• No results found

Luuks leestip

In document LEER ZE LEZEN (pagina 67-70)

Meester Jaap (8+) van Jacques Vriens. ‘Een

humo-ristisch boek dat goed aansluit bij de belevings-wereld van kinderen.’

in de praktijk

Je kunt werken aan een rijkere woordenschat door veel voor te lezen en tijd in te ruimen voor vrij lezen. Zo raken leerlingen vertrouwder met boekentaal. Samen praten over teksten en hen de inhoud na laten vertellen aan elkaar helpt leerlingen om zich woorden eigen te maken. Blijf vooral zelf ook moei-lijke woorden gebruiken, maar licht die voortdurend toe: ‘Dat betekent dus …’ Begin je les eens met een gedicht en laat ze de woorden proeven. Laat ze kortom dag in dag uit ervaren hoe rijk taal is en wat je er allemaal mee kunt zeggen.

LITERATUUR

Gebruikte wetenschappelijke bron

Chall, J. S., Jacobs, V. A., & Baldwin, L. E. (1990).

The reading crisis: why poor children fall behind.

Cambridge, Mass.: Harvard University Press.

Verder lezen

Deze brochure vat de inzichten samen uit het pro-motieonderzoek van Nicole Heister-Swart naar het belang van woordenschat en biedt praktische tips. Heister-Swart, N. & Bruggink, M. (2018). De rol van

woordenschat bij begrijpend lezen. Expertisecentrum

Nederlands/Radboud Universiteit.

https://www.nro.nl/wp-content/uploads/2019/02/ brochure_nicoleswart_begrijpendlezen.pdf Hoofdstuk 3 van deze NRO-literatuurstudie naar begrijpend lezen gaat over het belang van woordenschat.

Houtveen, Th., Steensel, R. van, & Rie, S. de la (2019).

De vele kanten van leesbegrip: literatuurstudie naar onderwijs in begrijpend lezen. NRO, pp. 18-26.

https://www.nro.nl/wp-content/uploads/2019/09/ houtveen-van-steensel-de-la-rie-2019-reviewstudie-begrijpend-lezen.pdf

Erik Meester en Anna Bosman beschrijven in dit artikel hoe je leerlingen een rijke woordenschat kunt aanbieden.

Meester, E. & Bosman, A. (2019). Maak van je klas een taalgemeenschap. Didactief, 4 (april).

https://didactiefonline.nl/artikel/maak-van-je-klas-een-taalgemeenschap

OM IN TE LIJSTEN

• Een rijke woordenschat is een essentiële voorwaarde voor tekstbegrip.

• Een kleine woordenschat in groep 3 en 4 is een signaal voor latere lees- en leerproblemen. • Gebruik zelf moeilijke woorden, maar licht ze

voortdurend toe.

• Ook met voorlezen en vrij lezen verrijk je de woordenschat van leerlingen.

In het boek Werk maken van gelijke kansen kun je in hoofdstuk 3 (‘Taal is een klasse apart’) meer lezen over verschillen in taalbagage tussen kinderen van hoogopgeleide en laagopgeleide ouders. Dit boek kun je gratis downloaden van

Werkmakenvangelij-kekansen.nl.

Van den Bergh, L., Denessen, E. & Volman, M. (2020).

Werk maken van gelijke kansen. Praktische inzichten uit onderzoek voor leraren basisonderwijs.

Amster-dam: Didactief/Meppel: Ten Brink Uitgevers. https://werkmakenvangelijkekansen.nl Al in de kleuterklas kun je werken aan woorden-schat. In dit artikel staan tips voor hoe je dat het beste kunt doen.

Damhuis, C. & Scheltinga, F. (2012). Woordenschat vergroten: veel herhalen. Didactief, 10 (december). https://didactiefonline.nl/artikel/woordenschat-vergroten-veel-herhalen

Wat komt er kijken bij het leren van woorden? Hierover vind je meer in dit artikel uit de Didactief-special Taaltalent.

Krikhaar, E. & Goch, M. van (2012). Wat prikkelt talent voor woorden bij jonge kinderen? Didactief, 10 (december).

https://didactiefonline.nl/artikel/wat-prikkelt-talent-voor-woorden-bij-jonge-kinderen

De Amerikaanse leesonderzoeker Timothy Shana-han blogt over wat we uit onderzoek weten over lezen. In deze (Engelstalige) blog legt hij uit hoe je kunt werken aan woordenschat.

Shanahan, T. (2019). Five things every teacher should know about vocabulary instruction.

Shanahanonliteracy.com

www.shanahanonliteracy.com/blog/five-things- every-teacher-should-know-about-vocabulary-instruction

11. INVESTEER IN KENNIS VAN DE WERELD

Hirsch, E.D. jr. (2003). Reading comprehension requires knowledge of words and the world:

Scientific insights into the fourth-grade slump and the nation’s stagnant comprehension scores.

American Educator, (27)1, 10-13, 16-22, 28-29, 48.

INTRODUCTIE

Er is een bekende anekdote over iemand die een lezing van Albert Einstein over de relativiteitstheorie bijwoonde. Naderhand zou ze gezegd hebben: “Ik begreep alle woorden. Alleen de manier waarop ze gecombineerd waren, vond ik verwarrend.”

Dat is niet alleen een originele manier om te zeggen dat je er geen snars van begrepen hebt. Het maakt ook duidelijk dat je er met een goede woordenschat alleen nog niet bent. Om lezingen en teksten te begrijpen, heb je ook achtergrondkennis nodig, in dit voorbeeld een grondige kennis van natuurkunde.

Als geen ander heeft leesonderzoeker Eric Hirsch gehamerd op dit belang van kennis voor tekstbegrip en, in het verlengde daarvan, voor leren in het alge-meen. Zijn bekendste werk, in elk geval in Nederland, is Why knowledge matters (2016). Zijn artikel uit 2003 vormt een van de bouwstenen voor dit boek. Op basis van inzichten uit eigen leesonderzoek en dat van collega’s beschrijft hij hoe tekstbegrip tot stand komt en wat ervoor nodig is. Rode draad daarin vormt kennis, kennis en nog eens kennis.

HET IDEE

Zijn hele werkend bestaan is Hirsch al geïntrigeerd door de vraag wat tekstbegrip precies is en welke factoren bepalen of we een tekst wel of niet begrijpen. Hij heeft er zelf veel onderzoek naar gedaan en uiteraard ook dat van collega’s op de voet gevolgd. In dit artikel zet hij alle inzichten op een rijtje en beschrijft hij drie factoren die tel-kens weer als essentieel uit onderzoek naar voren komen: natuurlijk vaardigheid in vloeiend lezen, maar ook een rijke woordenschat en domeinken-nis. Die zaken bepalen of je een goede lezer bent

of niet. Ze bepalen dus ook waar leraren in de klas aandacht aan moeten besteden om goede lezers te maken.

DE INZICHTEN

In zijn artikel legt Hirsch uit waarom vloeiend lezen, woordenschat en domeinkennis belangrijk zijn en wat dit vervolgens betekent voor het leesonderwijs.

Vloeiend lezen

Wie nog steeds spellend aan het lezen is, verliest snel de grip op de samenhang tussen woorden. Ons werkgeheugen kan maar circa zeven eenheden tegelijk vasthouden, dus na zeven woorden is de spellende lezer de draad kwijt. Wie daarentegen vloeiend leest, kan al zijn energie en werkgeheugen-capaciteit besteden aan de betekenis van de tekst. Vloeiend lezen is niet louter een kwestie van vaardig technisch lezen. Ook hier komt kennis om de hoek kijken: immers, bekende woorden en bekende thema’s lezen vlotter weg. Als je niets weet over sterrenkunde of schaken, kost het meer tijd en moeite om een tekst daarover te lezen en goed te begrijpen. Sterrenkundigen en schakers daarentegen draaien hun hand er niet voor om – maar zij struikelen wellicht weer over teksten over pedagogiek of rozen snoeien.

In document LEER ZE LEZEN (pagina 67-70)