• No results found

De pilots hebben nog niet alles opgeleverd, naar wat de verwachting was. Er is geen intentieovereenkomst en geen inventarisatie van ontbrekende voorzieningen. Ook zijn er geen harde afspraken over de betrokkenheid van alle partijen. In één van de drie pilots is een multifunctionele accommodatie ontwikkeld, de andere twee zijn nog steeds in ontwikkeling. De loketfuncties hebben een doorslaggevende positieve rol gespeeld in de ontwikkeling, daarentegen is de fysieke gebouwontwikkeling en herstructurering minder snel en vloeiend gelopen dan gepland.

Een van de meest kritische kanten van het proces tot nu toe is de minimale bewonersraadpleging. Terwijl aan het begin van de pilots het doel was van onderaf de vraagbehoefte te inventariseren. De regierol van de gemeente wordt bekritiseerd doordat zij bij de ontwikkeling te veel afstand heeft gehouden.

85

Uit de zojuist besproken ontwikkeling van de drie pilots zijn een aantal constateringen te trekken. De verwachtingen van elkaar tussen de gemeente en de drie corporaties zijn niet overeenkomstig. Corporaties hadden meer regie van de gemeente verwacht. Regie in de vorm van ondersteuning bij vastgelopen processen. Corporaties, die de coördinerende rol per pilot uitoefenden liepen tegen beperkingen aan. Het mandaat dat zij hadden op het gebied van onder andere financiering kwam te kort. De zorgaanbieders hebben duidelijk tegengestelde belangen dan de corporaties. Onduidelijkheid over begrippen als een woonservicegebied, ouderenwoningen en financieringen helpen niet bij de totstandkoming van een woonservicegebied. Het achterhalen van vraagbehoefte heeft duidelijk te lijden gehad onder het proces om met alle betrokkenen tot een gezamenlijk doel te geraken.

Er is nu een projectteam door de gemeente gevormd. Zij heeft kennis genomen van de opgedane kennis uit de pilots, statistische gegevens van de gemeente en ‘best practices´ elders in Nederland. De eerste uitdaging is een volledige inventarisatie van het aanbod, iets wat bij de pilots nog te wensen overliet. Dit gebeurt aan de hand van een normeringslijst. Op die lijst staan 39 voorzieningen en diensten op het gebied van wonen, welzijn en zorg:

Wonen Zorg

Aanbod geschikt wonen 1:2400 Huisarts (nultrede- en aangepaste woningen) 1:1700 Fysiotherapeut Aanbod verzorgd wonen 1:2700 Tandarts (woningen met zorg op afroep) 1:9000 Apotheek

Aanbod beschermd wonen (intramurale zorg, Huishoudelijke verzorging (HV) Verpleging/ begeleiding tijd/permanent ) 24-uurs planbare zorg

Overig Aanbod 24-uurs zorg op afroep (o.a. aangepaste gezinswoningen) Dagverzorging

Dagopvang / huiskameropvang / Dagbesteding

Woonomgeving Vrijwillige terminale thuiszorg Woonomgeving fysiek Pedicure aan huis

(toegankelijkheid, rustpunten, veiligheid) Geestelijke verzorging Woonomgeving sociaal

(overlastbestrijding, wijkagent) Ontmoetings-en activiteitenruimte

Winkels (supermarkt en buurtsupermarkt) Ontmoetings- en activiteitenruimte zoals wijkgebouw, kulturhus, school, dorpshuis, buurthuis, zorginstelling.

86

Welzijn Klussendienst Bibliotheekvoorziening Tuinonderhoud

Wijkwinkel (informatie en advies) Ondersteuning bij financiële administratie Professionele alarmopvolging Ouderenadviseur

Steunpunt mantelzorg Algemeen Maatschappelijk Werk

Respijtzorg (ter ontlasting van mantelzorgers) Collectief Vraagafhankelijk Vervoer/ Buurtbus Maaltijdvoorziening aan huis Recreatie en ontspanning

Gezamenlijke maaltijden Educatieve activiteiten Boodschappenservice Beweging en sport

Was- en strijkservice Servicepunt voor vrijwilligerswerk

Figuur 4.17; 39 voorzieningen en diensten in een WSG (gemeente Deventer, 2011b) Aan de hand van de inventarisatie, wordt gekeken welke voorzieningen en/of diensten ontbreken in het gebied. De eerste resultaten geven aan dat er enkele incidentele witte vlekken zijn en dat brengdiensten centraal geregeld kunnen worden en voor de zorg zijn die dekkend. De inventarisatie van wonen en woonomgeving verlopen wederom moeizaam. In vergelijking met de eerdere pilots is een stevigere regie van de gemeente de opzet.

Afsluiting hoofdstuk vier

Aan het begin van dit hoofdstuk hebben verschillende woononderzoeken de revue gepasseerd. Goedkope en middeldure huur- en betaalbare koopwoningen zijn gevraagd door de inwoners in de Stedendriehoek. Ook is er voldoende aandacht bij nieuwbouw voor nultredenwoningen waar eveneens een grote behoefte aan is. De doelgroepen 55+ en ouderen zijn gespecificeerd, echter wat de behoefte van ouderen op wijkniveau is kan uit het woonbehoefteonderzoek van de Stedendriehoek en de woonvisie 2008+ niet worden opgemaakt. Uit het recente woononderzoek op wijkniveau in Bathmen is te constateren dat er de aankomende vijf jaar een grote behoefte is aan ouderenwoningen en dat er een groot overschot aan grote woningen is.

Het beleid in Deventer op het gebied van ouderen is een woonomgeving, het liefst in een woonservicegebied, te creëren waarin zij zelfstandig kan wonen met welzijns- en zorgdiensten in haal- en brengvormen. In een woonservicegebied mag zorg niet domineren en moet de woonomgeving op fysiek en sociaal vlak goed bereikbaar, toegankelijk en veilig zijn.

Uit de evaluatie van de drie pilots kan geconcludeerd worden dat de inventarisatie van de aanwezige diensten en voorzieningen en de ‘soorten’ ouderenwoningen slecht zijn verlopen. Daarnaast is er onduidelijkheid over de regie die verdeeld is tussen de corporatie en de gemeente. Wel is het aantal en aandeel ouderen in de drie wijken bovengemiddeld gestegen, ook als de groei vergeleken wordt met een soortgelijke wijk in Deventer. Uit de tot nu toe gedane inventarisatie naar voorzieningen en diensten zijn nog geen ‘patronen’ te herkennen tussen de drie pilotwijken en de drie vergelijkbare wijken. De achterstand van informatie bij aanbieders en de hoge transactiekosten bij de realisatie van woonservicegebieden werken negatief op de marktwerking op de woningmarkt. Tevens kunnen ouderen nog beter geïnformeerd worden over de mogelijkheden om woningen naar hun wens aan te passen en kunnen de positieve effecten van een woonservicegebied nog beter uitgedragen worden.

87

In elke woonservicegebied is op korte termijn een zorgwoning beschikbaar wanneer een zorgindicatie de noodzaak voldoende aangeeft. De registratie over het aanbod van ouderenwoning laat te wensen over en belemmert daardoor de marktwerking omdat inzicht in het aanbod ontbreekt, helemaal op particulier niveau.

Grondbezitters bepalen nog steeds voor een groot deel of een ontwikkeling tot stand komt of niet. De afhankelijkheid van het zelfontwikkelingsrecht van de grondeigenaar belemmert gemeente en corporatie bij de ontwikkeling van ouderenwoningen. Regelgeving belemmert wel het handelen van de corporatie die tegen de grenzen aanloopt van wat een corporatie volgens de wet mag realiseren, zoals bijvoorbeeld een multifunctionele centra.

De verschillende maatregelen zijn vooral Pigouviaans, omdat zij ingrijpen in de marktwerking door financieel verhuizingen te ondersteunen, te sturen en investeren in het opzetten van woonservicegebieden en de markt nog verder op te delen in deelmarkten (zorgwoningen). Coase’s redenering over marktwerking laat dit liever over aan initiatieven van marktpartijen en zal vooral tevreden zijn over de aanpak in Bathmen waar een zeer laag percentage aan ouderenwoningen is en de ouderen dus zelf of ondersteund door een stichting aanpassingen aan hun huis laten verrichten.

88