• No results found

- het Haagse congres

In document Productie: Boekverzorging: Druk: ISBN: (pagina 48-51)

In de Algemene Raad van de Internationale te Londen wordt in juni 1872 het te organiseren congres aan de orde gesteld. Marx stelt voor het congres in ‘Holland’ plaats te laten vinden, in overeenstemming met het voorstel van de Belgische sectie gedaan in 1870. De plaats zelf moet door de Nederlandse sectie worden bepaald. Het bestuur van de Nederlandse sectie beveelt Den Haag aan. Het Haagse congres is het enige congres van de Internationale waaraan Marx zelf

deelneemt. Ook Gerhard is deelnemer aan het Haagse congres. Op dit congres zal de strijd tussen Marx en Bakoenin worden uitgevochten. Het is het verschil in opvatting tussen deze twee, en hun aanhangers dat het begin van het einde van de Internationale inluidt. Deze

‘broedertwist’, al zullen de hoofdrolspelers zichzelf niet of nauwelijks als broeders hebben gezien, is alleen te begrijpen in de context van de Europese politiek van die tijd. In Italië zijn de verschillende koninkrijkjes, de een na de ander, door Garibaldi verenigd tot een Italiaans koninkrijk onder Victor Emanuel. Zoals Garibaldi zelf later verklaart, is de alliantie met Victor Emanuel een ‘tactische noodzaak’ zeer tegen zijn zin in aangezien hij een overtuigd republikein is. Revoluties zijn in Italië niet van de lucht. Uiteraard met wisselend succes. Er zijn daardoor nogal wat Italiaanse vluchtelingen, vooral in Zwitserland en Engeland. De meesten van hen zijn aanhanger van Bakoenin en wars van een georganiseerd socialisme. Hetzelfde geldt voor de Russen en Polen die gevlucht uit eigen land door Europa zwerven en in hun ellende slechts één hoop koesteren: revolutie. In Engeland, dat op grootindustrieel gebied nog vrijwel het monopolie bezit, is de vakbeweging succesvol en steken de arbeidsvoorwaarden van de geschoolde werklieden ver uit boven die van de werklieden in de andere landen. De Engelsen, die niet veel op hebben met de ‘strijd van de theorieën’, gaan geheel op in hun strijd voor betere arbeidsvoorwaarden. De politieke beweging in Engeland stelt op dat moment weinig voor, en het zal nog jaren duren eer een socialist het Engelse parlement betreedt. Onder aanvoering van Blanqui zijn de Franse socialisten voor alles revolutionairen en verwerpen zij het marxistische evolutie denken. Het blanquisme komt er op neer dat met geweld een kleine, maar goed georganiseerde groep de macht kan grijpen en ook kan behouden. Eigenlijk is er alleen bij de Duitsers steun te vinden voor de marxistische opvattingen. Het is tegen dit decor dat het congres van de Internationale in Den Haag plaats vindt.

Het congres wordt van 2 tot en met 7 september 1872 gehouden in een zaaltje in Concordia, gevestigd aan de Lombardstraat. Aanvankelijk wordt in de kranten slechts zakelijk gemeld dat de Internationale Den Haag heeft uitgekozen voor haar vijfde congres. Vrij plotseling meent dan het Dagblad van Zuidholland en ‘s Gravenhage bezwaar te moeten maken tegen het houden van het congres. De krant wijst op artikel 10 van de grondwet, waar staat: ”Het recht der ingezetenen tot vereenigen en vergaderen wordt erkend”. Het Dagblad van Zuidholland en

‘s Gravenhage interpreteert dat als niet geldend voor ‘vreemdelingen’. Verder meent het Dagblad van Zuidholland en ‘s Gravenhage dat de regering in kan grijpen door een beroep te doen op de bedreiging van de openbare orde. Een pennenstrijd met andere dagbladen is het gevolg. Alhoewel de meeste kranten ook niets moeten hebben van de oproerkraaiers van de Internationale, zijn ze van mening dat de vrijheid van vergaderen moet worden geëerbiedigd. Er ontstaat een begin van een hetze tegen de Internationale en de nodige geruchten komen in omloop. Zo zou de kastelein van Concordia alsnog besloten hebben zijn zaal niet te verhuren, waardoor het congres niet door kan gaan. Duitsland zou druk op de regering hebben uitgeoefend om het congres te verbieden. Ondanks de geruchten zijn de eerste afgevaardigden al op de zaterdag voorafgaand aan het congres in Den Haag aanwezig. Ter herkenning dragen zij en ook enkele leden van de Haagse sectie op zaterdag en zondag een blauw lintje in het knoopsgat. Op zondagavond is er een kennismakingsbijeenkomst, waar Gerhard de gasten in het Frans toespreekt. Van maandag tot en met woensdag vinden zowel ‘s ochtends als ‘s avonds

‘geheime’ zittingen plaats. Deze geheime zittingen zijn er om de geloofsbrieven van de afgevaardigden te controleren. Doordat in de meeste landen geen vrijheid van vereniging bestaat en verenigingen zoals afdelingen van de Internationale verboden zijn, is de oplossing veelal een geheime vereniging. Het is dan ook moeilijk vast te stellen of degene die zich meldt als afgevaardigde, ook daadwerkelijk door zijn vereniging is afgevaardigd, aangezien ook dat geheim is. Aangezien dit congres vóór alles gaat over de te kiezen richting - anarchistisch of socialistisch - is het van belang wie over een meerderheid beschikt. Het komt op de geldigheid van de mandaten aan. Bij de controle van de geloofsbrieven wordt duidelijk dat de anarchisten in de minderheid zijn. Als de kwestie van de geloofsbrieven is afgerond spitst het congres zich toe op de vraag of de Algemene Raad - lees Marx en Engels - zijn grote macht zal behouden of niet. De Belgen, Spanjaarden en Zwitsers zijn op de hand van Bakoenin, die zelf niet aanwezig is. Ook Gerhard schaart zich bij de scheiding die in de Internationale plaatsvindt tussen de marxisten en de aanhangers van Bakoenin aan de zijde van de laatste. Gerhard heeft een groot vrijheidsgevoel en wenst daarom niet in te stemmen met de uitsluiting van Bakoenin en de zijnen. Gerhard is ondanks zijn steun aan Bakoenin geen anarchist. In een rede getiteld

‘Vrijheid en gezag’ behandelt hij de verhouding tussen anarchisme en communisme. Het verschil in wereldbeschouwing die tussen anarchisten en sociaal-democraten bestaat erkent hij niet. Wel zegt hij in voornoemde rede:

“We willen voor het oogenblik kommunisme en kollektivisme laten rusten om er later op terug te komen; beide benamingen drukken een direct maatschappelijken toestand uit. Anarchisme daarentegen is, althans gedeeltelijk, meer iets wat men een politiek denkbeeld zou kunnen noemen, waarbij aan ieder individu volkomen vrijheid van doen en laten zou blijven, zonder in het minste of geringste aan enig gezag van welke aard ook, te zijn onderworpen. Hoe men daar ginds kommunisme en anarchisme heeft kun-nen samenkoppelen is wezenlijk een raadsel, vermits een verstandig ingerichte kommunistische maatschappij zich wel het minst van alle met anarchisme zou kunnen verdragen.”

Vooral zeer logisch is Gerhard waar hij alléénstaande daden van geweld afkeurt. Hij betoogt dat de toestand rijp moet zijn, eer er van welk gewelddadig optreden dan ook, iets goeds valt te verwachten. Hij komt tot de conclusie dat beide richtingen, anarchisten en sociaal democraten - hij zelf rekent zich tot de laatste - moeten en kunnen samenwerken, omdat men het eens is over het gemeenschappelijk eigendom.

Het praktische einde van de Internationale komt in zicht door het voorstel van Marx om de zetel naar New York te verplaatsen. Met een meerderheid van drie stemmen wordt hiermee ingestemd. De aanhangers van Blanqui verlaten na deze stemming het congres. Marx heeft naar eigen zeggen het einde van de Internationale voorzien:

“De internationale actie der arbeidersklasse hangt in geen enkel opzicht van het bestaan der ‘Internationale Arbeiders Associatie’ af”. De Internationale is slechts de eerste poging om voor die beweging een centraal orgaan te scheppen, een poging, welke door den stoot dien zij gaf een blijvend gevolg zou hebben, doch zij was in haar eersten historische vorm, na den val van de Parijsche Commune, niet langer vol te houden.”

De Internationale Arbeiders Associatie vindt haar, formeel afgekondigde, einde in 1876.

- politietoezicht

De secties van de Internationale genieten reeds in 1870 de aandacht van justitie.

Antecedentenonderzoek vindt plaats naar de voormannen van de beweging, onder wie Gerhard en de typograaf C.P. Michon. Als Michon verhuist, wordt dat terstond aan de procureur-generaal gerapporteerd. Niet alleen de Nederlandse autoriteiten zijn geïnteresseerd in dergelijke gegevens, ook uit het buitenland wordt om inlichtingen gevraagd. De minister van Buitenlandse Zaken mr. Baron van Heeckeren van Kell vraagt aan de minister van Justitie mr. H.J. Smidt in februari 1870 om inlichtingen over Gerhard. Deze zou betrokken zijn bij de distributie van het in Londen gedrukte Die Freiheit naar Duitsland. De minister van Buitenlandse Zaken vraagt deze informatie op verzoek van de Duitse gezant. Procureur-generaal Jhr. A.J.Th. v.d. Bergh geeft opdracht om Gerhard te observeren en inlichtingen over hem in te winnen. De Rotterdam-se inspecteur H.W. Moulijn wordt met deze taak belast. Hij slaagt erin het signalement te pakken te krijgen van een zekere F. Kaufmann die als tussenpersoon de bladen, elke keer onder een andere titel in Engeland gedrukt, naar Rotterdam brengt. Het maakt een ieder geval duidelijk dat degenen die leiding geven aan de Internationale als staatsgevaarlijk worden beschouwd. Al voor de Parijsche Commune verkettert de pers in Europa de Internationale. De aanhoudende hetze zorgt er in Oostenrijk voor dat twee leiders van de arbeidersbeweging wegens hoogverraad tot tuchthuisstraffen worden veroordeeld, vanwege hun sympathie voor de Internationale. Na de Parijsche Commune reageert de burgerlijke pers heftig en beschrijft de Commune als een product van samenzwering, bedacht en gestuurd door de Algemene Raad van de Internationale. In Frankrijk komt een uitzonderingswet tot stand tegen de Internationale en wordt er getracht andere regeringen te bewegen tot vervolging en uitlevering van uitgeweken communards. Duitsland en Oostenrijk zijn van plan de Europese staten bijeen te roepen in de strijd tegen de Internationale. Paus Pius IX berispt de Zwitserse regering: “Zij [Zwitserland]

duldt die sekte van de Internationale, die heel Europa wil behandelen zoals ze Parijs behandeld heeft. Deze heren van de Internationale zijn te vrezen, omdat zij werken voor de eeuwige vijanden van God en de mensheid.” De Spaanse regering neemt daarop het initiatief om de Europese staten bijeen te roepen. Het is de verdienste van de Britten dat, door vast te houden

aan de principes van de rechtstaat, de poging om Europa te verenigen in een anti-socialistische inquisitie wordt verijdeld.

In document Productie: Boekverzorging: Druk: ISBN: (pagina 48-51)