• No results found

Grond - maritieme integratie

vermogen in de landomgeving

Sectie 5 Grond - maritieme integratie

Algemeen

3501 De ondersteuning door maritieme capaciteiten vindt veelal vooral in de initiële- en opbouwfase van een landoperatie plaats. Het grootste deel van de wereldzeeën is een

„openbare ruimte‟ (“Mare Liberum”). Dat biedt vrije manoeuvreerruimte op het operationele en tactische niveau voor het initiëren en ondersteunen van landoperaties. Ook biedt dit de mogelijkheid om vijandelijke posities via de zee te omtrekken. Tegelijkertijd kunnen landeenheden bijdragen aan het maritieme optreden door eigen steunpunten op land te beschermen en vijandelijke landeenheden die het maritieme optreden bedreigen aan te grijpen.

3502 De bijdrage van de zeestrijdkrachten aan het joint optreden zal meestal in multinationaal taakverband plaatsvinden onder leiding van een Maritime Component Commander (MCC).

Taken en opdrachten

3503 Binnen joint campaign is het de taak van de zeestrijdkrachten om te zorgen voor veiligheid op zee en voor veiligheid vanuit zee. Afhankelijk van het gekozen campaign theme voeren zeestrijdkrachten daartoe gevechtsoperaties (maritime combat operations) of maritieme veiligheidsoperaties (maritime security operations) uit. Ook kunnen zij maritieme assistentie verlenen aan diplomatieke of civiele autoriteiten.

Bijdrage aan het landoptreden

3504 Maritiem optreden in het kader van veiligheid op zee heeft een indirecte relatie met het landoptreden. Belangrijke taken zijn het garanderen van een veilige doorvaart voor de scheepvaart, de bescherming van visserij en van de winning van delfstoffen en ook het beveiligen en verdedigen van het zeetransport van (land)troepen, materiaal en voorraden. Daarnaast handhaven zeestrijdkrachten maritieme blokkades en embargo's die tot doel hebben de situatie op land te beïnvloeden en treden zij op tegen de smokkel van wapens, drugs en mensen. Tot slot kunnen zeestrijdkrachten de maritieme flank van het landoptreden beschermen en verdedigen, bijvoorbeeld tegen een amfibische aanval van een opponent.

3505 Maritiem optreden in het kader van veiligheid vanuit zee heeft doorgaans een directe relatie met het landoptreden. Op het operationele niveau van optreden kunnen zeestrijdkrachten landeenheden van een tegenstander binden. De dreigende aanwezigheid van maritieme offensieve capaciteiten, in het bijzonder amfibische eenheden, dwingt een tegenstander op land om een (omvangrijke) verdediging beschikbaar te houden. Dit binden schept elders in het operatiegebied gunstige(re) omstandigheden voor het eigen landoptreden.

3506 Zeestrijdkrachten kunnen op de volgende manieren een directe bijdrage leveren aan een landoperatie:

· Het verschaffen van toegang voor landstrijdkrachten door middel van een amfibische aanval. Een dergelijke toegang kan bedoeld zijn als eerste opening voor het landoptreden (initial entry), maar kan ook een nieuw front in een bestaande landoperatie te creëren.

· Het ondernemen van actie tegen specifieke doelen op land:

o Maritime Strike Operations door de inzet van vliegtuigen, kruisvluchtwapens, raketten of scheepsgeschut. Dit is vergelijkbaar met Air Interdiction door luchtstrijdkrachten.

o Maritime Special Operations door de inzet van maritime special operations forces geplande extractie van eigen eenheden, een personnel recovery van geïsoleerd geraakte eigen troepen of om een evacuatie van burgerbevolking (Non-combatant Evacuation Operation, (NEO)).

· Het leveren van scheepsvuursteun (Naval Gunfire Support, NGS) aan landeenheden.

Spotters (Fire Support Teams, (FSTs)) die vanaf het land of vanuit een helikopter werken, verzorgen de doelopsporing en vuurleiding.

· Het uitvoeren/ondersteunen van (een deel van) de luchtverdediging (Air Defence) van de landoperatie, inclusief de verdediging tegen ballistische raketten.

· Het uitvoeren van riverine operations. De riverine omgeving is een kust- of deltagebied of een gebied verder landinwaarts, bestaande uit zowel land als water, met een beperkt aantal Land Lines of Communication (LLOC). Rivieren en meren zorgen daarbij voor natuurlijke transport- en communicatieroutes. Maritieme amfibische eenheden zijn overigens niet de enige eenheden die riverine operations kunnen uitvoeren.

· Het verzorgen van de commandovoering. Het is mogelijk om de operationele en tactische commandovoering vanaf een maritiem platform uit te voeren. Een MCC of een commandant van een amfibische taakgroep (Commander Amphibious Task Force, C-ATF) is in staat om vanuit zee een joint en/of combined operatie van verschillende componenten van zee-, land- en luchtstrijdkrachten aan te sturen tot op brigadeniveau.

· Het leveren van informatie & inlichtingen. Voor het verzamelen van informatie zijn de sensorsystemen van schepen, onderzeeboten en maritieme helikopters uiterst bruikbaar. Indien de MCC maritieme patrouillevliegtuigen met daartoe geschikte systemen ter beschikking heeft kunnen deze boven land Imagery Intelligence (IMINT) vergaren en/of optreden als airborne relay station voor spraak en dataverbindingen.

Vanaf schepen en onderzeeboten kunnen MARSOF-eenheden aan land gaan voor het uitvoeren van verkenningen. Daarnaast kunnen vanaf schepen ook Unmanned Aerial Systems (UAS) worden ingezet.

· Het verzorgen van logistieke steun en medische verzorging. . Bevoorrading, medische ondersteuning en onderhoud van voertuigen, helikopters en ander materieel kan op of vanuit zee gebeuren. Schepen kunnen grote voorraden brandstof meenemen en zijn in staat vers drinkwater te genereren.

· Het verlenen van humanitaire hulp en noodhulp. Zeestrijdkrachten zijn in staat om zelfstandig hulp te verlenen in kustgebieden, zeker als die gebieden op andere wijzen moeilijk bereikbaar zijn. Marineschepen beschikken immers over eigen capaciteit voor het maken van drinkwater en zijn uitgerust met (mobiele) middelen voor transport, communicatie, brandbestrijding, energieopwekking en medische hulp. Vooral amfibische schepen en marinierseenheden kunnen hierbij van groot nut zijn.

Bijdrage van landstrijdkrachten aan het maritieme optreden

3507 Landeenheden kunnen op de volgende manieren bijdragen aan het maritieme deel van een joint operatie:

· door het beschermen en verdedigen van de eenheden en installaties die nodig zijn om het eigen maritieme optreden te ondersteunen, zoals havens, vliegvelden en verbindingscentra;

· door het nemen van actie tegen eenheden en objecten waarmee een tegenstander het maritieme optreden kan bedreigen of die het maritieme optreden van die tegenstander ondersteunen, zoals havens, vliegvelden, kustbatterijen of mobiele lanceerinstallaties.