• No results found

4 Selectief ingezamelde afvalstoffen

4.2 Fracties in detail

4.2.4 Organisch-biologisch afval

Het organisch-biologisch afval bestaat enerzijds uit het GFT-afval en anderzijds uit het groenafval. Het groenafval wordt ingezameld via verschillende fracties: gemengd tuinafval, snoeihout en boomstronken. Snoeihout en boomstronken worden tezamen geregistreerd. In totaal werd er in 2015 101,49 kg organisch-biologisch afval per inwoner geregistreerd.

De volgende hoeveelheden werden ingezameld:

GFT-afval (39,46 kg/inwoner): Iets meer dan een derde van het organisch-biologisch afval bestaat uit GFT-afval. Het GFT-afval is het groente-, fruit- en tuinafval dat in GFT-regio's (en enkele andere gemeenten op vrijwillige basis) huis-aan-huis wordt ingezameld. Het bestaat uit keukenafval maar ook uit tuinafval;

Gemengd tuinafval (47,09 kg/inwoner): De helft van het organisch-biologisch afval bestaat uit fijn tuinafval, zoals gras, bladeren, etc. Dit wordt meestal ingezameld via het

recyclagepark, maar in een aantal gemeenten wordt er eveneens een huis-aan-huis-inzameling georganiseerd;

Snoeihout en boomstronken (14,94 kg/inwoner): Deze fractie bestaat voornamelijk uit snoeihout en slechts in mindere mate uit boomstronken. In groenregio's wordt deze fractie minstens 4 keer per jaar aan huis ingezameld, elders wordt deze fractie voornamelijk ingezameld via het recyclagepark of op afroep.

Figuur 13: Selectief ingezameld houtafval (kg per inwoner, 2015)

17,05 7,51

niet gevaarlijk houtafval gevaarlijk houtafval

Omwille van de opvallende evolutie die deze fractie heeft meegemaakt sinds het begin van de inzameling, wordt deze evolutie in een grafiek (figuur 15) weergegeven.

Na een sterke toename van de selectieve inzameling van deze fractie in de jaren '90, bereikte deze fractie haar maximaal ingezamelde hoeveelheid in 2002 met 869.846 ton (145,08 kg/inwoner). In 2015 is de hoeveelheid afgenomen tot 657.401 ton (101,49 kg/inwoner). 2015 was een uitzonderlijk droog en warm jaar, wat voor een deel verklaart waarom er minder tuinafval ingezameld werd. Ter vergelijking, ook 2003 was een uitzonderlijk warm en droog jaar en in figuur 15 zien we ook in 2003 een 'dipje' bij de inzameling van GFT en groenafval.

Daarnaast zijn de organisch-biologische afvalfracties steeds vaker betalende fracties zijn geworden. Vaak geldt er een tarifering per kg. Dit heeft ervoor gezorgd dat men meer is

Figuur 14: Selectief ingezameld organisch-biologisch afval (kg per inwoner, 2015)

Figuur 15: Evolutie van het selectief ingezameld organisch-biologisch afval (1991-2015)

47,09

39,46

14,94

gemengd tuinafval GFT

snoeihout en boomstronken

overgeschakeld op thuiscomposteren en andere vormen van kringlooptuinieren. Zelfstandigen voeren door de aangepaste tarieven en toegangscontrole ook minder afval af naar

recyclageparken.

4.2.5 AEEA

AEEA (afgedankte elektrische en elektronische apparaten) is een fractie die reeds sinds het begin van de jaren '90 selectief wordt ingezameld en waarvan sinds 1995 afzonderlijke cijfers per subfractie worden bijgehouden. Bij de inwerkingtreding van de aanvaardingsplicht en de oprichting van Recupel in 2001, is deze fractie spectaculair toegenomen, terwijl de hoeveelheid metaalafval en grofvuil sterk afnam.

De laatste jaren zien we een lichte daling van de ingezamelde hoeveelheid AEEA in Vlaanderen op basis van de totale cijfers van Recupel (zie tabel 8). De cijfers in het Recupel jaarrapport verschillen echter licht met de hoeveelheden die elders in deze publicatie vermeld worden, maar vertonen wel dezelfde trend (zie tabel 8). Dit is te verklaren doordat de hoeveelheid die werd ingezameld via schroothandelaars (met een contract met Recupel) niet ingezameld is in opdracht van de gemeenten en hier niet meegeteld wordt. Enkel wat ingezameld is door (of in opdracht van) gemeenten en door kringloopcentra is opgenomen in deze publicatie. De lichte daling heeft voornamelijk te maken met het lichter worden van de toestellen.

De onderstaande cijfers bevatten ook niet het AEEA dat via de kringloopwinkels opnieuw werd verkocht. Dit maakt deel uit van de fractie herbruikbare goederen (zie 4.1.3 Kringloopgoederen).

Het AEEA dat door de kringloopcentra werd ingezameld maar niet werd verkocht, werd gerecycleerd en maakt wel deel uit van deze fractie.

Het AEEA bestaat uit koel- en vriestoestellen (1,65 kg/inwoner), televisies en monitoren (1,51 kg/inwoner), groot witgoed (2,29 kg/inwoner), overige AEEA (3,30 kg/inwoner),

gasontladingslampen (0,16 kg/inwoner) en rookdetectoren (0,0007 kg per inwoner). In totaal werd 8,91 kg AEEA ingezameld in 2015. Daarvan behoort 0,16 kg per inwoner eveneens tot het KGA (gasontladingslampen en rookdetectoren).

Figuur 16: Selectief ingezameld AEEA (kg per inwoner, 2015)

3,3

Jaar Hoeveelheid ingezameld in Vlaanderen (ton)

Hoeveelheid ingezameld in Vlaanderen (kg/inwoner)

2005 45.221 7,48

2006 49.894 8,21

2007 54.370 8,89

2008 58.639 9,52

2009 65.760 10,59

2010 67.754 10,84

2011 74.304 11,78

2012 75.026 11,81

2013 74.496 11,67

2014 73.694 11,50

2015 71.446 11,09

Tabel 8: Overzicht van selectief ingezameld huishoudelijk AEEA in het Vlaamse Gewest door gemeenten en andere voor de periode 2005-2015 (Bron: Recupel)

4.2.6 PMD

PMD bestaat uit Plastic flessen en flacons, Metalen verpakkingen en Drankkartons. Deze fractie wordt sinds het begin van de jaren '90 selectief ingezameld in een aantal gemeenten en sinds enkele jaren wordt deze fractie in alle Vlaamse gemeenten selectief ingezameld.

Het PMD bedraagt in totaal 14,41 kg/inwoner en bestaat uit:

Plastic flessen en flacons (6,15 kg/inwoner of gemiddeld 43% van het totaal gewicht): Enkel de plastic flessen en flacons horen thuis bij het PMD. Overige plastic verpakkingen worden in een aantal gemeenten selectief ingezameld via het gemengd kunststofafval of bij de harde kunststoffen.

Metalen verpakkingen (4,00 kg/inwoner of 28%): Dit zijn zowel drankblikjes als conservenblikken, aluminium schaaltjes, metalen deksels, dozen en bussen, metalen spuitbussen van voeding en cosmeticaproducten en kroonkurken.

Drankkartons (1,60 kg/inwoner of 11%): Drankkartons zijn verpakkingen die uit meerdere lagen bestaan: karton, aluminium en kunststof.

In het ingezamelde PMD-afval bevindt zich ook een deel sorteerresidu. In 2015 bedroeg dit 2,09 kg/inwoner (of 15%). Daarnaast worden ook de lege PMD-zakken afzonderlijk

gewogen. Hun gewicht bedroeg 0,32 kg/inwoner (of 2% van het totaal gewicht).

4.3 Financiering

4.3.1 Producentenverantwoordelijkheid

De producentenverantwoordelijkheid en het principe "de vervuiler betaalt" zijn twee belangrijke instrumenten in het huishoudelijke afvalstoffenbeleid. Samen met een mix van andere

instrumenten (waaronder preventie) zorgen ze ervoor dat de selectieve inzameling in het Vlaamse Gewest op peil blijft en er meer afvalstoffen gerecycleerd worden. Steeds meer industriële sectoren worden verantwoordelijk gesteld voor de producten die ze op de markt brengen, eens deze zich in de afvalfase bevinden. Naast een terugnameplicht voor

verpakkingsafval is er in 2015 ook een producentenverantwoordelijkheid voor afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA), gebruikte frituuroliën en -vetten, afvalolie, batterijen, loodstartbatterijen, afgedankte voertuigen, afvalbanden, oude en vervallen geneesmiddelen.

Waar vroeger (vóór de invoering van de producentenverantwoordelijkheid) de inzameling en de verwerking van de meeste van deze huishoudelijke afvalstoffen ten laste vielen van de

gemeenten, kunnen de betrokken industriële sectoren nu financieel verantwoordelijk gesteld worden. Via het beleidsinstrument aanvaardingsplicht dragen de producenten alle kosten voor het beheer van deze afvalstoffen. Dit betekent dat ze bij de verkoop van de producten aan de consumenten een recyclagebijdrage vragen. Deze varieert per product. Hierdoor betalen alleen de consumenten in plaats van de totale gemeenschap.

Met de recyclagebijdragen vergoeden de industriële sectoren dan de kosten voor inzameling en verwerking van de afvalstoffen aan de lokale besturen en aan derden die bij het beheer ervan betrokken zijn. Door deze financiële verantwoordelijkheid wenst het Vlaamse Gewest ervoor te zorgen dat er beter recycleerbare producten op de markt komen en waar mogelijk afvalpreventie wordt toegepast door deze sectoren.

Figuur 17: Selectief ingezameld PMD (kg per inwoner, 2015)

5,99

3,8 1,56

2,09

0,32

kunststof verpakkingen (P) metalen verpakkingen (M) drankkartons (D)

sorteerresidu PMD-zakken

Verpakkingsafval

Als voorbeeld wordt een overzicht van de Groene Punt-bijdragen9 aan Fost Plus voor

verpakkingsafvalstoffen in 2014 en 2015 weergegeven in tabel 9 en enkele recyclagebijdragen aan Recupel voor AEEA in tabel 10.

Afvalstof/product 2014 (euro/kg) 2015 (euro/kg)

Glas 0,0227 0,0241

Papier en karton 0,0167 0,0139

Staal 0,0467 0,0524

Aluminium 0,0371 0,0317

PET en HDPE 0,1064 0,1111

Drankkartons 0,2255 0,2327

Andere valoriseerbare verpakkingen 0,2593 0,2677

Andere niet-valoriseerbare verpakkingen 0,4084 0,2944

Tabel 9: Overzicht van de Groene Punt-bijdragen (excl. BTW) aan Fost Plus voor de periode 2014-2015

AEEA

Voor AEEA worden enkele voorbeelden in tabel 10 weergegeven. Het zijn de bijdragen die betaald worden bij aankoop van een apparaat. De bedragen zijn inclusief BTW. Met deze recyclagebijdragen betaalt Recupel de inzameling en recyclage van AEEA.

Apparaat Recyclagebijdrage

Strijkijzer, mixer, scheerapparaat, … 0,05

Tabel 10: Overzicht van de recyclagebijdrage voor een aantal elektrische en elektronische apparaten

Batterijen

Voor batterijen wordt door BEBAT 0,075 euro (excl. BTW) per batterij gevraagd.