• No results found

Samenvatting amenvatting

Vormgevers en opdrachtgevers bepalen de artistieke vrijheid samen.

Hoofdstuk 4 Samenvatting amenvatting

De balans opmakend van mijn vragen. Als aankomend grafi sch vormgever ben ik niet geheel blanco deze interviews aangegaan. Al jaren ben ik door middel van de studie bezig met het vormgeven van affi ches tentoonstellingen websites en natuurlijk boeken. Natuurlijk boeken zeg ik, omdat er tijdens de opleiding aan de Academie St. Joost. vele opdrachten gestoeld waren op het fenomeen boek. Wanneer communiceert een verhaal en wie is je doelgroep voor dit verhaal waren terugkomende vragen. Het werden belangrijke ontwikkelings momenten.

Er groeiden vragen uit deze leermomenten. Vele boeken onderzoeken verder bleven deze vragen nog steeds onbeantwoord. Bijvoorbeeld wat wordt er verstaan onder een boek? Ook vond ik de bena-

ming kunstenaarsboeken vreemd. Hoezo kunstenaarsboek. Wat is daar dan anders aan dan een ‘gewoon’ boek? Alle boeken vertellen toch een verhaal? En met de huidige technieken zijn de mooiste ontwerpen te maken. Dat is toch al kunst op zich?

Het besluit om de vragen aan verschillende vormgevers, uitgevers en een drukker voor te leggen was ge- nomen. Niet iedereen heeft mijn vragen letterlijk kunnen beantwoorden. Ze gaven ieder vanuit hun eigen belevingswereld vorm aan het interview.

Mij is wel het ‘beeld’ van het boek helderder geworden. Wat er wordt verstaan onder het woord boek. De antwoorden hebben een mooie basis gelegd. De mogelijke verschillen kwamen bloot te liggen. Ook heb ik meer zicht gekregen in de overeenkomsten tussen grafi sche boeken en kunstenaarsboe-

ken.

Maar helemaal specifi ek zijn de verschillen en overeenkomsten niet te duiden. Dat is uiteindelijk geblek- en. Bij benadering kon ik veel boeiende antwoorden krijgen op vragen als ligt het aan de oplage hoeveel- heid van boeken. Of juist aan de opdrachtsituatie waardoor er verschillende soorten boeken ontstaan. Of kun je het verschil terug zien doordat de artistieke vrijheid meer ruimte mag innemen. De ene vraag riep de andere weer op. Tijden veranderen. Zo ook de benadering van de grafi sch ontwerper ten opzichte van de vormgeving van het boek.

Het totaalbeeld van het interview leverde mij antwoorden, die ik verrassend en schrikbarend vind. Wat te denken van het budget wat tegenwoordig belangrijker geworden is. Het wordt naar voren geduwd. Winst is een voornaam woord geworden, ook in de grafi sche wereld. De antwoorden, dat jezelf als vormgever verantwoordelijk moet zijn voor de creatieve ruimte die je inneemt met betrekking tot de vormgeving van een boek, hebben me echt de ogen geopend. Het laat me nadenken over de rol die ik als vormgever inneem ten opzichte van de opdrachtgever, drukkerijen en uitgeverijen.

Het bewustwordingsproces is zelfs nog een stuk verder gegaan. Ik ben me bewust geworden van mijn positie als vormgever van meningen, die een verhaal vertellen, gedrukt in een boek. Iedereen zou in principe nu zijn eigen mening op papier kunnen zetten. Over welk onderwerp dan ook. Als vormgever kan ik daarbij helpen.

Iedere geinterviewde is op zijn eigen terrein bezig met het boek. Uit hun enthousiasme kon ik opmaken dat ze het allemaal een fantastisch medium vinden, het boek.

Het boek als drager van een verhaal.

48

Afbeeldingen D1, E1 Karin van Dam

Hoofdstuk 5 Discussie

Ik benut de mogelijkheid om een aantal uitspraken uit de geschiedenis van de drukkunst en de interviews ter discussie te stellen.

Jan Voss geeft als antwoord op de vraag wat is een kunstenaarsboek, dat is een kunstwerk. Diana Frans- sen zegt dat een kunstenaarsboek een onderdeel van het hele oeuvre van een kunstenaar is.

Ikzelf denk dat een boek een onderdeel van het oeuvre van een kunstenaar kán zijn. Het kunstenaarsboek is zeker geen doorsnee boek. Dus zou ik bijna zeggen dat het een kunstwerk mag zijn. Niet ieder boek dat gemaakt is door een kunstenaar beschouw ik als een kunstwerk. Goed ontworpen boeken zoals de boeken die ik van Karin van Dam in handen kreeg, of het boek van Yvonne Né Gedichten- en tekeningen geven de ruimte aan waarin als vormgever gewerkt kan worden. Ik ben daarin vrijheid van ontwerp en originaliteit tegen gekomen. Los van het fragmentarisch weergeven van informatie trof ik juist in deze boeken een samenhang van informeren en confronteren aan. En op een zodanige wijze gepresenteerd dat het de eigenheid van de maker van het kunstwerk benadrukt. Bij karin van Dam ging het hier om haar eigen werk vertaald in een boekvorm.(Afbeelding D1, E1 pagina 46) Het boek van Yvonne Né was een vertaling

van Yvonne van muziekstuk geschreven door een componist.

Primaire economische wetten zorgen ervoor dat het bedenken, uitvoeren en vervaardigen van een boek gekoppeld is aan het vinden van kopers. Om de kosten te spreiden zijn oplages van enige omvang voor- waarde. Dit gegeven dragen Diana Franssen en Jurgen Bessems in het interview aan.

Mijn antwoord hierop gaat juist een andere kant op. Ten eerste blijkt het volgens Roger Willems niet noodzakelijk te zijn om oplages van enige omvang te drukken. Een oplage van 2 ‘boeken’ kan al vol- doende zijn om je mening in de maatschappij te zetten. Als je zelf als vormgever ook de opdrachtgever wordt, heb je meer ruimte gecreeërd, met ruimte voor een vrije vormgeving. Maar ook ruimte om met de kunstenaar samen te werken. Dit levert dan mooie boeken op, zoals het voorbeeld van architect Daniel Liebeskind. En wat te denken van het ‘vijf’ krantje. Deze krantvorm is gebruikt om berichten op een andere manier aan de man te brengen. Dat kan heel lokaal gebeuren, maar het kan zich als vorm verder verspreiden doordat de mensen er over praten en deze informatie in hun leven toelaten.

Om een grotere oplage aan de man te brengen is een goede distributie nodig. De kunstenaar wordt dan ook distributeur en/of uitgever.

Dit is een veel genoemd antwoord tijdens de interviews. Jan Voss durft zelfs te stellen dat de kunste- naarsboeken geweerd worden in de ‘gewone’ boekhandel. Daarom móet de kunstenaar wel eigen distri- biteur en/of uitgever worden. Dit vind ik eigenlijk wel heel vreemd. Dat de boeken over een kunstenaar,

een catalogus, vaak saai ingedeeld in de opsomming van de kunstwerken naar vorm en jaartijd wel door een gerenomeerde uitgever aan de man gebracht worden. Maar de boeken die ik als kunstenaars- boeken beschouw, krijgen deze ruimte dus niet. De (kunstenaars) boeken waar een visie van iemand op de wereld wordt vorm

op de wereld wordt vor

op de wereld wordt vor gegeven, hebben deze verkoopruimte niet gekregen. Ik ben het met Jan Voss eens dat daar zeker een taak voor de overheid ligt en dan te beginnen bij de openbare bibliotheken. Daar zouden de boeken waar de vorm én inhoud inspireren uitgeleend mogen worden onder condities en re- stricties natuurlijk. Een stukje opvoeden zou ik dan zeggen, want dat ontbreekt er waarschijnlijk aan. Het verschil tussen grafi sche boeken en kunstenaarsboeken is onder andere terug te vinden in artisticiteit en vrijheid.

Het is belangrijk om al je creativiteit in te zetten. Dat is niet alleen te zien in de grafi sch ontworpen boe- ken. Deze vrijheid van vormgeven, die gretig benut is door grafi sch vormgevers na de WOII heeft een enorme sprong voorwaarts gemaakt. En dat is ook terug te zien in de kunstenaarsboeken van de jaren

‘70 en ‘80. Dat proces gaat alsmaar door. We kunnen nu boeken lezen over ieder onderwerp. De vorm- gevers hebben de ruimte om een boek vorm te geven. Het experiment wordt niet geschuwd. De overheid gaf door middel van het staatsbedrijf de PTT in de jaren dertig een opdracht aan Piet Zwart om de post telefoon en telefonie produkten spelenderwijs aan de man te brengen. En dat lukte wonderwel. Daarna zagen de opvolgers van die vrijere vormgeving weer hun kans schoon.

En nu ...nu zijn we weer een stuk verder gekomen met de techniek van het drukken van onder an- dere boeken. Zo’n voorbeeld van de nieuwste techniek is open letters, open gebrande letters waar de volgende pagina doorheel te lezen is. Verder heeft ook inhoudelijk het boek meer vrijheden verworven. De vormgever geeft vorm aan het boek, de inhoud kan van een ander zijn. Samen brengen ze het boek de wereld in. Dat kan een kunstenaarsboek zijn, maar het is niet noodzakelijk. Het blijkt evenwel dat de ontwerpen van een kunstenaarsboek voor een grafi sch ontwerper een grotere ruimte van vrijheid creeërt. Het doel is hier niet een zo groot mogelijk groep bereiken. Hierin staat voorop dat de kunstenaar én vorm- gever samenwerken. De inhoud van het kunstenaarsboek komt zo het beste naar voren.

Het boek heeft een ruimer te defi nieren taak gekregen.

Heeft het boek een ruimer te defi nieren taak gekregen? Zou ik dat zo kunnen stellen?

Het schrift is ontstaan om de handel te kunnen onthouden. Het beschrijven van de verhandelingen werd opgetekend in het schrift. Van klei tabletten, het spijkersschrift tot het hedendaagse zapbeelden boek. We gebruiken het boek volgens mij nu niet alleen meer om zaken te onthouden maar ook en vooral om kennis door te geven. Dat kan op een schoolse manier, schoolboeken worden ook vormgegeven. Dat kan door middel van tekst maar ook door middel van beeld. Of alleen beeld, het visueel essay is hier een voorbeeld van. In het visueel essay is via beeldelementen een verhaal terug te lezen.

Als ik terug denk aan de woorden van Jan Voss dan is het boek echter een veel grotere taak toebedeeld. Hij gaat ervan uit dat we de plank misgeslagen hebben. Het boek zou door de technische ontwikkelin- gen in het verleden een heel belangrijke taak krijgen. Mede doordat het relatief goedkoper geworden is om een boek te maken, het kan zelf op de computer geschreven en vormgegeven worden en daarna uitgeprint op de thuisprinter zijn lezers bereiken. Dan zijn we toegekomen aan de eigenlijke taak van een boek. Het delen van onze gedachtengoed met elkaar. Doordat de techniek verbeterd en goedkoper geworden is, staat ons niets meer in de weg.

Ik vind dat gegeven een fantastisch idee. Elkaars gedachtengoed delen en daar weer op reageren, in een boekvorm. Maar dan zou dat boek met die gedachtengangen wel over de hele wereld moeten worden verspreid. Juist wel een grote groep mensen proberen te bereiken staat dan voorop. Als men dan geen geld heeft om het boek te kopen kan men het kado krijgen, jawel zelfs met een boekenbon. (als de kun- stenaarsboeken zouden mee mogen doen met de boekenbon acties)En anders kan men de mogelijkheden van de openbare bibliotheek gebruiken, het boek lenen en nadien weer inleveren. Juist in deze tijd waar mensen meer een beeld- en zap cultuur ontwikkeld hebben. Daar kan het boek op inspringen, het geduld van een ongelezen boek is immers grenzeloos. Juist in deze snelle informatie tijd lijkt het mij belangrijk dat we leren stil te staan. Stil staan bij wie ben ik wat kom ik hier op staan. Stil staan bij wie ben ikstaan. Stil staan bij wie ben ik deze aarde doen. Meningen en fi losofi ën van andere mensen in boeken kunnen daarbij helpen. Ze bieden een geduldige ondersteuning die zelfs nogmaals na te lezen is.

Het boek zoals het er nu voorstaat grafi sch vormgegeven, is wat mij betreft nu pas echt aan zijn roeping begonnen.

51

Hoofdstuk 6