• No results found

Hoofdstuk 6 Aanbevelingen

6.2 Onderwijsbreed

Basisscholen lijken nog teveel te verschillen in hun aanbod van Engelse les, zowel in de hoeveelheid als de kwaliteit en dit maakt het onoverzichtelijk voor de middelbare school. Dit

36 zorgt voor moeilijkheden in het (willen) convergeren van de leerlingen hun niveaus in Engels. Het zou interessant zijn om binnen een grotere groep, bijvoorbeeld alle 1vwo-leerlingen of alle eerstejaarsleerlingen, onderscheid te maken tussen de basisscholen en te kijken of er in de praktijk grote verschillen bestaan in de Engelse niveaus van de leerlingen. Zo zouden er gerichte gesprekken kunnen plaatsvinden tussen specifieke basisscholen en middelbare scholen, aangezien er in dit onderzoek is gebleken dat de kwaliteit van Engels op de basisschool invloed kan hebben op de prestaties van leerlingen.

In dit onderzoek is naar voren gekomen dat buitenschools taalcontact een grote invloed heeft op de (Engelse) taalverwerving van leerlingen. Op basisscholen zouden de leerlingen alvast op een simpele manier met algemeen Engels in aanraking kunnen komen, bijvoorbeeld door video- en luistermateriaal en door het oefenen van de spreek- en schrijfvaardigheid. Dit in plaats van enkel te richten op woordenschat waarmee leerlingen zich niet echt gemotiveerd voelen voor het vak. De basisscholen zouden naast het reguliere huis-/leerwerk de leerlingen kunnen stimuleren om Engelse programma’s te kijken of boekjes te lezen die samengaan met hun interesses. Zo krijgen de leerlingen wellicht meer het idee dat zij de taal ook onbewust op een leuke manier kunnen leren, in plaats van alleen woorden te moeten leren. Dit kan

vervolgens worden doorgevoerd op de middelbare scholen: leerlingen blijven stimuleren om in hun vrije tijd Engelstalige media te proberen in plaats van wat zij in het Nederlands kijken, lezen of luisteren.

Een groot deel van de deelnemers geven expliciet aan dat Engelse grammatica het grootste gemis op de basisschool is geweest ten opzicht van 1vwo. Alle geïnterviewde leerlingen zeggen dat zij grammatica het moeilijkste onderdeel in 1vwo vinden en daardoor ook moeilijk vooruitkomen in schrijf- en spreekvaardigheid omdat zij zich onzeker voelen in zinsopbouw. Basisscholen hoeven dus niet per se al vanaf groep 1 te beginnen met Engels, maar op het moment dát zij beginnen met het geven van Engelse les, zou het wel goed zijn als grammatica al wordt meegenomen, uiteraard op een behapbare manier en vanaf de basis.

Al het bovengenoemde kan er vervolgens voor zorgen dat de self-efficacy in Engels van leerlingen hoger is vanaf het begin van de middelbare school of hoger wordt terwijl zij in het eerste jaar zitten. Met basis van grammatica en vaardigheden op de basisschool zullen

37 meer blootstelling aan Engels te hebben op een interesserende manier zullen ze hun eigen taalverwerving verbeteren en daarmee hun self-efficacy een aardige zet geven.

38

Literatuurlijst

Ashcroft, R.J., Garner, J. & Hadingham, O. (2018). Incidental Vocabulary Learning Through Watching Movies. Australian Journal of Applied Linguistics.

Baltova, I. (1999). Multisensory language teaching in a multidimensional curriculum: The use of authentic bimodal video in core French. Canadian Modern Language Review,

56(1), 31-48.

Bandura, A. (1994). Self-efficacy. In V. S. Ramachaudran (Ed.), Encyclopedia of

human behavior (Vol. 4, pp. 71-81). New York: Academic Press. (Reprinted in H.

Friedman [Ed.], Encyclopedia of mental health. San Diego: Academic Press, 1998). Bandura, A. (1977). Self-efficacy: Toward a unifying theory of behavioural change.

Psychological Review, 84, 191-215.

Berns, M., de Bot, K., & Hasenbrink, U. (2006). English, media and youth in Europe. New York: Kluwer.

Bouffard-Bouchard, T. (1991). Influence of Self-Efficacy on Self-Regulation and Performance among Junior and Senior High-School Age Students. International

Journal of Behavioral Development 14: 153. Universite du Quebec a Montreal.

Brown. I., Jr. & Inouye, D.K. (1978). Learned helplessness through modelling: The role of perceived similarity in competence. Journal of Personality and Social Psychology, 36, 900-908.

Collins, J.L. (1984). Self-efficacy and ability in achievement behaviour. Unpublished doctoral dissertation. Stanford University.

Dizon, G. (2019). Netflix and L2 learning: A case study. The EUROCALL Review, Volume

26, No. 2.

Domínguez, R.& Pessoa, S. (2005). Early versus late start in foreign language education: Documenting achievements. Foreign Language Annals 38(4): 473–480.

Enthoven, M. & Oostdam, R. (2014). De functie en zin van praktijkgericht onderzoek door

studenten van educatieve hbo-opleidingen. Kenniscentrum Onderwijs en Opvoeding

Hogeschool van Amsterdam, p. 53)

Fasoglio, D., Jong, K. de, Trimbos, B., Tuin, D. & Beeker, A. (2015). Taalprofielen 2015.

Herziene versie van Taalprofielen 2004. Enschede: SLO.

Genesee, F. (2014). Is early second language learning really better? Evidence from research on students in CLIL programs. Babylonia, 14(1), 26-30.

39 Gidding, M. (2011). Vroeg Engels in het basisonderwijs: Een onderzoek naar de opbrengst

van Engels vanaf groep 1. Universiteit Utrecht.

Goorhuis-Brouwer, S. & Bot, K. de (2005). Heeft vroeg vreemde-talenondewijs een negatief effect op de Nederlandse taalontwikkeling van kinderen? Levende Talen 6(3): 3-7. Graaff, R. de. (2015). Vroeg of laat Engels in het basisonderwijs: Wat levert het op? Levende

Talen tijdschrift, 16: 2, 3-15.

Guichon, N. & McLornan, S. (2008). The effects of multimodality on L2 learners: Implications for CALL resource design. System, 36(1), 85-93.

King, J. (2002). Using DVD feature films in the EFL classroom. Computer Assisted

Language Learning, 15(5), 509-523.

Lindgren, E., & Muñoz, C. (2013). The influence of exposure, parents, and linguistic distance on young European learners’ foreign language comprehension. International Journal

of Multilingualism, 10(1). 105-129.

Naber, R., & Lowie, W. (2012). Hoe vroeger, hoe beter? Een onderzoek naar de effectiviteit van vroeg vreemdetalenonderwijs. Levende Talen Tijdschrift, 13(4), 13-21.

Oller, J.W. & Nagato, N. (1974). The long-term effect of FLES: An experiment. Modern

Language Journal 58(1/2): 15–19.

Qiang, N., Hai, T. & Wolff, M. (2007). China EFL: Teaching with movies. English Today,

23(2), 39-46.

Schunk. D.H. (1989). Self-efficacy and cognitive achievement: Implications for students with learning problems. Journal of Learning Disabilities, 22, 14-22.

Swet, J. Van & Munneke, J. (2017). Praktijkgericht onderzoeken in het onderwijs. Boom uitgevers Amsterdam.

Thijs, A., Tuin, D., & Trimbos, B. (2011). Engels in het basisonderwijs: verkenning van de

stand van zaken. Enschede: SLO.

Vanderplank, R. (1990). Paying attention to the words: Practical and theoretical problems in watching television programmes with uni-lingual (CEEFAX) sub-titles. System, 18(2), 221-234.

Vanderplank, R. (2016). Captioned media in foreign language learning and teaching:

Subtitles for the deaf and hard-of-hearing as tools for language learning. London,

England: Palgrave MacMillan.

Verspoor, M., Bot, K. de & Heiden van der. (2007). Engels in het voortgezet onderwijs, de rol van buitenschools taalcontact. Levende Talen tijdschrift, 8: 3, 3-11. Verspoor, M., Bot, K. de & Rein, E. van. (2010). Binnen- en buitenschools taalcontact

40 en het leren van Engels. Levende Talen tijdschrift, 11: 4, 14-33.

Wang, C. (2004). Self-regulated learning strategies and self-efficacy beliefs of children

41