurzaam Veilig en omvat de aanleg van parallelwegen en fietspaden, een verbreding van de bestaande verharding en de bouw van een viaduct ter plaatse van de kruising met de Vliegtuig/Sloefweg.

Beheer en onderhoud infra~tructuur/Wegbeheer 2000.

Instandhouding wordt beschouwd als b a s i s v o o m d e voor het blijvend kunnen vervullen van de functie van het hoofdwegennet en heeft als zodanig de hoogste prioriteit. De uitvoering van de onderhouds- en beheersactiviteiten geschiedt onder verantwoordelijkheid van de dienstkringen.

De te vemchten activiteiten zijn gebaseerd op het instandhouden van de objecten en voorzieningen zoals verhardingen, kunstwerken, verkeersvoorzieningen, landschap & milieu en exploitatie.

Relevante ontwikkelinnen

De werkzaamheden worden in beginsel filevrij uitgevoerd zodat de doorstroming en veiligheid van de wegwerker en weggebruiker op het zelfde niveau ligt als in de normale situatie. Bij langdurige werkzaamheden (groot onderhoud) gebeurt dit door toepassing van het 4-0 of 3-1 systeem, nachtwerk of weekendwerk. Hierbij worden de hogere uitvoeringskosten ten gevolge van de uitgebreidere verkeers- voorzieningen geaccepteerd. Indien een kostenlbaten analyse uitwijst dat het voornoemde uitgangspunt onevenredig veel meer kost (verkeersvoorzieningen versus maatschappelijke kosten) vindt een heroverweging van het uitgangspunt file-arm werken plaats.

In verband met de veiligheid van de wegwerkers worden in de bestekken maatregelen voorgeschreven op basis van een Veiligheids- en Gezondheidsplan

(V&G

plan).

Incidentmanaeement

Het me1 en vakkundig athandelen van incidenten, v a r i k n d van grote tot kleine ongevallen en stilstaande voertuigen op vluchtstroken em., is noodzakelijk in verband met het beperken van de ontstane v m g i n g in de verkeersafwikkeling.

Op de grensvlakken N27 en de A6 wordt met de aanpalende directies (Utrecht en Noord-Holland) samengewerkt. De afhandelii van incidenten b i i e n de directie

IJsselmeergebied geschiedt op basis van de interne handleiding Incidentmanagement van 1996.

Iiiertoe zijn afspraken gemaakt met KLPD en diverse andere hulpdiensten in Flevoland.

Dvnamisch Verkeersmanaeement

Naast het reguliere beheer en onderhoud zal in de komende periode aandacht besteed worden aan de verdere ontwikkeling en invullig van de nieuwe taken en functies die voortvloeien uit de invoering van Dynamisch Verkeersmanagement (DVM). DVM is &n van de speerpunten van Rijkswatentaat in het kader van de filebestrijdiig. Uitgangspunt is het beter, effectiever en eficihter gebruiken van het hoofdwegennet.

Voor het beheren, implementeren en ontwikkelen van nieuwe DVM-systemen en het toepassen van DVM-maatregelen is het noodzakelijk dat elke directie

organisatorische maatregelen @eft om invoering van DVM mogelijk te maken.

Hierbij is een belangrijke rol en

taak

weggelegd voor de Regionale Verkeersma- nager en de dienstkringen. Vooralsnog worden de nieuwe taken en functies ingebed in de huidige orgauisatie bij de afdeling WV en de dienstkringen.

Beheemlannen (Weebeheer 2000)

De eerste-generatie regionale en lokale beheerplannen wordt medio 1998

opgeleverd. Op onderdelen zullen deze plannen nog niet volledig zijn en zij zullen in de komende jaren verder worden uitgewerkt en bijgesteld.

Het regionale beheerplan bevat de bouwstenen en elementen die noodzakelijk zijn voor het nemen van beslissingen over de omvang van maatregelen, de noodzaak ervan, het tijdstip, de benodigde financiEle middelen en voor het stellen van prioriteiten. Het regionaal beheerplan draagt bij aan de verhoging van de

transparantie van de bedrijfsvoering en de communicatie. Het levert de gegevens voor het opstellen van de productbegroting en geeft tevens invulliig aan het landelijk beleid zoals dat is vastgelegd in ondermeer het S W 2 .

Het Landelijk Beheerplan en het document Kaders beheerplannen Droog vormen de uitgangspunten van de uitwerking van het regionale-en lokale beheerplan.

Op basis van de eerste-generatie beheerplannen

kan

de productbegrohg voor het jaar 2000 ten behoeve van de realisatie van de plannen worden onderbouwd met

behulp van de Wegbeheer 2000 uitgangspuntenfilosofie.

Dijkversterking.

In het kader van overdrachten van dijken langs het Uarkermeer aan het Heernraadschap Fleverwaard is overeengekomen de dijken te ventexken. De dijkversterkingswerken omvatten de dijkversterking Oostvaardersdijk Noord en de dijkversterking rond Lelystad-Haven (dijkversterking Houtribhoogte I en 11). De aanvang met de werkzaamheden voor de Oostvaardersdijk Noord vindt plaats in 1998, de werkvlamheden zullen tot en met het jaar 2000 duren. De dijkvenkrking Houtribhoogte I zal begin 1998 worden afgerond. Voor de dijkversterking

Houtribhoogte I1 loopt nog een mer-procedure, welke in 1998 zal worden afgerond. De aanleg zal starten in 2000 en zal in 2002 worden afgerond.

De dijkversterking van de IJsselmeerdijken omvat de dijken van de Noordoostpolder en de dijk Lelystad-Roggebotsluis.

Crisisbeheersing.

De afdeling WVW beheert het landelijk RWS-noodpompenbestand, opgeslagen te Harderhaven. Ook in 1997 heeft pompmterieel die& gedaan: als noodbemaliig van het Noordzeekanaal en in Polen om de wateroverlast aldaar te bestrijden.

WVW levert daarbij de deskundige mankracht.

Na het vervallen van de wet BWO is niet helder wie t a v . het product "inzet en onderhoud van de pompen" bepaalt en betaalt. Na de inzet in Polen is het tijd om in overleg met HK duidelijke afspraken te maken over product,

opdrachtgeverschap en budget.

Het product crisisbeheersing wordt in het AN-werkplan opgenomen en nader toegelicht.

Medewerking aan AN-producten.

De WV-afdelingen zijn opdrachtnemers voor diverse AN-producten of deelproducten. Voor WVL- en WVW valt te denken aan het natte beheer en onderhoud, voor WVT aan projecten (dijkversterking Usselmeerdijken,

Krabbersgatsluis, natuurbouw) en voor W W aan advisering bij natte projecten.

Inhoudelijk worden deze producten in het AN-werkplan opgenomen. Om een compleet beeld van de WV-activiteiten te geven is in hoofdstuk 4 een overzicht gegeven van de AN-producten en de P-inzet van WV-afdelimgen op deze

producten.

Het onderhoud van de A7 door ANA is in dit WV-werkplan opgenomen, inclusief de benodigde middelen @roductuitgaven en directe uitvoeringsuitgaven).

1998 is het eerste jaar waarin gewerkt zal worden conform IBO.

IBO houdt in het op tijd leveren van een product met de afgesproken kwaliteit en

Werkplan WV 1998 11

b i i e n het afgesproken budget. Het maken van goede afspraken en het goed vastleggen hiervan is een belangrijke factor voor het slagen van IBO.

In dit werkplan is per product de opdrachtgever en de opdrachtnemer vermeld. Het afdelingshoofd is verantwoordelijk voor de totstandkoming van het product en voor de geraamde middelen, gesplitst in productuitgaven en directe

uitvoeringsuitgaven. Eventuele afspraken over bijstand door andere RDIJ- afdelingen en van specialistische diensten worden schriftelijk vastgelegd.

Een ander belangrijk aspect van IBO is het (zoveel mogelijk) toerekenen van alle kosten naar de producten. In de loop van 1997 is begonnen met het opzetten van en het opdoen van ervaring met de kostenverdeelmodule van FAIS en het

tijdschrijfsysteem W S . Alle uitgaven op de werkartikelen worden in FAIS gekoppeld aan producten. Door middel van tijdschrijven kunnen de personele kosten achteraf toegewezen worden aan producten. De overhead zoals de overige P-uitgaven (b.v. opleidingskosten), huisvestingskosten en bureaukosten, kan d.m.v.

een opslag in het tarief per medewerker meegenomen worden.

2.4 Kwaliteitszorg

Begin 1997 hebben alle daarvoor in aanmerking komende medewerkers (directie UAV/toezichthouders) de PBNA opleiding gevolgd om te kunnen werken met toedcht- en kwaliteitsplannen zoals omschreven in de Leidraad kwaliteitszorg uitvoering RWS werken.

In 1997 is een aantal onderhouds- en nieuwbouwbestekken onder volledige kwaliteitsborging aanbesteed. Medio september worden deze bestekken geevalueerd.

Vanaf 1-1-1998 zullen alle uit te voeren werken in de GWW sector onder volledige kwaliteitsborging uitgevoerd worden. Mede om voorbereid te zijn en gesteld te staan voor die ontwikkeling wordt in 1997 nog veel aandacht

geschonken aan de evaluatie van de in uitvoering zijnde werken onder volledige kwaliteitsborging en aan het geven van voorlichting en instructie aan medewerkers rniddels een kwaliteitsdag.

Tevens wordt in 1997 een start gemaakt met het inrichten van een directiebrede projectorganisatie ten behoeve van de implementatie van interne kwaliteitszorg.

Hiertoe zijn inmiddels de eerste stappen gezet door het aantrekken van een projectleider voor de duur van twee jaar. Inteme kwaliteitszorg is erop gericht de processen binnen de organisatie in kaart te brengen, te analyseren, te stroornlijnen, alsmede om fouten te voorkomen, op te sporen en te verbeteren. Interne en externe kwaliteitszorg zullen in de toekomst dan ook de basis vormen van

integrale kwaliteitszorg. De eerste resultaten zullen in de loop van 1998 zichtbaar worden. Zo zal bij WVT een kwaliteitssysteem ontwikkeld en gdmplementeerd worden. De afspraken b i i e n dit kwaliteitssysteem worden vastgelegd in een kwaliteitshandboek. De doelstelling is om eind 1998 alle processen binnen WVT op hoofdlijnen onder dit kwaliteitssysteem te laten verlopen.

In document Hoofdafdeling Wegen en Verkeer (pagina 6-12)