• No results found

Conclusie en aanbevelingen

NOLDIJK (NAAST 89) BARENDRECHT

5. Resultaten, conclusies en advies

5.3 Resultaten waterbodemonderzoek

In de onderstaande tabel 10 wordt een overzicht gegeven van de klasseindeling, zoals deze volgen uit de resultaten van de toetsing van de analyseresultaten, en de verspreidbaarheid van de baggerspecie op aangrenzende percelen.

rapportnummer: 516054.001(02) Noldijk (naast 89) te Barendrecht

RSK Netherlands

Burgemeester de Zeeuwstraat 2 16

2985 AB Ridderkerk 0180-463330

Tabel 10: toetsing analyseresultaten

Verklaring tabel:

variant A droge stof, organische stof, lutum, barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel, zink, PCB’s, PAK (som10) en minerale olie

5.4 Interpretatie

Asfaltverhardingen binnen onderzoeksgebied

Oude asfaltverharding

In het oude asfalt in het noordoosten van de onderzoekslocatie zijn boringen A01 en A02 verricht. Het asfalt is gemiddeld circa 6,5 cm dik en is opgebouwd uit een toplaag van dicht asfaltbeton met daaronder een laag oppervlaktebehandeling gevolgd door een laag grind asfaltbeton.

Het PAK-marker onderzoek heeft in één van de asfaltkernen (A01) fluorescentie aangetoond in de 3 mm dikke oppervlakte behandeling laag. In de overige lagen is geen fluorescentie aangetoond. Chemisch-analytisch onderzoek heeft aangetoond dat het asfalt een gehalten PAK bevat van 80 mg/kg en derhalve als teerhoudend dient te worden beschouwd.

Nieuwe asfaltverharding

In het nieuwe asfalt in het noorden van de onderzoekslocatie zijn asfaltboringen A03, A04 en A05 verricht. Het asfalt is gemiddeld 8,9 cm dik en is opgebouwd uit een toplaag van dicht asfaltbeton met daaronder een laag oppervlaktebehandeling gevolgd door een laag grind asfaltbeton.

Het PAK-marker onderzoek heeft in de 3-5 mm dikke oppervlaktebehandeling laag fluorescentie aangetoond. In de overige lagen is geen fluorescentie aangetoond. Chemisch-analytisch onderzoek heeft aangetoond dat het asfalt een gehalten PAK bevat van 88 mg/kg en derhalve als teerhoudend dient te worden beschouwd.

Funderinslagen binnen onderzoeksgebied

Algemene opmerking

Funderingslagen dienen als niet-vormgegeven bouwstof te worden beschouwd. Hiervoor geldt het

onderzoeksprotocol 1002, waarbij de samenstelling wordt bepaald van de organische parameters (PAK, PCB’s en minerale olie) en de mate van uitloging van de anorganische parameters (zware metalen en anionen). Aangezien onderhavig onderzoek niet is uitgevoerd conform onderzoeksprotocol 1002, dienen de huidige

onderzoeksresultaten derhalve als indicatief te worden beschouwd.

Funderingslaag onder de oude en nieuwe asfaltverharding

Onder de oude en nieuwe asfaltverharding wordt een laag volledig puin met plaatselijk hoogovenslakken aangetroffen met een dikte van gemiddeld circa 35 cm.

In het mengmonster van de funderingslaag onder zowel het oude als het nieuwe asfalt blijkt dat de gehalten van de organische parameters PAK, PCB’s en minerale olie de maximale samenstellingswaarden niet overschrijden en dat voor 15 zware metalen en 4 anionen geen uitloging wordt aangetoond boven de maximale emissiewaarde. Het materiaal uit de funderingslaag onder de oude en nieuwe asfaltverharding lijkt geschikt voor hergebruik als niet-vormgegeven bouwstof.

In het mengmonster MM1 asbest van de oude en nieuwe funderingslaag wordt asbest niet aangetoond, de funderingslaag is derhalve niet verdacht op het voorkomen van een verontreiniging met asbest.

traject monster code monsterlocatie motivatie / omschrijving analyse-parameters toepassing in oppervlaktewater

toepassing op of in de bodem

S1 t/m S10 gemiddelde kwaliteit sliblaag

S11 t/m S20 gemiddelde kwaliteit sliblaag

1 x variant A klasse AW klasse wonen ja

rapportnummer: 516054.001(02) Noldijk (naast 89) te Barendrecht

RSK Netherlands

Burgemeester de Zeeuwstraat 2 17

2985 AB Ridderkerk 0180-463330

Bodemlagen binnen onderzoeksgebied

In het grondmengmonster MM1 van de zintuiglijk schone kleiige bovengrond ter plaatse van het oostelijke deel van de onderzoekslocatie, wordt een licht verhoogde gehalte lood aangetoond. De overige onderzochte verbindingen (zware metalen, PAK, PCB’s en minerale olie) niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de zintuiglijk schone kleiige bovengrond in het oosten van de onderzoekslocatie indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In het grondmengmonster MM2 van de zintuiglijk schone zandige bovengrond ter plaatse van het midden van de onderzoekslocatie, wordt een licht verhoogd gehalte PAK aangetoond. De overige onderzochte verbindingen (zware metalen, PCB’s en minerale olie) worden niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de zintuiglijk schone zandige bovengrond in het midden van de onderzoekslocatie indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In de grondmengmonsters MM3 en M4 van de puinhoudende zandige bovengrond ter plaatse van het midden van de onderzoekslocatie, worden de onderzochte verbindingen (zware metalen, PAK, PCB’s en minerale olie) niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de puinhoudende zandige bodemlaag in het midden van de onderzoekslocatie indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In het grondmonster M5 van de baksteenhoudende kleiige bovengrond in de bovengrond ter plaatse van boring 32 in het noorden van de onderzoekslocatie, worden de onderzochte verbindingen (zware metalen, PAK, PCB’s en minerale olie) niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de baksteenhoudende kleiige bovengrond in het noorden van de onderzoekslocatie indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In de grondmengmonsters MM6, MM7, MM9 en MM11 van de zintuiglijk schone kleiige ondergrond van het gehele onderzoeksgebied, wordt plaatselijk een licht verhoogd gehalte nikkel aangetoond. De overige onderzochte verbindingen (zware metalen, PCB’s en minerale olie) worden niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de zintuiglijk schone kleiige ondergrond uit het onderzoeksgebied indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In het grondmengmonster MM8 van de zintuiglijk schone zandige ondergrond ter plaatse van het oostelijke deel van de onderzoekslocatie, worden de onderzochte verbindingen (zware metalen, PAK, PCB’s en minerale olie) niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de zintuiglijk schone zandige ondergrond in het oosten van de onderzoekslocatie indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In het grondmonster M10 van de baksteenhoudende kleiige bodemlaag in de ondergrond ter plaatse van boring 28 in het zuiden van de onderzoekslocatie, wordt een licht verhoogd gehalte nikkel aangetoond. De overige

onderzochte verbindingen (zware metalen, PCB’s en minerale olie) worden niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de baksteenhoudende kleiige Bodemlaag in het zuiden van de onderzoekslocatie indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In het grondmengmonster MM103 van de zintuiglijk schone kleiige bodemlaag onder de funderingslaag van de oude asfaltverharding, wordt een licht verhoogd gehalte kobalt en nikkel aangetoond. De overige onderzochte verbindingen (zware metalen, PCB’s en minerale olie) worden niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de zintuiglijk schone kleiige bodemlaag onder de funderinglaag van de oude asfaltverharding indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

In de grond(meng)monster MM104 en M105 van de zintuiglijk schone kleiige bodemlaag onder de funderingslaag van de nieuwe asfaltverharding, worden de onderzochte verbindingen (zware metalen, PAK, PCB’s en minerale olie) niet aangetoond of in gehalten beneden de achtergrondwaarde.

Getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit (hergebruik bij afvoer van de locatie) kan de zintuiglijk schone kleiige bodemlaag onder de funderinglaag van de nieuwe asfaltverharding indicatief worden aangeduid als “klasse AW”.

rapportnummer: 516054.001(02) Noldijk (naast 89) te Barendrecht

RSK Netherlands

Burgemeester de Zeeuwstraat 2 18

2985 AB Ridderkerk 0180-463330

Verontreinigingssituatie bestrijdingsmiddelen bovengrond

In een tweede fase van bodemonderzoek is aanvullend de verontreinigingssituatie met betrekking tot bestrijdingsmiddelen in de bovengrond van de onderzoekslocatie vastgesteld.

Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat de bovengrond op de locatie maximaal licht verontreinigd is met

bestrijdingsmiddelen (drins, chloordaan en/of heptachloorepoxide). Als gevolg van de lichte verontreinigingen met bestrijdingsmiddelen, voldoet de bovengrond van de onderzoekslocatie gemiddeld indicatief aan “klasse Industrie”.

Dit geldt bij eventuele afvoer van grond van de locatie.

Grondwater binnen onderzoeksgebied

In de grondwatermonsters van de peilbuizen Pb08, Pb19 en Pb29 worden licht verhoogde concentraties barium aangetoond. In het grondwatermonster van peilbuis Pb37 wordt een licht verhoogde concentratie barium, xylenen en naftaleen aangetoond. De overige onderzochte verbindingen (overige zware metalen, overige vluchtige aromaten, VOCl en minerale olie) worden niet aangetoond of in concentraties beneden de streefwaarde.

De licht verhoogde concentraties barium kunnen worden beschouwd als van nature verhoogde

achtergrondconcentraties. De oorzaak van de licht verhoogde concentraties xylenen en naftaleen in peilbuis Pb37 is vooralsnog onbekend.

Waterbodemonderzoek

Het slib in traject 1 (oostelijke watergangen, circa 75 m3) kan worden geklassificeerd als klasse AW voor toepassing in oppervlaktewater en/of voor toepassing op of in de bodem. Het slib is vrij verspreidbaar op aangrenzende percelen.

Het slib in traject 2 (westelijke watergangen, circa 40 m3) kan worden geklassificeerd als klasse AW voor toepassing in oppervlaktewater en als klasse wonen voor toepassing op of in de bodem. Het slib is vrij verspreidbaar op aangrenzende percelen.