• No results found

Vraag 45: Wat wordt bedoeld met ‘structureel’?

Het structurele heeft betrekking op de beperking. De beperking moet structureel van aard en ernstig genoeg zijn om een rechtstreeks verband te kunnen leggen met het niet in staat zijn van het verwerven van inkomsten naast de studie. Of sprake is van een structurele medische beperking zal in de meeste gevallen beoordeeld worden door een onafhankelijk medisch advies waarin de structurele medische beperking objectief medisch vastgesteld wordt, zie hoofdstuk 4.1 (#doelgroep--structurele-medische-beperking)

Vraag 46: wat wordt bedoeld met een ‘afzienbare termijn’?

Dit is een niet al te lange termijn. Het betekent dat op (redelijk) korte termijn geen verbetering is te verwachten. Er kan geen datum worden genoemd voor de verbetering. Het is (nog) niet te overzien

wanneer dat wel het geval is. Voorlopig is er geen verbetering te verwachten. De gemeente kan daarover beleid opstellen (zie ook het modelbeleid). Het is aan te bevelen om uit te gaan van 6 maanden. Dat is gebaseerd op artikel 10 lid 2 en lid 3 van de Regeling Ontslagbesluit.

Vraag 47: Is long COVID een structurele medische beperking?

Dat is afhankelijk van de aard, ernst en duur van de klachten in het individuele geval. Het is aan een onafhankelijke medische deskundige om vast te stellen of het een structurele medische beperking is.

Als iemand door de klachten langdurig niet kan werken naast de studie, zou er sprake zou kunnen zijn van een structurele medische beperking. Maar dat is ook afhankelijk van het zicht op herstel en van het gemeentelijk beleid over wanneer een medische beperking structureel is. In beleidsregels kunnen regels zijn opgenomen over hoe lang iemand in ieder geval niet in staat moet kunnen zijn naast de studie te werken.

Vraag 48: Wanneer kun je afzien van een medisch onderzoek of advies?

Daarop is geen standaardantwoord. De gemeente moet een eigen en individuele beoordeling maken van het specifieke geval. Soms is al op grond van eerdere toekenning van bijstand duidelijk dat er een structurele en medische beperking is. Een doktersverklaring kan voldoende zijn als die naar het oordeel van de gemeente ook onafhankelijk tot stand is gekomen. De zorgvuldigheid moet daarbij in acht worden genomen (artikel 3:2 Awb). Het mag voor een belanghebbende niet nadelig uitpakken dat het college besluit om geen medisch advies in te winnen, zie

medisch-advies).

Met andere woorden iemand die voldoet aan de voorwaarden van artikel 36b lid 3 Pw mag niet enkel door het afzien van een medisch advies geen studietoeslag toegekend krijgen. Het is wel mogelijk ook af te zien van een medisch advies als op voorhand al blijkt dat de belanghebbende geen recht heeft, bijvoorbeeld vanwege het recht op Wajong. Zie ook artikel 7 lid 3 van het modelbeleid.

Vraag 49: Hoe moet iemand aantonen niet in staat te zijn om inkomen uit arbeid te verwerven door een structurele en medische beperking?

Het uitgangspunt is dat het college een medisch advies vraagt om daar antwoord op te krijgen. Alleen als voor het college op voorhand duidelijk is dat er recht bestaat op studietoeslag mag van een medisch advies worden afgezien. De belanghebbende mag zelf medische gegevens overleggen, maar is daar niet toe verplicht.

Vraag 50: Is een verklaring van een psycholoog, psychiater of andere behandelaar van de belanghebbende voldoende voor een medisch advies? Of moet het medisch advies worden opgevraagd bij een onafhankelijke keuringsarts?

Het medisch advies moet worden uitgevoerd door een onafhankelijke arts. Het is aan het college om te bepalen of de arts onafhankelijk is. Het is niet noodzakelijk dat er een keuringsarts naar kijkt. Het gaat erom dat het een medisch objectief advies betreft waarbij de wettelijke criteria en kaders in acht worden genomen, zie

Vraag 51: Mag je een arts die in dienst is van de gemeente inzetten voor de beoordeling?

Het is van belang dat het medisch advies door een onafhankelijk persoon wordt uitgevoerd. Daarbij moeten de bepalingen van afdeling 3.5 Awb in acht worden genomen. Daarin staat dat iemand die een bestuursorgaan adviseert niet werkzaam mag zijn onder verantwoordelijkheid van dat bestuursorgaan. Dan geldt die arts niet als onafhankelijk, zie

advies).

Vraag 52: Stel dat de oude individuele studietoeslag is toegekend op basis van een verklaring van maatschappelijk werk en niet op een medisch advies. Kan het overgangsrecht dan wel worden toegepast, gezien de strengere criteria van de nieuwe studietoeslag?

Ja, het overgangsrecht kan dan worden toegepast. Het maakt daarbij niet uit dat de oude toegekende studietoeslag mogelijk niet voldoet aan de nieuwe regels per 1 april 2022. Pas na afloop van het overgangsrecht zal een nieuwe aanvraag wel aan de nieuwe regels worden getoetst.

Zie ook het praktijkvoorbeeld met Bas in hoofdstuk 3.2 (#hoogte-en-uitbetaling-studietoeslag--overgangsrecht)

Handreiking Studietoeslag

Hoofdstuk 11.5

Inkomsten

Vraag 53: Heeft vakantiewerk invloed op het recht op studietoeslag?

Ja, er is dan geen recht op studietoeslag. Het verwerven van inkomsten naast de studietoeslag is niet toegestaan. Ook niet in vakanties. Studenten die in de (zomer)vakantie gaan werken, verliezen tijdelijk het recht op studietoeslag. De student kan na de vakantie wel een nieuwe aanvraag indienen.

Een nieuw medisch advies is dan niet verplicht. Het college heeft dan al gegevens om te kunnen beoordelen of iemand in aanmerking komt voor de studietoeslag. Een nieuwe aanvraag is in zo’n geval niet ingewikkeld, dus die kan snel worden toegekend, zie hoofdstuk 4.6 (#doelgroep--inkomen-uit-arbeid-geen-recht)

Vraag 54: Is alimentatie inkomen?

Nee, alimentatie is geen inkomen. Een alimentatiebetaling die bedoeld is voor de kosten van levensonderhoud valt niet onder ‘het verwerven van inkomsten’. Het ontvangen van alimentatie staat de aanvraag en het ontvangen van een studietoeslag dus niet in de weg. Zie Nota van wijziging, p. 7.

Voor het recht op studietoeslag is het ook niet relevant of er inkomsten zijn. Voorwaarde voor studietoeslag is dat iemand niet naast de studie kan werken, zie arbeid-geen-recht).

Vraag 55: Heeft het ontvangen van lijfrente invloed op het recht op studietoeslag?

Nee, dat heeft geen invloed. Met inkomen wordt alleen inkomen uit arbeid in loondienst of uit eigen onderneming bedoeld. Er worden geen eisen gesteld aan eventuele ouderbijdragen of lijfrente. De ontvangen lijfrente heeft dan ook geen invloed op het recht op de studietoeslag, zie hoofdstuk 4.6

Vraag 56: Is er recht op studietoeslag als een Ziektewetuitkering wordt ontvangen?

De Ziektewetuitkering staat op zichzelf niet het recht op studietoeslag niet in de weg. Dat inkomen van een belanghebbende is daarvoor namelijk niet relevant. Als belanghebbende door een structurele medische beperking niet naast de studie kan werken, bestaat recht op studietoeslag als ook aan de overige voorwaarden is voldaan. Dus als een belanghebbende studiefinanciering of een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 WTOS ontvangt, zie hoofdstuk 4.6 (#doelgroep--inkomen-uit-arbeid-geen-recht)

Vraag 57: Als iemand maar een klein bedrag per maand verdient uit arbeid, kan de studietoeslag dat dan aanvullen?

Nee, er is dan geen recht. Iemand is in dat geval in staat om inkomen uit arbeid te verdienen. Er wordt dus niet voldaan aan de voorwaarden van artikel 36b Pw. Je kan dan de student het beste adviseren zich volledig op de studie te richten, met de studietoeslag als de aanvulling in plaats van loon.

In sommige gevallen is het wenselijk om hier coulant mee om te gaan. Stel dat 2 uur per week werken heel goed is voor het cv van een student. Die kan erdoor wennen aan werken en het arbeidsritme en dergelijke. De gemeente kan dan overwegen om dat toe te staan. Dat moet dan goed gemotiveerd worden in de beslissing, zie

Handreiking Studietoeslag

Hoofdstuk 11.6

Gevolgen

Vraag 58: Moet de verordening individuele studietoeslag worden ingetrokken als de nieuwe studietoeslag in werking treedt? En de beleidsregels?

Nee, de verordening hoeft niet te worden ingetrokken, die vervalt van rechtswege. Dat komt doordat de grondslag voor de verordening in de wet vervalt. Artikel 8 lid 1 onderdeel c en lid 3 Pw komt namelijk te vervallen. De gemeenteraad kan wel besluiten de verordening ten overvloede in te trekken. Dan is het nog duidelijker dat de verordening niet meer geldt.

De beleidsregels vervallen niet per definitie per 1 april 2022. Dat komt doordat de grondslag voor het vaststellen van beleidsregels niet vervalt. De bevoegdheid om een studietoeslag te verlenen blijft in artikel 36b Pw geregeld. Artikel 36b Pw verandert per 1 april 2022 alleen inhoudelijk. De beleidsregels (nadere regels) moeten dus wel worden ingetrokken. Zie

Vraag 59: Wat gebeurt er met de studietoeslag als iemand in het buitenland stage gaat lopen en het recht op WSF blijft bestaan?

De Participatiewet schrijft niet voor dat het recht op studietoeslag eindigt bij een verblijf in het buitenland. Wel is geregeld dat het recht op studietoeslag bestaat in de gemeente waarin belanghebbende woonplaats heeft. Zie artikel 36b lid 6 en artikel 40 lid 1 Pw. Zolang het hoofdverblijf van belanghebbende niet verandert door de stage in het buitenland kan er recht bestaan op studietoeslag, zie

5.2 (#studietoeslag-als-aparte-inkomensvoorziening-geen-bijzondere-bijstand--vertrek-naar-buitenland)

Vraag 60: Moet de studietoeslag worden meegenomen als middel voor de berekening van de draagkracht bij een aanvraag voor bijzondere bijstand (bijvoorbeeld voor bewindvoerderskosten)?

Dat is afhankelijk van het beleid. Artikel 35 lid 1 Pw geeft de mogelijkheid om de studietoeslag toe te rekenen aan de draagkracht, maar het hoeft niet. De gemeente heeft op grond van de toelichting bij artikel 35 Pw bij bijzondere bijstand volledige vrijheid in de vaststelling van de draagkracht.

Dat betekent dat de gemeente zelf bepaalt welk deel van de middelen bij de vaststelling van de draagkracht in aanmerking wordt genomen. Is in het beleid bepaald dat inkomen onder de alleenstaandennorm betekent dat er geen draagkracht is? Dan geldt voor jongeren dat de jongerennorm altijd lager zal zijn en er geen draagkracht is. In dat geval maakt het niet uit of iemand wel of geen studietoeslag ontvangt, zie hoofdstuk 6.2 (#gevolgen-nieuwe-studietoeslag--gevolgen-bijzondere-bijstand).

Vraag 61: Wordt studietoeslag als inkomen beschouwd voor een schuldenregeling?

Ja, alles wordt als inkomen gezien behalve als het is uitgezonderd in paragraaf 6.2 van het VTLB-rapport. Studietoeslag is niet uitgezonderd.

Vraag 62: Is studietoeslag vatbaar voor beslag?

De studietoeslag kan worden gezien als inkomen dat vatbaar is voor beslag, voor zover het boven de beslagvrije voet uitkomt. Dat blijkt uit artikel 475c lid 1 Wetboek van Rechtsvordering. Daarin staat dat de beslagvrije voet verbonden is aan vorderingen tot periodieke betalingen van uitkeringen op grond van de Participatiewet. Ook wordt de studietoeslag niet uitgesloten van beslag in de Participatiewet zoals bijzondere bijstand in artikel 46 Pw.

Vraag 63: Is de studietoeslag een middel als bedoeld in artikel 31 Pw?

Ja, want artikel 31 lid 1 Pw bepaalt dat alle vermogens- en inkomensbestanddelen waarover de alleenstaande of het gezin beschikt of redelijkerwijs kan beschikken middelen zijn, zie (#studietoeslag-als-aparte-inkomensvoorziening-geen-bijzondere-bijstand--gehuwden) en

Vraag 64: Mag je het recht op studietoeslag intrekken en terugvorderen als UWV over de periode dat recht bestond met terugwerkende kracht Wajong toekent?

Ja, dat mag op grond van artikel 36b en artikel 58 lid 2 Pw. Die bevoegdheid is er omdat er met terugwerkende kracht niet aan de voorwaarden van artikel 36b lid 3 onderdeel Pw wordt voldaan, zie hoofdstuk 7.2 (#fraude--terugvordering-en-boete).

Let op! Dit was anders onder de oude studietoeslag, omdat er alleen op datum aanvraag aan de voorwaarden moest zijn voldaan én er vaak voor een half jaar of langer werd toegekend.

Vraag 65: Moet de studietoeslag als inkomen worden gezien voor de algemene bijstand (van de partner)?

Divosa

Auteurs

Als de niet-rechthebbende partner van een bijstandsgerechtigde studietoeslag ontvangt speelt de studietoeslag een rol bij het vaststellen van diens inkomen in het kader van artikel 32 lid 3 of 4 Pw, zie hoofdstuk 6.1 (#gevolgen-nieuwe-studietoeslag--gevolgen-algemene-bijstand).

De nieuwe studietoeslag is geen bijstand. Dus de jurisprudentie waarin is bepaald dat een bijstandsuitkering geen inkomen is in de zin van artikel 32 lid 1 Pw is niet van toepassing.

Handreiking Studietoeslag

Literatuurlijst

Amendement opnemen studietoeslag in de Participatiewet (https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33161-125.html)

Gemeentenieuws van SZW 2019-5 (https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuwsbrieven/gemeentenieuws-van-szw/2019/gemeentenieuws-van-szw-2019-5) Gemeentenieuws van SZW 2020-5 (https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuwsbrieven/gemeentenieuws-van-szw/2020/gemeentenieuws-van-szw-2020-5) Gemeentenieuws van SZW 2020-9 (https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuwsbrieven/gemeentenieuws-van-szw/2020/gemeentenieuws-van-szw-2020-9) Gemeentenieuws 2021-8 (https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuwsbrieven/gemeentenieuws-van-szw/2021/gemeentenieuws-van-szw-2021-8)

Gemeentenieuws SZW 2022-1 (https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuwsbrieven/gemeentenieuws-van-szw/2022/gemeentenieuws-van-szw-2022-1)

Kamerbrief maatregelen individuele studietoeslag in de Participatiewet 8-7-2019 (https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2019/07/08/kamerbrief-maatregelen-individuele-studietoeslag-in-de-participatiewet) (rijksoverheid.nl)

Nader gewijzigd amendement van de leden Maatoug en Gijs van Dijk ter vervanging van nr. 16 over de individuele studietoeslag id=2021Z20457&did=2021D43718) (tweedekamer.nl)

Nota van wijziging Wijziging van Participatiewet en de Ziektewet (https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2020/03/02/pdv21551-nota-van-wijziging-studietoeslag-definitief) (rijksoverheid.nl)

Participatiewet (https://login.schulinck.nl/inloggen) (schulinck.nl, besloten website)

Richtlijnen en documentatie (BUS) (https://www.cbs.nl/nl-nl/deelnemers-enquetes/deelnemers-enquetes/decentrale-overheden/sociale-zekerheid-overheden/bijstandsuitkeringenstatistiek--bus--/richtlijnen-en-documentatie--bus--) (cbs.nl)

Kennisbank Schulink Participatiewet (https://login.schulinck.nl/inloggen) (schulinck.nl, besloten website)

Colofon

Lance op den Camp (Wolters Kluwer Schulinck) Juul Jeurissen (Wolters Kluwer Schulinck)