• No results found

Wat is de legacy van de spelen op het gebied van stedelijke vernieuwing in Barcelona? De stedelijke vernieuwingen hebben voornamelijk plaatsgevonden in de gebieden Montjuïc, Vall

Doel 5: Stedelijke vernieuwingen op stadsniveau Doel 6: Ontwikkeling stad tot plek van consumptie

10) Wat is de legacy van de spelen op het gebied van stedelijke vernieuwing in Barcelona? De stedelijke vernieuwingen hebben voornamelijk plaatsgevonden in de gebieden Montjuïc, Vall

d’Hebron, Parc de Mar en Diagonal. De hoofdfaciliteiten van de spelen waren hier gevestigd (COOB’92-1, 1992). De gebieden maken daadwerkelijk deel uit van de stad, omdat zij alleen in het centrum of binnen een straal van vijf kilometer van dit centrum zijn gesitueerd (COOB’92-2, 1992). Dit is een verschil met spelen zoals die in andere steden werden georganiseerd (COOB’92-2, 1992). Een van de subdoelen, om de locaties deel uit te laten maken van de stad, is dus gelukt.

Het doel om gebieden onderling beter met elkaar te verbinden is ook gerealiseerd: de vier clusters zijn nu onderling verbonden door middel van een 48 kilometer lange verbindingsweg (Beard, 2011). Daarnaast is bijvoorbeeld de verkeersader Diagonal doorgetrokken naar het hart van het Olympisch dorp, waardoor deze in verbinding staat met de rest van de stad (COOB’92-1, 1992). Bovendien is het metronetwerk uitgebreid waardoor de verbinding met de rest van de stad verbeterd is (Beard, 2011). De komst van nieuwe ringwegen zorgde daarnaast voor een betere ontsluiting van bijvoorbeeld de Vall d’Hebron (Monclús, 2003). Het doel om de

infrastructuur te verbeteren is dus behaald. Ook werd een groot deel van het rioleringssysteem verbeterd (Brunet, 1995), waarmee ook dat doel behaald werd.

Het idee om de vernieuwingen uit te voeren in het kader van nieuw urbanisme, lijkt ook gelukt: er was een forse toename in het aantal openbare ruimten en voorzieningen, zoals groene zones, stranden, vijvers en fonteinen (Brunet, 1995).

In de verschillende clusters zien de vernieuwingen er als volgt uit:

Het Parc de Mar gebied

Het Parc de Mar gebied was een vervallen industrieel gebied dat door middel van spoorlijnen gescheiden was van het strand (COOB’92-1, 1992). Het gebied van 70 hectare is nu veranderd in een residentieel gebied dat direct aan zee ligt (COOB’92-1, 1992). De aanliggende stranden worden jaarlijks door meer dan vijf miljoen bezoekers bezocht (Carbonell, 2005).

Het cluster kent een diversiteit aan bebouwing, dit is anders dan tijdens de spelen van

bijvoorbeeld Mexico, München, Montreal en Moskou, waarbij Olympische dorpen voornamelijk bestonden uit homogene, sociale woningbouw (Helleman, 2012). De gebouwde faciliteiten zorgen nog steeds voor levendigheid (Helleman, 2012). De voormalige eetzaal is nu een supermarkt, de polikliniek een huisartsenpraktijk en er is een bioscoop (Beard, 2011). De twee grote torens, Mapfre en het hotel Arts zijn, nadat ze een aantal activiteiten voor de spelen huisden, nu een belangrijke kantoortoren en hotel. Het opslag- en servicegebied is omgebouwd tot een bibliotheek (Carbonell, 2005).

Omdat de verantwoordelijke projectontwikkelaars er al in 1990 waren geslaagd om 60% van de te bouwen Olympische woningen te verkopen, ontstond er geen leegstand na afloop van de Spelen. Na de Spelen trokken de nieuwe bewoners al vlot in hun nieuwe woningen (Carbonell, 2005).

In het cluster is ook daadwerkelijk een haven gekomen. Het doel om deze ook na de spelen functioneel te houden, is gelukt; de haven is tegenwoordig nog steeds in gebruik door de zeilclub en is er in dit gebied een bruisend restaurant- en nachtleven (Carbonell, 2005). Ook andere sportcentra in het cluster, zoals het Pavelló de Mar Bella, waar het badminton- toernooi werd gehouden, worden nog steeds gebruikt als accommodatie voor wedstrijden

(BarcelonaOlímpica, 2014).

Montjuïc

Door de spelen is dit park herontdekt en opgeknapt en het is nog steeds het grootste park van de stad (COOB’92-2, 1992). Het park is goed bereikbaar en heeft een keur aan sportfaciliteiten (COOB’92-2, 1992). Beard (2011) schrijft in zijn artikel dat de accommodaties nog steeds gebruikt worden; er worden concerten gehouden en er kan gezwommen worden in het Olympisch bad.

Diagonal

Het stedelijke gebied is nu beter verbonden door middel van infrastructuur die de al bestaande sportaccommodaties, nieuwe diensten, hotels, kantoor en commerciële gebieden aanvullen (COOB’92-2, 1992). Daarnaast is het gebied door middel van Carrer de Tarragona verbonden met Plaza Espanya en de Montjuïc (COOB’92-1, 1992).

Subcentra

De subcentra hebben ook van de spelen geprofiteerd. Zo zijn er bijvoorbeeld nieuwe sportfaciliteiten bijgekomen, bestaande accommodaties zijn verbeterd en er zijn nieuwe woongebieden bijgekomen (COOB’92-2, 1992).

Accommodaties algemeen

Naast het opknappen van accommodaties, werden er ook nieuwe accommodaties bijgebouwd. Sommige accommodaties, zoals het stadion van FC Barcelona, Palau Blaugrana, het RCD Espanyol stadion en de Real club de Polo zijn nog steeds in gebruik (COOB’92-2, 1992). Alleen het hoofdstadion heeft moeite met het vinden van een vaste huurder. Het ontvangt echter nog wel internationale wedstrijden. Verder voldoet het velodrome niet aan internationale eisen, waardoor ook dit niet meer in gebruik is (Beard, 2011).

Ook buiten de clusters hebben stedelijke vernieuwingen zich als een olievlek verspreid. Zo is de wijk rondom het Olympisch dorp, waar voorheen pakhuizen uit de 19de eeuw stonden en die nu de naam @22 heeft gekregen, volledig veranderd. Het huisvest nu filmstudio’s, nieuwe mediabedrijven en lofts (Beard, 2011). Daarnaast werd ook de oude stad, Ciutat Vella, vernieuwd (COOB’92-2, 1992).

Bovengenoemde feiten illustreren op een uitstekende manier één van de normen van positieve legacy die Preuss opgesteld heeft, namelijk, stedelijke vernieuwing en ook de manier waarop Lonis (2009) legacy meet, sluit hier op aan. De verschillende behaalde doelstellingen zoals het

volledig ontwikkelen van de stad en niet slechts een deel, lijken op de derde golf van gentrification die Hackworth en Smith (2011) beschrijven. Bovendien zorgt de aanleg van parken er voor dat er sprake lijkt te zijn van stedelijk ondernemerschap en lijkt het erop dat dit goed gelukt is. Ook de nieuw gebouwde accommodaties die nog steeds gebruikt worden, de haven en concerten die op deze locaties worden georganiseerd duiden op stedelijk ondernemerschap.

Omdat het in het kader van dit onderzoek niet zozeer gaat om de legay an sich, maar meer om gentrification, is de literatuur er op nageslagen om te zien in hoeverre dit heeft plaatsgevonden. Verschillende bronnen laten zien dat er ook in Barcelona sprake is van gentrification. Zo schrijft Hiller (2006) dat in het gebied waar het Olympisch dorp werd gebouwd, eerst de

arbeidersklasse woonde. Na de Spelen kwamen er veel meer midden tot hoge klasse inwoners het gebied in, die de originele groep verdreven hebben (Hiller, 2006). Dit vloeit waarschijnlijk voort uit het feit dat zoals Marshall (2000) aangeeft: “De meeste huizen in het Olympisch dorp bedoeld waren voor hogere inkomensgroepen, hoewel sommige delen zijn toegewezen aan kopers of huurders uit lagere inkomensgroepen”. Dit laatste heeft echter volgens Knox & Pinch (2006) niet mogen baten, want ook zij spreken, ondanks de goede bedoelingen, van een proces van gentrification: “Veel arme groepen zijn door gentrification verdrongen uit de binnenstad”. De oorzaak ligt waarschijnlijk in, zoals Carbonell (2005) aangeeft, dat na de spelen de

huizenprijzen in het Olympisch dorp iets hoger lagen dan gemiddeld in de stad en veel hoger dan in aangrenzende buurten; sommige delen zijn qua prijsniveau zelfs met de duurste buurten van Barcelona te vergelijken. Tien jaar na de spelen werden de huizen verkocht voor vijf keer de originele prijs.

Jefferson Lenskyj (2006) bevestigd dat: ondanks de belofte dat er sociale huisvesting zou komen in het Olympisch dorp, gaf het stadsbestuur van Barcelona toe aan projectontwikkelaars

waardoor al voor de spelen in 1991, op 76 woningen na, alle 6000 woningen verkocht waren aan jonge hogeropgeleiden met een middeninkomen.

Dezelfde auteur stelt dat de stad zich in een consumenten speelveld heeft getransformeerd waardoor het voor mensen met een gemiddeld inkomen te duur is geworden om er te wonen. De stad kan zich armoede, immigranten en gekraakte centra niet veroorloven. Dit heeft geleid tot acties waarbij krakers gedwongen zijn uitgezet (Jefferson Lenskyj, 2006).

Silva (2011) spreekt over gentrification: Door het publiek-private partnerschap van het Barcelona model, werd al voor de spelen zeer dichte stedelijke bebouwing en dure behuizing gestimuleerd. In de Raval werden de oorspronkelijke bewoners door grootschalige interventies zoals de aanleg van de Rambla de Raval, gedwongen te verhuizen naar de zones die ontwikkeld werden naar aanleiding van het project ‘nieuwe centraliteit’ (Silva, 2011).

Slavin (2006) geeft aan dat de Olympische Spelen ervoor gezorgd hebben dat 10.000 bewoners uit lage inkomensgroepen en kleine bedrijven, uit de stad uit zijn verdreven.

(Helleman, 2012) spreekt daarnaast over het feit dat mensen hun stad niet meer herkennen en dat de stad, zoals toeristen en zakenlui haar zien, niet overeenkomt met hoe de oorspronkelijke bewoners haar kennen.

Sadd (2010) spreekt over een vervanging van de bestaande gemeenschap met bewoners uit een hogere sociale klasse. Het ging hierbij om zigeuners die vanuit het gebied van het huidige

Olympisch dorp verplaatst werden en waarbij jonge professionelen de wijk binnenkwamen. Veel lokale bewoners konden niet meer in het gebied blijven wonen, bovendien zorgde het voor een stijging in huizenprijzen in de rest van de stad.

Volgens de literatuur is in Barcelona dus sprake van gentrification. Er zijn veel voorbeelden genoemd waarbij de oorspronkelijke bewoners gedwongen werden te verhuizen. Komt dit echter door de legacystrategie en is dit dus overheidsgestuurde gentrification, of is hier altijd sprake van? In paragraaf 5.3 zal hier dieper op in worden gegaan.

5.2 Uitkomsten strategie: legacy van de Olympische Spelen in Athene

11) Wat is de legacy van de spelen op het gebied van stedelijke vernieuwing in Athene?