• No results found

In deze methodebeschrijving is beschreven hoe er in dit onderzoek antwoord wordt gezocht op de onderzoeksvraag ‘Wat is de invloed van tekststructuur op waardering, begrijpelijkheid,

transportatie en identificatie in de genres nieuwsverhaal en reportage?’

3.1 Design

In deze studie is onderzocht wat de invloed is van de tekststructuur op de waardering, het tekstbegrip, de mate van transportatie en de mate van identificatie van de lezer. Dit is gedaan door middel van kwantitatief onderzoek met een vragenlijst. Er is sprake van een tussen-proefpersoon design.

3.1.1 Variabelen

Om de rol van de tekststructuur in een duidelijk kader te zetten is ervoor gekozen gebruik te maken van twee verschillende genres, namelijk de reportage en het nieuwsverhaal.

3.1.1.1 Tekststructuur

De variabele tekststructuur is geoperationaliseerd in de waardes chronologische volgorde en

omgekeerde piramide. Dit zijn de twee tekststructuren die het meest gebruikt worden bij

verhalende teksten. Uit de literatuurstudie blijkt dat bij de tekststructuren effecten zijn gevonden bij verschillende variabelen. Deze resultaten zijn echter niet altijd met elkaar in een lijn. In deze scriptie worden de variabelen waardering, begrijpelijkheid, transportatie en identificatie onderzocht, omdat hier effecten van zijn gevonden in eerdere onderzoeken. Deze vier variabelen zijn in dit onderzoek de afhankelijke variabelen. De uitwerking van deze variabelen in het onderzoek is te lezen in paragraaf 3.4.

3.1.1.2 Genre

De variabele nieuwstekst is geoperationaliseerd in de twee waardes reportage en

nieuwsverhaal. Dit zijn allebei verhalende nieuwsgenres die qua subjectiviteit en lengte met

elkaar verschillen.

Een nieuwsverhaal is ‘een actueel verhaal van tussen de 250 en 400 woorden, samengesteld aan de hand van verschillende bronnen. Het kan het eerste stuk zijn over een zaak, maar ook een follow-up op eerder geplaatst nieuws’ (Kussendrager, Van der Lugt & Verschoor, 2014, p. 211). Het onderwerp van het nieuwsverhaal is te uitgebreid of heeft een te grote nieuwswaarde voor een (korte) nieuwstekst (Asbreuk & de Moor, 2013). Een nieuwsverhaal wordt vaak geschreven in de vorm van een omgekeerde piramide, zodat het belangrijkste nieuws aan het begin van het bericht te lezen is. Het nieuwsverhaal is de basis voor een

21

neutrale vertelwijze (Stukker, 2016). De stijl van een nieuwsverhaal is dan ook zakelijk (Asbreuk & de Moor)

Een reportage is een verhaal waarin de journalist de achtergronden van een gebeurtenis of ontwikkeling schetst aan de hand van zijn eigen waarnemingen als ooggetuige (Kussendrager et al.). De kern van het verhaal wordt gevormd door het handelen van mensen, waarbij een maatschappelijk probleem of een dramatische gebeurtenis wordt beschreven (Asbreuk & de Moor, p. 202). Asbreuk en de Moor onderscheiden vijf elementen van een goede reportage (Asbreuk & de Moor, p. 202): informatie ‘van binnen uit’, het gebruik van meerdere bronnen, handelende mensen, diepgang en een onderwerp met probleem, ontwikkeling en oplossing. Reportages bevatten meestal tussen de 600 en 1200 woorden (Asbreuk & de Moor). Een reportage wordt vaak in een chronologische volgorde beschreven, omdat de lezer geboeid moet worden. Door de uitkomst als laatste te noemen, blijft er spanning tot het eind. In de reportage is sprake van een subjectieve vertelwijze op basis van ervaringen (Stukker, 2016). Zowel het nieuwsverhaal als de reportage kunnen gezien worden als verhalend, omdat ze tijdelijke en oorzakelijk gerelateerde gebeurtenissen melden (Stukker, 2016). Ook richten ze zich op de achterliggende motieven die individuen kunnen hebben gehad bij de gebeurtenissen (Stukker, 2016). Toch wordt het nieuwsverhaal vaker beschreven in de vorm van een omgekeerde piramide en de reportage met de chronologische volgorde. In dit onderzoek wordt onderzocht of hier een theoretische basis ten grondslag aan kan liggen.

3.1.1.3 Interfererende variabelen

Om te beoordelen of er geen verschillen zijn tussen mannen en vrouwen of dat leeftijd invloed heeft, is ook de invloed van de onafhankelijke variabelen leeftijd en geslacht onderzocht. Daarnaast is er onderzocht of er verschillen zijn tussen werkenden en studerenden, tussen lezers van regionale kranten en lezers van landelijke kranten en of hoe vaak je een krant leest van belang is.

3.1.2 Procedure

Het onderzoek is uitgevoerd door het afnemen van een digitale vragenlijst na het lezen van een nieuwstekst. De participanten kregen een van vier verschillende nieuwsteksten te lezen. De toewijzing van een nieuwstekst gebeurde willekeurig. Na de nieuwstekst volgde een vragenlijst over de nieuwstekst. Deze wordt aangeboden via online enquête software van Qualtrics. De inhoud van de vragenlijst wordt verder besproken bij paragraaf 3.4 Vragenlijst. Tijdens het invullen van de vragenlijst is het mogelijk om de nieuwstekst terug te lezen. Hiervoor is gekozen omdat dit het begrip kan versterken. De mate van transportatie en identificatie wordt wellicht verminderd door het teruglezen, omdat je minder in de tekst bent gezogen of minder betrokken bent bij de hoofdpersoon als je slechts kleine stukken terugleest van de tekst. Voor transportatie en identificatie is in beginsel echter begrip nodig. Het

22

voordeel van het verhoogde begrip weegt daarin mijns inziens zwaarder dan de mogelijk verminderde transportatie en identificatie.

3.2 Materiaal

In dit onderzoek is aan de participanten een nieuwstekst voorgelegd. Er zijn vier varianten van deze nieuwstekst gecreëerd door de twee onafhankelijke variabelen nieuwstekst en structuur te variëren. De vier verschillende teksten zijn te zien in Tabel 3.1.

Tabel 3.1: Tekstvarianten in 2x2 design.

Voor de te gebruiken nieuwstekst is gezocht naar een reportage met een chronologische volgorde. Omdat reportages langer zijn dan nieuwsverhalen – tussen de 600 en 1200 woorden voor een reportage en tussen de 250 en 400 woorden voor een nieuwsverhaal – is het beter om te beginnen met een reportage en deze dan in te korten tot een nieuwsverhaal. De details die wel aan bod komen in een reportage, maar niet in een nieuwsverhaal, hoeven hierdoor niet zelf bedacht te worden. Daardoor zijn de teksten realistischer. Omdat een reportage vaak in chronologische volgorde wordt verteld, is de chronologische reportage het meest voor de hand liggende startpunt.

De uitgekozen chronologische reportage is het artikel ‘De laatste dagen van Els Borst’ van de website van het Algemeen Dagblad (Algemeen Dagblad, 2014), omdat hierin duidelijk de vijf door Asbreuk en de Moor (2013, p. 202) omschreven elementen van een reportage zijn terug te vinden zijn. Zo is er, door het gebruik van meerdere bronnen, informatie van binnenuit. Deze bronnen voeren ook handelingen uit, zij het in het verleden. Daarnaast is er een duidelijk probleem en een ontwikkeling in dit probleem: eerst de vermissing en daarna de dood van Els Borst. Een oplossing wordt nog niet aangedragen, omdat de rechercheurs daar nog naar op zoek zijn.

Naast deze eigenschappen heeft het duidelijk een verhalende en subjectieve vertelwijze. Daarover wordt verder uitgeweid in paragraaf 3.2.2. Het onderwerp van de reportage is relatief recent, maar het is waarschijnlijk niet zo bekend meer bij de meeste lezers. Dit voorkomt dat de lezers al verzadigd zijn met het onderwerp.

Voordat de reportage wordt gewijzigd qua structuur en tekstvorm, worden er enkele wijzigingen aan het origineel toegebracht. Na de titel van het artikel is in het origineel het woord Reconstructie geplaatst. Voor het onderzoek wordt dit weggelaten, omdat het een chronologische beschrijving van de gebeurtenissen impliceert. Het kan daarom de resultaten

Nieuwsverhaal Reportage

Chronologische volgorde Groep 1 Groep 2 Omgekeerde piramide Groep 3 Groep 4

23

ongewenst beïnvloeden. Ook de plaatsingsdatum, de datum van de laatste update en de bron worden weggelaten, omdat deze niet relevant zijn voor het onderzoek. Daarnaast zijn de tussenkopjes weggehaald, omdat tussenkopjes bij online nieuws vaak worden gebruikt om de aandacht vast te houden. Omdat in deze scriptie onderzoek wordt gedaan naar nieuwsberichten in het algemeen en niet naar online nieuwsberichten, zijn deze tussenkopjes weggelaten.

Verder worden er twee spelfouten aangepast; waar ‘er over’ staat, komt ‘erover’ te staan en waar ‘eruit ziet’ staat, komt ‘eruitziet’ te staan. De aangepaste tekst is te vinden in Bijlage B.

3.2.1 Aanpassen naar de piramidale structuur

Bij het aanpassen van de nieuwsteksten van een chronologische tekststructuur naar een omgekeerde piramide zijn de gebeurtenissen gerangschikt van belangrijk naar minder belangrijk.

Hierbij zijn de gebeurtenissen gerangschikt op het niveau van de episodes. Dit houdt in dat er niet op het niveau van de subgebeurtenissen is gerangschikt. Hiervoor is gekozen, omdat bij het nieuwsverhaal juist deze subgebeurtenissen horen te ontbreken. Dit verschil in de hoeveelheid details is een genrekenmerk (Kussendrager et al., 2014). In een nieuwsverhaal wordt namelijk een onspecifiek beeld van de situatie geschetst, waar dat bij een reportage veel specifieker wordt gedaan. Om dit in alle soorten nieuwsteksten gelijk te houden, is er dus gekozen voor het rangschikken op het niveau van de episodes. De chronologische volgorde van deze gebeurtenissen op het niveau van de episodes is te zien in Tabel 3.2.

Om de belangrijkheid van deze gebeurtenissen te waarderen is gekeken naar de nieuwswaarde van de gebeurtenissen. Daarvoor is aangesloten bij de negen vormen van nieuwswaarde van Bednarek en Caple (2012, p. 41): negativity, timeliness, proximity, prominence, consonance, impact, novelty, superlativeness en personalization.

Volgorde Tijdstip Gebeurtenis

1 Zaterdag Els Borst is aanwezig op congres D66, gaat daarna met de trein en de auto naar huis.

2 Zondag 16.00 uur Katrien Kroes mist Els Borst bij een huisconcert.

3 Maandag 17.00 uur Jasper Wouterse is bij het huis van Els Borst, krijgt geen gehoor en ziet de garagedeur openstaan.

4 Maandag 18.00 uur Kroes en een vriendin vinden het levenloze lichaam van Els Borst.

5 Sindsdien Oorzaak dood is onbekend, dertig rechercheurs doen onderzoek, familie en vrienden blijven geschokt en verward achter.

24

Gebeurtenis 1 is vooral van belang voor de nieuwswaarde timeliness, de relevantie van de gebeurtenis op het gebied van tijd. Hetzelfde is het geval bij gebeurtenissen 2 en 3. Alle drie de gebeurtenissen staan in het teken van de vierde gebeurtenis, het vinden van het levenloze lichaam van Els Borst. In deze gebeurtenis zijn negativity en prominence – de negativiteit en de hoge status van de betrokken persoon – de belangrijkste nieuwswaarden. Daarnaast zijn ook proximity en novelty – de nabijheid en de onverwachte elementen van de gebeurtenis – relevant. In gebeurtenis vijf zijn impact en personalization – de consequenties en het persoonlijke of menselijke belang van de gebeurtenis – de relevante nieuwswaarden.

Het maken van een volgorde op basis van het aantal nieuwswaarden per gebeurtenis zou ervoor zorgen dat gebeurtenis 4 het belangrijkst is, met daarna gebeurtenis 5. De andere drie gebeurtenissen lijken in elkaars verlengde te staan, met alle drie de nieuwswaarde timeliness. Om te controleren of lezers dit ook daadwerkelijk het meest belangrijk vinden, heb ik eerst zelf de gebeurtenissen in volgorde gezet van meest belangrijk naar minder belangrijk. Dit deed ik voorafgaande aan bovenstaande analyse met nieuwswaarden. Hoe ik de gebeurtenissen zou ordenen op basis van belangrijkheid is te vinden in Tabel 3.3. De volgorde is in lijn met de volgorde die ontleend is aan de hand van de nieuwswaarden.

Volgorde Tijdstip Gebeurtenis

4 Maandag 18.00 uur Kroes en een vriendin vinden het levenloze lichaam van Els Borst.

5 Sindsdien Oorzaak dood is onbekend, dertig rechercheurs doen onderzoek, familie en vrienden blijven geschokt en verward achter.

1 Zaterdag 10.00 uur Els Borst is aanwezig op congres D66, gaat daarna met de trein en auto naar huis.

3 Maandag 17.00 uur Jasper Wouterse is bij het huis van Els Borst, krijgt geen gehoor en ziet de garagedeur openstaan.

2 Zondag 16.00 uur Katrien Kroes mist Els Borst bij een huisconcert.

Tabel 3.3: Eigen analyse volgorde gebeurtenissen nieuwstekst.

Na mijn eigen analyse heb ik ook twee peers de opdracht gegeven om de gebeurtenissen in volgorde te zetten. Een van de twee bevestigde mijn volgorde, de andere husselde de gebeurtenissen 1,2 en 3 om. Zoals ook bleek uit de bespreking van de nieuwswaarden, focussen deze gebeurtenissen zich op dezelfde nieuwswaarde. Daarmee kan ook de belangrijkheid van deze drie gebeurtenissen ingeschat worden als nagenoeg gelijk. Aangezien twee van de drie dezelfde volgorde hadden, pas ik op basis hiervan niets aan. Ook gaven beide peers aan dat gebeurtenis 5 eigenlijk twee losse gebeurtenissen zijn. Op de vraag waar ze de losse delen dan zouden plaatsen, geven ze aan dat ze de informatie over de geschoktheid van de vrienden en familie het minst belangrijk beschouwen; deze informatie ligt voor de hand en heeft daarom weinig nieuwswaarde. Dit nieuwsfeit is daarom aan het eind van de chronologie

25

geplaatst. De informatie over het onderzoek blijft op de tweede plaats qua belangrijkheid. De nieuwe volgorde is te zien in Tabel 3.4. Dit is de volgorde die gebruikt is in het onderzoek.

Volgorde Tijdstip Gebeurtenis

4 Maandag 18.00 uur Kroes en een vriendin vinden het levenloze lichaam van Els Borst. 5-1 Sindsdien Oorzaak dood is onbekend, dertig rechercheurs doen onderzoek. 1 Zaterdag 10.00 uur Els Borst is aanwezig op congres D66, gaat daarna met de trein en

auto naar huis.

3 Maandag 17.00 uur Jasper Wouterse is bij het huis van Els Borst, krijgt geen gehoor en ziet de garagedeur openstaan.

2 Zondag 16.00 uur Katrien Kroes mist Els Borst bij een huisconcert.

5-2 Sindsdien Familie en vrienden blijven geschokt en verward achter.

Tabel 3.4: Gebeurtenissen nieuwstekst in volgorde van belangrijkheid.

In Tabel 3.4 is de volgorde van de gebeurtenissen duidelijk veranderd ten opzichte van de chronologische volgorde van Tabel 3.2. De twee gebeurtenissen die als laatste en een-na-laatste werden genoemd in de chronologische reportage, worden nu als eerste en tweede genoemd.

Om de leesbaarheid van de nieuwe reportage te vergroten zijn enkele verwijzingen aangepast aan de volgorde van de tekst. Door het veranderen van de volgorde van de tekst stond de entiteit waarnaar wordt verwezen soms achter in plaats van voor de verwijzing. Dit verandert de tekst meer dan het aanpassen van deze verwijzingen doet. Het verwijzen naar een entiteit dat later in de tekst volgt kan overigens wel, de zogenoemde cataforische expressie (Hustinx & Karreman, 2013). Het is echter beter om het gebruik van cataforische expressies consequent te vermijden in de nieuwsteksten. Een voorbeeld van een aangepaste verwijzing is dat Els Borst in de reportages de eerste keer niet ‘Els’ genoemd, maar ‘Els Borst’.

De reportage met een omgekeerde piramide is te vinden in Bijlage C.

3.2.2 Aanpassen naar een nieuwsverhaal

Zowel de chronologische reportage als de reportage met een omgekeerde piramide heb ik aangepast naar een nieuwsverhaal. Dit is op eenzelfde manier gedaan en wordt daarom ook samen besproken.

Waar een reportage een verhaal presenteert van binnenuit en derhalve subjectiever is, is de stijl van een nieuwsverhaal wat afstandelijker. Eigen nieuwsverwerving is net als bij een reportage van belang, net als het raadplegen van relevante bronnen. Verder is het onderwerp van een reportage soms anders dan bij een nieuwsverhaal, maar dat kan in dit onderzoek uiteraard niet aangepast worden. Een nieuwsverhaal is ook korter dan een reportage,

26

waardoor er minder ruimte is voor diepgang. Het aanpassen van de reportage naar een nieuwsverhaal heb ik voornamelijk gebaseerd op het verschil tussen de nieuwsteksten op het gebied van subjectiviteit en op het gebied van lengte.

3.2.2.1 Subjectiviteit

Een belangrijk verschil tussen een reportage en een nieuwsverhaal is het subjectieve karakter van een reportage, waar een nieuwsverhaal een zakelijke stijl heeft (Asbreuk & de Moor, 2013). Aan de hand van de eigen waarnemingen wordt in een reportage de achtergrond van een gebeurtenis geschetst, terwijl een nieuwsverhaal veel objectiever en feitelijker is. Een van de elementen daarin is de manier waarop gesproken teksten worden gepresenteerd. Daarbij zijn directe citaten het meest subjectief (Lagerwerf, Schurink & Oegema, 2011). Indirecte citaten, het omschrijven van een citaat in eigen woorden, is minder subjectief. Daarom heb ik directe citaten in de reportages aangepast naar indirecte citaten in de nieuwsverhalen. Daarmee lijkt het minder alsof de schrijver de uitspraken doet aan de hand van zijn eigen waarnemingen als ooggetuige.

Ook personalisatie is een onderdeel van subjectiviteit. Lagerwerf, Schurink en Oegema (2011) onderscheiden daarin vier elementen. De eerste is de adverbiale expressie, die ze onderverdelen in epistemische markeerders als volgens, eigenlijk, zeker en echt en bijwoorden van graad als helemaal, volledig, extreem en bijna. Deze vorm van subjectiviteit is niet te vinden in de gekozen reportage en daarom heb ik op dit gebied geen aanpassingen gedaan aan de tekst.

Het tweede element van personalisatie bestaat uit expressies van stance in complement clause constructies: de post-predicaat-dat-zinnen en de om te-zinnen. Hiermee wordt een bepaalde houding of opvatting geuit. Met deze constructies worden vaak citaten op een indirecte manier omschreven. In deze zinnen zit volgens Lagerwerf, Schurink en Oegema (2011) dus een vorm van personalisatie, ook al is het minder dan in de directe citaten. Of er daadwerkelijk wordt gepersonaliseerd met om te-zinnen is echter maar de vraag. Zo geeft onder andere Pearce (2005, p. 87) aan dat het kán, maar dat het niet per se zo is. Om deze reden heb ik de om te-zinnen in de tekst van dit onderzoek niet aangepast. Verder zaten er geen post-predicaat-dat-zinnen in het artikel over Els Borst, zodat ik ook daar niets voor hoefde aan te passen.

Het derde element bevat de expressies van stance via modale en mentale werkwoorden. Hierbij moet gedacht worden aan werkwoorden die noodzakelijkheid, waarschijnlijkheid, wenselijkheid of verplichting uitdrukken, zoals moeten, kunnen en nodig zijn. In de reportage komt bijvoorbeeld de zin “En dus kan Borst het ook niet laten Alexander Pechtold nog wat wijze lessen mee te geven” voor. Deze zin is in het nieuwsverhaal aangepast tot “Ook Alexander Pechtold krijgt nog wat wijze lessen mee”.

Het vierde element van personalisatie is het gebruik van persoonlijke voornaamwoorden in de eerste of tweede persoon. Dit komt in de reportage alleen voor in directe citaten.

27

Aangezien deze citaten toch al indirect zijn gemaakt, hoeven deze niet meer aangepast te worden.

3.2.2.2 Verkorten

Omdat nieuwsverhalen normaal tussen de 250 en 400 woorden zijn (Kussendrager et al., 2014), heb ik de nieuwstekst ook ingekort. De tekst is vaak op een andere en kortere manier verwerkt, om de inhoud van de tekst niet aan te passen. Daarbij heb ik ook citaten, zoals genoemd in paragraaf 3.2.2.1, weggelaten. Een voorbeeld hiervan is deze passage uit de reportage:

“In de hal van de Beurs van Berlage loopt ze haar goede vriend en oud-collega Roger van Boxtel tegen het lijf. Het valt hem op hoe vrolijk en fris ze eruitziet. 'Zoals altijd,' zal hij er later over vertellen. De twee spreken elkaar die avond nog vaak, zonder te weten dat ze hun allerlaatste gesprekken voeren. Van Boxtel: 'Ze was nog heel kranig, ook al heeft ze een jasje uitgedaan na haar borstkanker.”

In de verkorte versie in het nieuwsverhaal is het veel korter beschreven:

“Bij het congres spreekt ze vaak met vriend en oud-collega Roger van Boxtel, zonder te weten dat ze hun allerlaatste gesprekken voeren.”

Zoals onder andere uit dit voorbeeld blijkt, zijn ook enkele achtergrondopmerkingen uit de tekst verdwenen. Bij een subjectieve beschrijving ligt het accent op de indruk die de situatie op de schrijver maakt (Asbreuk & de Moor, p. 212). In een nieuwsverhaal wordt deze subjectieve beschrijving meestal achterwege gelaten, omdat er vaak een zakelijke stijl wordt gehanteerd. De volgende alinea is een voorbeeld van een alinea die ik nagenoeg volledig heb weggelaten:

“Borst, die dag gekleed in een grijze pantalon, zwart jasje en rode koltrui, is de