5. Ontwikkeling Koerdische media tot STERK-‐‑TV
5.2 Ontstaan Koerdische Media
5.3.2 Ontwikkeling MED-‐‑TV
Gepaard met de ontwikkeling van dit long distance nationalism van de Koerden ging ook de ontwikkeling van de Koerdische journalistiek. Met als summum het ontstaan van de Koerdische satelliettelevisie zenders. In 1995 werd MED-‐‑TV opgericht, het eerste Koerdisch diaspora tv-‐‑station. Hikmet Tabak was een van de oprichters van het eerste uur van MED-‐‑TV, hij staat tevens model voor de Koerdische politieke vluchtelingen die in
de jaren 80 en 90 naar West-‐‑Europa kwamen. Hij ontvluchte zijn woonplaats in Turks Koerdistan na elf jaar te hebben vastgezeten als politiek gevangene, en begon eenmaal deel van de diaspora hier, deze zelfde diaspora in contact te brengen met politiek maar vooral cultuur nationalisme (Ryan, 1997). Voor advies aangaande de oprichting van de zender klopte de eerste groep journalisten en producenten van MED-‐‑TV aan bij British Telecom. En de uiteindelijke naam werd een afkorting van het woord Medes, het volk waar de Koerden van af stammen, en die wel hun eigen staat bezaten. Het doel van de zender was om naar eigen woorden; het verdwijnen van de Koerdische cultuur en samenleving een halt toe te roepen. "[T]o develop Kurdish culture and language, and to provide communication for the Kurds" (Ryan, 1997. P:1)
De eerste structuur zat als volgt in elkaar. “Roj NV was set up to make the actual programs, with MED Broadcasting remaining as the parent company. A contract was signed with France Telecom for one year on the Eutelsat satellite. Although its production facilities are in Belgium, the station was licensed in London (where it has its corporate headquarters), which means that it is regulated by the Independent Television Commission (ITC). The ITC requires strict standards of impartiality and precludes control of a station by any political body. MED-‐‑TV's staff repeatedly trumpet the clean bill of health the ITC has given the station.” (Ryan, 1997. P:2)
In mei 1995 begon MED-‐‑TV met drie uur per dag te zenden, en breidde haar programmering al gauw uit. Er werd nieuws, documentaires, series, films, discussieprogramma’s, muziek en live nieuwsgesprekken uitgezonden, allemaal met de Koerdische kijker als doelgroep. In die jaren benadrukte MED-‐‑TV zelf ook met klem haar internationale karakter: “Whilst MED-‐‑tv is based in central Londen, the vast majority of production work is undertaken in Europe: its main production center is in Belgium with studios in Moscow and Stockholm” (MED-‐‑tv 1996). Dit beeld van een internationale of beter verwoord transnationale gemeenschap wordt ook door Hassanpour (1995) bevestigd, MED-‐‑TV is volgens hem het eerste geval waar een volk zonder staat, toegang heeft tot transnationale televisie. MED-‐‑TV heeft veel meer aandacht gekregen dan STERK-‐‑TV ooit, omdat hetgeen wat er gebeurde nieuw was, niet langer kon de staat zoals met kabeltelevisie het geval is censureren in het tv-‐‑aanbod. Door de ontwikkelingen op gebied van satelliet tv was het nu voor het eerst mogelijk ongecensureerde tv te kijken in landen waar dit niet was toegestaan. De enige voorwaarde is dat de financiële middelen van de ontvanger toereikend genoeg zijn om een satelliet schotel aan te schaffen.
Door MED-‐‑TV werd nu voor het eerst Koerdische televisie de Turkse natiestaat ingestraald, dit werd door de Turkse staat als zeer problematisch beschouwd aangezien zij nog steeds heftig assimilatie beleid voerde. De Turkse regering reageerde dan ook direct op deze “schending” van de soevereiniteit van de landsgrenzen. Uit Kanie (1995) vallen de volgende eerste reacties van de Turkse staat te ontwaren: “De Turkse staat deponeerde al voor de eerste uitzending een officiële aanklacht en waarschuwing bij de Britse regering, waarin de minister van buitenlandse zaken Erdal Inonu de Britse regering vroeg om “necessary measures against it ” te ondernemen (Hürriyt, 26 april 1995). “In addition to complaining to the foreign office, Turkish embassy officials in London have written to the Independent Television Commission to express concern” (The Daily Telegraph, 23 mei 1995). Uitzending in het Koerdisch is in Turkije verboden, daarom werd deze Koerdische manoeuvre vanuit Europa door Turkije als een schending van de Turkse wet beschouwd. Volgens Turkije gaat uitzending in het Koerdisch vanuit Europa “against the European conventions on television and human rights, because it stirs up racial hatred and is against the territorial integrity of Turkey” (Reuters wire report, 15 mei 1995).” Dit was de internationale reactie van de Turkse staat, in Turkije zelf werd de kwestie minder diplomatiek behandeld. Satelliet schotels werden op grote schaal vernietigd door de staat, mensen die in cafés naar MED-‐‑TV keken werden opgepakt en in Europa probeerde de Turkse staat via haar Turkse diaspora de staten waarin zij woonden te beïnvloeden. Door aangifte te doen tegen de uitzendingen van MED-‐‑TV. Hassanpour (1997) verhaald van soortgelijke activiteiten van de Turkse staat in een poging MED-‐‑TV het zwijgen op te leggen. Daarnaast werden in Turkije grote installaties opgetrokken om de satellietsignalen te verstoren en te voorkomen dat mensen deze konden ontvangen.
Interessant is dat Kanie (1995) en Hassanpour (1997) beiden enthousiast over de
weerbaarheid van MED-‐‑tv en de vergeefse acties van de Turkse staat. Beiden schrijven hun positieve houding toe aan het feit dat MED-‐‑TV een onderdeel van de globaliseringstrend is en, en dus buiten het directe gezag van de natiestaat valt, waar zij niet lijflijk aanwezig is. Toch bleek tot op zekere hoogte het vermoeden van Kanie en Hassanpour geen waarheid te worden. De Turkse staat slaagde er toch in MED-‐‑TV in haar originele vorm uit de lucht te halen doormiddel van diplomatische druk en gebruik van de Engelse wetgeving.
De regelgeving aangaande de eerdergenoemde ITC is hier cruciaal in geweest. Deze stelt strikte standaarden wat betreft politieke onpartijdigheid van zenders en
verbied de controle van een zender door een politiek lichaam. Op 23 april 1999 bleek dit een probleem te worden. 4 jaar na het openen en floreren van de zender werd zij in de ban gedaan door de ITC (Merrifield, 2005).