• No results found

Profiel

In document PBX Call Assist 3 UCServer (pagina 80-85)

Een profiel bestaat uit een lijst van optionele instellingen voor de gebruiker. Deze instellingen worden door de PBX Call Assist 3 van de server geladen en gebruikt. Die in het profiel gedefinieerde instellingen overschrijven de bijbehorende Registry instellingen uit de HKEY_CURRENT_USER op de cliënt. Is een instelling in het profiel gedefinieerd, dan is deze instelling op de PBX Call Assist 3 tegen overschrijven.

Iedere gebruiker kan een profiel worden toegewezen. Is een gebruiker geen profiel toegewezen, dan gebruikt deze automatisch het standaardprofiel met de naam "default". Dit geldt in geval dat, de gebruiker zijn toegewezen profiel is verwijderd.

81 De instellingen van het profiel bieden dezelfde functionaliteit als de administratieve standaard van de Active Directory® groepsbeleid. De instellingen worden met de volgende prioriteit toegepast:

1. HKEY_LOCAL_MACHINE - groepsbeleid 2. HKEY_CURRENT_USER - profiel 3. HKEY_CURRENT_USER - groepsbeleid 4. HKEY_CURRENT_USER – gebruikersinstelling Profielnaam

Ieder profiel moet een eenduidige naam hebben. U kunt optioneel een beschrijving voor het profiel invoeren.

Maatwerk tabs

In dit scherm kunnen adressen van web sites worden geconfigureerd, die in de PBX Call Assist 3 als tabs in het hoofdvenster worden getoond. Daarmee kunnen web gebaseerde toepassingen in de PBX Call Assist 3 worden geïntegreerd.

Type elke keer een titel in, die de tab benoemt en een URL (bv. http://intranet), die dan getoond wordt.

Sommige webtoepassingen gaat uit van een bepaalde (actuelere) versie van de Internet Explorer®. De benodigde emulatiemodus kunt u hiervoor in het Registerbestand instellen. Met de volgende registerinvoer wordt in PBX Call Assist 3 de Internet Explorer® 9-compatibele modus gebruikt:

HKEY_LOCAL_MACHINE\SOFTWARE\(Wow6432Node)\Microsoft\Internet

Explorer\MAIN\FeatureControl\FEATURE_BROWSER_EMULATION\ECtiClient.exe = [DWORD] = 9000 Voor een Internet Explorer® 11-emulatiemodus stelt u de DWORD-waarde in op 11000. Voor aanvullende informatie en aanpassingsmogelijkheden voor ingebedde Internet Explorer®-besturingselementen verwijzen wij naar de internetsite van Microsoft®.

Fax

Hier kan de faxintegratie aan de clientzijde voor PBX Call Assist 3 geconfigureerd worden. Er zijn twee verschillende integratiemogelijkheden, waarvan u er een moet kiezen. Met "Exchange Gateway" kunnen inkomende en uitgaande faxberichten, alsmede e-mail via Outlook® gevisualiseerd worden, of geschreven / verzonden. Door het kiezen van "WebService", worden zowel uw inkomende als ook uitgaande faxberichten via een Custom Tab in de PBX Call Assist 3 gevisualiseerd of geschreven / verzonden.

Geavanceerd

Iedere regel kan met Bewerken worden bewerkt. Elke regel kan één of meerdere instellingen bevatten. Iedere regel heeft drie verschillende stati:

 Niet geconfigureerd:

Door de server worden geen defaults voor deze instelling aangemaakt.

 Geactiveerd:

Deze instelling wordt door de server opgegeven.

 Gedeactiveerd:

Deze instelling is door de server gedeactiveerd. Deze status staat niet voor alle instellingen ter beschikking.

11.8 Globale instellingen

Hier kunnen rechten worden geconfigureerd, die globaal op de server voor alle gebruikers gelden. Is een recht op deze plaats geconfigureerd, dan hebben alle gebruikers dit recht, onafhankelijk van de groepen- of gebruikersconfiguratie.

82 Wijzigingen in de rechten worden in het algemeen meteen toegepast op alle gebruikers van het systeem. In grotere installaties kan de verandering van de rechten langer duren onder bepaalde omstandigheden!

Onderlinge gebruikers geven elkaar globale rechten:

Hier kunnen globale rechten worden gedefinieerd, die alle gebruikers wederzijds hebben. Als een recht hier is verleend, dan geldt dit recht, onafhankelijk van de groeps- of gebruikers-configuratie. De betekenis van de permissies in detail, vindt u onder Gebruikersrechten.

Gebruikers mogen hun gebruikersaccount zelf configureren

Bij de installatie van de werkplekken kunt u gebruikers zelf verantwoordelijk geven. De gebruikers worden dan voor de invoer van de eigen instellingen gevraagd dit in te voeren. De server wordt daarmee door de hulp van de gebruikers geconfigureerd. Deze instelling kan op elk moment weer worden teruggezet, als de server gereed geconfigureerd is.

Als deze optie is ingesteld, dan kunnen alle gebruikers hun persoonlijke instellingen in het user management zelf veranderen. Deze instellingen kan de gebruiker aanpassen met de Werkplek Instellingen. De volgende instellingen zijn mogelijk (zie ook Gebruikers):

Afhankelijk van het gekozen gebruikersbeheer kunnen de gebruikers met rechten daartoe, hun gebruikersaccount zelf beheren, de volgende instellingen zelf veranderen:

Instelling Active Directory®

Server

Geïntegreerde gebruikers database

Voornaam - X

Achternaam - X

Display naam - X

E-mailadres - X

Wachtwoord X X

Bedrijf X² X

Titel X² X

Afdeling X² X

Straat Huisnummer

X² X

Postcode / Plaats

X² X

Provincie X² X

83

Land X² X

Website X² X

Zakelijke telefoon 1

X² X

Zakelijke telefoon 2

X² X

Privé

telefoonnummer

X² X

Mobiel

telefoonnummer

X² X

Mailbox

telefoonnummer

X X

Recording Server

telefoonnummer

X X

1. Telefoon X X

2. Telefoon X X

Services X X

Eigen telefoon X X

Computer telefoon

X X

Contactadres / foto

- X

2Kunnen door de gebruiker worden bewerkt, zover de Active Directory® schrijfrechten werd geconfigureerd.

Softphone, AudioChat

Als deze optie is ingeschakeld, kunnen alle gebruikers AudioChats en softphone gesprekken met andere gebruikers uitvoeren.

Softphone, Audio/VideoChat

Als deze optie is ingeschakeld, mogen alle gebruikers AudioChats, VideoChats en softphone gesprekken hebben met andere gebruikers.

Scherm Delen via Federation toestaan

Als deze optie is ingeschakeld kunnen alle gebruikers die door de beheerder reeds rechten inzake Scherm

84 Delen toegewezen kregen deze ook via SIP-federation gebruiken. Gebruikers in grote ondernemingen

(verschillende contacten in andere domeinen) mogen zelfstandig hun beeldscherm delen met andere gebruikers. Gebruikers in dezelfde onderneming (hetzelfde domein) mogen ook door andere gebruikers een verzoek ontvangen voor Scherm Delen.

Sessie voor Scherm Delen accepteren

Als deze optie is ingeschakeld, dan kunnen alle gebruikers alleen gebruik maken van screen sharing functies, als ze dat door een andere gebruiker worden gevraagd om te doen.

Initiëren schermdeling

Als deze optie is ingeschakeld kunnen alle gebruikers zelfstandig hun scherm delen met andere gebruikers en andere gebruikers vragen om hun scherm te delen.

Toegang op het gehele journaal voor alle gebruikers vrijgeven

Hiermee is het mogelijk om alle gebruikers toegang tot het telefoonjournaal van alle gebruikers te geven. Dit is alleen bij installaties met een gering aantal gebruikers zinvol.

Vanuit gegevensbeveiliging is deze instelling niet aan te bevelen en is dit ook niet in de standaard-instelling geactiveerd.

Gebruikers mogen journaalinvoeren verwijderen

Journaalinvoeren kunnen door de gebruiker alleen in begrensde omvang naderhand worden gewijzigd. Zo kan de gebruiker de notitie bij het gesprek resp. de gesprekspartner naderhand wijzigen. Als deze optie is

geactiveerd, dan kan de gebruiker journaalinvoeren verwijderen.

Iedereen heeft alle gebruikers in de monitor

Als deze optie is ingeschakeld, wordt bij elke gebruiker van het systeem een speciale groep in de monitor van de client ingericht, waarin de gebruiker alle andere gebruikers van de UC Software, standaard kan zien.

Deze optie is alleen voor installaties met een klein aantal gebruikers zinvol. Voor een groot aantal gebruikers (meer dan 200) kan zo een administratieve standaard instelling via Groepen worden ingesteld.

Automatisch in het gebruikersaccount geconfigureerde telefoonnummers gebruiken

De in het gebruikersaccount geconfigureerd telefoonnummers worden door de server automatisch voor de lijnverbinding gebruikt. Vindt de server voor de telefoonnummers van een gebruiker een lijn, dan wordt deze lijn automatisch aan de gebruiker toegewezen. Als dit automatisme in de aanwezige omgeving niet kan worden gebruikt, kan dit via deze optie worden gedeactiveerd. Zie Automatische lijnverbinding.

Visitekaartje zichtbaar voor anonieme gebruikers

Is deze optie ingeschakeld, dan zijn de contactgegevens van de gebruikers zichtbaar via het visitekaartje van de WebService.

85

12 Services

Op de volgende bladzijden wordt de inrichting van de verschillende services van de PBX Call Assist 3 UCServer beschreven:

 Updateserver

 Email-verzending

 Berichtgevingen

 SMS-Verzenden

 Call recording

 Externe servers

 TURN-/STUN-Server

In document PBX Call Assist 3 UCServer (pagina 80-85)