• No results found

4.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt de data van de interviews geanalyseerd. In het onderzoek wordt achterhaald of hoogopgeleide werkende moeders schuldgevoel hebben ten opzichte van hun kinderen, partner of gezin en of hoogopgeleide niet werkende moeders schuldgevoel ervaren vanwege de opleiding die zij niet benutten. Als blijkt dat de moeders schuldgevoel ervaren om één van eerder genoemde redenen, wordt gevraagd naar hoe de moeders met dit schuldgevoel omgaan. De veronderstelling met betrekking tot deze casestudy luidt: ‘moeders met schuldgevoel compenseren dit door vijf gedragingen: zorg richting slachtoffer, opbiechten van handelingen die tot het schuldgevoel hebben geleid, aanbieden van excuses, aanbieden van een vergoeding van de schade en herstellen van de relatie’.

Er zijn elf werkende moeders en negen niet werkende moeders geïnterviewd. De vragen in de interviews zijn veelal open gesteld. Hierdoor konden de geïnterviewden een reactie geven, waar meerdere antwoorden in genoemd werden. Wanneer deze antwoorden in verschillende categorieën vielen, zijn ze in beide categorieën meegeteld.

4.2 Goed moederschap en rollen

In het begin van de interviews is de moeders gevraagd wat zij verstaan onder goed moederschap. Hier kwamen vier belangrijke waarden uit, welke hieronder te vinden zijn.

Er zijn voor de kinderen

Ervoor zorgen dat kinderen niks tekort

komen Rust, reinheid en regelmaat Kinderen dagelijks aandacht geven Werkende moeders 7 1 0 1 Niet werkende moeders 7 0 2 0

Tabel 1 Belangrijke waarden van goed moederschap

Uit tabel 1 blijkt dat de meerderheid (zeven werkende en zeven niet werkende) van de geïnterviewde moeders aangeeft dat goed moederschap is: ‘er zijn voor de kinderen’. Er zijn voor de kinderen kan gezien worden als fysieke aanwezigheid bij de kinderen. In dat geval is de vraag hoe werkende moeders hiermee omgaan, gezien zij een groot gedeelte van de week in een werkende situatie doorbrengen en niet thuis. Het is opvallend dat dit antwoord zo vaak is gegeven door een werkende moeder.

4.3 Tevredenheid met de situatie en redenen van niet werken

Er is de moeders gevraagd of ze tevreden zijn met hun huidige werkende of niet werkende situatie.

Tevreden Ontevreden

Werkende moeders 11 0

Niet werkende moeders 8 1

Tabel 2 Tevredenheid met werkende of niet werkende situatie

Uit tabel 2 blijkt dat negentien van de twintig geïnterviewden tevreden is met de situatie waarvoor zij gekozen hebben. Het is duidelijk dat zowel de werkende als niet

het onderzoek van Basile en Mancini stond de volgende stelling: ‘ik voel me gelukkiger in vergelijking tot een (niet) werkende moeder’. Deze stelling is tijdens het interview voorgelegd aan de moeders. Vier van de elf werkende moeders zeggen gelukkiger te zijn dan niet werkende moeders. Vijf van de negen niet werkende moeders zeggen gelukkiger te zijn dan werkende moeders. De overige moeders geven als antwoord dat zij dat niet kunnen bepalen, omdat het persoonsafhankelijk is en of deze de verschillende rollen kan combineren.

Niet werkende moeders is gevraagd waarom ze niet werken. Hiervoor gaven ze de volgende redenen:

Volledige zorg voor kinderen willen 5

Kinderen zijn nog jong 1

Brengt meer rust in het gezin 3

Het is financieel mogelijk 1

Het wordt geëist door de gezinssituatie 2

Tabel 3 Redenen van niet werken

Uit tabel 3 blijken de redenen waarom de geïnterviewde niet werkende moeders niet werken. De negen geïnterviewde niet werkende moeders hebben antwoorden gegeven, die in meer categorieën vallen. Er is vijf keer genoemd dat de moeders de volledige zorg voor de kinderen willen. Drie is genoemd dat het feit dat de moeders niet werken meer rust brengt in het gezin. Twee keer is genoemd dat het wordt geëist door de gezinssituatie, waarbij de moeder het ziet als opoffering. Naast deze hoofdredenen gaven drie niet werkende moeders aan dat een te groot deel van hun inkomen op zou gaan aan kinderopvang, waardoor het voor hen niet rendabel zou zijn om te gaan werken. Ondanks gevraagd is naar

de redenen waarom de niet werkende moeder niet werkzaam is, komt zij met een heel scala aan ‘excuses’. Dit is in de analyse meegenomen als ‘interpretatief schuldgevoel’.

Het merendeel (vijf van de negen) van de niet werkende moeders heeft niet de intentie nog iets met hun opleiding te gaan doen in de toekomst, maar vier van de negen niet werkende moeders vinden het wel leuk om nieuwe dingen te leren of doen en hier een opleiding voor te volgen.

4.4 Commentaar, schuldgevoel en de compensatie van schuldgevoel

Er is aan de moeders gevraagd of zij wel eens commentaar uit hun omgeving kregen op het feit dat ze wel of niet werken. Hierbij is het begrip ‘omgeving’ ruim opgevat; ook vreemden die zij op bijvoorbeeld feesten ontmoeten worden gezien als ‘omgeving’.

Commentaar uit omgeving Geen commentaar uit omgeving

Werkende moeders 4 7

Niet werkende moeders 6 3

Tabel 4 Commentaar uit omgeving

Uit tabel 4 blijkt dat niet werkende moeders vaker commentaar krijgen uit hun omgeving over het feit dat zij niet werken. Vanzelfsprekend krijgen werkende moeders minder vaak commentaar uit hun omgeving. Dit kan er mee te maken hebben dat tegenwoordig steeds meer vrouwen werk en het moederschap combineren, waardoor de werkende moeders meer geaccepteerd is. De meeste moeders gaven degene die het commentaar gaf, uitleg over hun keuze, waarbij één niet werkende moeder druk ervoer om weer te gaan werken en één niet werkende moeder zich provocerend opstelde.

Vervolgens is er op directe en indirecte wijze naar de kern van het onderzoek gevraagd: schuldgevoel. Hierbij is geen onderscheid gemaakt tussen deontologisch en

altruïstisch schuldgevoel, in verband met de beperkingen van de onderzoeksmethode, zoals te lezen is aan het einde van hoofdstuk 3. Sommige moeders gaven niet rechtstreeks aan dat ze schuldgevoel ervaren, maar uit hun antwoord kon wel opgemaakt worden dat ze schuldgevoel ervaren. Dit is genoteerd als interpretatief schuldgevoel.

Geuit schuldgevoel Interpretatief schuldgevoel

Werkende moeders 9 11

Niet werkende moeders 5 9

Tabel 5 schuldgevoel wat genoemd is in de interviews

Uit tabel 5 blijkt dat alle geïnterviewde moeders schuldgevoel hebben. Bij negen van de elf werkende moeders blijkt op directe of indirecte wijze letterlijk dat zij zich schuldig voelen door uitspraken als: ‘dan denk ik, ach ja, dat hadden ze wel leuk gevonden’ en ‘dat is deels het schuldgevoel naar hem’. Bij vijf van de negen niet werkende moeders blijkt letterlijk dat zij een schuldgevoel hebben uit bijvoorbeeld: ‘zodra dat natuurlijk een beetje gaat wringen’. Uit alle twintig de interviews blijkt interpretatief schuldgevoel, doordat zij zich verontschuldigen voor hun gemaakte keuzes. Terugkijkend op het onderzoek uiten de werkende moeders vaker schuldgevoel te hebben.

Er is ook gevraagd jegens wie de moeders schuldgevoel ervaren.

Kinderen Partner Maatschappij (Voormalig)

werkgever

Werkende moeders 6 3 0 1

Niet werkende

moeders 1 2 2 2

Tabel 6 Jegens wie ervaren de geïnterviewden schuldgevoelens

Uit tabel 6 blijkt dat het merendeel (zes) van de geïnterviewde werkende moeders schuldgevoel ervaart richting kinderen, gevolgd door de partner (drie). Schuldgevoel richting de partner is met name het geval bij vrouwen die vier of vijf dagen per week werken, omdat

er dan meer verwacht wordt van de partner omtrent te zorg voor het gezin. De niet werkende moeders ervaren schuldgevoelens in mindere mate en wisselend richting, kinderen, partner, maatschappij en voormalig werkgever. Uit de interviews bleek dat twee niet werkende moeders gestopt zijn met werken, vanwege het schuldgevoel dat zij ervoeren richting de voormalig werkgever.

De compensatie van het schuldgevoel door de moeders is ook gevraagd, dus hoe de moeders omgaan met bijvoorbeeld een bezwaard gevoel. Hierbij wordt zorg richting het slachtoffer onder andere gezien als minder streng zijn voor het ‘slachtoffer’ of anderen helpen met het doen van vrijwilligerswerk. Het opbiechten van handelingen is bijvoorbeeld uitleg geven waarom de moeder laat thuis is of niet werkt. Sorry zeggen is het aanbieden van excuses aan het ‘slachtoffer’. Het vergoeden van de schade kan gezien worden als het kopen van dingen voor het ‘slachtoffer’ en het herstellen van de relatie is het samen doorbrengen van quality time met het ‘slachtoffer’.

Zorg richting slachtoffer Handelingen opbiechten Sorry zeggen Vergoeden van schade Relatie herstellen Werkende moeders 2 4 1 4 8 Niet werkende moeders 7 3 0 1 0

Tabel 7 Compensatiegedragingen van Bybee (1999)

Uit tabel 7 blijkt dat werkende moeders met name hun schuldgevoel compenseren door de relatie te herstellen en dus extra tijd spenderen met het gezin. Daarnaast vergoeden de geïnterviewde werkende moeders eerder de schade door het consumeren voor het ‘slachtoffer’ en biechten zij handelingen vaker op. Het opbiechten van handelingen

zal eerder gebeuren wanneer kinderen ouder zijn dan dat zij heel jong zijn. Niet werkende moeders compenseren het schuldgevoel door zorg te bieden richting het slachtoffer, zoals het doen van vrijwilligerswerk. De compensatiegedragingen zijn per geïnterviewde vaker dan één keer genoemd, waardoor de fragmenten bij de niet werkende moeders bijvoorbeeld in totaal elf keer zijn gecategoriseerd, terwijl er negen niet werkende moeders zijn geïnterviewd.

4.5 Consumptiegedrag

Er is de moeders gevraagd wat zij doen om hun kinderen in hun vrije tijd te vermaken. Er is hierbij een onderscheid gemaakt tussen activiteiten die gratis zijn of weinig geld kosten (niets, thuis gezellig maken, naar het strand gaan, naar het bos gaan, naar de kinderboerderij gaan en fietsen) en activiteiten die wel geld kosten (kleding kopen, speelgoed kopen, vakantie, sporten, speeltuin, naar een terras gaan, naar de dierentuin gaan, naar het zwembad gaan, uit eten gaan, hobby’s en buitenshuis activiteiten ondernemen).

Gratis activiteiten Activiteiten die geld kosten

Werkende moeders 10 11

Niet werkende moeders 5 3

Tabel 8 Gratis en betaalde activiteiten die ondernomen worden

Uit tabel 8 blijkt dat werkende moeders vaker activiteiten ondernemen die geld kosten met hun gezin dan dat moeders die niet werken dit doen. In het onderzoek is gevraagd naar wat de moeders onder andere doen wanneer zij tijd hebben met het kind of de kinderen. Hoogstwaarschijnlijk komt dit doordat moeders die werken een hoger bestedingspatroon hebben.

Twee werkende moeders gaven aan dat zij niet naar de kosten van de activiteit keken, maar de kinderen lieten kiezen hoe de vrije tijd ingevuld wordt.

In de interviews werd door twee van de elf werkende moeders genoemd dat zij via internet spullen kopen omdat zij weinig tijd hebben en dit een efficiënte manier is. Door de geïnterviewde niet werkende moeders is het kopen via internet niet genoemd. Vijf van de negen niet werkende moeders houden hun uitgaven meer in de gaten en kiezen vaker voor ‘koopjes’. Twee van de geïnterviewde niet werkende moeders zeggen nu bewuster te letten op hun uitgaven in vergelijking met toen zij wel werkten. Deze twee geïnterviewden kochten duurdere producten en namen luxere diensten af voor zichzelf toen zij wel werkten.

4.6 Conclusie

De resultaten geven een weinig consistent beeld op het gebied van goed moederschap, tevredenheid met de situatie, wensen en gemissen. Wel is duidelijk naar voren gekomen dat alle moeders hun moederrol het belangrijkst vinden en alle moeders kampen met schuldgevoel, al dan niet verkapt, zowel werkende als niet werkende moeders. Werkende moeders voelen dit schuldgevoel grotendeels ten opzichte van hun kinderen en partners, bij niet werkende moeders is dit wisselend.

Er is een zekere consistentie in hoe deze moeders hun schuldgevoel compenseren. Werkende moeders deden dit voornamelijk door het herstellen van de relatie. Hiermee wordt bedoeld dat zij quality time doorbrengen met hun kinderen en leuke dingen doen. Daarnaast compenseerde de werkende moeder haar schuldgevoel door het aanbieden van een vergoeding van de schade qua dingen kopen voor de kinderen. Niet werkende moeders compenseerden hun schuldgevoel met name door zorg richting het slachtoffer, dus door het doen van vrijwilligerswerk en anderen helpen.

Ook het koopgedrag is consistent: werkende moeders ondernamen alle elf activiteiten die geld kosten om hun kind(eren) bezig te houden in hun vrije tijd. Van de niet werkende moeders deden er slechts drie dit van de negen ondervraagden. Het merendeel van de niet werkende moeders zegt op hun uitgaven te letten en te bezuinigen op luxe producten.