• No results found

normen bronnen

voor drinkwater:

oppervlaktewater

Auteur: J.F.M. Versteegh

4.1 Welke normen zijn er?

Normen voor bronnen drinkwater en juridische verankering

De normen voor bronnen van drinkwater richten zich op oppervlaktewater. Normen voor grondwater als bron voor drinkwater komen in hoofdstuk 5 aan de orde.

De normen voor de bronnen voor drinkwater zijn vastgelegd in het BKMW 2009 (Besluit kwaliteitseisen en monitoring water 2009, Staatsblad 15, 2010). Deze regelgeving komt voort uit de Europese Kaderrichtlijn water (KRW; 2000/60/EG). In het BKMW 2009 zijn richtwaarden en streefwaarden opgenomen voor opper- vlaktewater bestemd voor de productie voor drinkwater. Dit besluit vervangt het besluit BKMO (1983) (Besluit kwaliteitseisen en monitoring oppervlaktewater) dat gebaseerd was op de Europese richtlijn 75/440/ EEG.

In de Drinkwaterregeling (Staatscourant nr. 10842, 27 juni 2011) die valt onder de Drinkwaterwet (DWW 2009; Staatsblad 2009, nr. 390) is eveneens een tabel opgenomen met kwaliteitseisen voor oppervlaktewa- ter bestemd voor de bereiding voor drinkwater.

Genormeerde stoffen en parameters

De parameters in het BKMW 2009 zijn stoffen die een directe relatie hebben met het zuiveringsproces, zoals temperatuur, zuurgraad, chloride en ammonium, parameters met een gezondheidskundige achtergrond, zoals zware metalen, nitraat en organische stoffen, zoals polycyclische aromatische koolwaterstoffen, pesticiden en microbiologische indicatororganismen. De parameters zijn Europees bepaald en komen uit de EU-richtlijn 75/440/EEG.

De stoffenlijst in de Drinkwaterregeling komt voor een groot deel overheen met de lijst in het BKMW 2009. Een aantal parameters uit het BKMW 2009 is niet overgenomen, omdat deze parameters achterhaald zijn.

Daarentegen zijn er ook parameters opgenomen die niet in het BKMW 2009 staan, omdat deze direct relevant zijn voor de waarborging van de drinkwaterkwaliteit. Tot slot zijn aan de stoffenlijst de zogenaamde signaleringsparameters uit het Drinkwaterbesluit toegevoegd (zie hoofdstuk 5).

4.2 Wat is het doel van de norm?

De normen in het BKMW 2009 zijn bestemd voor de waterkwaliteitsbeheerder. Het doel van de normen is het borgen van de oppervlaktewaterkwaliteit voor de productie van drinkwater. De richtwaarden gelden als een resultaatverplichting en als milieukwaliteitseis. Indien er niet aan kan worden voldaan, moet een beroep worden gedaan op de uitzonderingsmogelijkheden in de KRW. Voor de streefwaarden geldt een inspan- ningsverplichting. De streefwaarden zijn bedoeld om een duurzame drinkwatervoorziening veilig te stellen. Het beleid moet erop gericht zijn de gewenste waterkwaliteit te halen.

De Drinkwaterregeling is primair bedoeld voor de drinkwaterbedrijven, maar de zorgplicht van de Drinkwaterwet voor de bronnen van drinkwater geldt ook voor de waterkwaliteitsbeheerder. De

Drinkwaterregeling bevat milieukwaliteitseisen voor het in te nemen oppervlaktewater. Als niet aan deze normen wordt voldaan, moet het drinkwaterbedrijf dit melden bij de overheid en is er een mogelijkheid om ontheffing te vragen, zodat het water toch kan worden ingenomen.

4.3 Wat is het beschermingsdoel van de norm?

Het beschermingdoel van de genoemde normen is het borgen van de oppervlaktewaterkwaliteit ten behoeve van de drinkwaterbereiding, gericht op de humane gezondheid.

4.4 Hoe is de norm onderbouwd?

Onderbouwing normen

De huidige richt- en streefwaarden in het BKMW 2009 zijn van voor 1975 en zullen een bepaalde relatie hebben met de toenmalige drinkwaternormen. Gezien de ouderdom van de normen zal er vaak van voor- zorg uitgegaan zijn (drinkwater mag ‘geen’ verontreinigende stoffen bevatten). In het Waterleidingbesluit (dat in 2011 is vervangen door het Drinkwaterbesluit) werden drie zuiveringsklassen onderscheiden, welke afgestemd waren op de toenmalige oppervlaktewaterkwaliteit met bijbehorende zuiveringsinspanning. Het gaat hierbij dus om de mate van zuivering die mogelijk was rond 1975.

In de Drinkwaterregeling zijn enkele parameters (chloride en geleidingsvermogen) aangescherpt ten opzich- te van het BKMW 2009, omdat de betreffende waarden te hoog zijn om zonder ingrijpende zuiveringstech- nieken drinkwater te kunnen maken.

Wijze van toetsen

De normen uit de huidige BKMW worden getoetst aan de zogenoemde P-92 (92 percentiel). De P-92 betekent dat 92% van de meetwaarden onder de norm moet liggen. Is dit niet zo, dan is er sprake van een normoverschrijding.

4.5 Wat is de historie van de norm?

Zoals hierboven is weergegeven, vormt het BKMW (2009) de implementatie van art. 7 uit de KRW, waarna de toenmalige regeling BKMO (1983) is ingetrokken. De oude normen bleven gehandhaafd. De Kaderrichtlijn water is een EU-richtlijn (KRW 2000/60/EG) die in Nederland door het Ministerie van IenM wordt

4.6 Wat zouden belangrijke verbeteringen zijn in de onderbouwing?

Thans wordt het BKMW (2009) herzien. Deze herziening richt zich op de volledige implementatie van art. 7 uit de KRW. De normen worden aangepast aan de huidige standaarden en de drinkwaterwetgeving. Het herzieningsproces betreft op termijn ook de Drinkwaterregeling uit 2011. Hierbij gaat het vooral om beleids- matige keuzes op basis van de bestaande kwaliteitseisen voor oppervlaktewater bestemd voor de bereiding van drinkwater. Omdat het herzieningsproces nog loopt, is er nog geen zicht op de toekomstige invulling van de normen.

4.7 Humane gezondheid in relatie tot de huidige norm

De waterkwaliteit in de bronnen voor drinkwater is niet geschikt voor humane consumptie. Om aan de eisen voor het product drinkwater in het Drinkwaterbesluit te voldoen volgt een zuiveringsproces. Hierdoor worden negatieve effecten op de humane gezondheid voorkomen.

In het RIVM-rapport ‘Bescherming drinkwaterbronnen in het nationaal beleid’ (Wuijts en Versteegh, 2013) wordt over oppervlaktewater als bron voor drinkwater het volgende geconcludeerd:

- Het drinkwater in Nederland is van goede kwaliteit. Wel is er reden tot zorg over de kwaliteit van de bronnen voor drinkwater. In Nederland wordt 40% van het drinkwater uit oppervlaktewater geprodu- ceerd. Volgens de huidige uitgangspunten van nationaal en internationaal beleid, zoals de Europese Kaderrichtlijn water, moet de kwaliteit van de bronnen zodanig zijn dat het mogelijk is om met eenvou- dige technieken drinkwater te produceren. De kwaliteit van het oppervlaktewater voldoet hier niet aan. Dit concludeert het RIVM in een analyse van bestaande rapporten en meetgegevens over de kwaliteit van drinkwaterbronnen;

- De kwaliteit van oppervlaktewater wordt nog directer dan grondwater beïnvloed door menselijk hande- len. In de afgelopen decennia is de kwaliteit ervan aanzienlijk verbeterd door emissies vanuit industrie en landbouw te verminderen. Momenteel bestaat de meeste zorg over stoffen die consumenten gebruiken, zoals geneesmiddelen, insecticiden, biociden, cosmetica, brandvertragers en nanodeeltjes.

Rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) kunnen deze stoffen nog niet goed verwijderen. Daardoor komen ze in het milieu terecht en dus ook in bronnen voor drinkwater. Drinkwaterbedrijven gebruiken steeds geavanceerdere zuiveringstechnieken om deze stoffen te verwijderen. De nog resterende, zeer lage concentraties vormen geen risico voor de volksgezondheid;

- Het gebruik van deze stoffen zal echter in de toekomst verder toenemen als gevolg van de vergrijzing (meer medicijngebruik) en veranderingen in de bevolkingssamenstelling. Ook in dat licht is het van belang de kwaliteit van drinkwaterbronnen te verbeteren. Het RIVM reikt daarom aanbevelingen aan voor het landelijk beleid om de waterkwaliteit effectiever te beschermen. Een voorbeeld is het drinkwaterbeleid beter te verankeren in andere beleidskaders, zoals ruimtelijke ordening en waterbeleid. Door haperingen daarin kunnen momenteel tegenstrijdige functies rondom drinkwaterbronnen ontstaan, die een risico kunnen vormen voor de waterkwaliteit.

Literatuur

BKMO (1983). Besluit kwaliteitseisen en monitoring oppervlaktewater. Staatsblad 606, 1983. BKMW (2009). Besluit kwaliteitseisen en monitoring water 2009. Staatsblad 15, 2010. Drinkwaterbesluit (2011). Staatsblad 2011, 293.

Drinkwaterregeling (2011). Staatscourant nr. 10842, 27 juni 2011. Drinkwaterwet (2009). Staatsblad 2009, nr. 390.

EG (2000). Kaderrichtlijn water (KRW 2000/60/EG).

EEG (1975). Richtlijn betreffende de vereiste kwaliteit van het oppervlaktewater dat is bestemd voor productie van drinkwater. 75/440/EEG.

Wuijts, S. en Versteegh, J.F.M. (2013). Bescherming drinkwaterbronnen in het nationaal beleid. RIVM rapport- nummer 609715005/2013, Bilthoven.

5