• No results found

3. Verslag toezichthouder

3.7. Inspectieverslag 2019

Minstens één keer in de vier jaar onderzoekt de onderwijsinspectie ieder schoolbestuur in Nederland.

In juni 2019 is het vierjaarlijks onderzoek uitgevoerd bij het bestuur van Stichting tot het verstrekken van basisonderwijs op Reformatorische Grondslag te Bennekom. We hebben onderzocht of het bevoegd gezag op zijn school zorgt voor onderwijs van voldoende kwaliteit. Ook is er gekeken of het bevoegd gezag er voor zorgt dat het geld van de overheid goed wordt besteed.

3.7.1. Wat gaat goed?

Het bevoegd gezag heeft zicht op de kwaliteit van de school en zet verbeteracties indien nodig in. Er is zowel bij het bevoegd gezag als het team grote betrokkenheid om te werken aan verbetering van het onderwijs. De standaarden die onderzocht zijn op de school zijn voldoende. De leraren zorgen voor een omgeving waarin leerlingen kunnen leren en zich prettig voelen. We zagen betrokken leerlingen die goed bezig waren met hun werk. De rust in de groepen, de zelfstandigheid en de manier waarop ze samenwerken vielen hierbij op. Het bevoegd gezag neemt ouders en andere belangstellenden mee in wat de doelen voor de school zijn en hoe ze daarop sturen of hebben gestuurd. Dit gebeurt tijdens de jaarvergadering en met een jaarverslag. Ook is de stichting financieel gezond. Het bevoegd gezag weet hoeveel geld het nu en in de toekomst nodig heeft voor het geven van goed onderwijs.

3.7.2. Wat moet beter?

De Eben-Haëzer volgt de ontwikkeling van alle leerlingen en voert verbeteringen uit, maar moet beter zoeken naar de oorzaken bij tegenvallende leerprestaties van leerlingen. Hierdoor kunnen de leraren gerichter hulp bieden aan deze leerlingen. Verder moet het bevoegd gezag in het jaarverslag een aantal punten duidelijker beschrijven. Dit gaat bijvoorbeeld over te verwachten toekomstige ontwikkelingen binnen de stichting.

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

9 3.7.3. Wat kan beter?

De gedeelde visie en de doelen van de school kunnen duidelijker. Dan weet iedereen precies wat er wordt bedoeld. Zo kan worden nagegaan of iedereen zich aan die afspraken houdt, doelen bereikt worden en of er nog verbeteringen nodig zijn. Dit geldt ook voor welke resultaten van het bestuur verwacht worden. De gegevens die verzameld worden over de kwaliteit van het onderwijs kunnen diepgaander door de school onderzocht worden. Verder kan in het jaarverslag duidelijker aangegeven worden hoe het bestuur zelf toezicht heeft gehouden op de kwaliteit van het onderwijs en waaraan het geld van de overheid wordt besteed en met welk effect.

3.7.4. Vervolg

Vier jaar na het vaststellen van dit rapport zal het bestuur opnieuw onderzocht worden.

Het inspectiebezoek hebben wij als professioneel en waardevol ervaren. Wij zijn dankbaar voor de positieve uitslag van het inspectiebezoek en nemen de verbeterpunten mee in het schoolplan, overige planvorming voor de school en in onze verantwoording over het gevoerde beleid en resultaten.

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

10 3.8. Financiën

Gedurende het jaar zijn tussentijdse financiële cijfers besproken, zodat waar nodig tijdig bijsturing heeft kunnen plaatsvinden. Hierbij heeft het toezichthoudend bestuur zich niet alleen gericht op het binnen de begroting houden van de cijfers, maar zijn kwaliteit van onderwijs en aandacht voor de werkdruk en druk op personele invulling een belangrijk uitgangspunt geweest. Daarnaast heeft het toezichthoudend bestuur toegezien op de financiële doelmatigheid van de bestedingen die in het jaar hebben plaatsgevonden.

Voor de begroting 2019 is het bestuur van mening dat, naast de strategische keuzes vanuit het schoolplan, anti-cyclisch begroot kan worden als dit voor de langere termijn ten gunste komt aan de kwaliteit van het onderwijs. De begroting over 2019 laat een naar verwachting grotendeels eenmalig negatief exploitatieresultaat zien. Argumenten voor het op deze wijze voeren van financieel beleid is gelegen in toekomstige ontwikkelingen op basis van leerling aantallen en externe ontwikkelingen op het gebied van Passend Onderwijs. Ook met de gemaakte keuzes blijft er sprake van een gezonde financiële situatie voor onze school.

We danken alle ouders (opnieuw) voor het gestelde vertrouwen in de Eben-Haëzerschool. Verder ook hartelijke dank aan de medezeggenschapsraad, de oudercommissie, de directie, het personeel en alle andere vrijwilligers voor hun inzet en betrokkenheid in het jaar 2019.

Namens de toezichthouder, J. Bosch

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

11 4. De Eben-Haëzerschool

De Stichting tot het Verstrekken van Basisonderwijs op Reformatorische Grondslag te Bennekom e.o. is opgericht in 1974. Er werd een noodzaak gevoeld om de kinderen onderwijs te geven overeenkomstig de reformatorische levensovertuiging. Die levensovertuiging werd niet meer gevonden binnen het onderwijs van Protestants Christelijke denominatie, de PC - basisscholen in Bennekom en Wageningen.

De ouders van de leerlingen onderschrijven de grondslag en de doelstelling van de Stichting, zoals deze verwoord zijn in de artikelen 2 en 3 van de statuten. Het Collectief bestuur hanteert daarvoor de voorwaarde in het tekenen van de identiteitsverklaring.

Het Collectief Bestuur i.c. het bestuur van bovengenoemde Stichting, is sinds 1 augustus 1975 het bevoegd gezag van de Eben-Haëzerschool te Bennekom.

4.1. Doelstelling van de school

De Eben-Haëzerschool is een maatschappelijke instelling met een specifieke verantwoordelijkheid. Zij verzorgt de vorming en opleiding van kinderen, in relatie tot artikel 2 “grondslag” en artikel 3 “ onderwijs” van de statuten. Daarbij zorgt zij voor kwalitatief goed onderwijs.

Voor de dagelijkse operatie vertaalt zich dit naar verantwoordelijkheden die er toe leiden dat:

 ieder kind het maximale rendement uit zijn of haar mogelijkheden kan halen, doordat hij of zij het best mogelijke onderwijs krijgt;

 de school adequate leerresultaten boeken;

 de leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen als democratisch burger en lid van de samenleving (burgerschap);

 de leerlingen zich er van bewust worden dat leren positief bijdraagt aan hun ontwikkeling ;

 de medewerkers zich optimaal kunnen ontwikkelen en onder optimale omstandigheden hun bijdrage aan het onderwijsleerproces kunnen leveren (goed werkgeverschap).

4.2. Missie van de school

Wij willen onze leerlingen toerusten om ze als christen in een seculiere en meer en meer globaliserende maatschappij een plaats te laten in nemen.

4.2.1. Onze visie

Deze missie is gebaseerd op onze visie is: “samen optrekken’, waarbij we een beeld voor ogen hebben van een herder met zijn kudde schapen.

Als u onze school binnenkomt via de hoofdingang ziet u hier de ‘visualisering’ van onze missie. We zien de regenboog, een teken van Gods trouw, en de steen met daarop de naam van onze school: Eben- Haëzer. Zoals God voor ons zorgt, zo willen wij ook voor elkaar zorgen. De basis voor ons handelen en omgaan met elkaar, is Gods Woord (de Bijbel). Van daaruit wordt onze houding bepaald tegenover onze Schepper (God), het schepsel (onze medemens) en de schepping (de maatschappij).

Als reformatorische school ligt de oorsprong van het onderwijs immers bij De Bron, waarmee de school ook aansluit bij datgene dat in het doopformulier gevraagd wordt: ‘hen te doen én te helpen onderwijzen’.

Ook zien we daar een schaap staan. Een schaap is door de Heere God in Zijn wijsheid op zodanige manier geschapen dat zij een passend beeld voor ons mensen is. Schapen hebben leiding nodig, zij horen naar de stem van de herder. De leerkrachten mogen functioneren als aardse herders die de kinderen onderwijs mogen geven, en zij mogen leiden in de ontwikkelingen van de kinderen. Maar ook mogen zij heenwijzen naar de Herder der schapen Die alles bestuurt en regeert.

In een kudde zien we grote schapen en kleine schapen. Een trouwe herder kent zijn schapen en zorgt voor zijn schapen. Elke dag neemt hij ze weer mee en zijn ze samen op weg. De herder waakt en zorgt

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

12 voor veiligheid. De herder is liefdevol, geduldig en zorgzaam. De leerkrachten (herders) dienen dan ook hun onderwijs dienend en vanuit liefde te geven.

Het te geven onderwijs moet voldoen aan de eisen die de maatschappij stelt, mits niet in strijd met Gods Woord. Het onderwijs dient ook uitdagend te zijn en is steeds in ontwikkeling. Hierbij wordt gestreefd naar optimale opbrengsten.

4.2.2. Een zorgzame herder

Een zorgzame herder kijkt goed naar wat elk schaap nodig heeft. Voor een voorspoedige groei is het nodig dat een schaap voldoende voedsel en water krijgt. Maar ook: Wie heeft er extra voedsel (aandacht) nodig of gaat de ontwikkeling zo snel dat er meer ruimte moet worden geboden. Er zijn immers ook leerlingen die meer uitdaging nodig hebben. Aan de andere kant zijn er ook 'schapen' die achter blijven. Ook voor hen moet er passend onderwijs zijn. Het is onze dure plicht om alles aan hulpmiddelen uit de kast te halen om elk schaap alles te geven wat hij nodig heeft.

We zeggen niet teveel als we de leerkrachten een grote rol toedichten bij het samen optrekken. In het begin nemen ze de leerling bij de hand en gaan dan het proces in van steeds verder loslaten. Van een leerkracht mogen we dan ook verwachten dat hij goed kan luisteren en observeren, doet wat hij zegt en zegt wat hij doet, om kan gaan met verschillen in de kudde (zowel op leerling- als op leerkracht niveau) en zich persoonlijk verantwoordelijk voelt voor de hele leefgemeenschap.

4.2.3. De Goede Herder

Tegelijkertijd ligt in het ‘Samen optrekken’, ook een prachtig Bijbels beeld, waarin direct het hart van ons onderwijs vertaald is: De Goede Herder te mogen (leren) kennen en volgen, luisterend naar Zijn Stem. Die Goede Herder, die Zijn leven stelt voor Zijn schapen. Een Herder, zoals geen andere herder, met een kudde zo groot, dat niemand deze tellen kan. En te mogen weten: Deze Herder waakt over ons:

Eben- Haëzer!

4.3. Onderwijs van goede kwaliteit

In de Kwaliteitsagenda Primair Onderwijs van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

“Scholen voor morgen, Samen op weg naar duurzame kwaliteit in het primair onderwijs”, is de opdracht aan de scholen ten behoeve van goed kwalitatief onderwijs verwoord.

Het gaat in de Kwaliteitsagenda Primair Onderwijs om de volgende intentie:

“Als we alle kinderen willen toerusten voor de toekomst, als we sterk willen blijven, dan moeten we continu werken aan een duurzame ontwikkeling en verbetering van de kwaliteit van ons onderwijs. Er zijn signalen dat met extra aandacht kinderen verder kunnen komen dan vooraf gedacht en dat de kwaliteit van het onderwijs onder druk staat. Dit betekent werk aan de winkel! Met de kwaliteit van het primair onderwijs mogen we immers geen enkel risico lopen. Kinderen hebben recht op inspirerend onderwijs van de hoogste kwaliteit.”

Vanuit die overheidsopdracht is het voorliggend strategisch kader geschetst. Het Collectief Bestuur van de Eben-Haëzerschool voegt daar, vanuit de denominatieve verantwoording een verbijzondering aan toe: “de opdracht om onderwijs te laten geven met een christelijke identiteit, gebaseerd op een reformatorische geloofsovertuiging.” Die overtuiging is richtinggevend en maatgevend. Hiermee wordt naar de mening van het Collectief Bestuur, de directie en de medewerkers voldaan aan de behoefte van de ouderpopulatie.

Op de grondslag van Schrift en Belijdenis zijn het de volgende kernwaarden die als uitgangspunten voor onze richtinggevende uitspraken, de kaderstelling, de uitvoeringsbeperkingen en de doelen worden gebruikt.

4.4. Governance

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

13 Sinds het besluit in 2016 om over te gaan op een toezichthoudend bestuur, zijn geen wijzigingen noodzakelijk gebleken voor wat betreft het bestuursmodel. Wel is er in 2019 een wijziging geweest in de samenstelling van het toezichthoudend bestuur, zoals vermeld in het verslag van de toezichthouder.

De samenwerking tussen de toezichthouders en de directeur-bestuurder heeft in 2018 verder vorm gekregen en blijft zich naar verwachting ontwikkelen. Het belangrijkste instrument voor de goede samenwerking is het managementstatuut (vastgesteld d.d. 6 juni 2017) en het hierbij behorende management jaarcontract. Hiermee wordt invullen gegeven aan de aanbevelingen uit de code goed bestuur PO.

4.5. Organisatie

De school is georganiseerd over een onderbouw met een onderbouw coördinator en een bovenbouw met een bovenbouw coördinator. Beide functionarissen zijn verantwoordelijk voor het operationele gebeuren binnen hun afdeling en mee vormen en uitvoeren van het onderwijskundige beleid. Beiden leggen maandelijks middels de managementrapportage verantwoording af aan de directeur bestuurder.

Naast deze hiërarchische functionarissen kent de organisatie een aantal functionele functionarissen zoals een internbegeleider(IB-er) voor de onderbouw en een internbegeleider voor de bovenbouw, een talentbegeleider(TB) en een remedial teacher(RT). De uitvoering van het onderwijskundig beleid wordt maandelijks besproken in het overleg tussen IB-er en bouwcoördinatoren. De IB-ers overleggen over de operatie met RT en TB. Maandelijks vindt er tenslotte een overleg plaats tussen IB en directie.

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

14 5. Identiteit

Op de grondslag van De Bijbel als Gods onfeilbaar Woord en de Belijdenisgeschriften(Heidelbergse Catechismus, Nederlandse geloofsbelijdenis en Dordtse Leerregels) zijn het de volgende kernwaarden die als uitgangspunten voor al ons spreken en handelen worden gebruikt.

a. De mens is geschapen naar Gods beeld en gelijkenis; ieder schepsel is uniek.

b. Door de zondeval is de schepping verwoestend aangetast.

c. Dankzij Gods (algemene) genade wordt de doorwerking van de zonde getemperd.

d. Dankzij Gods (bijzondere) genade kan de verhouding met God worden hersteld.

e. Pedagogisch-didactisch geven we opvoeding en onderwijs vorm overeenkomstig de waarden en normen van de 10 Geboden.

Dat brengt ons tot de volgende kernwaarden in relatie tot:

I. de schepping: rentmeesterschap II. de medemens: dienstbaarheid III. de maatschappij: gerechtigheid

f. Het pedagogisch klimaat en het didactisch handelen kenmerken zich door de basisvoorwaarden, die gelden voor elke medewerker en leerling (naar L. Stevens1):

I. competentie II. relatie

III. autonomie (in de zin van zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en dienstbaarheid)

g. Met betrekking tot leidinggeven geldt dat de schoolleiding bevoegd is te handelen op grond van redelijke interpretatie. Eventueel laat de directie zich adviseren. Dit alles ten behoeve van het realiseren van de omschreven resultaatverwachtingen.

Dit mag echter niet betekenen dat:

I. daarmee de grenzen van wat in het maatschappelijk verkeer in het algemeen als betamelijk wordt gezien worden overschreden;

II. er bepalingen of aanwijzingen van het bestuur worden overtreden;

III. er wordt gehandeld in strijd met redelijke interpretatie van vastgelegd bestuursbeleid;

IV. er voordeel wordt gehaald uit wetsovertreding van derden en V. er kennelijk wordt berust in onaanvaardbaarheden.

h. Meer in het bijzonder kenmerkt de schoolleiding zich door de volgende ‘voorbeeldige’ gedragingen (identificatie):

I. integer leiderschap

II. hartelijke uitstraling en gerechtigheid III. erkende ongelijkheid

IV. dienstbaarheid

V. het benutten van een ‘tegenover’ (bestuur, ouders, inspectie)

1 Prof.dr. L. Stevens is de grondlegger van adaptief onderwijs (Utrecht).

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

15 6. Onderwijs

In 2019 heeft het in 2015 ingezette beleid m.b.t. professionalisering verder vorm gekregen in de richting van zelfsturende teams. Concreet houdt dit in dat de verantwoordelijkheid zo laag mogelijk in de organisatie wordt neergelegd.

In 2019 hebben we als team tijdens meerdere studiemomenten nagedacht over het nieuwe schoolplan.

Met de input vanuit het team heeft het MT een tweetal ochtenden bij elkaar gezeten om de ideeën te bundelen, te concretiseren en te vertalen in een missie. Tijdens de studiedag van 7 juni is het ‘concept- schoolplan’ gepresenteerd aan het hele team. De missie die we boven ons schoolplan hebben staan is:

“Samen optrekken”, met de daarbij behorende kernwaarden: ‘Samen zorgen’ en ‘Zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en eigenaarschap’.

6.1. Werkgroepen

Met het oog op het schoolplan zijn er een drietal werkgroepen gevormd om input te leveren voor het schoolplan met als doel de kwaliteit van het onderwijskundig beleid te vergroten.

De hieronder genoemde werkgroepen hebben in meerdere sessies nagedacht over hun doelstellingen en ontwikkelpunten.

 De werkgroep Onderwijsconcepten

 De werkgroep Ouderbetrokkenheid en communicatie

 De werkgroep Burgerschap

De werkgroep ICT en nieuwe methodes (deze werkgroep blijft vanuit de vorige schoolplan- periode bestaan)

De tablets die in januari 2018 zijn aangeschaft worden optimaal gebruikt. Wel is het zaak om onze beleidsafspraak te bewaken dat we een gezonde balans willen houden tussen digitaal en papier, waarbij we oog hebben voor het juist gebruik van de tablets door de kinderen. In het komende jaar willen realiseren dat we op elke tablet van de kinderen kunnen meekijken, via de monitor van de leerkracht.

Teambreed is nagedacht over een nieuwe, digitale rekenmethode. Na oriëntatie op de Nationale Onderwijs Tentoonstelling en de presentaties op school van diverse uitgevers is uiteindelijk de keuze gevallen op Wereld in Getallen 4. 0. Deze methode is inmiddels ingevoerd in de groepen 4, 5, 6 en 7.

Voor groep 8 was deze methode nog niet beschikbaar en voor groep 3 is de bewuste keuze gemaakt om de papieren versie van 4.0 te gebruiken.

Door deze overstap naar digitalisering heeft de kwaliteit van het rekenonderwijs een impuls gekregen door op leerkrachtniveau via de Resultatenmonitor de ontwikkeling van de leerlingen nauwkeurig te volgen waardoor tijdig bijsturen eerder mogelijk is. Tijdens bouwvergaderingen is het gebruik van deze digitale methode meerdere keren geëvalueerd, dat de toetsen nog niet digitaal beschikbaar zijn wordt als een gemis ervaren.

6.2. Onderwijskundig

In het jaar 2019 hebben de beide bouwcoördinatoren klassenbezoeken afgelegd. Tijdens deze bezoeken werd er aan de hand van een Kijkwijzer geobserveerd in de klas. Aansluitend vond een gesprek met de betreffende leerkracht plaats. Er wordt o.a. gekeken naar instructie, sfeer, klassenmanagement, differentiatie, taakgericht en pedagogisch handelen.

Cultuureducatie is een belangrijk aandachtsgebied op de Eben-Haëzerschool. Het belang van muziekonderwijs mogen we zeker niet onderschatten, naast het aanleren van een aantal muzikale

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

16 vaardigheden heeft dit vak ook een positieve invloed op o.a. de concentratie, het samenwerken, het luisteren naar etc.

In de groepen 3, 4, 6, 7 en 8 zijn 18 lessen gegeven door een vakdocent muziek waar sterk de nadruk lag op het overdragen van vaardigheden naar de eigen leerkracht zodat een stuk kwaliteit gewaarborgd blijft in de toekomst. Concreet werkt dit als volgt: leerkracht geeft aan dat hij/zij zich wil verbeteren met bijvoorbeeld het onderwerp ritme. Gastdocent geeft een aantal lessen rondom dit item, bereidt samen met leerkracht een les voor. Leerkracht geeft deze les en de les wordt nabesproken met de vakdocent.

Groep 5 draait een eigen programma waarbij de leerlingen in drie modules van 8 lessen kennis maken met twee muziekinstrumenten en stemvorming bij zang.

De laatste jaren zien we de trend dat steeds meer leerlingen, als gevolg van gerichte aandacht voor muzikale vorming, doorstromen naar de muziekschool of elders een instrument bespelen.

In het verslagjaar hebben we een aantal weken schoolbreed gewerkt rondom het thema Kunst, onder leiding van een drietal kunstenaars heeft elke leerling een eigen kunstwerk gemaakt. De kunstwerken zijn geëxposeerd op de drukbezochte afsluitende projectavond. De groepen 1 en 2 maakten van piepschuim een eigen beeld, geïnspireerd op het beeld The Cry van Isamu Noguchi, de groepen 3 en 4 gingen met wilgentakken, papier-maché en verf met koffieprut de Otterlose beuk van Guiseppe Penone verbeelden. De groepen 5 en 6 maakten van klei met goud beschilderd een Hoofdstuk, gebaseerd op het werk van Jan Fabre, de groepen 7 en 8 lieten zich inspireren door een paviljoen te ontwerpen gebaseerd op de Stijl waarvan Gerrit Rietveld, de ontwerper van Paviljoen in het museumpark KrollerMuller een vertegenwoordiger is. Aansluitend hebben de meeste groepen een bezoek gebracht aan KrollerMuler waar de kunstvoorwerpen live te zien zijn.

Eben-Haëzerschool

Streekschool voor Reformatorisch Onderwijs

17 Door een misverstand hebben de groepen 7 en 8 dit jaar niet deelgenomen aan de Open Monumentendag, voor de komende jaren zijn we zeker van plan onze deelname te prolongeren.

17 Door een misverstand hebben de groepen 7 en 8 dit jaar niet deelgenomen aan de Open Monumentendag, voor de komende jaren zijn we zeker van plan onze deelname te prolongeren.