• No results found

HADDEN GELOST.’

Sterke Schouders

30

Xander Beenhakkers

3

van invloed op je waarneming. Dat heb ik wel eens ervaren toen ik nog maar kort bij de politie werkte en met een collega na af-loop een aanhouding nog eens nauwkeurig terughaalde. Met een geleide herinnering, waarbij je gezamenlijk stapje voor stapje het verhaal chronologisch doorloopt, vulden we elkaar aan. Zij beweerde dat ik bij de aanhouding mijn wapen op de verdachte had gericht, toen we opeens met hem werden geconfronteerd.

In mijn beleving was dat helemaal niet zo, totdat zij vertelde hoe het volgens haar was gegaan. Toen haalde ik dat deel van mijn herinnering weer terug. Ze had gelijk. Acute hoogspanning doet blijkbaar iets heel raars met herinneringen en belevingen.’

Inner circle

Met collega’s spreken is volgens Xander het beste middel om de spanningen een plek te geven. ‘Na een moeilijke aanhouding zit je lijf vol met adrenaline. Die moet je langzaam afbouwen.

Je brengt de rust terug door met collega’s terug te blikken op de actie, maar ook door dingen bewust rustig te doen. Als je met 200 kilometer per uur naar een crisissituatie toe bent gere-den, moet je er bewust van zijn dat je rustig terugrijdt. Want je krijgt anders last van zogenoemde “snelheidsvernauwing”. Je bent na een geslaagde inzet zo opgeladen, dat het lijkt of 180 opeens erg langzaam is. Na de huldigingsrellen heb ik veel met een collega gesproken om samen het beeld scherp te krijgen.

Wat is er gebeurd? Wie stond waar en deed wat? Erover praten heeft ons allebei geholpen om weer wat rustiger op die situatie terug te kunnen blikken. Daar heb je collega’s ook voor nodig, omdat je buiten de politie niet alles met iedereen kunt delen. Je zoekt vooral de steun in een kleine inner circle op je werk. Het zal niet voor niets zijn dat juist de spannende momenten als de Coolsingel en de tunnelacties het begin waren van een hechte band tussen mij en een aantal collega’s.’

op dat moment niet precies kunt vertellen hoe het werkelijk zat.

Pas later werd ook het beeld in de media genuanceerder over de tunnelacties van toen.’

Arrestatieteam

Ten tijde van de tunnelacties was Xander teamchef van het ar-restatieteam (AT) in Rotterdam-Rijnmond, het team dat wordt ingezet voor onder andere de aanhouding van vuurwapenge-vaarlijke criminelen. ‘Een AT’er heeft bij een geplande arrestatie wel te maken met een gezonde spanning, maar gaat doorgaans beter voorbereid op een situatie af dan in een gebeurtenis als op de Coolsingel. Een arrestatieteam is zo gespecialiseerd, voorbe-reid en getraind dat je vooraf kunt inschatten in welke situatie je stapt. Je weet meestal wie je gaat aanhouden en welke risico’s je mogelijk gaat tegenkomen. Je bent bij een inval of een arrestatie als het ware zelf de regisseur, omdat je als team het initiatief zo veel mogelijk naar je toetrekt. Dat is iets anders dan de huldi-gingsrellen, omdat het ons daar vooral overkwam. Als je zelf de regie hebt en niet onverwachts met groot leed of geweld wordt geconfronteerd, dan heeft het minder impact dan de momen-ten waarop dingen anders lopen dan verwacht. Maar zelfs als het misgaat, weet een arrestatieteam, als het goed is, de onbalans te compenseren door training en oefening. Zo werd tijdens een inval in de Haagse Antheunisstraat een handgranaat naar col-lega’s van het arrestatieteam uit Haaglanden gegooid. Een aantal AT’ers raakte daarbij gewond. De anderen bleven gediscipli-neerd handelen en brachten de gewonde AT’ers in veiligheid.

Heel koel en professioneel. Die beheersing is iets waar de leden van een arrestatieteam als geen ander op trainen.’

Veel oefenen en routine opbouwen zijn dan ook essentieel voor het werk van het arrestatieteam. ‘Des te meer routine je op-bouwt, des te minder stress je ervaart. En de mate van stress is

Sterke Schouders

32 33

Hoek van Holland

Ook nu Xander niet meer bij de politie werkt, raakt het hem nog als oud-collega’s in de problemen komen. Hij kan zich dan ook levendig voorstellen wat voor dreiging er van de mensenmassa uit moet zijn gegaan toen zo veel politiemensen schoten hebben gelost tijdens de strandrellen in Hoek van Holland. ‘De emoties en maatschappelijke discussie die destijds loskwamen toen één politieman op de Coolsingel had geschoten, zie ik nu terug bij de strandrellen. Het maakt ook bij mij weer veel los. Kennelijk is dit soort massaal geweld tegen de politie iets waar de maatschap-pij zich tegen moet wapenen. Het is dan van groot belang dat de eigen korpsleiding, maar zeker ook de burgemeester, zich achter

“hun” politie schaart. Niets is namelijk dodelijker voor de mo-tivatie om na een ingrijpend incident weer door te moeten gaan met het gevoel dat het “bevoegd gezag” je in de steek laat. Op de momenten die ertoe doen moet je op de onvoorwaardelijke steun van korps en burgemeester kunnen rekenen. Niets meer en niets minder.’

34 3

Judith Bek,