• No results found

met Annemie Luyten – De Loodsen

In document Ik woon niet in een woord (pagina 33-37)

1. De Loodsen: wat?

= trefpunt stadspastoraal Antwerpen (ongeveer 10 jaar geleden gestart)

loods (als gids) = de weg wijzen voor vrijwilligers naar actuele noden in de stad (armoede, multiculturele samenleving,..)

loods (als hangar) = een experimenteerruimte om dingen op te starten

2. Noodhulp onder protest Aanleiding

Een van de ontdekkingen was dat er in de stad verschillende organisaties bezig waren met het uit-delen van voedselpakketten, maar eigenlijk niet akkoord waren met deze vorm van (nood)hulp.

Tot eind jaren ‘80 kon je in Antwerpen enkel terecht bij de paters van de Ossenmarkt voor voedselpakketten.

De start van de Voedselbank (‘90) heeft de vraag duidelijk aangezwengeld.

In de samenleving is er ook een groeiende nood, meer mensen vallen uit de boot.

Een onderzoekje (begin jaren ‘90) leerde dat het publiek van de voedselbedelingen bestond uit:

Belgen met een uitkering en een grote financiële last (ziektekosten, huur,…),

Belgen met een net te hoog inkomen voor een uitkering, maar met schulden of hoge kost,

mensen zonder papieren.

Een platform noodhulp onder protest

Zo ontstond een platform (werkgroep) van een 20-tal organisaties die in Antwerpen actief zijn rond voedselhulp. Zij komen regelmatig samen om uit te wisselen en afspraken te maken en geza-menlijk dingen aan te pakken.

Zo stuitte men bijvoorbeeld op de vaststelling dat het OCMW (officieel) geen mensen door-stuurde maar in de praktijk zonden een hele reeks ‘intakers’ van het OCMW mensen bij intake al door als ze zagen dat het OCMW deze mensen toch niet zou kunnen helpen. Met het huidige OCMW bestuur is daarover een goede communicatie opgezet.

| 34

Belangrijke les/tip:

Goede afspraken maken tussen OCMW en ‘privé’ hulpverleners.

Zorgen dat men elkaar kent – ook (een goed) persoonlijk contact tussen verantwoordelijken helpt om de hulpverlening vlotter af te stemmen op elkaar.

De organisaties stelden ook vast dat er met het aanbod van de Voedselbanken toch wel wat problemen waren.

Ze doen op zich goed werk voor een specifieke sector (noodhulp).

De basisidee is goed: overschotten (van bedrijven, EU, …) herverdelen.

Maar in de praktijk is het voor sommige bedrijven goedkoper om hun overschot aan de Voedselbank te leveren, dan het echt te dumpen. Soms zit je dus met rommel.

Bijv.

- producten van een mislukte lancering van een nieuw product - producten met verkeerde etiketten (heel vervelend bij blikjes!)

Een erg onregelmatige toestroom van voedsel op jaarbasis.

Eenzijdig gamma voedsel (deegwaren,…) voor grotendeels een multicultureel publiek.

Soms zijn er pieken met een overaanbod (bijv. melkoverschotten van EU).

Er is ook nood aan hygiënische producten (zeep, tandpasta,…).

Soms word je verplicht een aantal producten af te nemen.

Vaak beperkt tot organisatorisch verdelen van pakketten, er is weinig inhoudelijke betrokkenheid of feeling (nogal wat mensen met een carrière uit het leger komen daar nog ‘een goed werk’ doen).

Van daaruit ontstond het idee om dit eens aan te pakken!

Zo ontstond de sociale kruidenier

3. De sociale kruidenier Opstart

In maart 2004 startte men met de sociale kruidenier.

Dit initiatief werd in eerste instantie gedragen door 3 organisaties (Bond Zonder Naam, De Mut-saert en Protestants Sociaal Centrum). Het eerste idee was een aparte Voedselbank voor mensen zonder papieren op te zetten, maar dat was niet haalbaar.

Men kreeg een gebouw ter beschikking

Gebaseerd op vrijwilligers

Men vond geen ondersteuning bij Carrefour Ter info

Er is ook een sociale Carrefour in Antwerpen (Dam)

Beperkt voor OCMW klanten uit de onmiddellijke omgeving

Daarnaast nog op 4 andere plaatsen in België

Werkt enkel samen met OCMW

Werkt met personeel (artikel 60) die opgeleid worden om nadien bij Carrefour te gaan werken

Werkt met producten die in Carrefour-stock afgekeurd werden (bijv. enkele blikken stuk, hele pallet afgekeurd, maar de rest is eigenlijk van perfecte kwaliteit)

Prijs is 20% van Carrefourprijs

35 |

Hoe werkt de kruidenier

De sociale diensten van de 3 organisaties identificeren de klanten (uit hun publiek).

Deze klanten krijgen een kaart.

Klanten zijn op dit moment 75 gezinnen, maar het aanbod is groot genoeg en men denkt aan uitbreiding tot 100 gezinnen.

Elke woensdag (om de 14 dagen) mogen ze komen winkelen:

alleenstaande voor een budget van 10 euro

alleenstaande met max 2 kinderen voor 15 euro

een gezin of alleenstaande met meer kinderen voor 20 euro

Mensen betalen in principe zelf (maar 90% van basisbedrag wordt toch gesponsord door organisaties, als ze meer kopen is dat voor eigen rekening )

De organisaties leveren vooraf aan de kruidenier een lijst van de klanten die zullen ko-men.

Kwetsbaar

De sociale kruidenier moet zelf de producten kopen (via contacten met distributie).

De prijs ligt (onder meer daardoor) slechts 10% onder de goedkope winkels (Aldi, Lidle).

Positief

Iedereen (klanten, vrijwilligers,.. ) ervaart deze vorm als veel respectvoller.

Klanten komen zelf meer uit hun pijp (ze reageren, doen suggesties voor producten,..).

Wordt ook omkaderd met andere initiatieven (bijv. sociale werkplaats).

Er is ook een trend naar medewerking van andere sociale organisaties (kansen tot uitbrei-ding ?).

Over de producten

Door zelf aan te kopen is er een goed aanbod, ruime keuze.

Je stapt af van het idee dat de mensen krijgen van de overschot (de kruimels/ erg carita-tief).

De keuze voor de producten wordt zo prijsbewust gemaakt.

Dit zorgt soms voor discussie onder de vrijwiligers over diverse aspecten:

Moeten we ook Cola aankopen en verkopen (gezondheid)?

Wat met papieren zakdoekjes (milieu)?

Maar als er vraag naar is? Wie oordeelt dan?

Moeten we sommige aankopen stimuleren (verse groenten) of afremmen?

Wat is respectvol omgaan?

ERG BOEIENDE DISCUSSIES OM MEER MEE TE DOEN

Sociale kruidenier Rolwagenstraat 49, 2018 Antwerpen De Loodsen

Sint Jacobsmarkt 43, 2000 Antwerpen 03/234.05.11

| 36

37 |

De dialoogmethode

ingeleid door Diederik Janssens,

In document Ik woon niet in een woord (pagina 33-37)