• No results found

2 Sedentair gedrag bij ouderen

2.9 Gedragsveranderingstechnieken

2.9.1 Self-monitoring tool sedentair gedrag

2.9.1.1 SitFIT

Pedometers worden vaak gebruikt voor self-monitoring en gedragsveranderingsinterventies omdat ze feedback kunnen geven over elementen met betrekking tot de FA, zoals het aantal stappen, de afgelegde km’s en het energieverbruik. Het aantal self-monitoring tools voor gedragsverandering van SG zijn nog erg beperkt. Slechts weinig toestellen nemen het verschil waar tussen zitten en staan en kunnen aldus niet gebruikt worden voor interventies met als doel het verminderen van het SG.

De SitFIT is een tri-axiale accelerometer (PAL-Technologies, Glasgow, UK) met een uitstekende validiteit voor het meten van het aantal stappen en de ST en kan daarom worden gebruikt als een hulpmiddel voor het geven van feedback over SG om gedragsverandering te vergemakkelijken. Het is opvallend dat de nauwkeurigheid van de SitFIT voor het meten van FA hoger is dan voor het meten van SG. Dit valt te begrijpen aangezien een grotere technische uitdagingen gepaard gaat met de kwantificering van de ST in vergelijking met de kwantificering van het aantal stappen (Gill et al., 2018). De SitFIT houdt rekening met de verbeterpunten die werden gerapporteerd door Grant et al. (2006) en Nassau et al. (2015) m.b.t. de ActivPAL. Zo is de SitFIT makkelijk toegankelijk voor het versterken van feedback voor de gebruiker aan de hand van een display met real-time feedback, stappentelling en totale ST. Verder heeft de pocketlocatie van de SitFIT een voordeel voor de bruikbaarheid op lange termijn, het kan onopvallend in de voorste broekzak gedragen worden en hoeft dus niet rechtsreeks op de huid bevestigd te worden zoals bij de ActivPAL. Een nadeel van de SitFIT bij het gebruik in de broekzak is dat deze vrij is om te bewegen en van oriëntatie kan veranderen.

40 In vergelijking met de ActivPAL zorgt het gebruik van de SitFIT voor een gemiddelde stappentellingen dat ongeveer 4% lager ligt dan wanneer dit wordt gemeten met de ActivPAL en waarbij de correlatie tussen beide methoden erg hoog is (r = 0,98). Verder was de gemiddelde ST van de SitFIT ongeveer 5% hoger t.o.v. de ActivPAL, met een correlatie tussen de methoden die nog steeds voldoende hoog was (r = 0,84) (Gill et al., 2018).

2.9.1.2 Activator

De Activator (PAL-technologieën, Glasgow, VK) is de opvolger van de SitFIT en werd door dezelfde ontwikkelaars met gelijkaardige doelstellingen geproduceerd in een EuroFIT- interventie (Nasau et al., 2016). De Activator is een activiteit/zit-tracker die zelfregulatie van het aantal stappen/dag, rechtopstaande tijd (min/dag) en ST mogelijk maakt (Jelsma et al., 2019). De ST wordt weergegeven met percentages van zowel de gebruikte draagtijd per dag als de tijd besteed aan het zitten tijdens het laatste uur. De Activator wordt net zoals de SitFIT op de voorkant van de dij gedragen in de broekzak of kan bevestigd worden met een elastische band aan kleding die het bovenbeen bedekt (bijv. broeken, shorts, leggings, panty's, jurken). Hierdoor kan de Activator in tegenstelling tot de SitFIT met eender welk kledingstuk gedragen worden. Bovendien kan de Activator de technische uitdaging voor het detecteren van de lichaamshouding (zitten vs. staan) reduceren door het gebruik van de elastische band, waardoor de locatie en oriëntatie constant op de dij blijft (Gill et al., 2018). De Activator geeft visuele real-time feedback via een smartphone-app met een historisch overzicht van de afgelopen week (stappentelling, rechtopstaande tijd en % ST), dit aan de hand van Bluetooth-verbinding. Ook het toestel zelf geeft tactiele feedback aan de hand van vibratie, wat ingesteld kan worden om de 15 of 30 minuten ononderbroken zittijd. Er zijn nog geen resultaten bekend i.v.m. de validiteit van het toestel.

41

II Onderzoekshypothese

Uit de literatuurstudie blijkt dat ouderen te veel SG vertonen. Bovendien lijkt de totale ST te stijgen met toenemende leeftijd. De nadelige gezondheidseffecten die hiermee gepaard gaan leiden tot een daling van de levenskwaliteit. Als gevolg hiervan zijn ouderen vaak niet meer in staat om zelfstandig te wonen. Dit op zijn beurt heeft een belangrijke economische en maatschappelijke impact.

Op basis van de hierboven vermelde bevindingen kunnen we besluiten dat het belangrijk is om het SG van ouderen terug te dringen. Aangezien SG een voor een groot deel onbewust gedrag is, kan het gedrag gewijzigd worden op twee manieren. Ten eerste door de zaken die SG onbewust induceren aan te pakken. Dit is echter praktisch niet altijd haalbaar en bovendien ook vaak niet ethisch. Een tweede optie is om de ouderen bewust te maken van hun onbewuste SG. Dit kan gebeuren aan de hand van self-monitoring.

Recent werd een toestel ontwikkeld dat in staat is om SG te self-monitoren, namelijk de Activator. Dit toestel is de opvolger van de SitFIT, een gevalideerde self-monitoring tool met real-time feedback. De SitFIT wordt in de broekzak gedragen maar kan het SG niet correct registreren wanneer het te veel bewegingsruimte heeft. Het toestel kan ook niet gebruikt worden bij het dragen van een rok of een broek zonder voorzakken. Verder wordt de real-time feedback weergegeven op het display waardoor de informatie beperkt en onoverzichtelijk is. De Activator komt met oplossingen voor deze tekortkomingen door het toevoegen van een elastische band waardoor het toestel bij iedere outfit kan gedragen worden en door de feedback te geven via een gesynchroniseerde app op de smartphone. Doordat de Activator voortbouwt op de sterktes van de SitFIT en de zwaktes tracht uit te sluiten, houdt dit toestel veel potentieel in om het SG te reduceren. Echter, tot op heden is het onduidelijk of deze self-monitoring tool in staat is om het SG van ouderen te verminderen, en bijgevolg de gezondheid te verbeteren. Om dit na te gaan werden drie onderzoeksvragen opgesteld.

1. “Wat is het effect van de Activator op het totale objectief gemeten SG bij ouderen?”

2. “Wat is het effect van de Activator op het domeinspecifieke subjectief gemeten SG bij ouderen (gemotoriseerd transport, huishoudelijke taken, vrije tijd en werk)?”

42 3. “Wat is het effect van de Activator op de gezondheidsparameters mentale en fysieke

gezondheid bij ouderen?”.

Als aanvulling op deze onderzoeksvragen wordt ook voor iedere vraag nagegaan of het effect afhankelijk is van de mate waarin de Activator werd gebruikt. Hiervoor wordt gekeken naar de procesparameters “het aantal keer dat de applicatie werd geopend” en “het aantal dagen dat de Activator werd gedragen”.

43

III Onderzoeksmethode

1 Opzet

Deze masterproef kadert in het onderzoek “Op is Top!” van de vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen van de Universiteit Gent en werd gecoördineerd door postdoctoraal onderzoeker Sofie Compernolle na de goedkeuring door het Ethisch Comité van het Universitair Ziekenhuis te Gent (2019/0398). Het algemene doel van de studie is om het fysieke en cognitieve functioneren alsook de levenskwaliteit bij ouderen te verbeteren door middel van een op feedback gebaseerde interventie die focust op het verminderen en onderbreken van SG. In de interventie wordt een nieuwe self-monitoring tool, de Activator, gebruikt om deze gewenste effecten in het SG te bewerkstelligen. Specifiek behandelt deze masterproef de pilootstudie die de effectiviteit van de Activator voor het reduceren van SG bij ouderen nagaat.

2 Populatie

Het rekruteren van proefpersonen voor de pilootstudie gebeurde via convenience sampling. Enerzijds werd er een advertentie verspreid via Facebook. Anderzijds werden personen die in het verleden deelnamen aan een onderzoek van de vakgroep en die aangaven geïnteresseerd te zijn in toekomstig onderzoek per mail gecontacteerd. Proefpersonen die bereid waren deel te nemen aan de huidige studie werden opgenomen op basis van de inclusiecriteria. Deze inclusiecriteria zijn 1) ouder zijn dan 60 jaar, 2) beschikken over een smartphone, 3) Nederlandstalig zijn en 4) zelfstandig 100 meter kunnen wandelen zonder moeite. Als beloning krijgen de participanten een volledig uitgewerkt zitrapport. Er werden 36 participanten gevonden waarvan er 6 uiteindelijk toch niet wensten deel te nemen. De redenen van drop-out in deze beginfase waren zeer uiteenlopend: evenwichtsproblemen, een knieoperatie, het langdurig verblijven in het buitenland, tijdsgebrek door het veranderen van werk, het recente overlijden van de echtgenoot en het onbereikbaar zijn. De baseline sample van de pilootstudie bestond dus uit 30 proefpersonen waarvan er in de loop van de pilootstudie nog eens 6 afvielen door ontbrekende metingen. De uiteindelijke sample bestond als gevolg uit 24 participanten, waarvan 13 (54,2%) vrouwen en 11 (45,8%) mannen.

44

3 Procedure

Deze pilootstudie is een quasi-experimenteel onderzoek met als doel de effectiviteit van de Activator in het verminderen van het SG bij ouderen te onderzoeken aan de hand van een one group pretest-posttest design. De baselinemetingen werden gedurende zeven dagen verkregen door het dragen van een ActivPAL, waarna de drie weken durende interventie met de Activator startte. Na deze drie weken werden de postmetingen verkregen door opnieuw gedurende zeven dagen de ActivPAL te dragen (Figuur 11).

Figuur 11: Overzicht interventieprocedure

Het rekruteren van de participanten werd door één persoon uitgevoerd. Eens de rekrutering afgerond was, werden er meerdere onderzoekers ingeschakeld voor de dataverzameling. De dataverzameling werd vanaf dit punt in een gedetailleerd protocol beschreven zodat alle onderzoekers op dezelfde manier zouden handelen en hiermee geen voor- of nadelen gecreëerd werden voor de participanten (Bijlage 1). Er werd een infomoment georganiseerd om het protocol te overlopen met de hoofdonderzoeker. Na dit infomoment (eind maart 2019) werden de participanten telefonisch gecontacteerd om een afspraak vast te leggen voor een eerste huisbezoek. Naast het zoeken van een beschikbaar moment, werden het type smartphone en het thuisadres opgevraagd.

Het eerste huisbezoek ving aan met het kort overlopen van de verschillende zaken die aan bod zouden komen tijdens dit bezoek. Eerst werd het document “Informatie voor de deelnemer” (Bijlage 2) samen overlopen zodat de deelnemer zich bewust was van alle aspecten van het studieverloop. Het toestemmingsformulier werd na afloop hiervan ondertekend. Vervolgens werden de baseline metingen uitgevoerd. Deze bestonden enerzijds uit een vragenlijst in

45 verband met de socio-demografische gegevens, het huidig zitgedrag, de gezondheid en de percepties ten aanzien van zitten overlopen (Bijlage 3). Deze vragenlijst werd in interviewvorm afgenomen waarbij de antwoorden op de vragenlijst aangeduid werden. Het invullen van de vragenlijst werd ook opgenomen met de Best Easy Voice Recording app voor het geval dat bepaalde zaken onduidelijk blijken achteraf. Hierna werd deel één van de interviewgids (Bijlage 4) opgenomen met dezelfde app. Anderzijds werd uitleg gegeven over de ActivPAL, die gebruikt werd voor de pre- en postmeting. Er werd meegedeeld dat de ActivPAL gedurende zeven dagen dag en nacht dient gedragen te worden en dat deze niet hoeft losgemaakt te worden, tenzij men in bad gaat, gaat zwemmen of wanneer er irritatie optreedt. In dit laatste geval mocht het toestel op het andere been bevestigd worden. Er werd ook duidelijk gemaakt dat het een bewegingsmeter is die enkel info over het zit-en beweeggedrag geeft en dus geen geluid of locaties registreert. Na deze uitleg werd de participant gevraagd om een short of rok aan te doen zodat de onderzoeker de ActivPAL juist kon aanbrengen. De participanten mochten het toestel ook zelf aanbrengen als ze dit wensten, maar dit werd dan uiteraard door de onderzoeker gecontroleerd. De deelnemers kregen een bundeltje met de uitleg voor het correct bevestigen van de ActivPAL en een dagboekje dat ze moesten invullen zodat de onderzoekers konden nagaan wanneer de deelnemers wakker waren. Om het eerste huisbezoek af te ronden werd een volgende afspraak voor een week later vastgelegd.

Bij het tweede huisbezoek werd de ActivPAL teruggevraagd en werd gecontroleerd of het dagboekje correct en volledig ingevuld werd. Vervolgens werd het belang van SG uitgelegd met behulp van een PowerPoint (Bijlage 5) om de SG-gerelateerde kennis van de participanten te vergroten. In deze Powerpoint werd dieper ingegaan op de definitie van SG, de prevalentie van SG bij 60-plussers, de gezondheidsnadelen van SG en de richtlijnen voor SG. Daarna werd de Activator, die zowel visuele als tactiele feedback biedt, gegeven aan de participant en werd de bijhorende app geïnstalleerd op de smartphone. Nadat de installatie voltooid werd, demonstreerde de onderzoeker hoe de Activator wordt gedragen (in de broekzak of met de rekker op een rok of een losse broek) en werd getoond wat men waar kon terugvinden op de app. Er werd ook uitdrukkelijk meegedeeld dat Bluetooth dient aan te staan om de gegevens te kunnen zien en dat de participant drie weken gebruik mag maken van de Activator en de bijhorende app. Als laatste werd een afspraak vastgelegd voor het volgende huisbezoek.

46 Bij het begin van het derde en laatste huisbezoek werd de Activator terug genomen en van de app losgekoppeld. De app zelf werd verwijderd aangezien deze zonder Activator niet gebruikt kon worden. Er werd opnieuw een vragenlijst afgenomen in interviewvorm die net zoals bij het eerste huisbezoek werd opgenomen met de Best Easy Voice Recording app. Deel twee en drie van de interviewgids werden ook met deze app opgenomen. Op het einde van het derde huisbezoek werd de ActivPAL bevestigd voor de postmeting. Hierbij werd opnieuw de nodige uitleg gegeven die identiek is aan de uitleg van het eerste huisbezoek (inclusief de uitleg van het dagboekje). Als allerlaatste werd een gefrankeerde enveloppe met het adres erop overhandigd zodat de participant de ActivPAL na één week terug kon sturen.

4 Meetinstrumenten

Tijdens deze studie werd zowel beroep gedaan op de objectieve als subjectieve meetinstrumenten om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen van het SG bij ouderen. De objectieve meetinstrumenten hadden als doel het kwantitatief meten van SG en totale ST, terwijl de subjectieve meetinstrumenten op een kwantitatieve manier onderzochten in welke context het SG werd uitgevoerd. Hieronder worden de gehanteerde meetinstrumenten omschreven in functie van de onderzoeksvragen.

Binnen deze masterproef werd, zowel voor als na de interventie, data van de participanten verzameld aan de hand van gestructureerde interviews. Deze werden gebruikt voor het verzamelen van socio-demografische gegevens van de deelnemers, zelfgerapporteerde huidige zittijd, en perceptie van de gezondheid. Voor het schatten van zelfgerapporteerde zittijd werden items uit de Busschaert vragenlijst geselecteerd, en voor het meten van de gezondheid werd de SF-12 gebruikt.

De Busschaert Questionnaire werd gebruikt voor het meten van het SG in verschillende contexten. Busschaert et al. (2015) rapporteerden dat SG een multi-complex gedrag is, verdeeld over vier domeinen, zitten in de vrije tijd, op het werk, tijdens gemotoriseerd vervoer of tijdens huishoudelijke taken (Owen et al., 2011). De contexten waarin ouderen SG vertonen zijn vergelijkbaar met deze van adolescenten en volwassenen. Bovendien zijn de contexten leeftijdsspecifiek (bijv. SG binnen de schoolcontext voor adolescenten, de werkcontext voor volwassenen en vrije tijdsgerelateerde SG bij ouderen). Verder rapporteerden Busschaert et al. (2015) een goede test-hertest betrouwbaarheid voor de Busschaert Questionnaire (ICC = 0.68- 0.80).

47 De SF-12 is een ingekorte enquête met 12 vragen, geselecteerd uit de SF-36 Health Survey. De betrouwbaarheid van de SF-12 werd gerapporteerd door Ware et al. (1995) met een goede test- hertest betrouwbaarheid voor ouderen (ICC = 0.76-0.89 (US) en ICC = 0.77-0.86 (UK)). De schalen van de SF-12 correleren zeer sterk met deze van de SF-36, waardoor het er op lijkt dat de SF-12 kan functioneren als een praktisch alternatief voor de SF-36 (Ware, Kosinski en Keller, 1995; Gandek et al., 1998). Om deze reden wordt de SF-12 gebruikt voor het meten en monitoren van verschillende indicatoren van de mentale en fysieke gezondheid van deelnemers. Specifiek worden er acht gezondheidsaspecten bepaald (fysiek functioneren, rolbeperkingen als gevolg van lichamelijke gezondheidsproblemen, lichamelijke pijn, algemene gezondheid, vitaliteit, sociaal functioneren, rolbeperkingen als gevolg van emotionele problemen, geestelijke gezondheid en psychologisch welbevinden) (LASA, 2016). De vragen werden gecombineerd, gescoord en gewogen om hieruit twee schalen af te leiden: de Physical Component Summary (PCS) en de Mental Component Summary (MCS) (Figuur 12).

48 Verder werd een semi-gestructureerd interview uitgevoerd aan de hand van een interview-gids met (half-) open vragen over de bevindingen van de deelnemers met betrekking tot het reduceren van SG; het zelfmonitoren van SG en de aanvaardbaarheid en gebruiksvriendelijkheid van de self-monitoringtool. Hiernaast werden ouderen gevraagd gebruik te maken van een dagboek waarin ze hun slaaptijd (d.w.z. het uur van slapengaan en opstaan) en niet-draagtijd van de ActivPAL noteerden. Dit had als doel een correcter beeld te krijgen van de wakkere tijd waarin SG zich voordeed en nulmetingen van de ActivPAL te adresseren in het dagboek tijdens de 7 dagen durende pre- en postmeting. Voorts toont onderzoek aan dat zelfrapportage van de ST slechts de helft van de objectief gemeten ST weergeeft, wat suggereert dat de meeste zelfrapportage-onderzoeken de werkelijke ST enorm zullen onderschatten. Om deze reden is het belangrijk om het SG ook objectief te meten.

Voor het verzamelen van objectieve gegevens van SG, werd de deelnemers gevraagd een

ActivPAL™ (PAL Technologies Ltd., Glasgow, UK) dag en nacht te dragen gedurende 7

volledige dagen, dit zowel pre- als postinterventie. De ActivPAL is een klein en licht toestel (15g) dat data registreert via een 15 seconden interval. Het toestel heeft een levensduur van maximaal twee weken en wordt op de voorkant van de dij gedragen, wat mogelijk maakt om aan de hand van de hellingshoek van de dij periodes van liggen, zitten, staan of stappen te identificeren. De ActivPAL is volgens Grant et al. (2006) een betrouwbaar en valide instrument met een ICC van 0,79-0,99 en goede overeenkomst tussen de ActivPAL-monitor en observatie met een gemiddeld percentueel verschil voor totaal ST (0,19%), totaal rechtopstaande tijd (1,4%) en totaal wandelende tijd (2,0%) voor het meten van lichaamshoudingen en beweging in het dagelijks leven. De ActivPAL kan dus worden gebruikt om SG te identificeren en interventies te ondersteunen in het reduceren van dit gedrag (Grant et al., 2006).

49

5 Interventietools

Zoals eerder vermeld wordt in dit onderzoek, naast de meetinstrumenten, gebruik gemaakt van twee interventietools: een Powerpoint en de Activator. Beiden werden tijdens het tweede huisbezoek geïntroduceerd.

Aan de hand van een Powerpoint (Bijlage 5) legden de onderzoekers de definitie van SG uit. Ook de prevalentie van SG bij 60-plussers en de gezondheidsnadelen van SG werden meegedeeld, net als de richtlijnen voor SG. Dit alles duurde ongeveer 10 minuten en had als doel om de SG-gerelateerde kennis van de participanten te vergroten.

Als self-monitoring tool werd in deze masterproef gekozen voor het gebruik van de Activator. Deze relatief nieuwe interventietool van PAL Technologies Ltd. (Glasgow, UK) werd gedurende een periode van drie weken gedragen op de voorzijde van de dij, bevestigd op de broek/rok of in de broekzak. Door het dragen van de Activator kreeg de participant visuele real- time feedback en feedback over de laatste zeven dagen te zien op de bijhorende Bluetooth app. De feedback behandelde de totale ST, de totale tijd dat staand wordt doorgebracht en het aantal stappen (Figuur 13). Naast deze visuele feedback die zo vaak als de participanten zelf wensten kon worden bekeken, geeft de Activator ook tactiele feedback aan de hand van een sterke vibratie. Deze vibratie vindt plaats wanneer er 30 minuten lang ononderbroken SG wordt geregistreerd. Participanten konden ervoor kiezen om deze vibratie te negeren zonder dat ze een herhalingsvibratie kregen. De volgende vibratie vond dan plaats na het volgende halfuur SG. Dankzij deze meervoudige feedback worden de participanten meer bewust gemaakt van het grotendeels onbewuste SG met het oog op gedragsverandering, namelijk minder ST en het onderbreken van SG.

50

Figuur 13: Visuele feedback op de Activator applicatie