• No results found

5. Mogelijke oplossingen

5.3. Nationale mogelijke oplossingen

Op 11 oktober 2018 heeft er op initiatief van de Europese Commissie een conferentie in Brussel plaatsgevonden, waar zowel alle kansen als knelpunten van de deeleconomie ter discussie werden gesteld.142 Een door de Europese Commissie aangestelde groep deskundigen kwam met de conclusie dat een speciaal belastingstelsel voor de digitale economie niet als een goed idee wordt gezien. Voor de naleving van de belastingwetgeving wordt het zinvoller geacht om geldende voorschriften en fiscale modellen aan de nieuwe context aan te passen, gebruikmakend van de ruime traceerbaarheid van de transacties die plaatsvinden op de platforms van de deeleconomie.143 Door alle mogelijke en verschillende uitkomsten is de

uitvoerbaarheid lastig en komt met het huidige systeem het gelijkheidsbeginsel mogelijk in gevaar. Gelijke gevallen horen gelijk te worden behandeld, maar door het grijze gebied is die garantie er nu niet.

Om zoveel mogelijk bij het huidige systeem van inkomstenbelastingheffing te kunnen blijven, lijkt een wetswijziging ten aanzien van de eigenwoningregeling voor de hand liggend. Nu is het mogelijk om onbelast verhuurinkomsten te genieten uit tijdelijke verhuur van een deel van de eigen woning. Hier zit dus een heffingslek. Twee uitwerkingen zijn mogelijk. Wijziging van artikel 3.113 Wet IB 2001, waarbij tekstueel meer aansluiting wordt gezocht bij hetgeen de wetgever voor ogen heeft, of het invoeren van een nieuw wetsartikel, waardoor ook bij verhuur van een gedeelte van de eigen woning, de inkomsten belast worden. De Staatssecretaris van Financiën heeft immers aangegeven dat idealiter deze inkomsten ook in de heffing worden betrokken, doch dat hier op korte termijn geen maatregelen voor getroffen zullen worden.

Een tweede oplossing zou mijns inziens zijn om een voorbeeld te nemen aan Estland. Namelijk door het opstellen van een overeenkomst tussen de Belastingdienst en Airbnb. Ik ben van mening dat Airbnb op een enigszins sluikse manier heeft gepoogd de dans te ontspringen. Door het recentelijk publiceren van de informatievoorziening op de website inzake het geldende belastingregime144, heeft de organisatie zich mijns inziens voor de publieke opinie als

142 Conferentie Europese Commissie, 2018

143 OECD 2018, p. 199

welwillende marktpartij geprobeerd te profileren. Echter, uit het onderzoek blijkt voldoende dat Airbnb vanaf meet af aan niet zo happig is geweest op het uitwisselen van gegevens met belastingautoriteiten. Bereidheid van beide partijen zal nodig zijn voor het kunnen realiseren van een dergelijke overeenkomst. De Europese Commissie beveelt naar mijn mening dan ook terecht een proactieve samenwerking tussen deze twee partijen aan, waarbij echter gediscussieerd kan worden over hoe informatie uitgewisseld kan worden, waarbij privacy ook wordt gewaarborgd.145 Ik meen dat de uitvoerbaarheid van een dergelijke oplossing vrij hoog is, maar tegelijkertijd de bereidwilligheid van beiden kanten miniem. Omdat voor een dergelijke overeenkomst geen wetswijziging nodig is, brengt dit voor beide partijen weinig administratieve rompslomp met zich mee. De welwillendheid van participanten zal toenemen, evenals de bewustheid. Echter zal medewerking van Airbnb nodig zijn.

Een derde oplossing is een wijziging in de huidige Wet IB 2001 en is een meer allesomvattende oplossing. Hierbij zou een voorbeeld moeten worden genomen aan bijvoorbeeld België en Italië, waar ze dergelijke stappen al hebben ondernomen. Deze mogelijke oplossing omvat twee aspecten. Enerzijds de omvang van het belastbare inkomen en anderzijds de wijze van heffen. Allereerst het belastbare inkomen uit verhuur van de (eigen) woning via Airbnb. De fiscale maatregel kan mijns inziens in de huidige fiscale wetgeving geïnitieerd worden als extra inkomensbron in box 1, waarop een fiscaal gunstig tarief kan worden toegepast. Hiermee blijft een stimulans van economische groei in stand, maar wordt tegelijkertijd meer duidelijkheid gecreëerd. Ik ben van mening dat er wel een maximumgrens gesteld moet worden aan de inkomsten uit participatie aan de deeleconomie, om zo een brug te slaan tussen het ondernemerschap en het normale vermogensbeheer. Vanwege het consumptieve karakter van de deeleconomie, vind ik een maximumgrens van € 10.000 zoals Italië hanteert vrij fors. Mij lijkt het reëel om voor het stellen van een maximumgrens aansluiting te zoeken bij de hoogte van de zelfstandigenaftrek voor de ondernemer, deze is in 2019 € 7.280.146 Binnen deze grens, zou een effectief tarief van 10% passend zijn. Vanuit de wens voor eenvoud en beperkte administratieve rompslomp, zou ik aansluiting bij de Belgische regeling aanbevelen. Ofwel, inkomsten belasten tegen 20% met een forfaitaire kostenaftrek van 50%. Bij overschrijding van het grensbedrag, kwalificeert de particulier verhuurder als ondernemer. Mijn advies daarbij is echter geen splitsing te maken tussen het deel aan inkomen wat toekomt aan verhuur en het deel wat toekomt aan ‘extra diensten’, zoals België dat wel doet. Er valt voor die regeling wel wat

145 OECD 2018, p. 199

te zeggen, maar sluit in mijn ogen onvoldoende aan bij de visie ‘eenvoud en beperken administratieve rompslomp’.

Dan komt nog de wijze van heffen. Een systeem waarbij het deelplatform als inhoudingsplichtige fungeert en een voorheffing van inkomstenbelasting faciliteert, biedt mijn inziens uitkomst. Transparantie wordt hiermee naar een gewenst niveau gebracht en door inhouding via het platform, heeft de fiscus meer heffingszekerheid. Participanten van de deeleconomie kunnen op gelijke wijze worden belast en de vereenvoudiging in de wet- en regelgeving levert naast zekerheid voor de particulier ook welwillendheid.

Een dergelijke wetswijziging zal echter gepaard gaan met de nodige kosten en het zal en tijdrovende aangelegenheid zijn. Echter, wetende dat de huidige economische ontwikkelingen geen tijdelijke ‘hype’ is, maar een innoverende en expanderende ontwikkeling, meen ik dat een investering in een goed werkend rechtsmechanisme essentieel is. Deze oplossing biedt ook op langere termijn de meeste handvatten en is meer permanent.

Mijn aanbeveling is derhalve oplossing te zoeken in de derde aangedragen mogelijkheid. Dat het de nodige investeringen zal vergen, ontken ik niet, maar ik ben er van overtuigd dat op lange termijn deze oplossing het meeste recht zal doen aan de visie:

6. Conclusie

6.1. Probleemstelling

In dit hoofdstuk sluit ik af met een antwoord op de vraag die centraal stond dit onderzoek.

‘’ Is de huidige fiscale wet- en regelgeving optimaal om effectief belasting te kunnen heffen

over inkomsten uit verhuur van onroerend goed via deelplatforms, of dwingen de economische ontwikkelingen tot aanpassingen? Zo nee, waar zitten de knelpunten en wat zijn mogelijke oplossingen? ‘’

6.2. Conclusie

Het fenomeen van de 21ste eeuw, waarbij huren, ruilen, delen en uitlenen van onbenutte goederen kenmerkend is. Beter bekend onder de grote noemer ‘deeleconomie’. Deze manier van collaboratief consumeren vereist geen eigendomsverschaffing meer. Inmiddels kent de deeleconomie al een heel scala aan activiteiten, maar de gemene deler is het faciliteren via een digitaal platform. Airbnb is een digitaal platform waar particulieren hun woning ter verhuur kunnen aanbieden.

In hoofdstuk 2 is getracht in kaart te brengen wat nu de fiscale positie van de particulier verhuurder is onder toepassing van de huidige fiscale wet- en regelgeving. Na een zorgvuldige analyse van de huidige wet, kwam naar voren dat het bepalen van die fiscale positie nog niet zo eenvoudig is. De huidige wet- en regelgeving lijkt het razende tempo waarop de economie zich ontwikkeld niet te kunnen bijbenen. Dit hoofdstuk vloeide daarom al snel over in hoofdstuk 3, waar de knelpunten werden onderzocht. Het ‘achterlopen’ van de huidige wetgeving heeft tot gevolg dat verhuurinkomsten op verschillende manieren te kwalificeren zijn, wat het onnodig moeilijk maakt voor zowel particulieren als de Belastingdienst. De verschillen in fiscale behandeling en toepassing van verschillende tarieven maakt de huidige wet- en regelgeving ongeschikt om effectief te heffen over de inkomsten uit particulier verhuur. Dit geldt ook voor andere inkomsten uit de deeleconomie. De particulier ziet in het huidige belastingstelsel door de bomen het bos niet meer. Dat dwingt tot veranderingen in de fiscale wetgeving.

Het aandragen van mogelijke oplossingen is essentieel om het constateren van een probleem om te kunnen zetten in een praktijkgericht plan van aanpak. Een rechtsvergelijking met andere landen is essentieel om een volwaardig pallet van mogelijkheden te kunnen bewerkstellingen. De volgende oplossingen zijn aangedragen.

Een mogelijke oplossing is een wijziging of aanvulling in de huidige eigenwoningregeling uit de Wet IB 2001. Hierdoor zouden alle inkomsten uit een kwalificerende eigen woning worden belast. Non-belasting wordt voorkomen en het huidige heffingslek wordt gedicht. De uitvoerbaarheid van een dergelijke maatregel is groot, echter biedt het nog weinig houvast ten aanzien van alle ‘wazige’ grenzen tussen kwalificaties.

Een andere oplossing zou zijn het sluiten van een overeenkomst door de Belastingdienst en Airbnb. Hierbij zou het de initiatieven van Estland volgen. Deze oplossing ligt in het verlengde van de aanbeveling tot een proactieve samenwerking tussen beide partijen van de Europese Commissie. Bereidheid van beide partijen is echter vereist. Omdat voor deze aanpak geen wetswijziging nodig is, kan de oplossing zonder al te veel administratieve rompslomp uitgevoerd worden. De welwillendheid en bewustheid van belastingplichtigen zal toenemen.

Een derde oplossing is het invoeren van een nieuwe regeling in de huidige Wet IB 2001 waarbij alle inkomsten uit de deeleconomie op gelijke wijze worden belast. Mijns inziens is deze het meest in lijn met de algemene beginselen als gelijkheid en rechtszekerheid, maar sluit deze ook het best aan op het draagkrachtbeginsel. Op inkomsten uit de deeleconomie wordt een gunstig tarief toegepast, zodat de stimulans tot economische groei onaangetast blijft. Het bedrag waarover dit gunstige tarief van toepassing is, wordt gemaximeerd. Daarbij zal de belasting via een systeem van voorheffing worden afgedragen. De platforms zullen fungeren als (verplichte) inhoudingsplichtige. Een dergelijke wettelijke oplossing is tijdrovend en neemt de nodige uitvoeringskosten met zich mee. Echter, het biedt de fiscus heffingszekerheid en lagere administratieve lasten, terwijl het de particulier zekerheid biedt, en minimale inspanning kost. Naar mijn mening biedt deze oplossing ook op langere termijn de meeste handvatten en een meer permanente oplossing is wenselijk.

Niettemin blijft het meest wenselijk een op EU-niveau geharmoniseerde wetgeving, welke passend zou zijn bij het grensoverschrijdende karakter van de deeleconomie.

7.

Bibliografie

Jurisprudentie Rechtbank

Rechtbank ’s-Gravenhage, 30 juni 2016, nr. SGR 15/9565

Rechtbank Noord-Holland, 30 mei 2018, ECLI:NL:RBNHO:2018:4343

Hof van Justitie

Hof Arnhem, 27 juni 1983, nr. 645/1982, BNB 1985/9

Hof Arnhem, 22 augustus 1997, ECLI:NL:GHARN:1997:AA1196 Hof Amsterdam, 16 januari 1998

Hof Arnhem, 9 augustus 2006, nr. 04/0249, V-N 2006/58.1.5 Hof Arnhem, 15 april 2009, ECLI:NL:GHARN:2009:BI3295

Hof ’s-Gravenhage, 8 december 2009, BK-09/00033, NTFR 2010/1193 Hof Leeuwarden, 29 januari 2010, nr. 09/000333, V-N 2010/28.13 Hof Arnhem, 30 maart 2010, V-N 2010/25.10

Hof Arnhem-Leeuwarden, 5 november 2013, ECLI:NL:GHARL:2013:8439 Hof ’s-Gravenhage, 20 december 2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:5083

Hof Arnhem – Leeuwarden, 16 december 2014, nr. 13/00869, NTFR 2015/627

Hoge Raad

Hoge Raad, 23 oktober 1923, B. 3307 Hoge Raad, 26 november 1930, B. 4857 Hoge Raad, 25 januari 1933, B. 5365 Hoge Raad, 21 juni 1946, B. 8137

Hoge Raad, 5 september 1956, nr. 12 859 Hoge Raad, 1 juli 1964, 15 231 BNB 1964/259 Hoge Raad, 29 mei 1974, nr. 17 346, BNB 1974/177 Hoge Raad, 28 april 1976, nr. 17 853, BNB 1976/152 Hoge Raad, 7 oktober 1981, nr. 20 733, BNB 1981/299 Hoge Raad, 9 september 1987, BNB 1987/298

Hoge Raad, 25 januari 1993, B. 5365

Hoge Raad, 17 augustus 1994, BNB 1994/319 Hoge Raad, 29 mei 1996, nr. 30 950, BNB 1996/232 Hoge Raad, 30 september 1998, nr. 33 707, BNB 1999/17 Hoge Raad, 25 oktober 2000, BNB 2001/9

Hoge Raad, 6 juni 2001, nr. 36 216, BNB 2001/346 Hoge Raad, 1 februari 2002, LJN AD8763

Hoge Raad, 3 mei 2002, nr. 36 984, BNB 2002/219 Hoge Raad, 14 juli 2006, nr. 42 125 BNB 2006/321 Hoge Raad, 8 juni 2007, nr. 42044, BNB 2007/246 Hoge Raad, 15 juni 2007, ECLI:NL:HR:2007:BA7182 Hoge Raad, 12 september 2008, nr. 43 401 BNB 2009/34 Hoge Raad, 23 april 2010, nr. 08/04843, BNB 2010/244 Hoge Raad, 24 juni 2011, nr 10/01299, BNB 2011/246 Hoge Raad, 16 maart 2012, BNB 2012/166

Hoge Raad, 11 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:899 Hoge Raad, 3 april 2015, BNB 2015?174-175

Hof van Justitie van de Europese Unie

Parlementaire geschiedenis Kamerstukken II 1998-1999, 26 727, nr. 3 (MvT) Kamerstukken II 2008-2009, 31 930, nr. 3 Kamerstukken II 2014-2015, 32 642, nr. 5 Kamerstukken II 2014-2015, 33 009, nr. 10 Kamerstukken II 2014-2015, 34 003, nr. 3 Kamerstukken II, 2015-2016, 1875/1 Kamerstukken II 2015-2016, 21 501-30, nr. 382 Kamerstukken II 2015-2016, 22 112, nr. 2172 Kamerstukken II 2015-2016, 33 009, 12

Kamerstukken II 2016-2017, 34 553, nr. 4 (AARvS en nader rapport). Kamerstukken II 2017-2018, 34 785, nr. 57

Kamerstukken II 2017-2018, (Kamervragen)

Kamerstukken II 2017-2018, 3025 (Antwoord Kamervragen)

Besluit Staatssecretaris, 2002

Besluit Staatssecretaris van Financiën van 2 september 2002, nr. CPP2002/2127M.

Besluit Staatssecretaris, 2009

Besluit Staatssecretaris van Financiën van 24 november 2009, nr. CPP2009/2342M.

COM(2016)

Een Europese agenda voor de deeleconomie (SWD, 2016, 184 final), Brussel 2 juni 2016, COM

(2016) 356 final.

COM(2017)

Een eerlijk en efficiënt belastingstelsel in de EU voor de digitale eengemaakte markt, Brussel

21 september 2017, COM (2017) 547 final.

COM(2018)

Tijd om een moderne, eerlijke en efficiënte standaard voor de belastingheffing van de digitale economie vast te stellen, Brussel 21 maart 2018, COM (2018) 146/F1 final.

Conferentie Europese Commissie, 2018

Conferentie Europese Commissie: Collaborative economy: opportunities, challenges, policies. 11 oktober 2018.

Fiscale beleidsagenda, 2018

Ministerie van Financiën, Fiscale beleidsagenda (Bijlage bij de aanbiedingsbrief Tweede Kamer fiscale beleidsagenda), 23 februari 2018.

Kamerbrief, 2015

Kamerbrief over toekomstbestendig wetgeving: Digitale platforms en de deeleconomie,

waaronder particuliere verhuur aan toeristen, 18 december 2015, p.

Kamerbrief, 2018

Kamerbrief Staatssecretaris Keijzer. Kamerbrief met reactie op het Rathenau Instituut over

deeleconomie. 9 januari 2018.

Kamerdebat, 2017

Kamerdebat met minister Kamp van Economische zaken. Deeleconomie biedt kansen. 5 oktober 2017.

OECD, 2013

OECD, Action Plan on Base Erosion and Profit Shifting, OECD Publishing, 2013.

OECD, 2015

OECD, Addressing the Tax Challenges of the Digital Economy, Action 1 – 2015 Final Report, OECD/G20 Base Erosion and Profit Shifting Project, OECD Publishing, 2015.

OECD, 2016

OECD, Tourism Trends and Policies, OECD Publishing, 2016.

OECD, 2018

OECD (2018), Tax Challenges Arising from Digitalisation – Interim Report 2018, OECD/G20 Base Erosion and Profit Shifting Project, OECD Publishing, 2018.

Programmawet, 2016

Belgisch Staatsblad (4 juli 2016), Programmawet 1 juli 2016 [C-2016/21055], Titel 2, Hoofdstuk 2, afdeling 3.

Resolutie van het Europees Parlement, 2017

Resolutie van het Europees Parlement van 15 juni 2017 over onlineplatforms en de digitale eengemaakte markt (2016/2276(INI)).

Verordening (EU) 2016/679

Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG.

Voorstel van resolutie, 2018

Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers van 2 maart 2018 over het instellen van een aan de activiteiten van deeleconomie aangepast geheel van rechtsregels (DOC54 2964/001).

Wetsvoorstel Italiaanse Parlement, 2016

Wetsvoorstel Italiaanse Parlement – AC 3564 – 27 januari 2016. Atto Camera (2016, 27 januari). 3564, Proposta di legge Disciplina delle piattaforme digitali per la condivisione di beni e servizi e disposizioni per la promozione dell’economia della condivisione.

Literatuur

Adriaansens & Rozendal, 2014

Adriaansens, O.P.M., Rozendal, A. (2014).Bedrijfsopvolging en vastgoed. WFR 2014/1215.

Albert, 2016

Albert, P.G.H. (2016). De maatstaf voor onderscheid tussen onderneming en belegging bij de verhuur van vastgoed, WFR 2016/184.

Albregtse, Arends, Doornebal, Essers, Hoogeveen, Van Kempen, Pötgens, Rijkers & Van Westen, 2014

Albregtse, D.A., Arends, A.J.M., Doornebal, J., Essers, P.H.J., Hoogeveen, M.J., Van Kempen, M.L.M., Pötgens, F.P.G., Rijkers, A.C. & Van Westen, G.W.B. Cursus Belastingrecht

Inkomstenbelasting, Kluwer: Deventer 2014.

Airbnb, Oktober 2018

Airbnb, Hoe werkt het met belasting voor verhuurders?, www.airbnb.nl Oktober 2018.

Airbnb Press Room, 2018

Airbnb Press Room (2018). Fast Facts. www.press.airbnb.com September 2018.

Belastingdienst, Oktober 2018

Belastingdienst, Interneteconomie en deeleconomie, www.belastingdienst.nl Oktober 2018.

Beckers, 2016

Commentaar van J.M.A. Beckers, Artikel 2.14 Wet IB 2001 Toerekening tussen en binnen de belastbare inkomens, 2016, NDFR.

Belastingdienst, 2016

Rapport Belastingdienst (2016).Verkenning interneteconomie, 17 mei 2016.

Van den Berg, 2018

Berkhout, 2010

Berkhout, T.M. (2010), Ondernemen en niet-ondernemen in vastgoed, NTFR 2010/1225.

Caminada & Stevens, 2017

Caminada, K. & Stevens, L. (2017). Blauwdruk voor een belastinghervorming, WFR 2017/101.

Van Dijck, 1976

Van Dijck, J. E. A. M. (1976) Vermogensbeheer. WFR 1976/5258.

Van den Dool, 2017

Van den Dool, R. P. (2017). De eigenwoningregeling in het regeerakkoord, WFR 2017/226.

Driessen, 2017

Driessen, C. (2017), De Belastingdienst weet zich geen raad met de online deeleconomie, NRC

Handelsblad, 23 juni 2017.

Dusarduijn, 2015

Dusarduijn, S.M.H. De rechtsfictie in de inkomstenbelasting: De fiscale kleur van het alsof, Enschede: Gildeprint, 2015, deel 2.

Ellen MacArthur Foundation, 2014

Ellen MacArthur Foundation (2014). Towards the Circular Economy Vol. 3: Accelerating the scale-up across global supply chains, Ellen MacArthur Foundation Publishing 2014.

Ellen MacArthur Foundation, 2015

Ellen MacArthur Foundation (2015). Delivering the circular economy: a toolkit for policymakers, Ellen MacArthur Foundation Publishing 2015.

Essers & Kempern, 2013

Essers, P.H.J. & Van Kempen, M.L.M. (2013). Cursus belastingrecht inkomstenbelasting, Deventer: Kluwer, 2013.

Ernst & Young, 2016

Expertisecentrum Handhaving, 2016

Expertisecentrum Handhaving (2016). Verkenning Interneteconomie.

Exter, 2018

Exter, B. (2018). De belastbaarheid van de deeleconomie. Erasmus Universiteit.

Federale Overheidsdienst Financiën, 2018

Federale Overheidsdienst Financien (2018). Deeleconomie (inkomsten 2016 en 2017),

www.financien.belgium.be Oktober 2018.

FOD Financiën, 2016

FOD Financiën (2016). FAQ – Deeleconomie, 29 juli 2016, sub 10 Geraadpleegd via:

http://ccff02.minfin.fgov.be/KMWeb/document.do?method=view&nav=1&id=e91ba733- ee24-4dbb-8b81-

72bbb26b6dc&disableHighlightning=true&documentLanguage=nl#findHighlighted.

FOD Financiën, 2017

FOD Financiën (2017). FAQ – Btw – Deeleconomie, 7 maart 2017, sub 1. Geraadpleegd via:

http://ccff02.minfin.fgov.be/KMWeb/document.do?method=view&id=3353b5cf-99ec-471e- 8b66-712951eb2ff7#findHighlighted.

Frenken, 2016

Frenken, K. (2016). ‘Deeleconomie onder één noemer: oratie Universiteit Utrecht’. www.uu.nl 12 februari 2016.

Frenken e.a., 2015

Frenken, K., Meelen, T., Arets, M., Van de Glind, P. (2015). Wat is nu eigenlijk deeleconomie?

www.mejudice.nl 27 maart 2015.

Frenken e.a., 2017

Frenken, K., Van Waes, A., Smink, M., & van Est, R. (2017. Eerlijk delen. Waarborgen van

Frenken, 2018

Frenken, K., Van Waes, A., Smink, M., & van Est, R. (2018). Publieke belangen in de deel- en

kluseconomie. Mens en Maatschappij, 93(3), 211-230.

Freudenthal, 2002

Freudenthal, R.M. (2002). Normaal (vermogensbeheer) is al gek genoeg, NTFR 2002/1241.

Freudenthal, 2002

Freudenthal, R.M. (2002). Resultaat uit overige werkzaamheden, exclusief ter beschikking

stelling, Deventer, Kluwer 2002.

Freudenthal, 2012

Freudenthal, R.M. (2012). Resultaat uit overige werkzaamheden, (tweede druk), Kluwer: Deventer 2012.

Geel, 2016

Van Geel, C. (2016). Inkomsten uit deeleconomie afzonderlijk belast sinds 1 juli 2016 (art. 35-

43 PW), Wolters Kluwer Jura, 29 juli 2016.

Gemeente Amsterdam, 2016

Gemeente Amsterdam (2016). Evaluatie toeristische verhuur van woningen.

Van Glind & Van Sprang, 2016

Van Glind, P. & Van Sprang, H. (2016). Share: Kansen en uitdagingen van de deeleconomie. Amsterdam: Uitgeverij Business Contact 2016.

Gribnau 2000

Gribnau, J.L.M. (2000). Perspectieven op het gelijkheidsbeginsel, WFR 2000/902.

Gribnau, 2001

Gribnau, J.L.M. (2001). Rechtsbeginselen en evaluatie van belastingwetgeving, in: A.C. Rijkers & H. Vording, Vijf jaar Wet IB 2001, Deventer: Kluwer 2006.

Hatzopoulos & Roma, 2017

Hatzopoulos, V. & Roma, S. (2017). Caring fors haring? The collaborative economy under EU law, Common Market Law Review 54, 2017

Heithuis, Kavelaars & Schuver, 2015

Heithuis, E.J.W., Kavelaars, P. & Schuver, B.F. (2015). Inkomstenbelasting alsmede

hoofdzaken loonbelasting (Fiscale Studieserie 11e herziene druk), Deventer: Wolters Kluwer 2015.

Heithuis, Kavelaars & Schuver, 2016

Heithuis, E.J.W., Kavelaars, P. & Schuver, B.F. (2016). Inkomstenbelasting: Inclusief

hoofdzaken loonbelasting en premieheffing. (Fiscale Studieserie nr. 35), Deventer: Wolters

Kluwer 2016.

Hijink, 2016

Hijink, M. (2016). Airbnb worstelt om zichzelf te blijve, NRC Handelsblad.

Hoeks, 2018

Hoeks, L. (2018). Airbnb wil overkoepelende overeenkomst met gemeenten sluiten. Financieel

Dagblad, Januari 2018.

Hoogeveen, 2014

Hoogeveen, M.J. (2014). Recente uitspraken over meer dan normaal vermogensbeheer bij vastgoed, FBN 2014(46).

ING Economisch Bureau, 2015

ING Economisch Bureau (2015). Ruim half miljoen huishoudens doen mee aan de deeleconomie. Rapport Deeleconomie, Juni 2015.

Isitman, 2016

Jefferson-Jones, 2015

Jefferson-Jones, J. (2015). Airbnb and the Housing Segment of the Modern "Sharing Economy": Are Short-Term Rental Restrictions an Unconstitutional Taking?, Hastings

constitutional law quarterly, (42) 2015, afl. 3.

Lam, 2010

Lam, J.L. (2010). De werkruimte regeling: een werkbare situatie?.

Marres e.a., 2017

Marres, O.C.R, Mol-Verver, S.J., van der Streek, J.L., Bozia, K., Cornelisse, R.P.C., de Groot, I.M., Wolvers, S. (2017). Hoofdzaken belastingrecht. Den Haag: Boom Juridische Uitgevers.

Meelen & Frenken, 2015

Meelen,T.,Frenken, K. (2015). Stop saying Uber is part of the sharing economy. Fast Company,

www.fastcoexist.com 14 januari 2015.

Mol-Verver, 2017

Mol-Verver, S. J. (2017). Nodigt groei deeleconomie uit tot nieuwe fiscale wetgevingsinitiatieven? NTFR Artikelen, 2017/55.

Mol-Verver, 2018

Mol-Verver, S. J. (2018). Nodigt groei deeleconomie uit tot nieuwe fiscale wetgevingsinitiatieven? NTDR Artikel, 2018/542.

NatCen, 2017

Rahim, N., Lepanjuuri, K., Day, F., Piggot, H. Hudson, R. & Lubian, K. (2017). Research on

the Sharing Economy. HMRC report 2017/453.

NBB Economisch Tijdschrift

NBB Economisch Tijdschrift, De opkomst van de deeleconomie.

Newcom Research & Consultancy, 2015

Newcom Research & Consultancy (2015). Onderzoek deeleconomie 2015. Dit onderzoek is gebaseerd op het gedeelte van de bevolking dat 15 jaar en ouder is.

Niessen & Pieterse, 2008

Niessen, R.E.C.M. & Pieterse, L.J.A. (2008). De inkomstenbelasting in 2001, (zesde druk), Sdu Fiscale & Financiële Uitgevers: Amersfoort 2008.

NOS, 2016

Rapport Belastingdienst (2016). Verkenning interneteconomie, 17 mei 2016. Opgevraagd door de NOS via een Wob-verzoek: http://nos.nl/artikel/2130175-belastingdienst-worstelt-met- interneteconomie.html.

Van Norden, 2015

van Norden, G. J. (2015). Fiscaliteit en de nieuwe economie. NTFR: Nederlands Tijdschrift

voor Fiscaal Recht, 2015(2205).

Pipping-van der Stom, 2015

Pipping- van der Storm, P. (2015). Appartement Inkomsten Regels Belastingdienst Nu Beter? 2015, VP-Bulletin 2015/37.

PwC, 2015

PricewaterhouseCoopers (2015). The Sharing Economy (Consumer Intelligence Series), 2015.