• No results found

Oude mensen laten vertellen over vroeger laat de beleving van de cultuur van toen, nu herleven

School 5Geloof en vertrouwen

Schoolportretten cultuureducatie in het primair onderwijs

Omschrijving school

De katholieke basisschool staat in een arbeiderswijk van een middelgrote stad. De school, laagbouw, omsluit het schoolplein aan twee kanten. Op de twee andere zijden van het schoolplein kijken woningen uit. Eenmaal de ingang door loop je bijna direct de docentenkamer binnen. Naar links, langs de directiekamer, is de weg naar de onderbouwklassen. Naar rechts, de weg naar de bovenbouwlokalen.

De school telt circa 220 leerlingen van verschillende nationaliteiten. Een klas is speciaal voor anderstalige kinderen. Het merendeel van deze kinderen is naar Nederland gekomen als gevolg van gezins- hereniging. Deze school is een van de weinige scholen in de buurt die de taak heeft de anderstaligen op te vangen.

In de docentenkamer valt op hoe licht en modern deze is. Hij is recentelijk opgeknapt. Het tweede wat opvalt, is de tekst op het mededelingenbord: 31-5 bouwvergadering vervangen voor team- vergadering: ICC.

De interne cultuurcoördinatoren (ICC-en) gaan met hun collega’s het cultuurbeleid bespreken. Het is begin april wanneer deze boodschap aan het team wordt doorgegeven, twee maanden voor de vergadering: cultuur wordt blijkbaar belangrijk gevonden. Maar ook duidelijkheid is belangrijk voor het team.

Cultuureducatie draagt in deze school bij aan een rijke, uitnodigende en betekenisvolle leeromgeving voor leerlingen. Cultuureducatie en de Regeling Versterking Cultuureducatie Primair Onderwijs wor- den als een ‘kans’ gezien. De school nam in het verleden vooral cultuureducatief aanbod af, terwijl hij nu geleidelijk aan meer als vragende partij optreedt. Het team wil hierbij vooral werken vanuit de lesmethodes voor wereldoriëntatie.

Fundament en bouwstenen

voor cultuur in school

Methodes

In de onderbouw heeft de school goede ervaringen met de kleuter- methode Ik & Ko. In deze methode zitten veel contextrijke en concrete leersituaties. Dankzij deze methode hebben leerlingen al het reptielenhuis en de bibliotheek bezocht en zijn op school een kapster en pedicure geweest. In geuren en kleuren vertellen de leerlingen over het bezoek aan het reptielenhuis. Over de kleur van de kikker, de geur van het stinkdier, de slaapgewoonte van de vleer- muis en het vasthouden van een grote spin. Ze herinneren het zich nog precies. “De spin mocht je niet over zijn kontje aaien, want dan kwam er vies spul uit”, legt een jongetje uit die de spin had mogen vasthouden.

In de hogere groepen willen de leerkrachten binnen de lesstof ook realistische leersituaties creëren. Dus niet alleen leren door te lezen in een boek, maar de praktijk in school halen of leren op een andere plek. Omdat de methodes van de diverse zaakvakken nieuw zijn, is ervoor gekozen om eerst alle lessen uit de lesboeken te geven en daarna te kijken welke onderdelen vervangen en verrijkt kunnen worden door concrete leersituaties. Bijvoorbeeld een bezoek aan de Deltawerken. Het team kijkt welke activiteiten het best aan- slaan bij de leerlingen.

Interne cultuurcoördinatoren (ICC-en)

Deze school kiest ervoor om drie mensen uit de drie verschillende bouwen ICC te laten zijn. Deze leerkrachten hebben zichzelf aangemeld. Ze hebben alledrie de cursus voor ICC gevolgd. De

ICC-en zeggen veel aan de cursus te hebben gehad. Ze hebben aan de hand van het Cultuurkompas van de Stichting Leerplanont- wikkeling (SLO) in kaart gebracht wat ze op school aan kunst- en cultuureducatie doen en de eerste lijnen van het cultuurbeleid op papier gezet. Vooral de netwerkfunctie van de cursus vinden ze belangrijk. In het netwerk hebben de ICC-en contact gelegd met andere scholen en culturele instellingen. De contacten met andere scholen zijn belangrijk voor de uitwisseling. Het contact met cultu- rele instellingen is ook heel positief ervaren. “Het is prettig te weten bij wie van de culturele instellingen je je vragen kwijt kunt. Ook vond ik het verrassend om te merken dat niet alleen scholen, maar ook culturele instellingen graag samen aan goed aanbod voor leerlingen willen werken. Dit biedt mogelijkheden voor samenwerking”, aldus een ICC. Ze hebben handvatten gekregen om het beleid op te zetten, uit te voeren en te bewaken. De infor- matie over mogelijke geldstromen, zoals van de gemeente en van het bankwezen, was ook interessant.

Draagvlak: ICC-en en team

Drie ICC-en waarborgen draagvlak in school. De ICC-en komen elk uit een andere bouw, waardoor ze kunnen werken aan een doorlopende leerlijn, iets wat het hele team belangrijk vindt. Bij methodes is daarom bewust gekozen voor het schelpenmodel (thematisch concentrische model), waarbij elk jaar onderwerpen terugkomen, steeds een gradatie moeilijker en uitgebreider. Ander voordeel van drie ICC-en is dat de taken gespreid kunnen worden. Voortgang is, ook bij ziekte, gewaarborgd.

De ICC-en zijn op sommige momenten vrijgesteld van lesgeven om zich toe te leggen op de uitvoering van het cultuureducatiebe-

leid. Het is de bedoeling dat leerkrachten op termijn de activi- teiten zelf organiseren. De ICC-en blijven wel de contactpersonen voor de culturele instellingen.

Een grote onderlinge betrokkenheid binnen het team is kenmer- kend voor deze school. Dit is merkbaar in de wijze waarop directie, leerkrachten, maar ook de conciërge over het team praten. Antwoord van de conciërge op de vraag wat hij het leukst aan de school vindt: “De kinderen én dat je bij het team hoort. Ik moet na zeventien jaar door het afschaffen van de ID-banen een andere baan zoeken en merk dat het niet op alle scholen zo is. Ik hoor van conciërges die op hun eigen kamertje moeten zitten en niet betrokken worden bij het team.”

Steunfunctie

Een lokale steunfunctie biedt de school ondersteuning bij het cultuurbeleid. De steunfunctie is onderdeel van een regionale onderwijsbegeleidingsdienst. De leerkrachten van de school weten de weg naar deze steunfunctie goed te vinden en hebben daar ook de cursus voor ICC gevolgd. Ook kopen zij op dit moment jaarlijks bij deze steunfunctie cultuureducatief aanbod in.

De school en zijn keuzes

Visie

“Het nieuwe leren is belangrijk”, vertelt de directeur, “maar dan wel op een gestructureerde manier.” De school gaat niet alleen uit van de intrinsieke motivatie van het kind.

Leerkrachten werken op deze school met het overdrachtsmodel en geven directief les. Op een schoolse manier bieden ze leerstof aan

School 6: De methodes

School 6De methodes

Schoolportretten cultuureducatie in het primair onderwijs

die het kind nodig heeft in de maatschappij (‘het oude leren’). De reden hiervoor is dat de achterstandsleerlingen op deze school geen lestijd mogen missen.

Het team begeleidt daarnaast het kind volgens de principes van ‘het nieuwe leren’ door zoveel mogelijk aan te sluiten bij de be- hoeftes en interesses van het kind. De school wil leerlingen op den duur steeds meer ‘contextgebonden’ en ‘concrete’ leersituaties aanbieden. Dit betekent dat het team mensen van buiten in school wil halen en vaker met de leerlingen de school uit wil gaan. In school worden interessante leersituaties georganiseerd. Op deze manier kan de leerling zijn omgeving beleven en eigen interesses ontwikkelen.

Cultuureducatie kan een bijdrage leveren aan dit ‘contextrijk’ onderwijs. “Bij cultuureducatie staat verwondering, beleving en genieten bij het opdoen van ervaringen centraal. Deze ervaringen leveren een bijdrage aan de sociaal-emotionele ontwikkeling, aan algemene vaardigheden zoals presenteren, improviseren en reflec- teren én aan de taalontwikkeling van het kind”, aldus een ICC.

Taalverwerving

Taalverwervende activiteiten hebben op deze school een hoge prioriteit. Veel van de leerlingen hebben een taalachterstand. Er zijn veel verschillende nationaliteiten en er is de groep andersta- ligen met kinderen die nog niet zo lang in Nederland zijn. Er is veel aandacht voor mondelinge vaardigheden. Iedere leerkracht bouwt altijd een reflectiemoment in aan het einde van de les. Dit is merkbaar aan de vanzelfsprekendheid waarmee (bijvoorbeeld de anderstalige) kinderen antwoord geven op vragen die de leer-

kracht stelt. In de klas nemen kinderen de tijd om in hun beste Nederlands hun ervaringen te vertellen. Hiervoor krijgen ze ook de ruimte van hun klasgenoten, die rustig luisteren.

De school hoopt dat het leren in een rijke omgeving een positief effect heeft op taalverwerving.

Werkwijze school

Het team heeft bij het vormgeven van het gehele onderwijs in de school een aanpak met de fases inventariseren, analyseren, vereen- voudigen en teruggeven aan de leerkrachten en/of leerlingen. Zo zijn er bijvoorbeeld drie schoolregels opgesteld die voor leer- krachten, leerlingen en ouders gelden. Deze basisregels zijn ont- staan nadat de ordeafspraken die in alle klassen werden gemaakt eens goed zijn bekeken.

De drie basisregels van de school zijn:

• respectvol met elkaar omgaan

• zuinig zijn op materiaal en omgeving

je aan de afspraken houden en daarvoor verantwoordelijk zijn

Jaarlijks worden in elke klas deze drie basisregels met de leerlingen op hun eigen niveau uitgewerkt en door elke leerling ondertekend. Deze aanpak zorgt voor heldere afspraken waaraan iedereen zich gemakkelijk kan houden. Dit is ook zichtbaar in het gebouw, dat schoon en schadevrij is. De directie geeft aan dat leerlingen en ouders de prettige sfeer die hierdoor ontstaat waarderen. Voor cultuureducatie inventariseert, analyseert en vereenvoudigt de school ook.

Uitwerking in de school

Op dit moment zijn cultuureducatieve activiteiten incidenteel. De leerkracht bepaalt of activiteiten aansluiten bij het lesprogramma. De school koopt aanbod in, vooral via de steunfunctie. Maar er zijn ook activiteiten van andere aanbieders, zoals de Heart Dance Award van de Hartstichting (www.hartvoorschool.nl). Groep 8 doet elk jaar mee en bereidt voor deze danswedstrijd een dans voor. De dans, maar ook de styling en haardracht bepalen de leerlingen zelf. De groepsleerkrachten zijn geen specialisten op het terrein van de dans en geven de leerlingen de ruimte in creativiteit, lestijd en apparatuur om hun talent in te zetten. Leerlingen leren bij dit project veel van elkaar en hebben bovenal erg veel plezier.

De school vindt culturele activiteiten erg belangrijk, vooral met het oog op taalverwerving. De groepen waarin de culturele activi- teiten op dit moment een bijdrage aan taal leveren zijn de kleuter- groepen (via de methode Ik & Ko) en de groep anderstaligen.

Toekomst

De school wil van scenario 1 naar scenario 2. De school wil meer regie over de culturele activiteiten: zelf vragen formuleren vanuit het onder- wijsprogramma in plaats van cultuureducatief aanbod afnemen. In eerst instantie ligt de nadruk op het inventariseren van de moge- lijkheden met cultuureducatie vanuit de wereldoriëntatievakken in de midden- en bovenbouw én met de methode Ik & Ko voor de onderbouw. Hierin hoopt de school een doorgaande lijn te realiseren. Wat betreft de kunstvakken en creatieve vakken is nog niet hele- maal helder hoe culturele activiteiten een plek krijgen. Ook hier wil het team lesstofvervangend en lesstofverrijkend werken. Er is echter

Klas anderstaligen

De sfeer in de klas anderstaligen is er een van opperste concentratie, respect en openheid. De leerlingen reconstrueren onder leiding van de leerkracht de ervaringen tijdens het bezoek aan een boerderij. Doordat de leerkracht haar leerlingen goed kent en vertrouwen geeft, ont- staat een gesprek over de koeien op de boerderij, de producten van de boerderij, maar ook over persoonlijke herinneringen aan de boerderij van familieleden in hun geboorteland.

“Wat wordt er allemaal van koeienmelk ge- maakt?”, vraagt de juf. “Yoghurt en kaas. We mochten ook melk drinken.” “Ik heb van mijn opa leren melken”, vertelt een jongen met een zwaar accent. “Waar woont je opa dan?” “In Joegoslavië.”

“Wie willen er boer of boerin worden?” De Joegoslavische jongen en nog twee andere kinderen steken hun vinger op.

Van alle bijzondere activiteiten met de klas wordt een verslag met foto’s in de schoolkrant gemaakt. “De schoolkrant is vooral dankzij de foto’s erg populair onder de anderstalige leer- lingen en hun ouders”, vertelt de lerares.