• No results found

133 Bordwell en Thompson, 75

Hoofdstuk 6: Analyse 6.1 Synopsis

6.3.1 Mise-en-scène

In ALICIA creëert Ooms het perspectief dat er een (pleeg)gezin voor Alicia gevonden moet worden. Alicia heeft net als ieder kind liefde en aandacht nodig en hoort niet in een kindertehuis, maar in een vertrouwde omgeving op te groeien. Binnen de mise-en-scène dragen verschillende elementen bij aan het overbrengen van dit perspectief, onder andere de keuze voor de locaties en de belichting.

Het verhaal speelt zich af op een overzichtelijk aantal locaties: in de tehuizen of op het terrein ervan, bij Alicia’s moeder thuis en onderweg. Zoals genoemd speelt het grootste gedeelte van het verhaal zich af in kindertehuis Maashorst in Reek. Alicia heeft hier ook het langst gewoond. Van alle tehuizen waar ze in de film woont is voor de kijker dan ook het meest duidelijk hoe dit tehuis in elkaar zit. In totaal pakt ze in vier andere kamers haar spullen uit, maar in deze tehuizen wordt minder duidelijk hoe de ruimtes in elkaar zitten. Het kan zijn dat Ooms hier bewust voor gekozen heeft, omdat ze op Alicia’s emotie wil focussen en de ruimtes er daarom minder toe doen. Dit zal in het stuk over cameravoering verder aan bod komen. Maar het kan ook zo zijn dat het geen bewuste keuze van Ooms is geweest, omdat Alicia te kort in de tehuizen heeft gewoond om een goed beeld te kunnen schetsen. Hoe dan ook zorgt het ervoor dat de kijker net als Alicia uit de

‘vertrouwde’ omgeving wordt gehaald, namelijk Maashorst, en ineens in de andere tehuizen terecht komt. De kijker leeft op deze manier met Alicia mee, en die empathie bevordert het argument van de maker.

Wat opvalt is dat er met name in gemeenschappelijke ruimtes gefilmd wordt. Dit is een logisch bewijs dat Alicia de aandacht die ze krijgt bijna altijd moet delen. Zo zijn in de woonruimte van het tehuis bijna altijd andere kinderen te zien. En zelfs wanneer Alicia op haar verjaardag bij haar moeder thuis is moet ze de aandacht met haar zusje delen, die boos wordt omdat Alicia in de belangstelling staat en cadeaus krijgt. Alleen op haar slaapkamer kan ze zich terugtrekken. De momenten waarop Alicia hier gefilmd wordt zijn emotionele momenten. Deze spelen zich af in Maashorst, want in de andere tehuizen is alleen te zien hoe ze daar haar spullen uitpakt. Bijvoorbeeld de openingsscène waarin ze tegenover Kelly haar verdriet uit (sequentie 6), de scène waarin ze met haar konijn speelt (sequentie 11) en de scène waarin besloten wordt dat Alicia naar een ander tehuis moet, omdat ze in Maashorst niet weten hoe ze met haar gedragsproblemen moeten omgaan (sequentie 34). Alicia’s kwetsbaarheid wordt dus zichtbaar op de plek waar ze het meest zichzelf kan zijn en

158 Dovey, 33.

geen rekening hoeft te houden met anderen. Dit is een logisch bewijs dat Alicia niet in een kindertehuis, maar in een gezin op zou moeten groeien. Haar kinderlijke onschuld maakt duidelijk dat ze beschermd moet worden.

Wat daarnaast opvalt is dat de plekken waar ze woont er steeds minder ‘gezellig’ uitzien. In haar eerste kamer in Maashorst liggen veel persoonlijke spullen, van knutselwerkjes tot schoenen (afbeelding 5). Maar gedurende de film verdwijnt dit en is een huiselijk gevoel letterlijk en figuur ver te zoeken. Alicia verhuist steeds, dus een plek voelt steeds minder als thuis. Maar omdat ze haar spullen steeds moet verplaatsen lijkt ze ook minder de moeite te nemen om een plek haar thuis te maken met persoonlijke spullen. In haar eerste kamer na Maashorst is nog zichtbaar dat ze een foto van haar moeder in het vensterbank heeft staan

(afbeelding 6). In haar laatste kamer staan alleen toiletspullen op een plankje (afbeelding 7). Het kan zijn dat de foto er in de laatste kamer wel stond, maar Ooms deze niet in beeld gebracht heeft. Hoe dan ook ogen Alicia’s kamers steeds kaler. In combinatie met de belichting zorgt dit voor een toenemende kille sfeer, die bijdraagt aan het overbrengen van de neerwaartse spiraal waar Alicia in zit.

Afbeelding 5: Alicia’s kamer in Maashorst Afbeelding 6: Alicia’s kamer na Maashorst

Afbeelding 7: Alicia’s laatste kamer

Niet op iedere locatie is plaatsbepaling mogelijk, in de film heeft het ‘onderweg zijn’ namelijk ook een functie. Alicia wil graag in een (pleeg)gezin wonen, maar het is nog onduidelijk of er een ‘plekje’ voor haar is. Ze is dus continu onderweg zonder te weten waar de reis naartoe gaat. De film begint met een eindeloze weg, zonder te zien waar de auto stopt (afbeelding 8). En ook tijdens de autoritten van het ene naar het andere tehuis wordt alleen de snelweg gefilmd, zonder dat de bestemming voor Alicia en de kijker duidelijk is (afbeelding 9). Deze lange weg en de autoritten staan voor het eindeloze proces waarin Alicia zich bevindt. Ook de lange gang in de eindscène wekt de suggestie dat Alicia’s situatie uitzichtloos is. Dat ze nu op een gesloten afdeling geplaatst is betekent dat de deuren voorlopig gesloten blijven er niks aan haar situatie verandert. Dit is een pathetisch bewijs, omdat de maker hiermee wanhoop oproept en dus inspeelt op de emotie van de kijker.

Afbeelding 8: begin van de film Afbeelding 9: autorit van tehuis naar tehuis Alicia noemt in Maashorst al dat ze het idee heeft in een gevangenis te wonen, maar in vergelijking met de tehuizen waar ze daarna woont had ze daar juist de meeste vrijheid. In sequentie 35 is Alicia blij dat ze niet meer in Maashorst woont, omdat ze denkt dat ze voor altijd in het nieuwe tehuis kan blijven wonen. Wat ze zich niet lijkt te beseffen is dat dit niet zo is, maar ook dat haar nieuwe tehuis juist meer op een gevangenis lijkt. In dit tehuis gaan de deuren van haar kamer namelijk ’s nachts op slot en moet ze bellen als er iets is. Het derde tehuis, die in Rotterdam, is omringd met hekken en vanwege de veiligheid zit de bestekbak op slot. Dit doet de kijker beseffen dat de ernst van de gedragsproblemen groter is dan het getoonde gedrag van de kinderen doet vermoeden. In de slotsequentie komt Alicia op een gesloten afdeling terecht waar nog hogere hekken met prikkeldraad om het gebouw heen staan. De locaties zijn een logisch bewijs dat het steeds slechter met Alicia gaat zolang er geen gezin voor haar gevonden wordt. Op deze manier dragen de locaties dus bij aan narratief, waarin de neerwaartse spiraal laat zien dat het steeds slechter gaat met Alicia. Door de hoeveelheid bewaking wordt de suggestie gewekt dat de kans dat ze uit deze situatie komt steeds kleiner wordt. Alicia raakt steeds meer geïsoleerd. Ooms creëert hiermee het perspectief dat zonder de vicieuze cirkel te doorbreken er geen verandering in haar situatie komt, dus dat er een gezin voor Alicia gevonden moet worden.

Licht

Het licht in de documentaire trekt niet bijzonder de aandacht, maar is ondertussen wel van invloed op de sfeer. De film opent met shots waarin het donker is, zonder te weten of het ochtend of avond is. Alicia ligt in bed, maar uit de scène wordt niet duidelijk of zij gaat slapen of net wakker is. De donkerte zorgt voor een dreigende sfeer. Het is dan ook een pathetisch bewijs, omdat Ooms hiermee inspeelt op de emotie van de kijker. De kijker vermoed dat er iets naars te wachten staat, en wordt daarmee als het ware voorbereid op de scène waarin Alicia huilt om het feit dat er maar geen ‘plekje’ voor haar gevonden wordt. Hierbij schijnt het licht op haar gezicht, zodat haar emotie goed zichtbaar is. Aangezien Ooms enkel het aanwezige licht gebruikte zal ze er bij het uitkiezen van het camerastandpunt op gelet hebben dat haar schaduw niet op Alicia’s gezicht viel, zodat de aandacht daar naartoe getrokken wordt.

In de film wordt met name daglicht gebruikt. Kunstmatig licht zou de suggestie kunnen wekken dat de gebeurtenissen in scène zijn gezet, wat niet het geval is. Omdat in de film veel volgshots voorkomen, de regisseur volgt het personage letterlijk door achter diegene aan te lopen, wisselt het licht ook binnen een sequentie. Dit is een ethisch bewijs dat de maker onbewerkt materiaal laat zien. Daarnaast wordt de

naar de derde instelling. Ze verhuisde van Reek naar Boxtel en is op dat moment vanuit daar onderweg naar Rotterdam. In deze scène wordt het langzaam lichter, waarmee de suggestie gewekt wordt dat het een lange autorit was en Alicia dus in een tehuis terecht komt dat ver van haar vertrouwde omgeving vandaan is (afbeelding 10 en 11).Een oplossing voor haar situatie lijkt hiermee ook verder weg. Alicia kreeg al weinig bezoek omdat haar moeder niet altijd geld heeft voor benzine, maar nu is het voor haar waarschijnlijk nog lastiger om langs te komen. Dit bevestigt het narratief dat Alicia in een neerwaartse spiraal zit, waarmee de kijker als het ware wordt voorbereid op dat het weer slechter met haar zal gaan.

Afbeelding 10: begin van het shot Afbeelding 11: licht aan einde van het shot

In sequentie 41 zit Alicia rond de tafel met de hulpverleners en Machteld om een trajectplan op te stellen. Het Tl-licht in de ruimte geeft een klinische indruk en het witte licht brengt geen warme maar koele sfeer met zich mee. Dit past bij hoe Alicia het gesprek ervaart, als afstandelijk. Uit het gesprek blijkt dat de hulpverleners enkel naar de regels kijken en niet naar haar persoonlijke situatie, waardoor Alicia zich onbegrepen voelt. Veel van de shots in de film zijn donker en brengen een duistere sfeer met zich mee, maar in deze scène is het licht juist fel. De scène is relatief lang en speelt een belangrijke rol in het communiceren van wat er in Alicia omgaat. Het felle licht is niet alleen van invloed op de sfeer, maar zorgt er ook voor dat Alicia’s gezichtsuitdrukkingen goed zichtbaar zijn en draagt zo bij aan het helder overbrengen van Ooms argument.

In de laatste sequentie pakt Alicia haar spullen uit in weer een nieuwe kliniek. Het is donker in deze kamer, waardoor alleen haar contouren zichtbaar zijn en de kijker niet haar gezichtsuitdrukking kan aflezen (afbeelding 12). Dit zorgt voor een duistere en onheilspellende sfeer, waardoor de film geen gerustgesteld gevoel meebrengt. Ooms introduceert haar overplaatsing, en daarmee de ernst van de situatie, in een rapport:

“Intake Alicia. 12 jaar. Op haar vorige groep wist Alicia voor de zoveelste keer in de nacht het brandalarm in te drukken en wild om zich heen trappend naar de dienstdoende leiding via een brandtrap het hek over te klimmen. Ze bleef 24 uur vermist. Voor haar veiligheid is na dit incident met alle partijen besloten om Alicia met een spoedmachtiging op onze maximaal gesloten jeugdzorggroep met alleen meiden te plaatsen. Alicia’s moeder heeft hier ook gezeten toen ze 13 jaar was”.

Na deze informatie is het logisch dat de kijker zich afvraagt hoe het met Alicia gaat en wat er in haar omgaat, maar dit houdt Ooms door de belichting verborgen. De donkerte is een pathetisch bewijs waarmee Ooms een ongerust gevoel bij de kijker teweeg brengt en het einde van de film daardoor mogelijk als zwaar ervaart.

Afbeelding 12: donker in Alicia’s laatste kamer

6.3.2 Cameravoering

Om te analyseren hoe de cameravoering in ALICIA bijdraagt aan de constructie van het perspectief is op drie aspecten gelet, namelijk: beeldkader (long-shot, medium-shot of close-up), het camerastandpunt (hoog, normaal en laag) en de camerabeweging.

De cameravoering is over het algemeen niet opvallend, waardoor de focus ligt op de inhoud van de shots. De maker heeft voor een observerende stijl gekozen, wat aansluit op het doel om te observeren hoe het is om op te groeien in een kindertehuis. Observeren kan van een afstandje, maar Ooms zit er juist bovenop. Dit is te merken aan de beweeglijke shots. De meeste camerabewegingen zijn volgshots: de camera is volgzaam en de handelingen van de personages zijn leidend. Zij doen alsof ze niet gefilmd worden terwijl de maker achter hen aanloopt. De shots zijn daarom ook dicht op de huid gefilmd, wat voor een intieme inkijk zorgt. Als een vlieg op de muur geeft de film in eerste instantie het idee een ongemedieerde kijk op het leven in het kindertehuis te geven. Ooms gebruikt geen statief maar draagt de camera op haar schouder. Dit zorgt voor authenticiteit, maar draagt ook bij aan het meeleven met Alicia omdat de kijker zo meer betrokken raakt. Alicia’s emotie lijken ‘echt’ en ‘realistisch’ en dit komt op de kijker over alsof het niet geacteerd is. Bij de meeste volgshots wordt gebruikt gemaakt van medium shots, wat mogelijk een praktische overweging is. Ooms heeft zo meer ruimte om mee te bewegen, omdat een personage bij een close-shot vrij snel uit beeld is wanneer bewogen wordt. Toch wekken de volgshots empathie op, omdat de kijker zo mee op sleeptouw wordt genomen en zich betrokken voelt.

Op de agressieve momenten kiest Ooms er door het gebruik van long shots juist wel voor de situatie van een afstand te bekijken. Enerzijds is het hierdoor overzichtelijker te observeren wat er gebeurt, en anderzijds zorgt dit ervoor dat de kijker minder betrokken is bij de situatie. Dit laatste voorkomt dat er afkeer tegen Alicia ontstaat vanwege haar gedrag op dat moment, want dit zou het argument van de maker

tegenwerken.

6.3.2.1 Alicia als middelpunt

Hoewel er vaker sprake is van medium-shots worden en ook regelmatig close-ups ingezet als pathetisch bewijsmiddel. Zo zegt Alicia in sequentie 34: “Het is hier een gevangenis”. Door de close-up zie je de hevige frustratie in haar gezicht en wordt duidelijk dat het niet goed met Alicia gaat (afbeelding 13). Aangezien er in de film veel gesprekken worden gevoerd zijn de close-ups van het gezicht belangrijk om de interactie met de ander te kunnen interpreteren. Wat opvalt is dat Ooms in de gesprekken focust op Alicia en de persoon waarmee zij praat daarom niet altijd in beeld brengt, net als de ruimte waar het zich afspeelt. Daarnaast valt op

dat de shots vanuit een normaal standpunt gemaakt zijn, op ooghoogte, waardoor de kans op empathie groter is. De scène (sequentie 6, afbeelding 14) waarin Kelly haar troost is hierin een uitzondering, want hier ligt Alicia in bed dus kijken we op haar neer. Maar ook hier is de camera op Alicia gefocust, alleen Kelly’s handen en een deel van haar gezicht zijn zichtbaar. De focus op Alicia’s gezicht zorgt ervoor dat de nadruk ligt op wat er in haar omgaat. Alicia zit niet alleen letterlijk opgesloten in een tehuis, ze lijkt ook vast te zitten in haar emotie. Ze kijkt vaak vlak, zeker als ze wat ouder wordt. Haar emoties kropt ze op en zodra het niet meer kan uit ze die in de vorm van boosheid en agressie. Het lastige is dat deze uitlatingen er juist voor zorgen dat ze ‘gevangen’ blijft. De cameravoering, waarmee haar vlakheid naar voren komt, versterkt dus het argument dat Alicia vastzit in een vicieuze cirkel.

Afbeelding 13: “Het is hier een gevangenis” Abeelding 14: Kelly troost Alicia

Afbeelding 15: Alicia staart voor zich uit Afbeelding 16: camera op Alicia gefocust

Hoewel Alicia haar gevoelens niet altijd openlijk uit zorgen de close-ups er wel voor dat deze gevoeld worden. Op bepaalde momenten is ze alleen aan het staren, terwijl de emoties zich opstapelen (afbeelding 15). Op deze manier is een transformatie zichtbaar: Alicia verandert van een actief kind dat naar aandacht verlangt in een door medicatie afgevlakte puber die steeds meer voor zich uitstaart. Hieruit blijkt dat het niet goed met haar gaat. In sequentie 41 zit Alicia in het tehuis in Rotterdam met haar voogd Machteld en verschillende

hulpverleners om een plan met leerdoelen op te stellen. In eerste instantie is Alicia’s kwetsbaarheid en

bereidheid zichtbaar, maar zodra ze te horen krijgt dat ze beter haar best moet doen er iets van te maken komt langzaam boosheid naar voren. Door tijdens het gesprek alleen Alicia in beeld te brengen is te zien hoe haar frustratie toeneemt (afbeelding 16). Ze moet zich aan de regels en afspraken houden en werken aan de door haar zelf opgestelde doelen. Hierdoor krijgt ze het idee alsof het haar eigen schuld is dat ze in een kindertehuis woont en haar ‘plekje’ zou moeten verdienen. Haar moeder kwam met het idee om als doel op te stellen dat Alicia weer bij haar thuis kan wonen, maar hier is Machteld het niet mee eens. Zodra Alicia te horen krijgt dat dit geen haalbaar doel is breekt ze. Ze lijkt machteloos tegenover de hulpverleners. Door de close-shots

worden haar emoties voelbaar voor de kijker. De cameravoering in deze scène dient, door op Alicia’s emoties te focussen, als pathetisch bewijs waarmee Ooms medelijden opwekt. Het narratief, de opgeroepen empathie en dan vervolgens de close-ups zorgen er samen voor dat de kijker Alicia’s emotieloze, starende

gezichtsuitdrukkingen als verdrietig, teleurgesteld of gefrustreerd interpreteert, in plaats van arrogant, ongeïnteresseerd of agressief. Op deze manier dragen de close-shots bij aan het argument van de maker, in plaats van dat de kijker meegaat in het perspectief dat het Alicia’s eigen schuld is dat ze in een kindertehuis woont.

6.3.2.2 Personages kijken de camera in

In de film komen een aantal opvallende shots voor waarin de personages de camera in kijken. Dit betekent dat zij zich bewust zijn van de aanwezigheid van de camera, hoewel dit op andere momenten niet zo lijkt te zijn. Je kunt je als kijker afvragen of de aanwezigheid van de camera het gedrag van de personages beïnvloedt. Soms blijft dit in een film onduidelijk, maar in ALICIA wordt dit op bepaalde momenten zichtbaar. Bijvoorbeeld

wanneer Alicia over haar bed aan het rollen is (sequentie 24, afbeelding 17). Alicia kijkt de camera in en lijkt de kijker zo uit dagen, alsof ze een reactie wil uitlokken. Hieruit blijkt dat ze gezien wil worden, maar het laat ook zien dat de aanwezigheid van de maker van invloed is op haar gedrag. Dit is tegenstrijdig, want de film is overwegend observerend, en bij deze documentairevorm geloven makers net als in direct cinema dat hun aanwezigheid onopgemerkt kan blijven.159 Ooms speelt met de vorm door te tonen dat haar aanwezigheid Alicia’s gedrag beïnvloedt. Wanneer Alicia vraagt of de maker haar gezicht wil filmen doet Ooms dit. Alicia wordt dus niet alleen gevolgd door een observerende camera, maar ook door een participerende. De momenten waarop de maker vragen stelt, de personages tegen haar praten en zij vanachter de camera