• No results found

Report Wereld café Gouda

In document The good you give and the good you get (pagina 64-67)

Verslag Wereld Café Gouda

Debat avond georganiseerd door Fair Trade Gouda

Aanwezige organisaties: Marie-Louise Hoogveld (Better Care Network Nederland) Evelien Driessen (SIW)

Nanne Hofland (World Servants)

Programma Wereld Café: 20:00 opening, welkom door gespreksleider Mohamed Mohandis, gasten stellen zich kort voor, bv. met een kort en scherp statement (zowel vertegenwoordigers van organisaties, als jongeren (en ouderen?) die een reis gemaakt hebben)

20.10 uur: inleiding op de problematiek mbv een kort filmpje. 20.20 uur: DWDD-achtig gesprek aan grote tafel, gefaciliteerd door Mohamed Mohandis. Publiek kan ook aan tafel aanschuiven, of zit er om heen. Ze kunnen meedoen met het gesprek. Ze kunnen ook op de zeepkist iets roepen.

21.00 uur: PAUZE (met live muziek en een drankje). Ook in de pauze kan iedereen op de zeepkist iets Gouda-kundig maken.

21.20 uur: gesproken column (Justin de Visser van Fair Trade Gouda) 21.30 uur: debatclub Coornhert over stelling: “Vrijwilligerswerk doe dat meer kwaad dan je lief is”

21.50 uur: afrondend gesprek met de gasten aan tafel. 22.00 uur: borrel na, met live muziek

Introductie

De opening van de avond begon met een korte voorstellingsronde. Aan tafel namen plaats Marie-Louise Hoogveld, Evelien Driessen, Nanne Hofland en Mohamed Mohandis. Na de introductie van de gasten en hun betrokken organisatie, werd er een kort filmpje vertoond “Who wants to be a volunteer?”, een parodie op een bestaande spelshow. Het filmpje gemaakt door Noorse studenten en academici wilde

64

hiermee het debat stimuleren rondom het onderwerp vrijwilligers toerisme en de Westerse perceptie hierin. Tijdens de vertoning van dit filmpje werd er in de zaal al stilletjes gelachen en de insteek van de avond was meteen duidelijk. Het publiek was niet erg groot maar wel divers. Van de ongeveer 25 man aanwezig was jong en oud vertegenwoordigd. Toen Mohamed begon met de vraag wie er al eens vrijwilligerswerk in het buitenland had gedaan, stak meer dan de helft zijn hand omhoog. Op de vraag of er wellicht mensen die avond aanwezig waren die nog van plan waren om in de toekomst vrijwilligerswerk te gaan doen in het buitenland, bleven de handen allemaal omlaag.

Ervaring (ex) vrijwilliger

Aanwezig in de zaal was Jolien, een afstudeer studente SPH van de Hogeschool Den-Haag die haar ervaringen met vrijwilligerswerk en stage in het buitenland deelde. Zij was in totaal met 2 verschillende organisaties in aanraking gekomen die haar hebben begeleid met haar vrijwilligers project met kinderen in het buitenland. De eerste waar ze over vertelde was Activity International waarmee ze een paar geleden mee naar het buitenland is gegaan. In totaal is ze 1 keer op gesprek geweest op het kantoor zelf en tot de dag van vertrek was er nog steeds niet duidelijk naar welk project ze nu precies ging. Ze werd volledig losgelaten en met minimale voorbereiding op pad gestuurd. Nu weet ze wel beter maar toentertijd maakte het haar allemaal niet uit. Zolang ze maar weg kon, ver en vooral met kinderen kon werken! De rest was niet belangrijk, vertelde ze. Later is ze nog een keer als vrijwilliger weg geweest en deze keer via Dare2Go waar ze volgens eigen zeggen veel meer en betere voorbereiding heeft gehad. Ze kreeg training dagen, wist welk project ze precies ging doen en werd veel beter voorbereid wat naar haar zeggen een fijner gevoel gaf.

Bij wie ligt de verantwoording?

Mohamed vroeg aan de zaal bij wie nu verantwoording ligt betreffende de voorbereiding van jongeren die vrijwilligers projecten willen doen in het buitenland. Zijn het de zendende organisaties? De vrijwilliger zelf? Of misschien ook de ouders? De scholen? Vanuit de zaal kwam er geluid dat ook zeker ouders een grotere rol moeten spelen in het beschermen van hun kinderen die toekomstig vrijwilligers willen worden. Er werd verteld door Jolien:

“er was een meisje met wie ik samenwerkte die na 1 week in het buitenland al huilend en met heimwee haar moeder opbelde om te vragen of ze asjeblieft haar aardbeienthee wilde opsturen. Dan heb je er toch niet goed over nagedacht vind ik.”

Maar ook het onderwijs en de scholen werden genoemd als voorlichters en beschermers voor de toekomstige vrijwilliger. Die spelen op het moment misschien een te kleine rol in deze discussie. Ook wordt er in twijfel getrokken door mensen in de zaal of vrijwilligerswerk in het buitenland überhaupt wel nodig is? Gert de Bruijne van Fairtrade Gouda is vaak in Afrika geweest en zei “maar vaak kunnen veel mensen in Afrika kunnen hun eigen boontjes wel doppen. Hier is niet iedereen het over eens en een Afrikaanse man stapt naar voren om te vertellen dat het wel degelijk nodig is. In het land waar hij vandaan komt heerst zoveel armoede dat elke helpende hand er 1 is, verteld hij.

World Servants reageert ook en vind dat iedereen van elkaar zou moeten leren. Vrijwilligers nemen geld, kennis en tools mee om met de beste bedoelingen de armere te helpen en vanuit het christelijke

perspectief (waar World Servants voor staat) is dat ook nodig. Want wat is er mis met een vrijwilliger die voor eventjes een aai over de bol van een kindje kan geven wat dan met een glimlach naar je terug kijkt

65

en zich even geliefd voelt? SIW reageert met te zeggen dat hun niet zo werken. SIW verteld vrijwilligers dat ze geen geld mee hoeven te nemen. Je bent een extra paar handen en ze geven aan de community wat er wordt gevraagd. Aldus Evelien Driessen van SIW.

Zelf breng ik in de discussie in dat zeker al het vrijwilligerswerk in het buitenland niet over dezelfde kant gescheerd moet worden. Er zijn wel dergelijk goede en duurzame projecten maar waar BCNN zich over ontfermt zijn de sociale vrijwilligers projecten waar en intensief met kinderen gewerkt wordt. Kinderen die vaak beschadigd zijn en waarbij goedbedoelde vrijwilligers eigenlijk alleen maar meer schade aanbrengen.

Fairtrade als voorbeeld?

Na de pauze gaat de discussie verder en verteld Justin de Visser van Fairtrade Gouda over het column wat hij geschreven heeft. Hij maakt de vergelijking met de vrijwilligers industrie in het buitenland en de Fairtrade organisaties hier in Nederland. Misschien kunnen deze organisaties wel veel van elkaar leren? Zouden de richtlijnen van Fairtrade niet kunnen dienen als voorbeeld? Fairtrade heeft een keurmerk en controleert of zijn partners zich aan de duurzame opgestelde regels houdt. Zouden zendende

organisaties dit dan ook niet moeten doen? Samenwerken en vooral niet tegen werken, was zijn boodschap.

Na deze boodschap van Justin de Visser is het de beurt aan de debatclub Coornhert waar 3 jongens van 6 gymnasium vertegenwoordigd zijn. Ze gooien stellingen de zaal in en vragen zich onder andere af

waarom deze idealistische jongeren dan fout doen? Ben je geen held als je van te voren al bedenkt dat je vrijwilligerswerk wil gaan doen in het buitenland en hier niets voor terug wilt? World Servants reageert en vind iedereen helden die een helpende hand willen bieden aan mensen die in armoede leven. Marie- Louise onderstreept nog een keer dat het hier gaat om projecten met kinderen die juist zo kwaad doen. En nee, zij vind je geen held als je vrijwilligerswerk gaat doen om vooral je eigen idealen na te streven. Het draait om het belang van het kind en dit zou altijd voorop moeten staan.

Social Media?

Maar hoe weten we dan welke organisaties zich wel bekommeren om de positieve en duurzame manier van vrijwilligerswerk? Vanuit de zaal wordt er gezegd dat wellicht social media een rol kan spelen. Hier reageert oud vrijwilligster Jolien op en verteld dat alle vrijwilligers die ooit wel eens in het buitenland zijn geweest om te helpen, ongeacht de slechte voorbereiding, de organisatie waarmee ze gegaan zijn als positief zouden beoordelen. Want eerlijk is eerlijk, de meeste vrijwilligers hebben nu eenmaal de tijd van hun leven en slechte voorbereiding en fouten die eventueel van te voren door een organisatie worden gemaakt, zijn alweer snel vergeten zodra de vrijwilliger terug is en zijn/haar verhaal in geuren en kleuren kan navertellen.

Tijdens het afronden van het gesprek werd voor mij persoonlijk wel duidelijk dat veel van de discussie ging over vrijwilligerswerk in het algemeen. De sociale projecten met kinderen werd gegeneraliseerd en gezien als een vrijwilligersproject als ieder ander project. Mohamed Mohandis vertelde dat hij vond dat er nogal een negatieve sfeer rondom het onderwerp vrijwilligerstoerisme hangt en dat terwijl

vrijwilligerswerk juist alleen maar gezien zou moeten worden als positief. Hierbij bevestigde hij naar weer de uitdaging rondom deze discussie. Vrijwilligerswerk met kinderen in het buitenland wordt vaak

66

niet gezien als apart onderwerp. Snel wordt vrijwilligerswerk in het algemene getrokken en dat is niet de bedoeling.

In document The good you give and the good you get (pagina 64-67)