• No results found

Historische en Cartografische situering

In document Kortrijkstraat - Ommegangstraat Deinze (pagina 13-20)

1 Beschrijvend gedeelte

1.5 Historische en Cartografische situering

Het huidig Deinze is gegroeid uit twee bewoningskernen: Deinze op de linkeroever van de Leie, en Petegem-aan-de-Leie op de rechteroever.

De eerste vermeldingen van Petegem komen voor in 1137, 1177 en 1187 als Pethengem, een Germaans -gem toponiem, wat verwijst naar een nederzetting die ontstaan is tussen de 6e en 10e eeuw. Vermoed wordt dat de nederzetting ontstond tussen ca. 550 en 700.5 Petegem was voor een groot deel grafelijk bezit en als leen geschonken aan de abdij van Drongen. Het grondgebied bestond uit twee delen: Petegem-Binnen en Petegem-Buiten. De Sint-Martinuskerk in het westelijk deel van Petegem-Binnen dateert vermoedelijk uit de 9e eeuw.6

In 1469 werd Petegem-Binnen door Karel de Stoute bij Deinze gevoegd, Petegem-Buiten bleef zelfstandig bestaan. Vermoedelijk waren er in oorsprong 3 kernen7:

- een eerste kern nabij de kerk, op de splitsing van de Kortrijkstraat en de Machelenstraat - een kern op het kruispunt van de Kortrijkstraat en de huidige Tolpoortstraat, de zogenaamde

‘Knok’. Het is hier dat de weg van Kortrijk naar Gent vroeger afsloeg op de Leie over te steken en via de linkeroever zijn tracé te vervolgen. De verbindingswegen naar Oudenaarde en Gavere zijn even ten zuiden hiervan ook samengekomen en komen op dit kruipunt toe.

- een derde kern lag nabij de dries waar de wegen naar Gavere en Oudenaarde samenkomen.8 Deze kern ligt evenwel in Petegem-Buiten.

Het plangebied is gelegen langsheen de baan die de kern aan de kerk en deze op de Knok verbond.

Net als vele andere steden, werd in de 16de eeuw ‘groot Deinze’ voorzien van een gebastionneerde omwalling die schijnbaar beide stadsdelen omvatte. Deze verving de vroegere stadsomwalling rondom de oude kern van Deinze. Deze zogenaamde Vauban versterking is afgebeeld op enkele oude 17de-eeuwse kaarten (zie figuur 7). De vraag wordt echter gesteld of de vesting zoals weergegeven weldegelijk volledig is gerealiseerd!9 Als je het in relatie ziet tot andere kaarten is deze versterking nooit uitgevoerd en is Petegem-binnen nooit van een versterking voorzien geworden10.

Op de 17de-eeuwse kaart van Goubet zijn langsheen de Kortrijkstraat tal van huizen gelegen. Ten zuiden ervan bevinden zich achtererven. Het geheel wordt afgesloten door een weg langsheen de (vermoedelijk nooit uitgevoerde) vestingmuur. Deze weg is de huidige Ommegangstraat. De benaming kent niet zijn herkomst uit de religieuze sfeer (cfr. Processie of stoet) maar moet begrepen worden als omleidende straat, van de kleine dries (aan de kerk) naar de grote dries ten westen van de Knok.

5 VERHULST, 1995, 118.

6 GOEMINNE &VANHEE, 2000, 19.

7 GOEMINNE &VANHEE, 2000, 10.

8 AGENTSCHAP ONROEREND ERFGOED 2017: Petegem-aan-de-Leie, Inventaris Onroerend

Erfgoed [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/121374 (geraadpleegd op 13 februari 2017).

9 AGENTSCHAP ONROEREND ERFGOED 2017: Historische stadskern van Deinze , Inventaris Onroerend Erfgoed [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/140018(geraadpleegd op 13 februari 2017).

10 Mondelinge mededeling Luc Bauters.

figuur 7: Deinze, 1694. Plan van de versterking, gemaakt door Goubet (www.caresius.be). In het oranje kader wordt de ligging van het projectgebied gesitueerd. Het noorden ligt rechts. 1. Projectgebied; 2. Martinuskerk; 3. De Knok; 4. Kleine Dries.

Een figuratief plan van 1786 (opmaakt door J. Van Maldegem) toont hoe een groot deel van de vesting is verdwenen, of zoals is aangehaald, misschien nooit werd gerealiseerd (zie figuur 8).

Petegem-Binnen bestaat nog steeds uit twee grote assen waarlangs huizen zijn gelegen. In het westen is de Sint-Martinuskerk afgebeeld. Het is niet mogelijk om het plangebied exact te situeren.

Algemeen bevinden er zich achtererven. De opdeling van één van de achtererven in 4 perceeltjes (zie figuur 9) wijst mogelijk op het gebruik als moes- of siertuin. Naast de moestuin ligt een boomgaard.

1 2

3

4

figuur 8: Deinze, 1786. Plan opgemaakt door J. Van Maldegem. (www.cartesius.be). Het plangebied is in een oranje kader aangeduid.

figuur 9: Deinze, 1786. Detail van het plan opgemaakt door J. Van Maldegem. (www.cartesius.be). De situering van het projectgebied is in een oranje kader aangeduid. Het wordt ingevuld als achtererven, een moestuin en mogelijk valt ook een deel van de boomgaard binnen het huidige projectgebied.

Het verschil met de eerder opgestelde Ferrariskaart (1771-1777) (zie figuur 10) is opvallend. In tegenstelling tot de kaart van Van Maldegem, waar de huizen allemaal parallel met de straat liggen, blijken op de militaire kaart van Ferraris de huizen zich ook in de diepte van de percelen uit te strekken.

Deze intensere bewoning wordt ook weergegeven op een zeer gedetailleerde kadasterplan van de eerste helft van de 19de eeuw (de atlas der buurtwegen, 1841) (zie figuur 11) waarbij heel wat méér gebouwen zijn afgebeeld dan door Van Maldegem op het einde van de 18e eeuw. Deze laats vermelde figuratieve kaart van Deinze lijkt dan ook geen exacte weergave van de werkelijkheid te zijn, maar waar het de gebouwen aangaat slechts een impressie te geven van de stad.

Het plangebied kan vrij correct op de atlas der buurtwegen worden geprojecteerd. Hieruit blijkt dat slechts enkele gebouwen die op de achtererven aanwezig zijn binnen de grenzen van het project liggen. De rest is open ruimte. Doorheen het plangebied lopen ook enkele perceelgrenzen. Deze bestonden mogelijk uit een eenvoudige gracht of een tuinmuur. De spoorweg en het station zijn reeds aangelegd (aangelegd in 183911). De kaart van Vandermaelen (1846-1854) (zie figuur 12) is

11 GOEMINNE &VANHEE, 2000, 45.

minder gedetailleerd en kan niet helemaal correct worden gegeorefereerd. Een deel van het plangebied is echter aangeduid als ‘grasland’.

figuur 10: Gegeorefereerd Ferrarisplan (1771-1777) met aanduiding van het plangebied (www.geopunt.be)

figuur 11: Atlas der buurtwegen (1841) met aanduiding van het plangebied (www.geopunt.be)

figuur 12: Topografische kaart van Vandermaelen (1846-1854) (www.geopunt.be)

figuur 13: Gereduceerd kadasterplan (1845-1855) (Dépôt de la Guerre). De zwarte pijl wijst naar de locatie van het projectgebied. Dit omvat voornamelijk het groene perceel en het ‘lege’ perceel ten westen ervan.

(inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/140018)

Een ander 19de-eeuws plan dat kan vermeld worden is een gereduceerd kadasterplan uit 1845-1855 (figuur 13). Hierop staat het plangebied enerzijds in het groen ingekleurd met stippen. Het betreft

een boomgaard. Anderzijds gaat het om een ‘leeg’ perceel, dat als open achtererf kan worden geïnterpreteerd.

Op de 19de-eeuwse kaarten is te zien dat het huidige perceel gelegen aan de Kortrijkstraat niet reikt tot aan de straat. Deze belangrijke verkeersas werd namelijk in 1965 verbreed. De volledige zuidelijke gevelwand werd gesloopt. Deze huizen langsheen de rooilijn dateren zodus alle uit de 20de eeuw.12

Door een projectie van de Poppkaart (1845-1871) op het huidig kadasterplan kan deze drastische aanpassing duidelijk worden weergegeven. Daarnaast kan de situatie van het plangebied in het midden van de 19de eeuw goed worden ingeschat: binnen het plangebied stonden slechts enkele achterliggende bijgebouwen (gearceerde blokken op figuur 14), de rest vormt een binnentuin.

Tot voor kort bestond de bebouwing binnen het plangebied uit een villa uit de eerste helft van de 20de eeuw en een loods uit de tweede helft van die eeuw. Deze werd vlak voor de aanvang van het archeologisch vooronderzoek gesloopt.

figuur 14: Huidig kadasterplan met daarop de projectie van de Poppkaart. De rooilijn van de Kortrijkstraat is duidelijk gewijzigd. (www.geopunt.be en www.cartesius.be)

12AGENTSCHAP ONROEREND ERFGOED 2017: Kortrijkstraat, Inventaris Onroerend

Erfgoed [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/106806 (geraadpleegd op 14 februari 2017).

In document Kortrijkstraat - Ommegangstraat Deinze (pagina 13-20)