• No results found

– lid 3 – alinea 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement De punten c) en d) van dit lid zijn niet van

toepassing op in artikel 4, onder c), punt vii), van de ESF+-verordening bedoelde specifieke doelstelling.

De punten c) en d) van dit lid zijn niet van toepassing op de in artikel [4, lid 1, onder xi),], van de ESF+-verordening bedoelde specifieke doelstelling.

Amendement 157

Voorstel voor een verordening

Artikel 17 – lid 3 – alinea 2 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement Een milieurapport met relevante

informatie over de effecten op het milieu overeenkomstig Richtlijn 2001/42/EG wordt als bijlage bij het programma gevoegd, rekening houdend met de behoeften ten aanzien van matiging van de klimaatverandering.

Amendement 158

Voorstel voor een verordening Artikel 17 – lid 6

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 6. Voor overeenkomstig artikel 16

ingediende EFRO-, ESF+- en

Cohesiefondsprogramma's bevat de in lid 3, onder f), ii), bedoelde tabel uitsluitend de bedragen voor de jaren 2021 tot en met 2025.

6. Voor overeenkomstig artikel 16 ingediende EFRO-, ESF+- en

Cohesiefondsprogramma's bevat de in lid 3, onder f), ii), bedoelde tabel de bedragen voor de jaren 2021 tot en met 2027.

Amendement 160

Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 1. De Commissie beoordeelt het

programma en de mate waarin het deze verordening en de fondsspecifieke verordeningen nakomt, net als de verenigbaarheid ervan met de

partnerschapsovereenkomst. Bij haar beoordeling houdt de Commissie met name rekening met de relevante landspecifieke aanbevelingen.

1. De Commissie beoordeelt het programma en de mate waarin het deze verordening en de fondsspecifieke verordeningen nakomt, net als de verenigbaarheid ervan met de

partnerschapsovereenkomst. Bij haar beoordeling houdt de Commissie met name rekening met de relevante landspecifieke aanbevelingen, evenals met de relevante uitdagingen die zijn vastgesteld bij de uitvoering van de geïntegreerde nationale energie- en klimaatplannen en in de Europese pijler van sociale rechten, en met de manier waarop deze worden aangepakt.

Amendement 161

Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 2. De Commissie kan binnen drie

maanden na de datum waarop het

programma door de lidstaat is ingediend,

2. De Commissie kan binnen twee maanden na de datum waarop het programma door de lidstaat is ingediend,

opmerkingen formuleren. opmerkingen formuleren.

Amendement 162

Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 3. De lidstaat evalueert het

programma en houdt rekening met de opmerkingen van de Commissie.

3. De lidstaat evalueert het programma en houdt rekening met de binnen twee maanden na de indiening ervan door de Commissie gemaakte opmerkingen.

Amendement 163

Voorstel voor een verordening Artikel 18 – lid 4

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 4. De Commissie stelt uiterlijk zes

maanden na indiening van het programma door de lidstaat door middel van een uitvoeringshandeling een besluit tot goedkeuring van het programma vast.

4. De Commissie stelt uiterlijk vijf maanden na de eerste indiening van het programma door de lidstaat door middel van een uitvoeringshandeling een besluit tot goedkeuring van het programma vast.

Amendement 164

Voorstel voor een verordening Artikel 19 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 2. De Commissie beoordeelt de

wijziging en de mate waarin het deze verordening en de fondsspecifieke verordeningen nakomt, met inbegrip van verplichtingen op nationaal niveau, en kan binnen drie maanden na de datum waarop het gewijzigde programma door de lidstaat is ingediend, opmerkingen formuleren.

2. De Commissie beoordeelt de wijziging en de mate waarin die deze verordening en de fondsspecifieke verordeningen nakomt, met inbegrip van verplichtingen op nationaal niveau, en kan binnen twee maanden na de datum waarop het gewijzigde programma door de lidstaat is ingediend, opmerkingen formuleren.

Amendement 165

Voorstel voor een verordening Artikel 19 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 3. De lidstaat evalueert het gewijzigde

programma en houdt rekening met de opmerkingen van de Commissie.

3. De lidstaat evalueert het gewijzigde programma en houdt rekening met de binnen twee maanden na de indiening ervan door de Commissie gemaakte opmerkingen.

Amendement 166

Voorstel voor een verordening Artikel 19 – lid 4

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 4. De Commissie keurt uiterlijk zes

maanden na de indiening ervan door de lidstaat, de wijziging van een programma goed.

4. De Commissie keurt uiterlijk drie maanden na de indiening ervan door de lidstaat, de wijziging van een programma goed.

Amendement 167

Voorstel voor een verordening Artikel 19 – lid 5 – alinea 1

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement De lidstaat kan tijdens de

programmeringsperiode een bedrag van maximaal 5 % van de initiële toewijzing van een prioriteit en niet meer dan 3 % van de programmabegroting overdragen naar een ander fonds van hetzelfde programma.

Voor de door het EFRO en het ESF+

ondersteunde programma's heeft de overdracht enkel betrekking op

toewijzingen uit dezelfde regiocategorie.

De lidstaat kan tijdens de

programmeringsperiode een bedrag van maximaal 7 % van de initiële toewijzing van een prioriteit en niet meer dan 5 % van de programmabegroting overdragen naar een andere prioriteit van hetzelfde Fonds van hetzelfde programma. Daarbij neemt de lidstaat de gedragscode in acht die is vastgesteld bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 240/2014 van de Commissie.

Voor de door het EFRO en het ESF+

ondersteunde programma's heeft de overdracht enkel betrekking op

toewijzingen uit dezelfde regiocategorie.

Amendement 168

Voorstel voor een verordening Artikel 19 – lid 6

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 6. Voor het corrigeren van tikfouten

of louter redactionele wijzigingen die de uitvoering van het programma niet

beïnvloeden, wordt geen goedkeuring van de Commissie vereist. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van dergelijke correcties.

6. Voor het corrigeren van tikfouten of louter technische of redactionele wijzigingen die de uitvoering van het programma niet beïnvloeden, wordt geen goedkeuring van de Commissie vereist. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van dergelijke correcties.

Amendement 169

Voorstel voor een verordening Artikel 20 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 2. Het EFRO en het ESF+ kunnen op

complementaire wijze en met

inachtneming van een maximum van 10 % aan steun van deze fondsen voor elke prioriteit van een programma, financiering verlenen voor een gehele of een deel van een concrete actie waarvan de kosten volgens de desbetreffende

subsidiabiliteitsregels in aanmerking komen voor steun uit een ander fonds, op voorwaarde dat deze kosten noodzakelijk zijn om de concrete actie uit te voeren.

2. Het EFRO en het ESF+ kunnen op complementaire wijze en met

inachtneming van een maximum van 15 % aan steun van deze Fondsen voor elke prioriteit van een programma, financiering verlenen voor een gehele of een deel van een concrete actie waarvan de kosten volgens de desbetreffende

subsidiabiliteitsregels in aanmerking komen voor steun uit een ander Fonds, op voorwaarde dat deze kosten noodzakelijk zijn om de concrete actie uit te voeren.

Amendement 170

Voorstel voor een verordening Artikel 21 – lid 1

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 1. De lidstaten kunnen verzoeken om

de overdracht van maximaal 5 % van de financiële toewijzingen van een

programma uit een van de fondsen naar een ander fonds in gedeeld beheer of naar een instrument in direct of indirect

beheer.

1. Met het oog op de flexibiliteit kunnen de lidstaten, indien het toezichtcomité van het programma daarmee instemt, verzoeken om de overdracht van maximaal 5 % van de financiële toewijzingen van een

programma uit een van de Fondsen naar het Europees Fonds voor regionale

ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds

Plus, het Cohesiefonds of het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij.

Amendementen 171 en 434 Voorstel voor een verordening Artikel 21 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 2. Overgedragen middelen worden

uitgevoerd overeenkomstig de regels van het fonds of instrument waarnaar de middelen worden overgedragen en, in het geval van overdrachten naar

instrumenten in direct of indirect beheer, ten voordele van de lidstaat in kwestie.

2. Overgedragen middelen worden uitgevoerd overeenkomstig de regels van het Fonds of instrument waarnaar de middelen worden overgedragen.

Amendementen 172, 433 en 434 Voorstel voor een verordening Artikel 21 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement 3. In verzoeken op grond van artikel 1

wordt vastgesteld welk totaalbedrag jaarlijks wordt overgedragen per fonds en per regiocategorie; dergelijke verzoeken worden naar behoren gemotiveerd en gaan vergezeld van het herziene programma of de herziene programma's van waaruit overeenkomstig artikel 19 de middelen worden overgedragen, met vermelding van naar welk fonds of instrument zij worden overgedragen.

3. In verzoeken op grond van artikel 1 wordt vastgesteld welk totaalbedrag

jaarlijks wordt overgedragen per Fonds en per regiocategorie, in voorkomend geval;

dergelijke verzoeken worden naar behoren gemotiveerd met het oog op de te

verwezenlijken complementariteit en impact, en gaan vergezeld van het herziene programma of de herziene programma's vanwaaruit overeenkomstig artikel 19 de middelen worden overgedragen, met vermelding van naar welk Fonds of instrument zij worden overgedragen.

Amendement 173

Voorstel voor een verordening Titel 3 – hoofdstuk I bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement