• No results found

Inventarisatie Meetinspanningen in Nederland: Notitie 3b

Recalculation of averaged yearly nitrate concentrations by weighing estimated yearly average nitrate concentrations with the acreage per farm type in a year.

Bijlage 2 Landbouwareaal per LMM-bedrijfstype en grondsoortregio Uit: Zwart et al., 2008 36 , Bijlage 1.

10 Inventarisatie Meetinspanningen in Nederland: Notitie 3b

Titel: Wetenschappelijke audit LVM; Meten en modelleren van de milieukwaliteit

Auteur: Manon Zwart

Datum: 9 oktober 2009

10.1

Inleiding

In 2008 is door een internationaal team van deskundigen een wetenschappelijke audit uitgevoerd op de meetnetten binnen het Laboratorium voor Milieumetingen (LVM). In deze notitie (met de officiële titel “Scientific Audit on Monitoring and Modelling of Environmental Quality by the National Institute of Environmental Health and the Environment.”) wordt ingegaan op de bevindingen met betrekking tot de bodem- en watermeetnetten.

De audit is uitgevoerd op verzoek van de Commissie van Toezicht op het RIVM als instrument voor bewaken van wetenschappelijke kwaliteit. In deze notitie wordt de audit kort toegelicht en ingezoomd op de resultaten en aanbevelingen die er uit volgen. Ten slotte wordt ingegaan op de acties en

voornemens van het RIVM naar aanleiding van de aanbevelingen uit de audit.

10.2

Doel

Het doel van de audit was het evalueren van de wetenschappelijke kwaliteit in relatie tot de effectiviteit/geschiktheid van de methoden en faciliteiten voor de monitoringsactiviteiten van het RIVM. Specifiek wordt aandacht besteed aan:

 Zijn de meetnetten “geschikt voor het doel”?

 Voldoen de gebruikte methoden en middelen aan de “beste praktijk”?

 Tot op welk niveau zijn de meetnetten op een correcte, effectieve en efficiënte wijze geïmplementeerd?

10.3

Aanpak en aandachtspunten

De audit is uitgevoerd door middel van interviews en literatuuronderzoek binnen en buiten het RIVM. Het auditteam bestond uit zes buitenlandse experts. Voor het onderzoeksgebied Bodem en water waren twee experts afkomstig uit Engeland en Denemarken. De teamleider was een Belg. Rapportage is uitgebracht aan de Commissie van Toezicht op het RIVM.

Tijdens de audit lag de focus op de wettelijke monitoringsverplichtingen van het RIVM, LVM, de meetnetten: LMM, LMG (Landelijk Meetnet Grondwater), LMB (Landelijk Meetnet Bodem), TMV (Trend Meetnet Verzuring) en de lucht- en geluidsmeetnetten

Er is gelet op de impact en reikwijdte van de meetnetten buiten het RIVM: wie kan de gegevens waarvoor gebruiken, treden daarbij problemen op?

10.4

Conclusies

Door het auditteam zijn de over-all conclusies positief. Met betrekking tot de bodem- en watermeetnetten (LMM, LMB, LMG en TMV) wordt geconcludeerd:

• Programma’s zijn “fit for purpose” (voldoen aan hun doel).

• RIVM heeft duidelijk werk gemaakt van uitbestedingen en efficiëntieslagen.

• Er zijn gedetailleerde systemen om de kwaliteit van datastromen vanuit het veld tot in de rapportage te bewaken.

• Het team is onder de indruk van vooruitstrevende aanpak en doel van LMB en TMV.

10.5

Specifieke aanbevelingen

De audit heeft op een aantal specifieke aspecten geleid tot een aantal aanbevelingen om de effectiviteit en de efficiëntie van de meetnetten te verbeteren. Hieronder staan de aanbevelingen met betrekking tot de bodem- en watermeetnetten.

• Eén begeleidingscommissie voor de nationale bodem- en grondwatermeetnetten (inclusief provincies).

• Er is weinig rendement te halen uit het samenvoegen van de vier verschillende meetnetten. Deze hebben alle een duidelijk eigen doel en strategie.

• Vergroten van de toegankelijkheid van data, ook vanuit (te verwachten) EU-eisen. • Beter vastleggen waarom bepaalde programma’s worden uitgevoerd.

• Opstellen van een langetermijnvisie voor de meetnetten (>10 jaar). • Samenwerking zoeken met andere monitoringinstituten binnen de EU. • Meer gebruik maken van modellen.

• Er wordt uitgebreid gebruik gemaakt van mogelijkheden tot uitbesteden: efficiënt. Oppassen voor behoud van interne kennis, uitbesteden is mogelijk doorgeschoten.

Er zijn geen aanvullende specifieke aanbevelingen ten aanzien van het LMM gedaan.

10.6

Vervolg

In begin 2009 is het rapport van de wetenschappelijke audit door het auditteam aangeboden aan de Commissie van Toezicht op het RIVM. De tijd voorafgaand aan de aanbieding is door de staf van het LVM gebruikt om een plan van aanpak op te stellen waarin de aanbevelingen ter harte zijn genomen en voor zover mogelijk omgezet in concrete acties gericht op het verbeteren van de meetnetten. Dit plan van aanpak is aan de Commissie van Toezicht samen met het definitieve rapport van de audit aangeboden.

Plan van aanpak RIVM: Wat gaat we verbeteren?

A. Inzetten op één monitoringsautoriteit, expertisecentrum voor Nederland. RIVM voert het secretariaat van de Stuurgroep Monitoring.

B. In 2009 onderzoek naar overlap tussen de vier meetnetten.

C. RIVM neemt al deel aan uitvoeringswerkgroepen voor de datarichtlijnen van EU, neemt deel aan overleggen met betrekking tot DINO en levert in opdracht van VROM een bijdrage aan het project van peilbuis tot KRW-portaal.

D. In 2009 opstellen van een langetermijnplanning (roadmap) voor de monitoring. Hierin wordt tevens aandacht besteed aan efficiency en uitbestedingen. Daarnaast wordt nadrukkelijk ingegaan op de doelstellingen van het LMM en hoe deze bewaakt worden. Hierin zullen tevens de evaluaties van de deelprogramma’s worden opgenomen.

E. Steeds meer samenwerking tussen EU-lidstaten is, b.v. MonNO3-workshop juni 2009 en projecten in nieuwe lidstaten. Structurele aandacht voor buitenland in de roadmap.

F. Modellen, vergroten rol bij validatie en kalibratie van het STONE-model, definiëren van projecten om de monitoringdata aan procesmodellen te koppelen. Het RIVM levert in opdracht van de WOT een bijdrage aan de validatie van het STONE. Resultaat kan worden gebruikt voor de volgende Evaluatie van de Meststoffenwet in 2011.

G. Uitbesteden versus behoud van kennis; momenteel personele bezuinigingen, niet de tijd om over een omgekeerd traject te praten. Wel aandachtspunt. Midden 2009 opstellen van een positierapport over monitoring en uitbesteding.

Stand van zaken plan van aanpak, d.d. 10 augustus 2009

Door de staf van RIVM/CMM is een projectleider aangewezen om de voortgang van het plan van aanpak te bewaken. Onderstaand is een beknopte stand van zaken van de actiepunten op 31 augustus 2009 weergegeven.

Ad A. Gesprekken over één monitoringsautoriteit in Nederland worden voortgezet in de verschillende overlegorganen die zich hiermee bezighouden, o.a. de stuurgroep Monitoring. Daarnaast is de overname van de Emissieregistratie van het PBL nagenoeg zeker, dit is vanuit het RIVM een stap in de richting van één monitoringsautoriteit.

Ad B. In 2009 worden het LMM, het LMB en het TMV geëvalueerd. Tijdens deze evaluaties staat overlap tussen de meetnetten op de agenda.

Ad C. Bij de bouw van de nieuwe LMM-database wordt rekening gehouden met de meest recente eisen. Als drijfveren om deze database te bouwen gelden het voldoen aan dataleveranties en een versnelling van de rapportagefrequentie.

Ad D. Momenteel wordt gewerkt aan een roadmap voor de beide afdelingen Bodem en Water van het CMM.

Ad E. Wordt in voorzien onder D. In 2009 ondersteuning “nieuwe” lidstaten EU, Turkije en Oekraïne vanuit het LMM. In juni 2009 is vanuit het LMM de MonNO3 workshop georganiseerd, met circa 45 deelnemers uit 12 lidstaten van de EU.

Ad F. Het RIVM werkt in opdracht van de WOT onder leiding van Alterra aan de ontwikkeling van een validatieprocedure voor STONE.

11

Inventarisatie Meetinspanningen in Nederland: