• No results found

De kwaliteit van het aangeleverde materiaal door de politie verschilt van team en per individuele rechercheur volgens de OvJ: ‘De kwaliteit laat nogal eens te wensen over, moet ik eerlijk zeggen’. Dit zit hem volgens haar vooral in slechte verhoren waar gesloten vragen worden gesteld, open eindjes zijn, of verhoorders te kort door de bocht gaan. Ook gebeurt het volgens haar wel eens dat een dossier incompleet is met te weinig bewijs. Ook de RC geeft aan dat de kwaliteit van de PV’s enorm verschilt per verhoorteam. De kwaliteit wisselt volgens hem van goed, waarbij open vragen worden gesteld en er een letterlijke weergave antwoorden van de antwoorden is, tot zeer slecht waarbij er sprake is van sturende vragen en een slechte samenvatting van de antwoorden:

RC: “Te vaak zie ik bij de politieverhoren een neiging toe te werken naar een bekentenis. Zeker

bij minderjarigen is het risico groot dat de verdachte zowel de vragen als de samenvatting van zijn/haar antwoorden niet kan overzien. Het risico op valse bekentenissen is bij minderjarige verdachten vrij groot”.

Een van de verhoorders vertelt dat er tijdens het verhoor wordt mee getypt door een van de verhoorders. Dit is meteen het proces verbaal (PV). Een andere verhoorder geeft aan dat je altijd dingen mist wanneer je het verhoor afneemt en tegelijkertijd typt. Dit wordt beaamd door een

- 52 -

groot deel van de verhoorders. Een van de teamleiders geeft aan dat niet iedereen even goed is in verslaglegging:

“Zonder iemand tekort te doen is het gewoon een feit dat de gemiddelde politieagent MBO is opgeleid. Er ontstaat daardoor nog wel eens een verschil in inzicht in wat er op papier is gekomen en wat er daadwerkelijk is gezegd”.

Volgens de dossiermaker verschilt het heel erg per collega hoe de kwaliteit is. Hij vertelt dat iedereen zijn eigen stijl heeft. Een van de verhoorders geeft aan dat in sommige PV’s geen enkel vraag-antwoord terug te lezen is en op die manier niet te achterhalen valt wat er gevraagd is. Twee van de verhoorders geven aan dat soort PV’s niet meer te ondertekenen. Er is maar één verhoorder die aangeeft de kwaliteit van het PV wel prima te vinden. Volgens een van de tactisch coördinatoren is de recherche veel kritischer op het dossier van een verdachte dan de rechter.

In een van de zaken is het verhoor letterlijk uitgewerkt door een schrijftolk, dat was uniek. De verdachte was een spraakwaterval, waardoor het de verhoorders niet lukte om structuur aan te brengen. Het woordelijk uitwerken van een PV levert zo’n 200 kantjes A4 op. Dat is volgens de tactisch coördinator eigenlijk niet leesbaar. De dossiermaker geeft aan dat je in een proces verbaal snel een goed inzicht in het onderzoek moet krijgen. Je maakt normaliter op basis van het verhoor een korte samenvatting. Je moet onderscheid maken tussen wat relevant is en wat niet. Ook een van de verhoorders geeft aan dat je op een gegeven moment weet wat belangrijk is om op te nemen in een PV en wat niet: ‘Je moet de hoofdzaken van de bijzaken kunnen scheiden.’

3.9. Aanwezigheid raadsman voorafgaande en tijdens het verdachtenverhoor

Wanneer een minderjarige verdachte in dit soort zaken wordt aangehouden, is het verplicht om met een advocaat te spreken voor aanvang van het eerste verhoor. Dit moet binnen twee uur

- 53 -

gebeuren. De tijd gaat in op het moment dat de advocaat onderweg is. Vaak moet de advocaat ergens anders vandaan komen; dit gaat allemaal van de twee uur af. In een van de zaken is de verdachte gewoon gaan praten zonder een advocaat te hebben gezien. Ten tijde van de zaak was rechtsbijstand nog niet goed geregeld. Hoewel een consult voorafgaande aan het verhoor verplicht is, hoeft een advocaat tíjdens het verhoor niet aanwezig te zijn. Ook in dit soort zaken is dat niet verplicht. Een van de tactisch coördinatoren denkt dat het wel beter is in dit soort zaken om er een advocaat bij te laten zitten.

De advocaat heeft geen actieve rol tijdens het verhoor, hij mag alleen ingrijpen wanneer er teveel druk wordt uitgeoefend op een verdachte. Er mag geen oogcontact tussen advocaat en verdachte zijn en over suggestieve vragen mag een advocaat niets zeggen. Een advocaat zit volgens een van de verhoorders bij het verhoor om de rechten van de verdachte te beschermen. In een van de zaken was de verhoorruimte een hele kleine ongelukkige ruimte. De verdachte zat noodgedwongen haast knie aan knie met haar advocaat. Verhoorder: ‘Zo’n ruimte zou er eigenlijk niet mogen zijn voor een verhoor.’ De rol van de advocaat is ook om de ouders van de verdachte op de hoogte te stellen. Vaak wordt er voorafgaande aan het verhoor gesproken met de advocaat door de politie om afspraken door te nemen. Een van de teamleiders geeft aan dat het contact tussen de politie en de advocaat in een van de zaken goed was. Een van de verhoorders geeft aan dat er voorafgaande aan het verhoor duidelijk was aangegeven dat er geen tekens mochten worden gegeven aan de verdachte door de advocaat. De advocaat had een pen bij zich gedurende het verhoor waar hij af en toe mee zat te klikken. De verhoorders dachten in eerste instantie dat het een vervelend zenuwtrekje was. Echter, toen de druk van het verhoor zo hoog was opgelopen en de verdachte bijna op het punt stond een bekentenis af te leggen, klikte de advocaat een paar keer heel snel met zijn pen. Na afloop hebben de verhoorders het verhoor teruggeluisterd en bleek dat de advocaat bewust met zijn pen zat te klikken op cruciale momenten in het verhoor.

- 54 -

Verhoorder: “Tijdens het verhoor heb je het niet door, je bent gefocust en professioneel genoeg

om verder te gaan met het verhoor zonder je te laten afleiden. De mensen in de regiekamer hadden dit op moeten pikken. Er had iemand in de regiekamer moeten zitten met zo’n belangrijke zaak, maar die was er niet op dat moment’.

Het verhoor kan niet worden stopgezet op initiatief van de advocaat. Wel op initiatief van de verhoorders, bijvoorbeeld wanneer hen iets niet zint, of als ze iets willen overleggen.

Een van de teamleiders vertelt dat de advocatuur rond 2011 is begonnen te veranderen. Dit betekent volgens hem dat er per definitie niet meer met een advocaat te werken is. Een groot deel van de verhoorders beaamt dit. Ze vertellen dat advocaten tegenwoordig steeds meer het advies geven om te zwijgen. Ze ervaren dit als heel belemmerend voor de voortgang van het verhoor. Verhoorder: ‘Sommige advocaten staan er echt om bekend dat ze het advies geven aan hun cliënten om hun mond te houden. Soms staat er zelfs op de achterkant van een visitekaartje van een advocaat ‘zwijgrecht!’.’ Een andere verhoorder geeft aan dat hij het nog nooit heeft meegemaakt dat een verdachte zich uit zichzelf op zijn zwijgrecht heeft beroepen. Een van de teamleiders geeft aan dat een deel van de minderjarige verdachten naar zijn idee niet eens begrijpt wat het zwijgrecht inhoudt: ‘Ik heb wel eens meegemaakt dat een minderjarige verdachte zei ‘ik beroep me op mijn zwijgplicht!’. Ook twee van de verhoorders geven aan dit wel eens te hebben meegemaakt. Een andere teamleider en een van de verhoorders kunnen zich eigenlijk allebei niet voorstellen dat je in dit soort zaken een minderjarige verdachte adviseert om te zwijgen. Volgens de teamleider hebben minderjarige verdachten hulp nodig en daar kijken veel advocaten eigenlijk niet naar. Het gaat de advocaten volgens hem grotendeels om het geld. Volgens een van de verhoorders staat het belang van de minderjarige verdachte niet altijd voorop. Een van de tactisch coördinatoren zegt dat het contact tussen de verhoorders en verdachten helemaal niet verkeerd was, maar dat het door de rol van de advocaat niet of nauwelijks gelukt is de verdachten aan het praten te krijgen. Een van de teamleiders geeft aan

- 55 -

dat de advocaat in principe altijd de vijand van de politie is. Volgens de OvJ weet je nooit of een verdachte zich door de aanwezigheid van een raadsman minder vrij voelt om te praten. Volgens een van de verhoorders moet een advocaat de verdachte helpen, maar bepaalt de verdachte uiteindelijk zelf wat hij/zij wil zeggen. Het blijft zijn/haar beslissing.

Een deel van de verhoorders geeft aan dat de politie door de veranderde wetgeving verplicht is om stukken gelijk over te dragen aan de advocaat, wat het erg lastig maakt een zaak op te lossen. De advocaat gaat precies kijken waarover mogelijk gepraat gaat worden. Je krijgt dan veel meer gefabriceerde verklaringen, bedacht op basis van de beschikbare stukken, vertelt een van de tactisch coördinatoren. Ook een van de verhoorders geeft aan dat de politie over een jaar met de advocaat aan het praten is in plaats van met de verdachte, doordat de advocaat alle stukken voorafgaande aan de verhoren al in zijn bezit heeft. Er valt volgens haar dan helemaal niets meer te confronteren voor de politie. De verdachte weet dan precies wat de politie wel en niet weet en kan zijn hele verhaal samen met zijn advocaat daar op afstemmen. Volgens een van de verhoorders is dat onwerkbaar, maar helaas wel de toekomst. Een van de teamleiders vertelt: ‘Eerlijk is eerlijk, als ik zelf advocaat zou zijn, zou ik ook het advies geven houd je mond maar tot aan de Rechter Commissaris. We zien wel wat de politie tegen je heeft.’ Volgens een van de tactisch rechercheurs komt er volgend jaar een regeling waardoor advocaten zich daadwerkelijk mogen gaan mengen in het verhoor. Dan is wat hem betreft het einde zoek.

Twee van de verhoorders geven aan dat een minderjarige bewondering heeft voor een advocaat, omdat ze gevoelig zijn voor autoriteit: ‘De politie mag geen druk op de minderjarige leggen, maar wat voor druk denk je dat die advocaat legt.’ In de seksuele moord zaak hebben de verdachten bijna niets gezegd/verklaard. Volgens de tactisch coördinator vernietig je hiermee bewijs en belemmer je de kans op resocialisatie: ‘Langer dan een jaar detentie konden de verdachten gezien hun leeftijd toch niet krijgen. Zorg er dan in ieder geval wel voor dat ze hun verhaal kunnen vertellen zodat ze het kunnen verwerken.’ Ook een van de verhoorders zegt

- 56 -

dat zwijgen misschien wel helemaal niet in het belang van de minderjarige is. Het kan juist in het belang van de verdachte zijn om gewoon te vertellen wat er is gebeurd. Op die manier wordt duidelijk waarom een verdachte gedaan heeft wat hij heeft gedaan. Het besef komt dan ook bij de verdachte, dit is beter voor de resocialisatie: ‘Wanneer een advocaat louter adviseert om te zwijgen moet de reclassering al dat werk nog gaan doen.’ Ook de dossiermaker geeft aan dat het alleen maar in je nadeel kan werken als je geen openheid van zaken geeft als verdachte. Volgens hem hoef je als verdachte niet mee te werken aan je eigen veroordeling, maar je moet wel snappen waar je wel en niet antwoord op moet geven en waar het inhoudelijk om gaat. Op een gegeven moment moeten verdachten weer terugkeren in de maatschappij. Een van de tactisch coördinatoren is van mening dat je dat proces belemmert door als advocaat te adviseren om te zwijgen. Het advies om te zwijgen wordt door het merendeel van de geïnterviewden als enorm vervelend, irritant en frustrerend ervaren. Tactisch rechercheur: ‘Als er geen ondersteunend bewijs is, wordt de zaak ook niet bewezen verklaard op deze manier. Dat is enorm vervelend voor de rechtsgang.’ Ook een van de tactisch rechercheurs zegt dat indien er op tijd een interventie plaatsvindt, je iemands gedrag mogelijk nog kunt veranderen. Als een advocaat dat zou snappen zou hij het verhoor niet tegenwerken. Een van de tactisch coördinatoren vindt het ethisch verwerpelijk wat een advocaat doet: ‘Door het zwijgrecht naar voren te halen, wordt de kans op ontwikkeling tot een normaal persoon van de verdachte uitgesloten.’

Een deel van de geïnterviewden heeft ook positieve ervaringen gehad met de aanwezigheid van de advocaat tijdens het verhoor. Een van de tactisch coördinatoren geeft aan geen problemen met de advocaat te hebben gehad. Er is goed advies gegeven door de advocaat aan de verdachte. Hij heeft niet alleen maar advies gegeven om te zwijgen. Een van de verhoorders en een teamleider omschrijven de advocaat met wie zij te maken hadden als heel menselijk. De advocaten zagen ook in dat de verdachten vooral hulp nodig hadden en niet

- 57 -

gebaat waren bij zwijgen. Een van de teamleiders geeft aan dat zijn ervaring met een advocaat bij het verhoor heel wisselend is. Het ligt aan het kantoor waarvoor hij werkt en welke opdracht hij meekrijgt. In een van de zaken had de vader van verdachte veel contacten bij een advocatenkantoor. Er is toen gekozen voor een advocaat die voornamelijk civiele zaken deed. Zo’n advocaat heeft een andere opstelling dan de politie gewend is. Hiermee bedoelt hij dat de advocaat nooit geadviseerd heeft om te zwijgen.

Teamleider: “Het belang van de verdachte heeft altijd voorop gestaan. Dat was uniek en kwam

mede door de opstelling van de advocaat. Eigenlijk was het belachelijk voor een advocaat wat voor houding deze aannam. De verdachte werd geadviseerd om alles maar te vertellen.”

Volgens zowel de OvJ als de RC is het prima dat er een advocaat bij het verhoor aanwezig is. De RC geeft aan dat de advocaat kan voorkomen dat de politie ongeoorloofde druk op de verdachte uitoefent zodat deze een onjuiste verklaring aflegt. Volgens hem beïnvloedt de raadsman het verhoor niet, omdat hij geen actieve rol heeft tijdens het verhoor. De OvJ geeft aan dat een raadsman een verhoor ook juist positief kan beïnvloeden.

Een van de verdachten had ten tijde van de zaak opmerkelijk genoeg al een voorkeursadvocaat. Ook opmerkelijk was dat een van de advocaten ten tijde het verhoor al een hele tijd op zijn telefoon zat en af en toe wegliep om de ruimte te verlaten. Dit was enorm storend volgens de verhoorders: ‘Hij bleef bezig met zijn telefoon, waarna bleek dat hij aan het snaken was. Ongelofelijk, maar echt waar! Hij was een potje aan het snaken! Hij leek zich te vervelen.’