• No results found

DEEL II NEDERLAND

DEEL 3 BUITENLANDS RECHT

A. DENEMARKEN

1. POLYGAMIE IN HET DEENSE RECHT

1.1 De actualiteit van het polygamieverbod in Denemarken

Het polygamieverbod werd recent actueel naar aanleiding van gebeurtenissen in verband met de Irak-oorlog. Bij de terugtrekking van de Deense troepen die in Irak waren gestationeerd, werden de Irakese tolken die voor de Denen in Irak hadden gewerkt mee naar Denemarken genomen vanwege het gevaar dat zij in Irak zouden lopen. Een van de tolken was de 41-jarige SH met zijn twee vrouwen van 32 en 34 jaar en hun drie kinderen. De Deense autoriteiten hadden niet van tevoren besloten hoe men met deze bijzondere familiesituatie zou omgaan. De Vreemdelingautoriteit (Udlændingestyrelsen) verleende zelfstandig een verblijfsvergunning aan de tolk en zijn vrouwen.

De Irakese tolk was in 1996 in Irak voor de eerste keer getrouwd, waarna hij in 2003 voor de tweede keer huwde. Hij woonde in Basra met zijn twee vrouwen, waar beide vrouwen een eigen woning hadden. Na zijn verhuizing naar Denemarken woonde de tolk met zijn twee vrouwen op een geheime locatie in twee verschillende appartementen. Zij ontvingen “startershulp” van de gemeente, de huur van de twee appartementen en de kosten voor kinderopvang werden door de Deense staat betaald. Daarnaast kregen ze taalonderwijs.

Het verblijf van de tolk en zijn twee vrouwen werd een politiek omstreden feit en kreeg veel publiciteit, omdat polygamie niet toegestaan is in Denemarken. In april 2008 besloot de Deense Familieautoriteit (Familiestyrelsen)133 dat de tolk zich vóór 26 mei 2008 tot de Familieautoriteit moest wenden voor de vrijwillige beëindiging (echtscheiding) van één van zijn huwelijken. In juni 2008 deelde de Familieautoriteit de advocaat van de tolk mee dat de Familieautoriteit had besloten om bij de rechter een procedure inzake de ongedaanmaking (omstødelse)134 van het tweede huwelijk aan te spannen, als de tolk niet zelf een verzoek zou indienen tot beëindigen van een van zijn huwelijken. De tolk en zijn twee vrouwen wilden beide huwelijken in stand houden en zijn uiteindelijk naar Irak teruggekeerd. De procedure die door de Familieautoriteit is aangespannen, is nog steeds aanhangig bij een van de twee Deense hoven. Hoewel de Familieautoriteit geen aanleiding ziet om de procedure voort te zetten nu de tolk Denemarken heeft verlaten, zet de advocaat van de tolk de rechtszaak voort. De uitkomst van deze zaak moet worden afgewacht.

133 Zie over de Familieautoriteit verder onder nr. 2.

134 Voor de doeleinden van dit rapport wordt dit begrip vertaald met de term ‘ongedaanmaking’, ook al past dit niet precies. Zie hierover verder nr. 8.

De zaak en de mediapubliciteit hebben eraan bijgedragen dat de minister voor welvaart en emancipatie Karen Jespersen tijdens de behandeling van de zaak door de Familieautoriteit voorstelde een onderzoek in te stellen naar de aard en frequentie van polygame huwelijken in Denemarken. Dit werd beschouwd als een stap op weg naar het stop zetten van deze “discriminerende praktijken”. De minister meent dat het een goede zaak is dat de Familieautoriteit de ongedaanmakingszaak aanhangig heeft gemaakt, nu “het hebben van meerdere vrouwen” (“flerkoneri”) het teken is van een vrouwenvisie die honderden jaren geleden verlaten is”.135 Het door de minister aangekondigde onderzoek is inmiddels verschenen. Hieruit blijkt dat er in Denemarken polygame huwelijken of relaties worden aangegaan, maar het is niet duidelijk of bevoegde autoriteiten, zoals imams die bevoegd zijn huwelijken te voltrekken, daaraan meewerken. Waarschijnlijk is er geen sprake van huwelijken in juridische zin.136 Hoe dit ook zij, de aandacht voor deze kwestie is in het parlementaire debat nog niet geluwd.137

1.2 Definitie polygaam huwelijk

De term ‘polygaam huwelijk’ is in het Deense recht geen wettelijke term. De term die zowel in het civiele recht als in het strafrecht wordt gebruikt is “bigamie” (bigami) ofwel ‘bigaam huwelijk’ (bigamisk ægteskab). De term ‘bigaam huwelijk’ ziet op een tweede huwelijk, ook al zijn de bepalingen ook van toepassing op een derde of daarop volgend huwelijk. De term ‘polygaam huwelijk’ (polygamt ægteskab) wordt in de theorie van het internationale privaatrecht wel gebruikt als aanduiding voor een huwelijk waar een van de echtgenoten getrouwd is met twee of meerdere echtgenoten tegelijk.138 Polygaam staat in deze context tegenover monogaam. In de regel gaat het hier om huwelijken gesloten in landen waar polygamie toegestaan is en waar de echtgenoten op de hoogte zijn van de andere huwelijken.

1.3 Civielrechtelijk verbod op bigamie

Het Deense huwelijksrecht is neergelegd in twee aparte wetten; de wet

betreffende de gevolgen van het huwelijk, voornamelijk de

vermogensrechterlijke gevolgen (Lov om ægteskabets retsvirkninger) en een wettelijke regeling voor het aangaan en de ontbinding van een huwelijk (Lov om

135 Ritzau, 29.04.2008.

136 Rapport op http://www.lige.dk/files/PDF/at_vaere_muslimsk_kvinde_i_dk.pdf. Dit rapport is gebaseerd op interviews met verschillende allochtone vrouwen, maar bevat verder geen relevante informatie voor dit onderzoek (zo ontbreekt bijv. cijfermateriaal).

137 In het parlementaire debat is deze vraagstelling nader onderzocht en blijken er geen gevallen bekend te zijn waarin imams hieraan meewerkten in de wetenschap dat van een polygaam huwelijk sprake was. Toch is er een wetsvoorstel in voorbereiding dat de strafbaarheid hiervan verhoogt, zodat het meewerken aan een dergelijke huwelijkssluiting tot uitwijzing

kan leiden. Parlementaire behandeling:

http://www.folketinget.dk/doc.aspx?/Samling/20081/spoergsmaal/S2000/svar/endeligt/2 0090427/index.htm. Zie verder in het Duits Otto, StAZ 2009, p. 238-240.

138 De Familieautoriteit was bij interview 17.07.2009 van mening dat een bigaam huwelijk een huwelijk is waar één persoon getrouwd is met twee personen, terwijl een polygaam huwelijk een huwelijk is waar één persoon getrouwd is met meer dan twee personen. Deze definitiebepaling lijkt geen steun te vinden in de theorie, daar de term polygaam huwelijk ook wordt gebruikt voor de situatie waarin één persoon tegelijkertijd getrouwd is met twee personen.

ægteskabs indgåelse og opløsning), hierna genoemd ‘Huwelijkswet’. Art. 9 van de Huwelijkswet bevat een verbod op het aangaan van een huwelijk wanneer er al een (eerder) huwelijk bestaat.139 Dit verbod geldt samen met een aantal andere vereisten als de materiële huwelijksvereisten (ægteskabsbetingelser). De bevoegde autoriteit (de gemeente) dient na te gaan of aan de vereisten is voldaan voordat een certificaat (prøvelsesattest) kan worden verleend. Op basis van een dergelijk certificaat kan vervolgens een civiel of kerkelijk huwelijk worden gesloten.140

Het verbod op bigamie geldt ook voor het aangaan van een geregistreerd partnerschap, dat in het Deense recht ook een formele relatievorm is. Een geregistreerd partnerschap kan niet worden aangegaan wanneer er al een huwelijk of geregistreerd partnerschap bestaat. Hetzelfde geldt voor het aangaan van een huwelijk als er al een geregistreerd partnerschap bestaat.141 Onder het polygamieverbod valt niet het aangaan van een polygame informele relatie.

1.4 Strafrechtelijk verbod op bigamie

Degene die gehuwd of geregistreerd is en een tweede huwelijk of geregistreerd partnerschap aangaat, kan gestraft worden met een gevangenisstraf tot drie jaar. Als de partner in het tweede huwelijk of geregistreerd partnerschap geen weet had van het eerste huwelijk of geregistreerde partnerschap kan de straf verhoogd worden tot zes jaren.142

Indien een persoon met een band met Denemarken143 een polygame formele relatie aan gaat in het buitenland is dit in beginsel naar Deens recht strafbaar, mits het aangaan van een polygame formele relatie ook strafbaar is naar het recht van het land waar het huwelijk wordt aangegaan.144 Het kan eventueel ook strafbaar zijn naar Deens recht, als het geen strafbaar feit is naar de lex loci celebrationis.145

1.5 Wanneer speelt het polygamievraagstuk?

Ondanks het verbod op bigamie is niet uitgesloten dat een tweede huwelijk of geregistreerd partnerschap wordt aangegaan in Denemarken, hoewel dit niet

139 Lov om ægteskabs indgåelse og opløsning, wet nr. 38 van 15.01.2007, art. 9.

140 Huwelijkswet, kapitel 1. Centraal hierbij staan de zogenoemde culturele verboden: incest, bigamie en de minimumleeftijd, Kronborg, Juristen 2005, p. 89-95.

141 Wet op het geregistreerd partnerschap, Lov om registreret partnerskab, wet nr. 938 van 10.10.2005, art. 2 lid 1. In deze wet is meerderheid van de bepalingen uit de Huwelijkswet van toepassing verklaard op het geregistreerd partnerschap.

142 Strafwet, Straffeloven, wet nr. 1068 van 06.11.2008, art. 208 lid 1. De partner in het tweede huwelijk/geregistreerd partnerschap is eventueel zelfstandig strafbaar als hij bekend was met het eerste huwelijk/geregistreerd partnerschap: art. 208 lid 3 Strafwet.

143 Of een van de andere Scandinavische landen.

144 Strafwet art. 7 lid 1.

145 Strafwet art. 8 nr. 2. Zie verder hierover Waaben, Strafferettens almindelige del, 1999, p. 235-236 en Waaben, Strafferettens specielle del,1999, p. 238. In een niet gepubliceerde uitspraak van de rechtbank Kopenhagen (Københavns Byret) van 04.01.2005 werd strafbaarheid naar Deens recht aangenomen op basis van art. 8 nr. 2. Er was sprake van een Pakistaanse staatsburger die in 1985 een huwelijk in Denemarken had gesloten. Een aantal jaren later gingen de echtgenoten uit elkaar zonder dat het tot een echtscheiding kwam. De man huwde in 1999 in Pakistan waar bigamie volgens de verschafte informatie niet strafbaar was.

veel voorkomt. Een van de verklaringen daarvoor is dat een eerste huwelijk/geregistreerd partnerschap niet altijd geregistreerd is in het centrale persoonsregister, bijvoorbeeld omdat het huwelijk is aangegaan in het buitenland (zie hierna onder 9) en de persoon bij de controle op de materiële huwelijksvereisten niet de relevante informatie verschaft. Ook kan sprake zijn van een fout in het registratiesysteem. Een andere route die tot polygamie leidt is het aangaan van een tweede huwelijk/geregistreerd partnerschap in het buitenland door een persoon die een band met Denemarken heeft. Uit het interview gehouden met de Vreemdelingenautoriteit komt naar voren dat in de praktijk de meest voorkomende situatie volgens deze autoriteit is dat een persoon die in Denemarken feitelijk gescheiden leeft als voorfase van een echtscheiding (de meest gebruikelijke echtscheidingsgrond) een nieuw huwelijk aangaat in het buitenland, in de veronderstelling dat hij reeds officieel gescheiden is. Deze situatie wordt dan meestal opgelost door middel van een echtscheiding van het eerste huwelijk.146 Er zijn geen andere gevallen bekend zoals dat van de Irakese tolk waarin een persoon met zijn twee echtgenoten in Denemarken woont.

1.6 De Familieautoriteit

Het polygamievraagstuk speelt zich vaak af in een administratieve context, waarbinnen het ook wordt opgelost. De administratieve Familieautoriteit (Familiestyrelsen), die tal van taken heeft op het gebied van het familierecht, speelt hier een grote rol. De Familieautoriteit valt onder het Ministerie van Justitie. De autoriteit ondersteunt de minister en bereidt wetsvoorstellen voor. Daarnaast komen individuele zaken in tweede instantie bij de Familieautoriteit die eerst behandeld zijn door de staatsadministraties (een regionaal bestuursorgaan - vroeger de Statsamt genoemd). Dit geldt onder andere voor echtscheidingen, ouderlijk gezag, omgang, vaststellen van het vaderschap, alimentatie, voogdij, naamrecht en bewind. Voor de taken op het gebied van het familierecht geldt in een aantal gevallen dat de administratieve route (staatsadministraties en de Familieautoriteit) bevoegd zijn naast de rechtbank. In een aantal andere situaties geldt een exclusieve bevoegdheid voor de administratieve autoriteiten. De administratieve aktes en beslissingen van de familieautoriteiten leveren in het algemeen een executoriale titel op. De betekenis van de administratieve route is groot, zo is het merendeel van de echtscheidingen administratief (rond 90%). Sinds 2007 geldt een verplichte administratieve ingang voor echtscheidingen en zaken betreffende ouderlijk gezag. De ongedaanmaking van een huwelijk, onder meer vanwege bigamie, kan uitsluitend plaatsvinden in een rechterlijke procedure.147

De relevante vragen die rijzen in een potentiële polygamiekwestie - waaronder de vraag of een buitenlands huwelijk of echtscheiding erkenbaar is in Denemarken – komen dus vaak terecht bij een administratieve autoriteit. Verschillende autoriteiten kunnen daarbij betrokken zijn; dit is afhankelijk van de concrete rechtsvraag. Indien een echtgenoot een huwelijk wil aangaan, komt de kwestie aan de orde bij de Gemeente, terwijl het verzoek tot echtscheiding

146 Interview 05.08.2009.

147 Zie verder over de administratieve echtscheiding in Denemarken, Jeppesen de Boer, FJR 2005, p. 231-235.

terecht komt bij een van de regionale staatsadministraties. De registratie van een buitenlands huwelijk moet worden voorgelegd aan het centrale persoonsregister, terwijl een aanvraag van een verblijfsvergunning bij de Vreemdelingenautoriteit dient te geschieden. Ieder van deze autoriteiten is in deze gevallen bevoegd om een beslissing te geven waarin een beoordeling van de burgerlijke staat plaatsvindt. Ook al zijn deze autoriteiten bevoegd om een beslissing te nemen, toch zal er bij twijfel over de vraag of een huwelijk of echtscheiding erkenbaar is of dat er een polygamieprobleem speelt, vaak om een niet-bindend oordeel aan de Familieautoriteit worden gevraagd. In een situatie waarin een buitenlands huwelijk of echtscheiding niet wordt erkend of waar een polygamievraagstuk speelt is de oplossing vaak pragmatisch. In het eerste geval kan een nieuw huwelijk gesloten worden en in de tweede situatie wordt een echtscheiding aangevraagd.

Ook al heeft de Familieautoriteit bepaalde bevoegdheden, uitsluitend de rechterlijke macht is bevoegd om bindend te oordelen over het bestaan van een huwelijk of om een ongedaanmaking uit te spreken. In de praktijk wordt hier echter niet veel over geprocedeerd bij de rechterlijke macht, zo blijkt uit het interview met Familieautoriteit, die bekend is met ongeveer tachtig administratieve zaken in de afgelopen dertig jaar waarin het bigamievraagstuk een rol speelde, terwijl er maar een paar rechterlijke uitspraken zijn.148

2. RATIO POLYGAMIEVERBOD

Het civielrechtelijke en strafrechtelijke verbod op bigamie zijn van oudsher een kenmerk van het Deense huwelijksrecht. Historisch gezien hangt dit samen met het verbod op overspel. Terwijl overspel niet meer strafbaar is, blijft bigamie strafbaar.149 Het civielrechtelijke verbod op bigamie werd in de parlementaire geschiedenis van de Huwelijkswet van 1922 als volgt toegelicht:

“Het volgen van de algemene in Europa erkende rechtsbeginselen dat zolang een huwelijk bestaat geen van de echtgenoten een nieuw huwelijk kan sluiten. De regel behoeft vervolgens geen nadere uitleg.”150

De ratio van het civielrechtelijke verbod kan aldus worden gezien als onderdeel van het culturele Europese erfgoed.151 Zoals eerder beschreven in de zaak over de Irakese tolk ligt de erkenning van een polygaam huwelijk in Denemarken politiek gevoelig. Ook in het huidige maatschappelijke klimaat bestaat het idee dat dit indruist tegen heersende culturele waarden. Dit is opmerkelijk, nu het Deense relatierecht gekenmerkt wordt door een grote keuzevrijheid, die onder blijkt uit de invoering van het geregistreerd partnerschap in 1989 en de juridische regulering van de gevolgen van ongehuwd samenwonen.

148 Interview 17.07.2009.

149 Overspel is wel nog steeds een grond voor echtscheiding, Huwelijkswet art. 33.

150 Udkast til Ægteskabsloven van 1913.

151 Sinds de Huwelijkswet van 1922 is wel overwogen om bigamie alleen tot echtscheidingsgrond te maken in plaats van ontbindingsgrond. Ægteskabsudvalget af 1969, Betænkning 2, p. 22-23.