• No results found

Inkijk in de grote ruimte van het Hembrug Museum Op de voorgrond

ABC Planontwikkeling B

Afbeelding 2.7. Inkijk in de grote ruimte van het Hembrug Museum Op de voorgrond

speelgoed dat door het personeel werd gemaakt voor Sinterklaas in de jaren ’50 en ’60. Bron:

40 Afbeelding 2.8. Themaruimte van de Geneeskundige Dienst van de Artillerie Inrichtingen.

Links aan de muur hangen veel foto’s van personen. Bron:

http://www.ophethembrug.nl/nieuws-op-het-hembrug/zaanse-meisjes-en-dingen-voorbij-gaan/

Naast de bedrijfsgeschiedenis heeft ook de persoonlijke geschiedenis een plek in de presentatie gekregen. Dit komt tot uiting in de manier van presenteren en de keuze voor objecten. Door de persoonlijke manier van verzamelen bij oud-medewerkers heeft Peter de Vries de objecten veelal kunnen koppelen aan mensen. Voor De Vries is dit een belangrijk onderdeel van de collectie, want zo heeft De Vries bij een aantal objecten een stuk

geplastificeerd papier neergelegd met daarop wat uitleg over door wie het werd gebruikt, gemaakt en wanneer. Een voorbeeld hiervan is het model van de Hembrug, waar het terrein naar vernoemd is. Tussen 1979 en 1989 werden deze miniatuurbruggen gemaakt door

Eurometaal medewerker Jan van Zanen als cadeau voor medewerkers die het bedrijf verlieten. De brug in de presentatie werd door dhr. Van Vossen geschonken aan het museum.

41 Afbeelding 2.9. H-00066 Model van de Hembrug als afscheidscadeau voor Albert van

Vossen. Bron: Zaans Museum http://zaansweb.adlibhosting.com/Details/collect/35043

(Zaandam 20/06/2018)

Iets anders wat opvalt in de presentatie is de grote hoeveelheid foto’s aan de muur van medewerkers. Dit zijn niet alleen foto’s van mensen uit de werkzame periode van De Vries, maar ook uit het begin van de twintigste eeuw. Waar het mogelijk was heeft De Vries er namen bijgeschreven. De foto’s zijn een gemakkelijke manier om herinneringen te

visualiseren.94

94 Kees Ribbens, Een Eigentijds Verleden: Alledaagse Historische Cultuur in Nederland, 1945-2000 (Hilversum,

42 Afbeelding 2.10. Hoek in de grote ruimte van het Hembrug Museum in het teken van de .50-

fabriek. Rechtsboven aan de wand verscheidene foto’s van personeel op het terrein. Foto gemaakt door auteur (maart 2017)

Opvallend genoeg is er in de tentoonstelling geen aandacht voor het feit dat de producten van de Artillerie Inrichtingen en later Eurometaal zijn gebruikt tijdens oefeningen en oorlogen,waarbij slachtoffers zijn gevallen. Het kan hierdoor gezien worden als een omstreden onderwerp in de Nederlandse geschiedenis. Vanuit het perspectief van de gemeenschap is het geen discussiepunt of de munitiefabriek goed of fout was. ‘De wapens maakten we ter verdediging. Degenen die de wapens gebruiken zijn fout’ is een vaak gehoord argument binnen de gemeenschap.95 Het personeel was niet persoonlijk verantwoordelijk voor de wapens, maar produceerde ze wel. Aan de andere kant zijn ze nog steeds erg trots op wat ze toentertijd hebben gemaakt. Dat vraagt om een bepaalde manier van denken, vooral als je in de rode Zaanstreek op verjaardagen wordt gevraagd waarom je uitgerekend in een

wapenfabriek werkt. Eurometaal is met name in de jaren negentig vaak negatief in het nieuws gekomen. Er zijn genoeg krantenartikelen over rechtszaken en er zijn tijdens deze rechtszaken

95 Dit komt naar voren in de quotes die in de nieuwe tentoonstelling getoond worden. Deze quotes zijn uit

43 hoge boetes uitgedeeld.96 De Vries was betrokken geweest bij de opzet van de wapenfabriek in Turkije, waar Eurometaal partner van was. In eerste instantie produceerde Eurometaal zelf de granaat M483A1, een soort clustergranaat, voor NAVO-partner Turkije. De productie werd enkele jaren daarna verplaatst naar een wapenfabriek in Kirikkale, Turkije. In 1997 ontplofte de wapenfabriek, waardoor ongeveer honderdduizend mensen ontheemd raakten. Een jaar later kwam er ophef over de clustergranaat na een uitzending van Argos, omdat experts

meldden dat de geproduceerde granaten werden gebruikt in de strijd tegen de Koerden.97 Door de manier van denken en (kritiekloze) nostalgie komt dit onderwerp niet aan bod voor

bezoekers van het museum.

Professionalisering

Het oral history-project uit 2010 was het begin van een aantal projecten die zich richten op het bereiken van een groter en breder publiek. Dit heeft onder andere te maken met de

professionalisering die het Hembrug Museum in de laatste paar jaar heeft doorgevoerd. In 2013 werd het Hembrug Museum een officiële stichting. Deze stichting werd op 1 januari 2015 een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI) en verkreeg de Culturele ANBI-status.98 Een jaar eerder werd door de stichting besloten de Governance Code Cultuur na te leven. Dit had te maken met een professionalisering en organisatorische verandering die in 2015 plaatsvond in het museum. Peter de Vries trad toen af als voorzitter. Daarvoor in de plaats kwam een groter bestuur bestaande uit voorzitter Rob Monen, een nieuwe penningmeester, een secretaris met nieuwe taken en twee algemeen bestuursleden, waaronder Peter de Vries. Yvonne de Vries, zus van Peter de Vries en betrokken geweest bij de organisatie van culturele evenementen bij de Westergasfabriek, werd vanaf 2014 verantwoordelijk voor de

ontwikkeling en dagelijkse gang van zaken van het museum. Het merendeel van haar taken bestonden uit het zichtbaarder maken van het Hembrug Museum bij een groot publiek. Onder haar (artistieke) leiding was er een buitenexpositie ontwikkeld genaamd ‘Schot in de Roos’.

96 Een selectie: ‘Nederlandse wapens voor Irak’(Nieuw Revu september 1990), ‘Eurometaal vervolgd voor

levering aan Iran’(Typhoon 05/09/1990), ‘Eurometaal levert Turkije granaten tegen Koerden’(Volkskrant 23/11/1992), ‘Half miljoen boete voor leverantie Eurometaal’(Nederlands Dagblad 12/12/1992), ‘Duits ministerie pleit Eurometaal vrij van illegale produktie granaten’(De Zaankanter 27/11/1992), ‘Wapens voor Israël’(Vrij Nederland 14/12/1996), ‘Vervolging omkoopaffaire Eurometaal’(Noordhollands Dagblad 28/03/1997), ‘Gebruik granaat Eurometaal blijkt niet gecontroleerd’(Noordhollands Dagblad 01/04/1999)

97 Argos, ‘De Nederlandse wapenexport’ (1998). Online te beluisteren via:

https://www.vpro.nl/speel~POMS_NTR_1730474~nederlandse-wapenexport~.html (laatst geraadpleegd op 11/04/2017).

44 Het is een rondleiding en speurtocht over het terrein, wat de gebouwen, het Algemeen

Verdedigingspark en de Stelling van Amsterdam met elkaar verbindt, ook weer met veelal persoonlijke verhalen.99

Naast organisatorische veranderingen zocht het museum naar meer

samenwerkingsverbanden met andere (culturele) organisaties. De belangrijkste hiervan voor het voortbestaan van het museum vonden plaats in 2015. In januari van dat jaar werd er een uitnodiging verzonden naar de nieuwe directeur van het Zaans Museum ter kennismaking en als start van een onderzoek naar een vorm van samenwerking. Dit beviel en eind januari werden er gesprekken gestart tussen onder andere het Zaans Museum, de Gemeente Zaanstad (tevens grootste subsidiegever) en het Rijksvastgoedbedrijf om draagvlak te creëren voor het behoud van het Hembrug Museum op het terrein. Naast deze samenwerking benaderde de organisatie van de Stelling van Amsterdam, UNESCO-erfgoed, het bestuur van Hembrug Museum voor een partnerschap. Hembrug maakt namelijk officieel geen deel uit van dit UNESCO-erfgoed, maar wel in het hart van de Stelling van Amsterdam. Op deze manier kan het museum meeliften met de programmering van een UNESCO-erfgoed.

Tussenconclusie

Het Hembrug Museum is een particulier museum. Het valt echter niet helemaal te gieten in één specifiek type, zoals eerder omschreven door Gordon. Net als andere private musea heeft de eigenaar grote invloed gehad op het museum. De Vries heeft het museum sterk gestuurd met het collectiebeleid, de vormgeving van de presentatie en de daaruit volgende persoonlijke benadering door het herintroduceren van de gemeenschap. Kijkende naar de kenmerken van het Hembrug Museum lijkt het een hybride vorm te zijn tussen een community museum en

entrepreneurial museum. De collectie is duidelijk een bedrijfscollectie en is daarnaast ook

gevestigd op het bedrijfsterrein. Het enige verschil met een volledig entrepreneurial museum is dat de eigenaar geenen grote rol speelt bij het collectiebeleid en presentatie. De directie en management hebben hier eerder een tegenovergestelde rol gespeeld door opdracht te geven om het archief voor een groot deel te laten vernietigen en (historische) objecten te veilen. Deze rol is in dit geval overgenomen door De Vries en de bijbehorende gemeenschap. Ook speelt nostalgie mee, net als bij andere community museums. Het Hembrug Museum voldoet aan alle drie de dimensies van nostalgie die Frijhoff in zijn rede noemt. Na een periode de

99 Meer informatie over Schot in de Roos via: https://zaansmuseum.nl/hembrug-museum/schot-in-de-roos/ en

45 collectie in Fort aan den Ham te hebben onderbracht, is de collectie en presentatie in 2005 verhuisd naar het oude hoofdkantoor van Eurometaal. Daarnaast is het museum door en (voornamelijk) voor oud-medewerkers bedoeld.

46

Hoofdstuk 3 | Samenwerking?