• No results found

Handhaving bij werknemers in loondienst en/of detacherings en uitzendconstructies in het

5. Handhaving

5.2. Handhaving bij werknemers in loondienst en/of detacherings en uitzendconstructies in het

De transportsector is volop in beweging wanneer het gaat om handhaving en aanpak van malafide ondernemingen. Doordat sprake is van internationaal transport of grensoverschrijdende

werkzaamheden is het al snel ingewikkeld en neigt het een ondoorzichtige markt te worden. Rekening moet gehouden worden met internationale en nationale rechtsregels en deze zijn veelal complex. Europees niveau

De Europese Commissie vindt dat de lidstaten nauwer en beter met elkaar moeten samenwerken. Om dit te bewerkstelligen is de Handhavingsrichtlijn gedetacheerde werknemers97 op 16 april 2014 aangenomen en een maand later bekrachtigd. Deze richtlijn komt niet in plaats van de huidige detacheringsrichtlijn maar ziet juist toe op de handhaving daarvan. In deze richtlijn is de definitie van detachering verduidelijkt. Bovendien zijn controlemaatregelen genomen om de naleving van de richtlijn te monitoren.98 De detacheerders zijn volgens de richtlijn verplicht hun identiteit, het aantal gedetacheerde werknemers, begin en einddata, werkplek en aard van de dienstverlening aan te tonen. Arbeidsovereenkomsten, loonstroken, manurenstaten moeten bewaard worden en op verzoek getoond worden. De handhavingsrichtlijn regelt verbetering van de rechtshandhaving en klachtafhandeling. 95

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer ‘Aanpak schijnconstructies’, 11 april 2013, zie voetnoot 24.

96 Zie Bijlage 2 voor persbericht “koning spreekt met vrachtwagenchauffeurs”, 5 juni 2014. 97 EC 13-05-2014, MEMO 14/344.

98

www.rijksoverheid.nl

31

Bovendien krijgen gedetacheerde werknemers de gelegenheid om in het werkland en/of woonland juridische stappen nemen tegen hun werkgever. Een vakbond kan hier een ondersteunende rol in spelen.99 Lidstaten krijgen twee jaar de tijd om deze richtlijn te implementeren in nationale wetgeving.

Nationaal niveau

Op nationaal niveau is het vooral het ministerie van SZW en IL&T die handhaven. Dit kunnen zij echter niet alleen. Zij worden hierbij ondersteund door de private partners zoals de Stichting Naleving cao’s voor uitzendkrachten (SNCU) , de Stichting normering Arbeid (SNA) en de vakorganisaties zoals de FNV en CNV.100

De IL&T houdt toezicht en handhaaft de wetten die gelden in het transport en veiligheid op internationaal en op nationaal niveau. Dit gebeurt aan de hand van kennisoverdracht, inspecties en vergunningverlening, met als doel de sector schoon te vegen.101 Bovendien houden zij acties langs snelwegen of parkeerplaatsen samen met de KLPD102 en controleurs van de RDW103. Ze controleren dan de Rij- en rusttijdenwet, of sprake is van overbelading , de veiligheid van de vrachtwagen en of sprake is van illegale cabotage.104

Om de malafide uitzendbureaus aan te pakken is in 2012 een project gestart door de overheid en private partners: aanpak malafide uitzendbureaus (AMU). In twee jaar tijd is veel gedaan door deze partijen om malafide uitzendondernemingen tegen te gaan. Dit onder andere door voorbereiden van nieuwe wetten en regelgeving, het maken van internationale afspraken en het versterken van de samenwerking tussen de publieke en private ondernemingen.105 Dit door het afsluiten van convenanten tussen de handhavende instanties.

FNV Bondgenoten heeft een aparte stichting in het leven geroepen: Stichting VNB106. Deze stichting werkt nauw samen met FNV Bondgenoten en ziet toe op de naleving van de cao in het

beroepsgoederenvervoer. IL&T en Stichting VNB hebben in januari 2014 een convenant met elkaar afgesloten. In dit convenant is vastgelegd dat partijen informatie aan elkaar uitwisselen zodat er beter gehandhaafd kan worden. Als Stichting VNB in haar onderzoeken naar de naleving van de cao misstanden over onder andere de rij- en rusttijden en vergunningen tegenkomt, dan geeft zij dit door aan IL&T. En andersom geeft de IL&T misstanden over cao-naleving door.107

Ook bestaat de mogelijkheid voor uitzendbureaus van zelfregulering. Dit is echter niet verplicht maar daarmee kunnen uitzendondernemingen hun goede wil tonen door het verkrijgen van een keurmerk. Deze wordt afgegeven door het SNA. Ze onderwerpen zich vrijwillig aan inspecties en proberen daarmee de kwaliteit in de sector hoog te houden. Wanneer een uitzendbureau zo’n keurmerk heeft 99 EC 13-05-2014, MEMO 14/344.

100 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer ‘Aanpak

malafide uitzendbureaus en zelfregulering’, 12 mei 2014, p.1.

101

http://www.ilent.nl/onderwerpen/transport/index.aspx 102 Korps Landelijke Politiediensten.

103 Rijksdienst voor het wegverkeer.

104http://www.tln.nl/Actueel/Algemeen/Illegale-cabotage-maakt-transport-kapot- aspx.aspx?id=F16E71CD86E55F9B41E31A912C7A90B1

105 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer ‘Aanpak

malafide uitzendbureaus en zelfregulering’, 12 mei 2014, p.15.

106 Vervoersbond Naleving cao Beroepsgoederenvervoer. 107

http://www.ilent.nl/actueel/ilt_en_vnb_samen_voor_betere_naleving_van_regels_in_transport.aspx

32

betekent dit niet automatisch dat hij geen schijnconstructie kan hanteren. Zelfregulering is daarom ook niet een waterdicht systeem wat bijdraagt aan het terugdringen van malafide uitzendbureaus.108 Cao’s

De rechtsbasis voor de naleving van cao’s is voor de cao-partijen opgenomen in art. 15 t/m 17 WCAO en art. 3 WAVV. Hierdoor kunnen cao-partijen optreden en naleving van de cao en de daarin

opgenomen basisarbeidsvoorwaarden vorderen.

Voorlichting, handhaving en naleving van de uitzend cao gebeurt door het SNCU. Dit is een paritaire stichting. Zij doen onderzoek bij uitzendbureaus en indien noodzakelijk treden zij op via de rechter. In de artikelen 9, 9a en 73 Cao BGV is opgenomen dat de basisarbeidsvoorwaarden van toepassing zijn op buitenlandse werknemers. De cao kent tevens een omgekeerde bewijslast wat inhoudt dat de werkgever, inlener of uitzendbureau/charter moet aantonen dat de basisarbeidsvoorwaarden worden toegekend. Op grond van art. 10 WAVV kunnen de sociale partners de Inspectie van SZW verzoeken om een onderzoek in te stellen naar de naleving van de algemeen verbind verklaarde bepalingen. De Sociale partners worden op de hoogte gehouden van het onderzoek maar dienen nog wel zelf een vordering in te stellen mocht blijken dat de AVV cao niet nageleefd wordt. 109

Tijdens een AVV-loze periode is de cao niet van toepassing op de ongebonden werkgever in Nederland of de werkgever die vanuit een ander EU lidstaat werknemers in Nederland te werk stelt. Toch geldt voor deze categorie werkgevers dat zij alsnog de WML moeten eerbiedigen. Handhaving en toezicht hierop is een taak van de Arbeidsinspectie.