• No results found

Het politieke klimaat in Bolivia: De weg van Banzer naar Morales

In document Eenheid in verscheidenheid? (pagina 58-62)

Hoofdstuk 3 - Externe factoren voor etnische mobilisatie

3.2.6. Het politieke klimaat in Bolivia: De weg van Banzer naar Morales

Na de val van dictator Hugo Banzer in 1978 kwamen er talloze inheemse partijen op die in nationale verkiezingen succes probeerden te behalen. Zij hadden echter grote concurrentie van linkse partijen, die met de transitie naar democratie een meerderheid van zowel de inheemse als niet-inheemse bevolking achter zich wisten te scharen. In de verkiezingen van 1982 won de Unidad Democrática

Popular (UDP; Democratische Volkseenheid) 38,7 procent van de stemmen. De Socialistische Partij

won 8,7 procent, waarmee links gezamenlijk 47,4 procent van de stemmen telde.226 De leiders van inheemse partijen hadden vrijwel geen andere keuze dan zich tijdens de verkiezingen in 1980 achter Hernan Siles Zuazo, de leider van de linkse UDP-coalitie, te scharen. Zijn coalitie had echter een zodanig slecht economisch beleid dat de verkiezingen vervroegd moesten worden uitgeroepen in 1985.227 Bij deze verkiezingen wisten de linkse partijen gezamenlijk slechts 14,3 procent van de stemmen te behalen.228

De economische neergang had tot de politieke nederlaag van links geleid. In de jaren tachtig groeide de kloof tussen arm en rijk, inheems en niet-inheems, verder. De linkse partijen verdwenen uit de politieke arena of verschoven naar een meer centrale positie in het politieke spectrum. Ze vormden niet langer een goede coalitiepartner voor inheemse partijen.229 De inheemse leiders waren ontevreden over de groeiende economische ongelijkheid en over de samenwerking met linkse partijen, die dikwijls door linkse leiders werd gemanipuleerd. De frustratie en ontevredenheid over de allianties namen dusdanig toe, dat inheemse leiders gemotiveerd waren zelf het heft in handen te nemen.

In de jaren tachtig nam naast de macht van linkse politieke partijen ook de invloed van de vakbonden af. Decennialang hadden de vakbonden onvrede over klassenverschillen succesvol weten te kanaliseren, maar door gehoor te geven aan neoliberale beleidsmaatregelen en economische soberheid in de jaren tachtig verloren zij een deel van hun politieke achterban.230 De onderhandelingspositie van vakbonden nam hierdoor zienderogen af. Vanaf de jaren negentig verbonden inheemse organisaties

225

NRC Handelsblad, „President Bolivia in hongerstaking‟, 9 april 2009,

<http://www.nrc.nl/buitenland/article2209272.ece/President_Bolivia_in_hongerstaking>, geraadpleegd op 8 februari 2010.

226 Van Cott, „From Exclusion to Inclusion: Bolivia‟s 2002 Elections‟, p. 759.

227 Pilar Domingo, „Party Politics, Intermediation and Representation‟ in: John Crabtree and Laurence Whitehead ed(s)., Towards Democratic Viability (Londen 2001) p. 143.

228 Van Cott, „From Exclusion to Inclusion: Bolivia‟s 2002 Elections‟, p. 759. 229 Van Cott, From Movements to Parties in Latin America, p. 64.

230

Kenneth M. Roberts, „Social Inequalities without Class Cleavages in Latin America‟s Neoliberal Era‟, Studies in Comparative International Development Vol. 36, Nr. 4 (2002), p. 3-33, aldaar p. 4-8.

klassenverschillen met een etnische component en waren zij degene die de vlag van het anti-neoliberalisme het meest succesvol wisten te dragen.231 De nederlaag van links had motiverend gewerkt op de inheemse politieke partijen en hun leiders. Zij wilden op eigen kracht verder.

Daarnaast konden de inheemse partijen op eigen kracht verder. Ten eerste had de teloorgang van de linkse politieke partijen geleid tot grotere openheid van het partijsysteem. De linkse partijen leenden hun eigen partijregistraties uit aan opkomende inheemse partijen.232 Omdat zij hun invloed niet langer konden laten gelden vertrouwden zij daarnaast hun expertise, die zij in de afgelopen decennia hadden opgebouwd, toe aan inheemse partijen. De inheemse partijen konden de partijregistraties en beschikbaar gestelde expertise goed gebruiken en wisten politieke ruimte voor zichzelf op nationaal niveau te creëren. Ze groeiden uit tot zelfstandige politieke partijen met een eigen partijregistratie bij het Nationale Verkiezingshof. Ten tweede hadden de inheemse politieke partijen profijt van de institutionele hervormingen die onder leiding van President Sánchez de Lozada in de jaren negentig werden doorgevoerd. Ze vergrootten de openheid van het politieke klimaat waardoor onder inheemse partijen de wens ontstond buiten de inheemse ASP-coalitie om te participeren en concurreren met andere partijen in gemeentelijke en nationale verkiezingen.233 Dit verlangen was met name onder CIDOB-leden groot. Zij wilden een eigen onafhankelijke politieke partij op richten buiten ASP om. Ook Felipe Quispe had de wens voor een eigen politieke partij. In 2000 richtte hij de inheemse politieke partij Movimiento Indígena Pachakuti (MIP; Pachakuti Inheemse Beweging) op.234 Ten derde bracht de electorale neergang van links een financiële meevaller voor de MAS (Movimiento al Socialismo). Zoals vastgelegd in de Ley de Partidos Políticos, krijgen politieke partijen in Bolivia financiële steun van de staat. In artikel 50 van deze wet wordt vermeld dat de staat financiële steun aan politieke partijen dient te geven.235 Bij de verkiezingen van 2002 bedroeg de totale staatssteun aan politieke partijen ongeveer 10 miljoen dollar. De verdeling van dit bedrag was gebaseerd op de verkiezingsresultaten van 1997. De IU (Izquierda Unida) en PCB (Partido Comunista

de Bolivia) vormden samen met de MAS een alliantie, maar deden niet mee aan de verkiezingen van

2002. Dit had tot gevolg dat de MAS ook het deel van de staatssteun van de IU en de PCB in ontvangst mocht nemen.236 Hierdoor werd de kans op een succesvol optreden van de MAS vergroot.

De veranderingen resulteerden in een succesvol optreden van de twee inheemse partijen die aan de verkiezingen van 2002 meededen. De MIP won 6,09 procent van de stemmen en de MAS bleek met 20,94 procent als twee na grootste partij van het land uit de bus te komen.237 De enige traditionele

231

Ibidem.

232 Van Cott, From Movements to Parties in Latin America, p. 37.

233 Nancy Grey Postero, „Movimientos indígenas bolivianos: articulaciones y fragmentaciones en búsqueda de multiculturalismo‟ in: Luis Enrique López en Pablo Regalsky ed(s)., Movimientos indígenas y Estado en Bolivia (La Paz 2005), p. 53-96, aldaar p. 82-83.

234

Ibidem.

235 Base de Datos Políticos de las Américas, „Bolivia. Ley Partido Político‟,

<http://pdba.georgetown.edu/Electoral/Bolivia/ppley.html >, geraadpleegd op 8 februari 2010. 236

Van Cott, From Movements to Parties in Latin America, p. 91.

linkse partij die meedeed aan deze verkiezingen was de Socialistische Partij, die slechts 0,65 procent van de stemmen won. Het succes van de inheemse partijen kwam als een enorme verrassing. In de jaren negentig was het percentage stemmen van een winnende partij nooit hoger dan 23 procent geweest. De 27 procent, die de twee inheemse partijen in 2002 gezamenlijk hadden weten te behalen, zorgde dan ook voor een politieke aardverschuiving. De MIP en MAS hadden het succes zelf evenmin verwacht. Om de lijst met kandidaten aan te vullen rekruteerde MAS tientallen oudgedienden van linkse partijen.238 De ervaring en expertise die deze oudgedienden direct konden inzetten, werd door de MAS boven praktijken van nepotisme geplaatst. De MAS besefte dat zonder de deskundigheid van deze oudgedienden niet alle gewonnen zetels naar behoren zouden worden vervuld.

De weg die Bolivia heeft bewandeld is die van een geïnstitutionaliseerde autocratie onder het dictatorschap van Hugo Banzer tot een geïnstitutionaliseerde democratie die halverwege de jaren negentig werd gecreëerd. Schematisch weergegeven ziet deze transitie er als volgt uit:

Geïnstitutionaliseerde autocratie Geïnstitutionaliseerde democratie

- (bijna) alle politieke macht ligt in handen van het staatshoofd

- limiteren of verbieden van politieke partijen en het sterk beperken van burgerrechten en politieke participatie

- politieke macht wordt doorgaans overgedragen en verdeeld binnen een kleine politieke elite

- garantie van politieke en burgerrechten voor alle staatsburgers

- effectieve constitutionele beperkingen op de macht van het staatshoofd

- meerdere politieke partijen die met elkaar concurreren en macht overdragen via constitutionele voorgeschreven middelen

Bolivia: Transitie politieke omgeving239

De transitie heeft positieve gevolgen teweeggebracht voor de positie van de inheemse bevolking en de ontwikkeling van etnische politiek in Bolivia. Na de aanstelling van Evo Morales als president in 2005 zijn er verdere hervormingen doorgevoerd, die tot doel hebben de rechten van de inheemse bevolking te waarborgen en hun historische uitsluiting recht te zetten.240 Politieke en burgerrechten worden in toenemende mate voor alle staatsburgers gegarandeerd. Illustratief hierbij zijn de zeven zetels die vanaf april 2009 voor de inheemse bevolking zijn gereserveerd in het Boliviaanse Lagerhuis.

Daarnaast heeft Morales hervormingen doorgevoerd die zijn gericht op een meer gelijke verdeling van het land en natuurlijke hulpbronnen. Deze hervormingen hebben echter ook een keerzijde. Ze stuiten op harde weerstand vanuit de niet-inheemse bevolking. Landeigenaren in de oostelijke departementen Beni, Pando, Santa Cruz en Tarija, die samen de Media Luna vormen, zien

238 Van Cott, From Movements to Parties in Latin America, p. 88-90. 239 Gurr en Harff, Ethnic conflict in world politics, p. 110.

240

Minority Rights Group International, „State of the World‟s Minorities and Indigenous Peoples 2009 – Bolivia‟.

hun belangen bedreigd en zijn bang dat hun landerijen zonder compensatie worden overgeheveld naar de armere inheemse bevolking.241 De roep om autonomie in deze departementen is de afgelopen jaren steeds groter geworden en zorgt voor veel politieke onrust.242 Meer zelfbestuur of zelfs afscheiding van de Media Luna is door decentralisering een realiseerbaar doel geworden, omdat de meer welvarende departementen meer zeggenschap hebben over hun eigen regio. De gemoederen tussen de inheemse en niet-inheemse bevolking liepen in 2008 en 2009 zelfs zo hoog op dat er stakingen en gewapende conflicten plaatsvonden in verschillende delen van Bolivia. Tijdens deze onrusten werden mensenrechten geschonden en vielen er tientallen doden en gewonden.243

3.2.7. Conclusie

Etnische politieke partijen hadden aanvankelijk moeite om ruimte in de politieke arena te creëren. Slechte toegang tot de verkiezingen voor zowel inheemse politieke partijen als inheemse burgers en de sterke centralisatie van het politieke systeem belemmerden opstartende politieke partijen zich in de nationale politiek te mengen. De politieke neergang van links en institutionele hervormingen hebben geleid tot de verandering van het politieke klimaat naar een geïnstitutionaliseerde democratie waarin de ontwikkeling van etnische mobilisatie werd gestimuleerd. Daarnaast heeft de overheidscampagne gericht op verbetering van de burgeradministratie in rurale gebieden geleid tot een verbeterde toegang tot de stembus voor een aanzienlijk deel van de inheemse bevolking. Door deze veranderingen heeft de inheemse bevolking de kans gekregen te participeren in lokale, regionale en nationale politiek. De hervormingen hebben echter ook politieke onrust en instabiliteit met zich mee gebracht. De oostelijke departementen in de Media Luna protesteren hevig tegen de hervormingen en willen zich het liefst afscheiden van het armere inheemse deel van Bolivia.

3.3: Externe steun voor de inheemse bevolking

3.3.1. Inleiding

De voorgaande paragraaf heeft laten zien dat het binnenlandse politieke klimaat invloed heeft op de ontwikkeling en het succes van etnische politieke partijen. Naast de politieke omgeving is de ontwikkeling van etnische mobilisatie ook afhankelijk van de mate van steun door externe actoren.244 Externe steun kan zich uiten in zowel materiële als niet-materiële steun. Onder materiële steun worden vormen van militaire en financiële steun verstaan. Mondelinge aanmoediging en advies kunnen als

241 Ibidem. 242

Marjolein van Rijn, „Economische ontwikkeling of Buen Vivir? Een Boliviaans experiment‟, <http://chakana.nl/files/2010/vrijn.pdf>, geraadpleegd op 17 februari 2010.

243 Minority Rights Group International, „State of the World‟s Minorities and Indigenous Peoples 2009 – Bolivia‟.

vormen van niet-materiële steun worden gezien. Hierbij kan worden gedacht aan leiders uit buurlanden of NGOs die het belang van de etnische identiteit benadrukken in toespraken of internationale rapporten. Hoe meer materiële en niet-materiële steun er aan een etnische groepering wordt gegeven, hoe waarschijnlijker het is dat etnische mobilisatie tot stand zal komen en succesvol zal zijn.245

Het sterk gecentraliseerde politieke systeem in Bolivia had tot gevolg dat er veel expertise en financiële middelen nodig waren om succesvolle verkiezingscampagnes te kunnen voeren. Doordat beginnende inheemse politieke partijen in eerste instantie niet over deze middelen beschikten, waren zij afhankelijk van steun van buitenaf. Externe sponsoren die affiniteit hadden met de inheemse zaak boden de benodigde financiële en publieke steun aan de startende partijen. Daarnaast stelden zij organisatorische en menselijke capaciteiten beschikbaar tijdens verkiezingscampagnes.246 In deze paragraaf zal de invloed van de gegeven externe steun op de ontwikkeling van etnische mobilisatie in Bolivia worden bestudeerd. Daartoe zal in de eerste subparagraaf de invloed van omliggende buurlanden worden onderzocht. Vervolgens zal de aandacht verschuiven naar IOs, NGOs en de rol van de media.

In document Eenheid in verscheidenheid? (pagina 58-62)