Cela nous a été inspirés par une des recommandations de notre évaluation à mi-parcours qui a eu lieu en 2019, où les évaluateurs ont constaté un écart entre
les objectifs à atteindre et les ressources qui y étaient allouées, principalement dans le chef de KIYO et Solidagro. Cet apport en ressources humaines permettra
de mieux suivre le travail dans les réseaux où Solidagro est actif et ainsi de prendre une part plus importante dans les décisions qui y sont prises (OS4R2i1),
mais également d’entrer plus facilement en interaction avec les décideurs politiques (OS4i2).
62
1.1 T3 – Operationele kosten SD4
1. Partners 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Investering 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Werking 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Personeel 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
2. Samenwerkingen 8.777,49 2.534,88 1.286,36 2.534,88 3.783,40 18.917,00
Investering 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Werking 8.777,49 2.534,88 1.286,36 2.534,88 3.783,40 18.917,00
Personeel 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
3. Lokaal kantoor 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Investering 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Werking 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Personeel 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
4. Hoofdzetel 139.427,84 140.362,84 137.016,60 137.838,57 136.726,19 691.372,05
Investering 2.188,00 1.450,00 1.072,00 1.072,00 1.072,00 6.854,00
Werking 18.232,00 19.413,00 15.938,00 16.238,00 14.588,00 84.409,00
Personeel 119.007,84 119.499,84 120.006,60 120.528,57 121.066,19 600.109,05 Totaal OK : 148.205,33 142.897,72 138.302,96 140.373,45 140.509,59 710.289,05
Investering 2.188,00 1.450,00 1.072,00 1.072,00 1.072,00 6.854,00
Werking 27.009,49 21.947,88 17.224,36 18.772,88 18.371,40 103.326,00
Personeel 119.007,84 119.499,84 120.006,60 120.528,57 121.066,19 600.109,05 2021
Operationele kosten
Algemeen totaal
2017 2018 2019 2020
Totaal Samenwerking PKIO 8.777,49 2.534,88 1.286,36 2.534,88 3.783,40 18.917,00 Totaal Samenwerkingen : 8.777,49 2.534,88 1.286,36 2.534,88 3.783,40 18.917,00
Samenwerkingen
Investering 1.000,00 1.000,00 1.000,00 1.000,00 1.000,00 5.000,00
Werking 12.000,00 12.000,00 12.000,00 12.000,00 12.000,00 60.000,00
Personeel 90.617,46 90.617,46 90.617,46 90.617,46 90.617,46 453.087,30
Totaal G3W-M3M 103.617,46 103.617,46 103.617,46 103.617,46 103.617,46 518.087,30
Investering 900,00 450,00 0,00 0,00 0,00 1.350,00
Werking 10.497,49 5.379,88 3.456,36 5.004,88 5.503,40 29.842,00
Personeel 11.990,38 11.990,38 11.990,38 11.990,38 11.990,38 59.951,92
Totaal KIYO 23.387,87 17.820,26 15.446,74 16.995,26 17.493,78 91.143,92
Investering 288,00 0,00 72,00 72,00 72,00 504,00
Werking 4.512,00 4.568,00 1.768,00 1.768,00 868,00 13.484,00
Personeel 16.400,00 16.892,00 17.398,76 17.920,72 18.458,34 87.069,83
Totaal Solidagro 21.200,00 21.460,00 19.238,76 19.760,72 19.398,34 101.057,83 Gemeenschappelijk programma - G3W-M3M
Gemeenschappelijk programma - KIYO
Gemeenschappelijk programma - Solidagro
63
1.2 Motivatie ten aanzien van de DAC-criteria
1.2.1 Beschrijving van de Relevantie.
Specifieke doelstelling 4 draagt bij tot twee strategische doelen van het GSK, met name:
- D2: Het aangaan, versterken en/of beïnvloeden van allianties rond ontwikkelingsrelevante thema’s,
- D3 Het beïnvloeden van nationale, Europese en internationale beleidsmakers en privé-actoren ten gunste van duurzame ontwikkeling en mensenrechten
Het consortium wil beleidsmakers op het regionaal, nationaal, Europees en internationaal niveau beïnvloeden met specifieke eisen rond het recht op gezondheid, voedsel en kinderrechten opdat ze via die insteek ook de rechtenbenadering voor ontwikkeling stapsgewijs in hun beleidswerk zouden bevorderen en vooropstellen. We richten ons daarbij specifiek op de domeinen van ontwikkelingssamenwerking, internationaal handelsbeleid en buitenlands beleid19, en werken samen met intermediaire actoren, meer bepaald netwerken actief rond het recht op gezondheid, het recht op voeding en kinderrechten20, opdat ze de rechtenbenadering in een globaal perspectief in hun beleidsagenda integreren en er actief voor opkomen bij beleidsmakers (strategische doel D2).
Zoals blijkt uit onze veranderingstheorie zien we netwerken als een belangrijke hefboom om invloed uit te oefenen op het beleid.
Door gemeenschappelijke standpunten te ontwikkelen in de netwerken (D.3.1.) dragen we bij tot een verandering in krachtsverhoudingen tussen plichtsdragers en rechthebbenden (D.3.3.). Bij resultaat 1 combineren we deze strategie met het versterken van het draagvlak voor het recht op gezondheid bij individuen, en door het aangaan van nieuwe allianties. Dit zorgt voor een popularisering van de rechtenbenadering in zijn geheel. De inhoud is de uitkomst van de inspanningen geleverd onder SD2 resultaat 4, verrijkt met input uit de netwerken. Specifieke doelstelling 4 monitort de impact van de beleidsbeïnvloeding door de netwerken. Het consortium draagt dus bij tot het strategische doel D3, door het beïnvloeden van beleidsmakers en publieke instellingen via beleidsdialogen en publieke acties ten gunste van de rechtenbenadering (D.3.2.). SD4 versterkt de rol van ngo's en netwerken als 'waakhond', zoals beschreven in de nota 'Ontwikkelingseducatie: begrippen en concepten' (2011) van de DGD (p.7).
We werken aan genderempowerment en -gelijkheid zowel door gerichte als structurele acties. Zo streven we op activiteiten bijvoorbeeld een genderevenwicht van de sprekers na maar zijn we ook alert geen genderstereotypen te gebruiken in onze communicatie , onze analyses en beleidseisen . Dit stemt overeen met de twee pistes die ook beschreven worden in de Strategienota gender in de Belgische ontwikkeling (2015).21 Het consortium heeft tevens partners in het Zuiden die hun expertise rond gender delen met de consortiumleden, zijn netwerken en zijn doelgroepen.
Milieudoelstellingen behandelen we transversaal op dezelfde manier. Werken in netwerken veronderstelt uitwisseling en dus ook een extra ecologische belasting door internationale verplaatsingen. Waar mogelijk moedigen we ecologische alternatieven aan, of het gebruik van digitale communicatietoepassingen. Hetzelfde geldt voor het ontwikkelde beleidsmateriaal: dit verspreiden we zoveel mogelijk in digitale vorm om de printlast te beperken. Dit heeft een dubbel voordeel: niet alleen ecologisch, maar het staat ook een betere monitoring van het gebruik van het materiaal toe.
De strategienota van DGD over het recht op gezondheid en gezondheidszorg (november 2008) zet beleidslijnen uiteen op basis van de rechtenbenadering. Bovendien erkent deze strategienota ook de noodzaak van een multisectoriële benadering en de centrale rol die de overheid speelt in het bewaken van de gezondheid van de bevolking. De voorlopige versie van de nieuwe strategienota gezondheid (maart 2016) herhaalt het belang van de rechtenbenadering op gezondheid en voegt hier zelfs de dimensie “Human Rights based Approach to Development” aan toe: “Dit betekent dat de activiteiten ontplooid door de ontwikkelingssamenwerking in de gezondheidssector de burgers moet helpen om hun rechten te laten gelden enerzijds en anderzijds de overheden moet helpen om middelen te voorzien om capaciteiten op te bouwen zodat zij haar plichten ten opzichte van de burgers kan invullen.”
19 Voor verantwoording keuze beleidsniveaus en thema's, zie veranderingstheorie 20 Deze worden gespecificeerd in 7.6
21 Doelstelling 2. “De genderbenadering wordt toegepast in alle sectoren van de Belgische samenwerking (mainstreaming) en maakt steun mogelijk aan specifieke interventies ten gunste van de empowerment van vrouwen” (p.17)
64 De strategienota van DGD ‘Eerbied voor de Rechten van het Kind in Ontwikkelingssamenwerking’ (2008) pleit ervoor om kinderrechten in het beleid te integreren opdat men dan ‘kan gebruik maken van de verdragsrechtelijke afdwingbaarheid van kinderrechten om het ontwikkelings- en samenwerkingsbeleid doeltreffender te maken’. De Belgische wet op de ontwikkelingssamenwerking (19/03/2013, gewijzigd door de wet van 09/01/2014) schuift in art 11.1 onder andere ‘mensenrechten, met inbegrip van de rechten van het kind’, naar voor als prioritair thema. Ook in de GCA Noord (p. 25 en p. 26) wordt dit aangehaald en wordt er verwezen naar de ‘human rights based approach’ als basis om ervoor te zorgen dat mensenrechten geen dode letter blijven maar afgedwongen kunnen worden. Door te wegen op het beleid probeert het consortium via deze specifieke doelstelling om het thema kinderrechten hoog op de (ontwikkelings)agenda te houden.
Educatieve opzet & pedagogische tools
De drie resultaten van deze strategische doelstelling voorzien in de ontwikkeling van standpunten door de netwerken in de vorm van materiaal dat aangepast is aan de verschillende doelpublieken: enerzijds concrete beleidsaanbevelingen en analyses voor beleidsmakers, anderzijds sensibiliserend en toegankelijke formats gericht op de versterking van het draagvlak onder individuen en (de achterban van) sociale organisaties. Deze worden door de netwerken en hun leden verspreid via traditionele en sociale media, en publieke acties.
1.2.2 Beschrijving van de doeltreffendheid
Deze specifieke doelstelling richt zich zowel op korte- als langetermijnverandering in het buitenlands beleid, handelsbeleid en de ontwikkelingssamenwerking op Belgisch, Europees en internationaal niveau en heeft als doel dat beleidsmakers en publieke instellingen aandacht hebben voor en rekening houden met de beleidseisen van netwerken inzake het recht op gezondheid, voedsel en kinderrechten, en zo deze rechtenbenadering progressief in hun beleid integreren via concrete initiatieven.
Zoals beschreven in onze veranderingstheorie, is het nodig de civiele maatschappij verder te versterken om het draagvlak te vergroten om beleidsverandering op lange termijn te verwezenlijken, evenals om instrumenten te voorzien om dat draagvlak zichtbaar te maken. De komende vijf jaar zetten we in op onze 'niches' door te focussen op netwerken die opkomen voor het recht op gezondheid, het recht op voedsel en kinderrechten en allianties aan te gaan met organisaties of netwerken die actief zijn rond gerelateerde thema's. Deze specifieke doelstelling is complementair aan de andere drie specifieke doelstellingen van dit programma
Om elk van die drie resultaten van SD4 te realiseren voorzien we:
(1) Het beleidswerk van de netwerken en allianties waarin we actief zijn rond het recht op gezondheid, het recht op voedsel en kinderrechten inhoudelijk versterken en beïnvloeden met onze expertise inzake de rechtenbenadering (mede op basis van inbreng vanuit zuidpartners en netwerken van de consortiumpartners).
De resultaten zijn gemeenschappelijke standpunten met concrete beleidsaanbevelingen met een duidelijke Noord-Zuidlink, uitgewerkt in verschillende formats aangepast aan de noden van de verschillende doelgroepen.
(Ind. 1).
(2) Voor het eerste resultaat, dat zich specifiek richt op het recht op gezondheid, voegen we een tweede strategie toe.
Hier zorgen we ervoor dat het draagvlak voor de standpunten en beleidseisen van de netwerken bij individuen en andere organisaties zichtbaar wordt door enerzijds het organiseren of ondersteunen van mobiliserende publieke acties, het opzetten van petities, … en anderzijds door het verbreden van de netwerken door tijdelijke of permanente allianties rond specifieke beleidseisen, in het kader van een beleidsdialoog, een campagne, een actie, een petitie (Ind. 2).
We baseren deze aanpak op voorgaande positieve ervaringen, zoals de uitkomst op beleidsniveau van de campagne Sociale Bescherming van CNCD-11.11.11., en de zichtbaarheid gecreëerd door de petitie 'Scrap the Mining Act of 1995'.
1.2.3 Beschrijving van de Duurzaamheid.
Verwachte impact na vijf jaar:
1. Netwerken slagen erin om hun eisen en analyses te populariseren onder een breder publiek 2. Netwerken zijn meer bekend bij sociale organisaties en actoren van ontwikkelingssamenwerking door uitwisseling en het aangaan van nieuwe allianties
3. Netwerken slagen erin om beleidsmakers en publieke instellingen te laten reageren op specifieke beleidseisen (via campagnes, beleidsdialogen, enz). Met als resultaat al enkele concrete verwijzingen om de
65 rechtenbenadering in het beleid of hun interne werking te integreren, wat dient als opbouwsteen voor meer structurele verandering op de lange termijn
Om meer gewicht in de schaal te leggen, zetten we onze middelen in de eerste plaats in op het beïnvloeden en versterken van netwerken omdat die een hefboom voor beleidsbeïnvloeding zijn en een duurzame werking op lange termijn verzekeren. Dit impliceert dus een multiplicatoreffect.
We mikken op een langetermijnverandering in de visie en strategieën van netwerken enerzijds, en het brede publiek anderzijds. De capaciteiten van de netwerken worden versterkt door onze aangeleverde expertise en organisatorische steun bij het ontwikkelen van standpunten en het opzetten van mobiliserende en publieke activiteiten.22 Deze versterking zorgt voor meer duurzaamheid, en een verankering van onze visie op het recht op gezondheid, het recht op voedsel en kinderrechten.
Door bij deze activiteiten steeds een sensibiliserende component te verbinden aan een mobiliserende component (= aanzetten tot actie) zetten we het draagvlak bij het publiek om in een effectief drukkingsmiddel naar de beleidsmakers toe.
De beschreven aanpak is complementair met de visie en werking van de respectievelijke netwerken. Het gaat dus om een gedragen benadering, wat de levensvatbaarheid benadrukt.
1.2.4 Beschrijving van de Doelmatigheid.
De synergie en complementariteit in de werking van de consortiumpartners doorheen het volledige programma23 draagt in essentie bij tot de efficiëntie van de ingezette middelen. De bijdrage die de consortiumpartners leveren aan de verdieping van de analysecapaciteit van de netwerken is gelinkt aan deze thema's. Door in bestaande netwerken te werken zorgen we bovendien voor een multiplicatoreffect waardoor de output van het traject bruikbaar is voor alle leden van de netwerken, inclusief de landen buiten België van de internationale netwerken. Een efficiënt gebruik van de middelen wordt ook verzekerd door voorafgaand overleg met de netwerken en hun strategische doelen. De concrete outputs zoals policy papers kunnen ook na 5 jaar verder gebruikt worden. Door actief te zijn in bestaande netwerken en hen te ondersteunen om zich verder uit te bouwen, zorgen we er bovendien voor dat de resultaten verankerd blijven.
SD4 G3W-M3M KIYO Solidagro Totaal
Werkingsmiddelen 60.000 Euro 29.842 Euro 13.484 Euro 103.326 Euro
Personeelsinzet 2 VTE 0,1 VTE 0,3 VTE 2,4 VTE
1.3 Beschrijving van de specifieke Partnerschapsstrategie voor België
We zien erop toe dat er bij de ontwikkeling van het materiaal een optimale participatie en inbreng is van onze doelgroepen, van onze zuidpartners. Door deze partners en doelgroepen te betrekken bij de ontwikkeling van onze expertise en materiaal is de analyse niet enkel accurater, maar worden de doelgroepen ook meer empowered om voor de eigen rechten op te komen. Hier is een duidelijke link met SD2.
1.4 Beschrijving van synergie en complementariteit
1. Synergie en complementariteit binnen het consortium
De consortiumpartners hebben elk hun thematische expertise en reeds een structurele relatie met verschillende platformen en netwerken. Vanzelfsprekend blijft elke organisatie zich inzetten in de netwerken waar ze het beste ingeplant zijn. De complementariteit van de verscheidene beleidsthema's waar deze netwerken op focussen opent perspectieven om de rechtenbenadering zoals gedefinieerd door het consortium via verscheidene kanalen uit te dragen op de meest relevante en specifieke wijze. De standpunten hiervoor zijn gebaseerd op de inhoudelijke samenwerking voorzien in SD2 van dit programma.
We werken aan synergie tussen verschillende netwerken, wat het ontstaan van allianties bevordert. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het platform Stop the Killings, waar zowel G3W-M3M als Solidagro in actief zijn.
De doelstellingen en specifieke rol van deze netwerken en hun onderlinge relatie worden omschreven in de bijlage Noord.
22 Dit in overeenstemming met de doelstelling vooropgesteld in SD2 van dit programma.
23 Zie 7.6 en de veranderingsstrategie
66 Om de rechtenbenadering in zijn geheel te populariseren zal het consortium gezamenlijke activiteiten rond het thema organiseren. Deze activiteiten hebben als doel om beleidsmakers te bereiken, nieuwe sociale organisaties te betrekken (SD4) en om deze sociale organisaties te versterken (SD2).
G3W-M3M, KIYO en Solidagro zijn lid van de koepelorganisaties CNCD-11.11.11 en 11.11.11 en actief in verscheidene werkgroepen en platformen gelieerd aan de koepel. De werkgroepen en platformen waarvan meerdere partners van het consortium lid zijn, zijn een opportuniteit om een gezamenlijk standpunt met betrekking tot de rechtenbenadering sterker te verdedigen. Het gaat over de volgende werkgroepen:
Commission politique CNCD-11.11.11, ledenoverleg Beleid 11.11.11, ledenoverleg communicatie 11.11.11, het nationale Midden-Oostenplatform, werkgroep Sociale bescherming en werkgroep waardig werk in handel, het Platform Klimaatrechtvaardigheid, de Werkgroep Handel, centraal-Afrika Overleg.
2. Met betrekking tot recht op gezondheid (bijlage Noord)
G3W-M3M is actief lid van het Actieplatform Gezondheid en Solidariteit (APGS), the People's Health Movement (PHM), the European Coordination of Committees and Associations for Palestine (ECCP), Be-Cause Health, the Geneva Global Health Hub (G2H2) en the Health and Trade Network (HaT).
3. Met betrekking tot het recht op voedsel (bijlage Noord)
Solidagro is actief lid van VoedselAnders, la Via Campesina, Nyéleni Europe en the People’s Coalition on Food Sovereignity (PCFS).
4. Met betrekking tot kinderrechten (bijlage Noord)
KIYO is actief lid van de Kinderrechtencoalitie Vlaanderen vzw, het Platform Kinderrechten in Ontwikkelingssamenwerking en Educaid.be.