• No results found

Methodologie:

In document Duidelijk verdiend (pagina 33-36)

In dit hoofdstuk worden de hypotheses gerecapituleerd.

empirisch onderzoek uitgevoerd. De selectie om tot een dataverzameling te komen onderzoek is eerst beschreven, gevolgd door de

de wijze waarop de benodigde data

5.1 Hypotheses

De hypotheses zijn in hoofdstuk 3 en 4 opgesteld, op basis van de onderzochte theorie. paragraaf is een recapitulatie gemaakt van de hypotheses.

Hypothese 1:

Het laten uitvoeren van de jaarrekeningcontrole van een FWI door een Big Four accountant is positief gerelateerd aan de mate van transparantie van een FWI.

Hypothese 2:

De omvang van een FWI is positief gerelateerd aan d

Hypothese 3:

De omvang van een organisatie is

Hypothese 4:

De sector waarin de FWI opereert is

Hypothese 5:

De omvang van de bestuurdersbeloning is

In de probleemstelling, zoals deze volgende wijze worden opgenomen:

Figuur 2: Probleemstelling visueel, inclus

dologie:

de hypotheses gerecapituleerd. Om de hypotheses te toetsen . De selectie om tot een dataverzameling te komen

gevolgd door de beschrijving van de variabelen binnen de selectie en de wijze waarop de benodigde data verzameld is.

De hypotheses zijn in hoofdstuk 3 en 4 opgesteld, op basis van de onderzochte theorie. latie gemaakt van de hypotheses.

Het laten uitvoeren van de jaarrekeningcontrole van een FWI door een Big Four accountant is positief gerelateerd aan de mate van transparantie van een FWI.

De omvang van een FWI is positief gerelateerd aan de mate van transparantie van een FWI

De omvang van een organisatie is positief gerelateerd aan de omvang van de bestuurdersbeloning.

De sector waarin de FWI opereert is niet gerelateerd aan de omvang van de bestuurdersbeloning.

an de bestuurdersbeloning is positief gerelateerd aan de mate van transparantie.

deze in paragraaf 1.3 is gevisualiseerd, kunnen de hypotheses op de volgende wijze worden opgenomen:

Figuur 2: Probleemstelling visueel, inclusief hypotheses

hypotheses te toetsen wordt een . De selectie om tot een dataverzameling te komen voor dit

variabelen binnen de selectie en

De hypotheses zijn in hoofdstuk 3 en 4 opgesteld, op basis van de onderzochte theorie. In deze

Het laten uitvoeren van de jaarrekeningcontrole van een FWI door een Big Four accountant is positief

an een FWI.

de omvang van de bestuurdersbeloning.

de omvang van de bestuurdersbeloning.

de mate van transparantie.

5.2 Selectiecriteria

Dit onderzoek richt zich op de FWI’s in Nederland. Voor het onderzoek zijn met name twee variabelen van groot belang: de omvang van de bestuurdersbeloning en de transparantie van de instelling.

Voor voldoende zekerheid omtrent de juistheid van de bestuurdersbeloning is een goedkeurende controleverklaring nodig. Tevens is een uniform format voor het opstellen van de

bestuurdersbeloning gewenst voor een goede vergelijkbaarheid. In Nederland is er één keurmerk met een groot aantal leden die aan deze voorwaarden voldoet, te weten het CBF-Keur (zie paragraaf 2.3.1).

Het vaststellen van de transparantie gebeurt aan de hand van de transparantiescore die De

Transparant Prijs jaarlijks toekent aan de deelnemers die hieraan vrijwillig meedoen. De Transparant Prijs beoordeelt sinds 2004 jaarlijks op professionele wijze de mate van transparantie van de

organisaties die hieraan meedoen. De laatste jaren zijn er meer organisaties die meedoen dan in de eerste jaren. Daarom is er voor gekozen om voor de laatste drie jaar te kiezen, te weten van 2009 tot en met 2011.

In totaal zijn er 105 organisaties die het CBF-Keur hebben en die van 2009 tot en met 2011 hebben meegedaan aan De Transparant Prijs. Deze 105 organisaties worden in dit de steekproef gebruikt. De complete lijst met deze organisaties is opgenomen als bijlage 2.

Volgens Field (2005) zijn 15 stuks per variabele in het model nodig voor een goede deelwaarneming. In dit onderzoek is er sprake van 5 variabelen en zijn er 75 waarnemingen nodig. Er worden 105 organisaties onderzocht, dit is dus ruim voldoende.

5.3 Onderzoeksvariabelen en dataverzameling

In dit onderzoek worden een aantal variabelen gebruikt, deze worden in deze paragraaf toegelicht. Tevens wordt aangegeven op welke wijze de benodigde data verzameld is.

Bestuurdersbeloningen:

Met een bestuurder wordt degene bedoeld die de dagelijkse leiding aan de organisatie geeft, zoals toegelicht in hoofdstuk 4. Wanneer er meerdere bestuurders zijn bij een organisatie is, omwille van de vergelijkbaarheid, gekozen voor de bestuurdersbeloning van 1 persoon. Hierbij is gekozen voor de algemeen directeur, aangezien deze de eindverantwoordelijke is binnen de organisatie. Bij parttime bestuurders is het salaris omgerekend naar de beloning van een fulltime functie.

De beloning is door alle organisaties uniform vastgesteld, conform het format van het CBF. Zie hiervoor bijlage 1. Hierbij is de totale beloning gebruikt voor het onderzoek.

Van het CBF zijn de gegevens met betrekking tot de omvang van de bestuurdersbeloningen van de geselecteerde FWI’s, van de jaren 2009 tot en met 2011, voor zover beschikbaar, ontvangen. Evenals het bijbehorende parttimepercentage, indien van toepassing. Deze gegevens worden jaarlijks door het CBF op uniforme wijze geregistreerd op basis van de jaarrekeningen. Voor zover deze gegevens niet beschikbaar waren bij het CBF is dit aangevuld met de gegevens van de publiek toegankelijke jaarrekeningen. In het geval van meerdere bestuurders is de jaarrekening gebruikt om vast te stellen wie de algemeen directeur is.

Transparantie FWI

Het is complex en afhankelijk van de persoonlijke accenten om de transparantie van FWI’s te

beoordelen. Aangezien er een breed geaccepteerde professionele jury is voor de beoordeling van de transparantie van FWI’s, is er voor gekozen om hier bij aan te sluiten. Van de CBF-Keurmerkhouders doet 50% al mee aan De Transparant Prijs. Van de meest omvangrijke FWI’s met het CBF-Keur doet zelfs bijna elke instelling mee (rapport van kernbevindingen 2009, De Transparant Prijs). De

meewerken. De top-100 goede doelen (op basis van totale baten) worden echter wel benaderd om mee te doen en indien zij niet meedoen wordt dit vermeld. De afgelopen jaren zijn er slechts enkele FWI’s van de top-100 die niet hebben meegedaan aan De Transparant Prijs. Van de jaren 2009 tot en met 2011 heeft de organisatie van De Transparant Prijs voor dit onderzoek de transparantiescores van de deelnemers verstrekt, mits deze scores niet individueel herleidbaar in het verslag worden vermeld. Deze transparantscore maakt de transparantie van de FWI’s meetbaar. Deze score is in dit onderzoek gebruikt als afhankelijke variabele.

Omvang van de FWI

De omvang van de FWI is een variabele die mogelijk gerelateerd is aan zowel de transparantie als de omvang van de bestuurdersbeloning. Voor het bepalen van de omvang, is gebruik gemaakt van de totale baten van de FWI. Dit is een gebruikelijke maatstaf voor het indelen van FWI’s naar grootte (Conolly en Hyndman, 2001). Deze gegevens zijn grotendeels ontvangen van het CBF, die deze gegevens heeft geregistreerd op basis van de jaarrekening. Voor zover deze gegevens niet

beschikbaar waren bij het CBF, zijn deze afkomstig uit de publiek toegankelijke jaarrekeningen. Van alle organisaties met CBF-Keur zijn deze op de site van het CBF publiekelijk toegankelijk. De totale baten van 2009 tot en met 2011 zijn hierbij gebruikt.

Accountantskantoor

Het accountantskantoor waardoor de FWI de jaarrekening laat controleren is een variabele die mogelijk van invloed is op de mate van transparantie van een FWI. Voor deze variabele is de jaarrekening 2009 van de FWI’s gebruikt. Op basis hiervan is bepaald welk accountantskantoor de jaarrekening controleert. Hierin is onderscheid gemaakt tussen een Big Four kantoor (te weten de kantoren Deloitte, Ernst & Young, KPMG en PwC) en de overige kantoren.

Sector

Bij onderzoek van het CBF en het VFI wordt gebruikelijk onderscheid gemaakt tussen de FWI’s per sector. Het CBF heeft een viertal hoofdsectoren. Dit zijn de volgende vier sectoren:

• Welzijn

• Natuur, Milieu en Dieren • Internationale Hulp • Gezondheid

Deze indeling wordt gebruikt om vast te stellen of er opvallende verschillen zijn tussen de diverse sectoren. Het CBF heeft per organisatie aangegeven in welke sector deze valt. Deze lijst is door het CBF voor dit onderzoek verstrekt.

In document Duidelijk verdiend (pagina 33-36)