• No results found

Risico Frequentie Waarschijnlijkheid Effect Totaal

R001

10 0,5 1 5

Bijlage 9. Schematisch overzicht Risico’s gebruiker:

Risiconr: Risico Rating:

Omschrijving Risico: Reeds genomen maatregelen: Aanvullende maatregelen: Nieuw Risico:

R001 5 Uitglijden OGC Traanplaat/rubberen tegels

R002 5 Vingerbeknelling Enkele centimeters ruimte tussen vulklep en huisje

R003 30 Begeven in vulklep Pasjessysteem en stickers met aanduiding welk afval in de bak mag worden gedeponeerd

Sticker met verbod van dieren en kinderen in vulklep en passensysteem.

15

R004 9 Begeven OGC middels

onderhoudsdeurtje Slot aangebracht (soms hufterproofslot)

en onderhoud Metalen strip plaatsen achter

onderhoudsdeurtje. Of 2 sloten plaatsen op onderhoudsdeur.

0,2

R005 6 Schade door brand OGC Constructie staal en beton worden niet

aangetast Standaard onderhoud na brand 1

R006 18 Verkeerd aanbieden afval Voorlichting, handhavingsbeleid en onderhoud

R007 36 Struikel over

voetgangersplatform Door onderhoud en constatering oneffenheden wordt het straatwerk

R008 4,5 Vallen in put Veiligheidsvloer en onderhoud R009 21 Vallen van OGC Opleiding hijsen en onderhoud R010 4,5 Zwaaibewegingen OGC Opleiding hijsen en onderhoud

Risico’s onderhoudsmedewerker:

Risiconr: Risico Rating:

Omschrijving Risico: Reeds genomen maatregelen: Aanvullende maatregelen: Nieuw Risicorating:

R011 5 Uitglijden OGC Traanplaat/rubberen tegels

R012 30 Beknelling onderdelen Ruimte tussen vulklep en huisje. Opleiding medewerkers ivm veilig werken.

R013 15 Vallen in put Veiligheidsvloer/onderhoud

R014 10 Afval in put Opleiding en gebruik PBM‟s en knijper bij grote hoeveelheden afval input

Inentingen tegen ziektes ivm aanraking afval en ter beschikking stellen mondkapjes.

R015 90 Verkeersgevaarlijke situaties PBM‟s, opleiding en vrachtwagen zodanig neerzetten om zo weinig mogelijk hinder te veroorzaken.

Betere controle op naleving PBM‟s en bewustwording veiligheid creëren bij personeel

30

R016 3 Tillen van afval Opleiding en knijper

R017 9 Agressie omstanders Geen maatregelen Agressiecursus

onderhoudsmedewerkers

R018 2 Vallen van OGC Opleiding hijsen en onderhoud

R019 2 Emissiegassen Geen maatregelen

R020 5 Struikelen over

R021 2 Zwaaibewegingen OGC Opleiding hijsen en onderhoud

Risico’s chauffeur:

Risiconr: Risico Rating:

Omschrijving Risico: Reeds genomen maatregelen: Aanvullende maatregelen: Nieuw Risico:

R022 1 Uitglijden OGC Traanplaat/rubberen tegels

R023 30 Verkeersgevaarlijke situaties PBM‟s

R024 60 Agressie omstanders Agressiecursussen en routes

aanpassen

R025 30 Vallen OGC Opleiding hijsen en onderhoud

R026 5 Ongewenst openen OGC tijdens

hijsen

Opleiding hijsen en onderhoud

R027 15 Vallen in put Veiligheidsvloer en onderhoud

R028 10 Afval naast vulklep Voorlichting,

handhavingsbeleid en onderhoud

R029 5 Emissiegassen Regelgeving emissie-eisen en

pilot hybride voertuigen

R030 2 Gehoorschade PBM‟s Betere controle op naleving

PBM‟s en bewustwording veiligheid creëren bij personeel

1

R031 1 Struikelen over voetgangersplatform Door onderhoud en constatering oneffenheden wordt het straatwerk aangepast.

R032 6 Zwaaibewegingen OGC Opleiding hijsen en onderhoud

Bijlage 10.

Wat is een PDCA of Deming-cirkel?

Werken met processen is sturen op resultaten. Maar hoe werkt dat dan precies? Hoe zien we dat terug in de structuur van een proces?

Het antwoord is eenvoudig: aan de basis van elk proces ligt een regelkring waarin permanent bewaakt wordt of het beoogde resultaat ook daadwerkelijk bereikt wordt. De meest gebruikte regelkring bij pocesbesturing is de PDCA–cirkel. Het concept is in de jaren vijftig ontwikkeld door dr. W. Edwards Deming en wordt daarom wel Demingcirkel genoemd.

PDCA is een afkorting die staat voor de belangrijkste stappen uit de cirkel: Plan (maak een plan met de resultaten die je wilt bereiken), Do (voer het plan uit), Check (vergelijk de resultaten met wat je had willen bereiken), Act (bij afwijking: neem maatregelen/stuur bij om de resultaten alsnog te bereiken).

De PDCA–cirkel bevat de meest essentiële stappen van besturing in het algemeen en van procesbesturing in het bijzonder. Afhankelijk van de omvang en complexiteit van het proces kunnen we de stappen terugzien als aparte subprocessen (bij omvangrijke of complexe processen) of als activiteiten (bij eenvoudige processen).

We zien de PDCA–cirkel in de meest uitgebreide vorm in bovenstaande figuur afgebeeld. Daarin worden de volgende fasen onderscheiden:

P L A N - het plannen (bepalen van de gewenste output, de norm)

In de plan– of onderhandelingsfase wordt een plan opgesteld waarin opgenomen is welke resultaten je wilt bereiken ('soll') en hoe je dat wilt doen. Daarbij wordt rekening gehouden met eventuele kaders die als randvoorwaarde aan het proces zijn opgelegd. Elk resultaat wordt precies gedefinieerd aan de hand van „smart‟ doelstellingen of normen. Tevens leggen we vast hoe we deze doelstellingen via prestatie–indicatoren (PI) willen gaan meten.

D O - het uitvoeren (het realiseren en registreren van de output)

In de do–fase vinden alle uitvoerende activiteiten van het proces plaats. Het goedgekeurde plan uit de vorige fase vormt daarbij het uitgangspunt. Tijdens de uitvoering vindt permanente meting van vastgestelde prestatie–indicatoren plaats. De activiteiten in de do–fase zijn bij reguliere,

operationele processen meestal verspreid over meerdere subprocessen.

 Hoe vindt de meting plaats? (registreren van feiten/het meten (verzamelen van relevante informatie)

C H E C K - het controleren (het vergelijken van de realiteit en de norm)

De check– of acceptatie–fase vergelijkt werkelijk behaalde resultaten met de resultaten die gepland waren ('gap'). De verschillen worden geëvalueerd en oorzaken van opgetreden verschillen achterhaald.

 Worden de doelstellingen gehaald (binnen randvoorwaarden tijd, geld, kwaliteit)

 Worden verbeterpunten bewaakt (en vindt er opnieuw controle plaats)?

 Is de informatie volledig, tijdig en betrouwbaar (de aspecten van de administratieve organisatie)

R E – A C T - het bijsturen (evalueren en ingrijpen)

De act–fase valt uiteen in twee delen; de re–act en de pro–act fase. Indien de voortgang daar aanleiding toe geeft wordt in de re–act fase daadwerkelijk bijgestuurd. Het management (de proceseigenaar) intervenieert en neemt maatregelen om het oorspronkelijk geplande resultaat alsnog te behalen.

 het besluiten over het ingrijpen op basis van plan versus realisatie

 het daadwerkelijk ingrijpen c.q. bijsturen

P R O - A C T - het ontwerpen

De pro–act–fase is een voorbereidende fase. In deze fase gaat het in essentie om onderzoek naar mogelijke nieuwe resultaatgebieden en het ontwerpen van mogelijke interventiestrategieën die het management kan gebruiken in de re–act– of plan–fase. De pro–act–fase wordt alleen in complexe besturende processen apart onderscheiden. Deze activiteiten worden ook wel de strategie–, de architectuur– of ontwerpfunctie genoemd.

Bron: www.123management.nl