• No results found

Leidinggevende functies

In document SHOULD I STAY OR SHOULD I GO (pagina 89-93)

Mannen aan de top

Uit de literatuur blijkt dat vrouwen minder invloedrijke posi es innemen en minder beleidsbepalende ar s eke func es hebben (Fischer et al.,2002). In de analyse wordt beves gd dat er, ondanks een grote aanwezigheid van vrouwen in de sector, in de hoge func es nog vaak mannen zi en. Veel van de organisatorische func es worden weliswaar gedragen door vrouwen, maar het uiteindelijke beslissingsrecht over de ar s eke invulling en de tewerkstelling van podiumkunstenaars ligt bij mannen. Men hee het gevoel dat de podiumkunstensector daardoor vooral een mannenwereld is. Men ervaart een tekort aan vrouwelijke ar s eke leiders. De ervaring met vrouwen aan het hoofd is redelijk beperkt.

“Het enige waar wel nog veel mannen zi en, zijn de topfunc es. (...) Ik ken eigenlijk heel weinig mannen waar ik al mee heb samengewerkt. Ik zie allemaal mensen van allerlei verschillende huizen, dat zijn in alle organisatorische func es allemaal vrouwen. Alleen degene die er helemaal van boven staat, is … allez in mijn ervaring.” Respondent E

“Bij ons zijn het, daar zit wel, pas op, daar zit soms wel een vrouw bij, maar die hee niet het

uiteindelijke beslissingsrecht.(...) Nee, de onderhandelingen is nu een vrouw bij ons, ja, dat wel. Dat is juist. Die moet dan weer verantwoording afleggen bij iemand anders, dat wel. Maar om het, qua audi es doen, is het al jd mannen. Achter de schermen is het bij ons wel redelijk veel vrouwen eigenlijk. Het zijn vooral de … rolverdeling gebeurt nog al jd door de mannen, vaak.” Respondent L

Vrouwen aan de top

Bij de zoektocht naar vrouwen in leidinggevende functies valt veel respondenten op dat in het jeugdtheater er opmerkelijk meer vrouwen aanwezig zijn in topfunc es dan in andere subsectoren van de cultuursector. “De jeugdtheaters zijn de enige organisa es waar er meer vrouwen aan de top staan dan mannen” (Van Langendonck et al., 2014:) . Een respondent beschrij dat het makkelijker aanvaard wordt om een ar s ek leidinggevende func e te hebben in het jeugdtheater. Ook wordt beschreven dat jeugdtheater nog meer de stereotypering van ‘vrouwelijk’ hee .

“Maar op een bepaald moment hee iemand mij gevraagd om een kindervoorstelling te maken en dat was … alles oké. Dan werd dat allemaal meer geapprecieerd. En dat waren hele goede

voorstellingen, dus dan vroegen ze mij om nog een kindervoorstelling te maken. En dan merk je dat wel, ineens kunnen ze u in een hoekje duwen, zo heb ik dat toch gevoeld. In het hoekje van de vrouw die voorstellingen maakt voor kinderen. En dan, en dan, een keer dat je in die hoek zijt geduwd is het heel moeilijk om daar nog uit te geraken.” Respondent K

“Because in the beginning … that’s maybe some mes in the beginning I had the feeling that they didn’t take me seriously, because I was working with ‘de kindjes’. That was...but that had much more to do with your audience then being a women. I had the feeling. Or the logic: she is a woman, ah it’s logic that she’s in youth theatre, because she’s a woman. Why?” Respondent B

Quota of niet?

De meningen over het al dan niet hanteren van quota zijn verdeeld. E nerzijds wordt het belang van quota en een grotere aanwezigheid van vrouwelijke rolmodellen erkend, maar anderzijds is er ook een zekere terughoudendheid om te ijveren voor quota of voor meer vrouwen in een organisa e. Men is voorzich g omdat men enerzijds niet in een

feminis sche hoek geduwd te worden, en anderzijds omdat men aangenomen wil worden op basis van kwaliteit, en niet op gender. Respondenten beschrijven dat ze in hun organisa e aankaarten om vrouwen aan te nemen, of op te nemen in commissies of raden. De ervaring leert dat er soms gewoon niet gedacht wordt aan vrouwen of dat er wordt gezegd dat men niet op gender wil beoordelen, maar gewoon op zoek is naar de beste kandidaat voor de job, zonder naar achterliggende redenen voor de scheve genderverhouding te kijken.

“Maar iedere keer dat er iemand werd gevraagd om een regie te doen, waren het bijna al jd mannen. En als ik dan zo, dan zei hij: o god, nu ben ik dat weer vergeten van te vragen aan u. En dat is dus niet uit kwade wil, want die hee mij bijna gans mijn carrière gevolgd, maar dat is puur zoiets van: ik heb daar gewoon niet aan gedacht. Net zoals, op school ook, zo van als mijn collega zei:

waarom vraag je dat niet aan een vent om uit die commissie te stappen? Gewoon niet aan gedacht.

Dus, als daar een vrouw zou zi en bovenaan, die zou daar wel aan denken. En dan pas kan er iets gebeuren. Dus die quota.” Respondent K

“Ik ben voor quota, omdat je dan eigenlijk die factor daar uithaalt. Ja, al word je dan maar

aangenomen omdat het een vrouw is … je zou misschien de kans anders niet krijgen, en misschien maak jij een voorstelling waar heel veel andere vrouwen, die super goed vinden. Terwijl mannen die misschien gewoon slecht vinden, daar niets mee hebben.” Respondent N

In de analyse blijkt dat er ook een grote nood is aan quota in het kunstonderwijs. Op de opleidingen worden vaak rolmodellen geïnstalleerd. Men ervaart er al een eerste vorm van discrimina e in de kunstwereld.

“ Onlangs hadden we vakgroepvergadering en ik … we krijgen de lijst met externe juryleden. Op tach g man stonden daar twee vrouwen tussen of zo. Ik zeg: mannekes, ik kaart dat dan aan, ik zeg ja: kunnen we misschien eens proberen om daar ook wat vrouwelijke namen op te krijgen? Die waren totaal gedegouteerd hé, die vakgroepvertegenwoordigers, ook weer allemaal mannen hé. Die

hadden zoiets van: waar kom jij nu weer mee af? Nee, we willen gewoon het beste, of wij willen gewoon de mensen waarvan wij denken dat die het goed gaan doen.” Respondent J

“En pas toen eigenlijk ben ik mij bewust geworden van het feit dat ik een vrouw ben en … allez, dat wist ik wel al langer, maar hoe bepalend dat blijkbaar is. Omdat X ( opleiding) is echt een

mannenbas on. Het is ondertussen acht of negen jaar geleden dat ik daar gestudeerd heb, dus ik zal in het verleden praten, maar echt … bijna alleen maar mannelijke docenten. Als wij les wilden van een vrouw dan moesten wij daar zelf voor pleiten, en dat lukte, dus ik heb ieder jaar wel minstens 1 vrouwelijke docent gehad en ik merkte dat dat een heel ander gesprek was en een heel andere houding. En dat dat op een of andere manier veel beter lukte voor mij. “ Respondent N

Quota hebben ook een invloed op het netwerk en op de jobaanbiedingen. Zo vertelt een respondent dat ze vermoedelijk door de aanwezigheid van een vrouwelijke ar s ek leidster de kans kreeg om een project te realiseren. Daarnaast hebben quota hebben ook een invloed op het culturele canon.

“Ik werd ook zo bewust van heel die theatercanon, dat zijn vooral mannen die je daarin kent: Ibsen, Shakespeare, die kent iedereen, maar de vrouwelijke schrijvers en makers en regisseurs die er al jd zijn geweest, die zijn ze vergeten. (...) Wat je goed vindt en wat je apprecieert, dat wordt door heel veel zaken beïnvloed. En ik geloof ook voor een stukje door gender, of misschien door seks, maar dat is nog moeilijker...en ik geloof ook dat … heel lang waren het dan mannen die veel meer macht hadden en kunst maakten. (...) En als vrouw groei je daar dan in op en denk ik dat je ook zo naar kunst gaat kijken: dat is goeie kunst.” Respondent N

Op zich zou het debat ook niet over mannen of vrouwen aan de top mogen gaan, maar wel over de manier van leidinggeven en de organisa estructuur en organisa ecultuur. Vrouwen moeten nu vooral beroep doen op hun masculiene eigenschappen, als ze willen

doorstromen naar de top (Fischer et al., 2002). Het komt er voor vrouwen niet op aan om zich te conformeren aan de leiderschapskwaliteiten die aan mannen worden toegeschreven, zoals bijvoorbeeld asser viteit en en compe viteit, om op die manier een leidinggevende func e te kunnen verwerven. De ervaring om met vrouwen aan de top te werken is immers ook niet eensluidend posi ef. Zo haalt een respondent het voorbeeld aan van vrouwelijke leidinggevenden die waarden aannemen die als mannelijk worden gepercipieerd.

“Hoe kijkt een vrouw naar andere vrouwen? Soms is dat makkelijker, en soms is dat net moeilijker. Ja, het is een moeilijke omdat ik mij heel vaak mezelf in tegen spreek, omdat het zo'n moeilijke context is.

Maar een vrouw die heel hard hee moeten knokken om ergens te geraken, die gaat vinden dat andere vrouwen ook moeten knokken om ergens te geraken. Dus die gaat gemakkelijk ook neerkijken op andere vrouwen. (...) Dus, zo'n vrouw-vrouw verhouding kan de ander helemaal neerhalen ook.”

Respondent N

De vraag is of het invoeren van quota misschien net een nodige stap vormt om het debat uiteindelijk naar organisa eculturen te brengen. Het is belangrijk om een voldoende

kri sche massa aan vrouwen te hebben op verschillende niveaus in een organisa e om een invloed te hebben op het debat.

In document SHOULD I STAY OR SHOULD I GO (pagina 89-93)